Home
›
CU
›
2023
Politiek.ai - CU 2023
Voor plain text: voeg
/raw
toe aan de URL
Feedback over pdf→tekst fouten of Politiek.AI?
📋 Kopieer Content
💾 Download .txt
--- url: https://politiek.ai/tk/cu/2023 --- # ═══════════════════════════════════════ # CU - 2023 # ═══════════════════════════════════════ --- pdf_file: "CU_Verkiezingsprogramma_TK_2023" pdf_source_url: "https://dnpprepo.ub.rug.nl/87723/" program_title: "Nieuwe verbondenheid" party_full: "ChristenUnie" election_date: "2023-11-22" total_pages: 136 token_count: 103147 pdf_page: 1 --- # NIEUWE VERBONDENHEID Christens Unie --- pdf_page: 2 --- # Samenstelling verkiezingsprogrammacommissie: Roel Kuiper (voorzitter) Bernadette van den Berg Simon Fritschij Joëlle Gooijer Pieter Grinwis Thera de Haan Roel Jongeneel IJmert Muilwijk Herman Smits Lydia Stoop Harmjan Vedder --- pdf_page: 3 --- # INHOUDSOPGAVE InleidingGeloof, hoop en liefde voor Nederland ..... 6 Onze 10 keuzes voor nieuwe verbondenheid ..... 8 Hoofdstuk 1 Zorgen voor elkaar maakt samen sterk ..... 11 1.1 Inzet voor de samenleving ..... 11 1.2 Ruimte voor families en gezinnen ..... 13 Een samenhangend verlofstelsel Ademruimte en goede zorg voor jongeren Waardig ouder worden Meedoen met een beperking 1.3 Goede zorg ..... 19 Een gezonde leefstijl Wat we aan zorg doen in de buurt Minder markt, meer mens Meer bescherming rond het begin van het leven Goede zorg rond het levenseinde Medisch-technologische ontwikkelingen 1.4 Onderwijs ..... 29 Opkomen voor onderwijsvrijheid Laat de gaven en talenten van ieder kind bloeien Investeren in het vak van leraar en schoolleider Het funderend onderwijs als steunpilaar Passend onderwijs Koester en versterk het middelbaar beroepsonderwijs Hoger onderwijs 1.5 Kunst, Cultuur en erfgoed ..... 37 Hoofdstuk 2 Een eerlijke basis voor iedereen ..... 39 2.1 Een fatsoenlijk bestaan ..... 39 Genoeg om van te kunnen leven Een eerlijk vangnet Voorkomen van schulden Een einde aan de incasso-industrie Schuldhulpverlening: de weg naar een schone lei 2.2 Goed werk ..... 44 Een eerlijke arbeidsmarkt Werk voor iedereen 2.3 Naar een thuis voor iedereen ..... 48 Betaalbaar bouwen Bouwen voor verbondenheid Bestrijd ongelijkheid, bied betaalbaar en menswaardig onderdak Kader I: Naar een eenvoudig belastingstelsel waarin we rechtvaardig delen, bijdragen en sturen ..... 52 Hoofdstuk 3 Nieuw Rentmeesterschap ..... 56 3.1 Duurzame economie ..... 57 Duurzaam consumeren Circulair produceren 3.2 Klimaat en energie ..... 60 Duurzaam importeren Energie, energiebesparing en elektrificatie Duurzaam bouwen, duurzaam wonen Duurzame industrie Versterk milieubeheer 3.3 Dienende ondernemers en bloeiende bedrijven die maatschappelijk bijdragen ..... 65 Het belang van het mkb en familiebedrijven Vernieuwend industrie- en innovatiebeleid Maatschappelijk verantwoord ondernemen Banken en financiële markten ten dienste van de samenleving 3.4 Landbouw en voedsel ..... 70 In balans met de omgeving en de natuur Een eerlijk en toereikend verdienmodel voor de agrarische sector Blijvend oog voor dierenwelzijn Waardering voor voedsel en eerlijkheid over herkomst en milieu-impact Duurzame toekomst voor Nederlandse visserij 3.5 Eerherstel voor de natuur ..... 78 3.6 Schoon, voldoende en veilig water ..... 80 3.7 Ruimtelijke solidariteit ..... 81 Beter ruimtelijk beleid Toekomst voor Groningen --- pdf_page: 4 --- 3.8 Duurzaam onderweg ..... 85 Van mobiliteit naar bereikbaarheid Meer geld voor het openbaar vervoer Weginfrastructuur beter benutten en goed onderhouden, niet uitbreiden Duurzame scheepvaart en goederenvervoer Schonere luchtvaart Hoofdstuk 4 Revolutie van dienstbaarheid ..... 92 4.1 De dienstbare overheid ..... 92 Een politiek van ideeën Sterke gemeenten als de eerste overheid 4.2 Een sterke democratische rechtsstaat ..... 96 Echte vrijheid bindt samen Toegang tot het recht, voor iedereen Ruim baan voor onafhankelijke journalistiek en media De digitale rechtsstaat 4.3 Rechtvaardige gastvrijheid ..... 103 Europees perspectief Rechtvaardige gastvrijheid in Nederland Een einde aan de opvangcrisis in Nederland Een terugkeerbeleid dat werkt Gewortelden zonder status Van nieuwkomers naar medeburgers Perspectief op arbeidsmigratie 4.4 Een veilige samenleving, die recht doet aan mensen ..... 111 Een drugsvrije samenleving Gerechtigheid voor slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting Stop de gokverslavingsindustrie Een weerbare samenleving Een sterke politie voor een veilige samenleving 4.5 Verbondenheid met Caribisch Nederland en de landen van het Koninkrijk ..... 117 Dienstbaar aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba Verbonden met Curaçao, Aruba en Sint Maarten 4.6 Terug naar solide overheidsfinanciën ..... 119 Kader II: Elke regio telt ..... 121 Hoofdstuk 5 Gerechtigheid in een gebroken wereld ..... 123 5.1 Vrede en veiligheid ..... 124 Vrede op het Europese continent 5.2 Internationale gerechtigheid ..... 126 Vrede en recht in de wereld Rechtvaardige vrede in het Midden-Oosten Eerlijke buitenlandse handel 5.3 Dienstbaar in Europa ..... 132 Koester de Europese waardengemeenschap De toekomst van de euro --- pdf_page: 5 --- Wanneer twee vrienden samen zijn en een van beiden valt, helpt de ander hem weer overeind. Maar wie alleen is heeft niemand die hem op de been helpt. En iemand die alleen is kan zich niet verdedigen, maar met zijn tweeën houd je stand. Een koord dat uit drie strengen is gevlochten, is niet snel stuk te trekken. --- pdf_page: 6 --- # Inleiding <br> - GELOOF, HOOP EN LIEFDE VOOR NEDERLAND Open je hand. Leg er een zaadje in en kijk ernaar. Dat zaadje kan uitgroeien tot een sterke boom. Wie bij dat wonder even stilstaat, weet dat er veel mogelijk is. Geloof erin. Dat hebben we nodig in onze tijd. Geloof in verandering. Hoop tegenover moedeloosheid. Liefde om voor anderen en de wereld je bed uit te komen, iedere morgen opnieuw. Met geloof, hoop en liefde de toekomst tegemoet gaan. Zo willen wij politiek bedrijven. Jezus vertelde dat verhaal over wat er kan groeien uit een klein zaadje. Als dat werkelijk een vruchtbaar zaadje is, dan kan er veel ten goede veranderen. Dit programma wil die zaadjes planten. Jij kunt daaraan meehelpen. Nederland is een welvarend land met veel vrijheid. Er is heel veel mogelijk. Met elkaar kunnen we veel tot stand brengen. Maar we zijn elkaar in de afgelopen jaren te vaak kwijtgeraakt. Mensen kwamen tegenover elkaar te staan. Er is nieuwe verbondenheid nodig in de samenleving om de uitdagingen van onze tijd aan te gaan. We leven in een opgejaagde individualistische maatschappij. Die ratrace wordt mensen te veel en jongeren en werknemers vallen alsmaar uit. Intussen groeit er armoede en blijven kwetsbare mensen achter. De grote problemen van onze tijd vragen een gezamenlijk aanpak in de beste Nederlandse tradities van samenwerking. Daarom is er nieuwe verbondenheid nodig. Daarover gaat dit programma. We staan op een kruispunt en moeten ons klaarmaken voor een nieuwe tijd. Het liberale tijdperk met het individu en zijn of haar onbegrensde behoeften loopt op haar laatste benen. Dat tijdperk heeft ons niet in de beste conditie gebracht. Ook de overheid heeft forse steken laten vallen. Er is een andere aanpak nodig, een reële koerswending. Van het reiken naar steeds meer naar het hoopvolle streven naar steeds beter. Nu écht en zonder aarzelen het pad inslaan naar een duurzame economie. Een overheid versterken die niet tegenover maar naast burgers staat. Elkaar meer verantwoordelijkheid geven, hoe klein ook, en meer in balans komen met de wereld en elkaar. Dat zijn de zaadjes die nu vruchtbare grond nodig hebben om de sterke bomen te zijn voor de generaties na ons. Laten we een nieuwe route uitstippelen naar de toekomst. We worden niet sterker van concurrentie en altijd weer de markt, maar van onderling vertrouwen en samenwerking. We groeien niet van snelheid, maar van aandacht. Niet de scoringsdrift helpt ons, maar wijsheid, rechtvaardigheid, barmhartigheid. We mogen dankbaar zijn voor mensen die hier iedere dag voor opstaan. De leraar die de tijd neemt voor die ene leerling. Buurtbewoners die een netwerk organiseren rond een hulpbehoevende oudere in de straat. De ondernemer die het over een andere boeg gooit en overschakelt naar een elektrisch wagenpark. Daar begint het. Laten we met elkaar een nieuwe route uitstippelen naar de toekomst. --- pdf_page: 7 --- Het behoud en herstel van de schepping hoort tot een van de grootste uitdagingen van onze tijd. Die gaan we samen aan. Niet alles kan meer zoals het tot nu toe gaat. Laten we onze ogen daarvoor niet sluiten. Het is onbestaanbaar dat dieren en planten uitsterven, ijskappen smelten en het leven op aarde onleefbaar wordt. We geloven in nieuw rentmeesterschap. De wereld is niet van ons, we lenen deze slechts. Andere manieren van produceren en consumeren zijn nodig. Dit is een uitdaging voor een hele generatie: de rentmeestergeneratie. Samen groeien we naar een leven met andere vormen van welvaart en duurzame overvloed. De ChristenUnie richt zich daarop en heeft ideeën voor een nieuwe aanpak. Er moet ruimte komen om te ademen, in gezinnen en families, ruimte om voor elkaar te zorgen. We zetten ons in voor een vernieuwde economie, voor een betaalbaar huis, een opbloeiende samenleving. Voor een overheid die dienstbaar en dichtbij is. Sociale rechten in gelijke mate voor iedereen, ook voor vreemdelingen en vluchtelingen. Inzetten op een gezond leven. Dat is de christelijk-sociale politiek van de ChristenUnie. Dat is de politiek van het goede leven, van een menselijke wereld naar Gods bedoelingen. Het zal niet gemakkelijk gaan. Maar toch, dit is ons doel. Door vandaag te planten maken we een begin met de beweging naar morgen. Op 22 november staat de stembus klaar. We nodigen je uit met je keus deel te worden van deze beweging. Dan plant je met ons die zaadjes voor de toekomst. De ChristenUnie staat voor christelijk-sociale, dienstbare en rechtvaardige politiek, ook internationaal. Zo maken we het mogelijk dat we allemaal kunnen meekomen in de omslag die nodig is. Met het oog op een leefbare wereld voor ons en voor komende generaties. In nieuwe verbondenheid voor dat doel. Open je hand en leg er een zaadje in. Nederland heeft jouw geloof, hoop en liefde nodig. --- pdf_page: 8 --- # ONZE 10 KEUZES VOOR NIEUWE VERBONDENHEID ## 1 We maken echt ruimte om voor elkaar te zorgen We geloven dat God ons heeft gemaakt om in verbinding met elkaar te leven. Naar elkaar om te zien. We willen geen samenleving van ieder voor zich, maar steunen het gemeenschappelijk leven. Gezinnen krijgen meer (financiële) ademruimte door goed gezinsbeleid. En we zorgen met elkaar dat kinderen veilig kunnen opgroeien. Vrijwilligers en mantelzorgers worden gewaardeerd. Er komt een nieuw stelsel voor verlof, waardoor mensen zich kunnen inzetten voor elkaar en de samenleving. Zo kunnen nieuwe maatschappelijke initiatieven tot bloei komen. Het wordt weer gewoon om in Nederland iets voor anderen en voor de maatschappij te betekenen. ## 2 We leggen ons niet neer bij armoede We geloven dat de overheid er juist is voor de meest kwetsbare mensen. Als een schild voor de zwakkere. We kiezen niet voor de grote winsten, maar voor eerlijke verhoudingen in onze economie. Armoede zet mensen klem en raakt de sociaal en economisch kwetsbaren het hardst. Dit klopt niet met het recht van ieder mens, zoals de Bijbel daarover spreekt. Er komt een hoger sociaal minimum, een hoger minimumloon en de zorgpremie gaat fors omlaag. Mensen en gezinnen kunnen beter rondkomen van de bijstand en AOW. We staan op tegen kinderarmoede en pakken de schuldenindustrie aan. Er komt een belastingstelsel dat socialer, eenvoudiger en rechtvaardiger is. ## 3 We kiezen voor een leven in balans met de schepping We zijn ervan overtuigd dat we op een andere manier moeten omgaan met de schepping. We introduceren nieuw rentmeesterschap. We stoppen met manieren van produceren en consumeren die een zware wissel trekken op de aarde en het klimaat. We kiezen voor het perspectief van wat beter is voor ons allemaal, binnen de draagkracht van de schepping. De landbouw en economie worden circulair, dat is minder belastend voor de natuur. We kiezen voor verantwoorde consumptie en gaan een eerlijke prijs betalen. Natuur krijgt ruimte om te herstellen. Met meer treinen, minder vliegen. We maken onze samenleving snel klimaatneutraal, zodat we een mooie schepping door kunnen geven aan onze kinderen. --- pdf_page: 9 --- # 4 ## We zorgen voor betaalbaar wonen voor iedereen We geloven dat iedereen recht heeft op een thuis. We pakken de onrechtvaardigheid op de woningmarkt aan en zorgen dat de overheid weer regie neemt over volkshuisvesting. We bouwen ieder jaar 100.000 extra huizen, vooral voor starters en senioren. Elk dorp en elke stadswijk een straatje erbij. Ruimte om te bouwen op plekken die bereikbaar zijn. Bouwen voor verbondenheid, voor samenhang, goede onderlinge zorg. We veranderen regels, zodat woningcorporaties en gemeenschappelijke initiatieven meer ruimte hebben om op een sociale manier te werken aan wonen. Zo bouwen we aan betaalbare huizen en betrokken gemeenschappen. ## 5 ## We investeren in onze jongeren als generatie van hoop Het is onze overtuiging dat jonge mensen de hoop zijn van ons land. We geloven dat ieder kind de gaven en talenten die het gekregen heeft tot bloei kan brengen. We willen onderwijs dat werkt aan brede ontwikkeling van jongeren en niet alleen maar opleidt voor de economie. We leggen ons niet neer bij de toename van zorgen, mentale problemen en zelfmoord onder jongeren. Sociale media worden verplicht minder verslavend én veiliger te zijn voor de mentale gezondheid van jongeren. Ouders, leraren, scholen, en jeugdhulpverleners krijgen meer steun, zodat ze het verschil kunnen blijven maken in het leven van jonge mensen. ## 6 ## We zetten in op goede zorg van het prille begin tot het broze einde We geloven in de waarde van het leven, van het prille begin tot het broze einde. We investeren in alternatieven voor het afbreken van een zwangerschap en steunen jonge moeders. We gaan voor waardig ouder worden en zetten in op betere ouderenzorg. We bouwen meer woningen voor ouderen en voor families die voor elkaar willen zorgen. Er komen meer verpleeghuisplekken. De gezondheidszorg komt niet in handen van winstmakende marktpartijen, maar is voor iedereen toegankelijk en levert goede kwaliteit, dicht bij mensen. We strijden tegen eenzaamheid door miljoenen te investeren in hoopvolle plekken in wijken, waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. ## 7 ## We gaan voor sterke regio's We zijn ervan overtuigd dat Nederland pas een mooi land is als iedere regio sterk is. We stoppen met de onvruchtbare tegenstellingen tussen stad en platteland. De overheid heeft oog voor regionale verschillen, omarmt die en zorgt voor een verbonden samenleving door het hele land. Investeringen en middelen worden eerlijker verdeeld over de regio's. We investeren 2 miljard in sterke steden en dorpen, zodat voorzieningen in gemeenten op peil gehouden kunnen worden. Er komt extra geld voor landelijke gebieden, om te zorgen voor behoud van kleine scholen, meer agenten, beter openbaar vervoer en goede zorg. --- pdf_page: 10 --- # 8 ## We maken de overheid weer dienstbaar We geloven dat de overheid dienstbaar moet zijn aan de samenleving en niet andersom. We versterken de betrouwbaarheid van uitvoeringsdiensten. We houden wetten eenvoudig en uitvoerbaar. Er komt meer ruimte voor het oordeel van vakmensen, meer vertrouwen in de samenleving en meer mogelijkheden voor oplossingen op maat. Burgers moeten de overheid beter kunnen bereiken met vragen om hulp. We versterken de democratische rechtsstaat. We doen een voorstel voor een politiek die weer meer over inhoud en ideeën gaat. Burgers krijgen via een constitutioneel hof een extra mogelijkheid de overheid aan haar grondwettelijke opdracht te houden. Zo werken we aan een nieuwe verbondenheid tussen burger en overheid. ## 9 ## We staan op tegen het onrecht van mensenhandel en verslaving We vinden het onverteerbaar dat in ons land nog steeds zoveel mensen in de greep zijn van onnoemlijk groot onrecht. We willen een overheid die opstaat tegen het kwaad en onrecht bestrijdt. We doen alles wat mogelijk is om een einde te maken aan de moderne slavernij van mensenhandel in de prostitutie. We bestrijden de georganiseerde drugscriminaliteit en de drugscultuur die geweld, uitbuiting en criminaliteit in stand houdt. Er komen strengere regels en stevige maatregelen om dit in te dammen. Het verwoestende Nederlandse gokbeleid wordt teruggedraaid en alle vormen van kansspelen worden verboden. Ons ideaal is een verslavingsvrije samenleving. ## 10 ## We komen op voor mensen in nood wereldwijd We geloven dat alle mensen op aarde naar Gods beeld zijn geschapen en dat maakt dat we verbonden zijn met het lot van mensen buiten onze landsgrenzen. Nederland blijft actief bijdragen aan vrede en recht in de wereld. We investeren in ontwikkelingssamenwerking om armoede en onrecht te bestrijden. We willen een einde aan de Middellandse zee als massagraf. Nederland is gastvrij voor vluchtelingen en doet ruimhartig zijn deel. Maar we sluiten ook de ogen niet voor de problemen met bijvoorbeeld arbeidsmigratie. We werken aan Europese oplossingen om meer grip te krijgen op migratie en te komen tot een rechtvaardig beleid. --- pdf_page: 11 --- # Hoofdstuk 1 <br> - ZORGEN VOOR ELKAAR MAAKT SAMEN STERK Goed zorgen voor elkaar is de basis van een gezonde samenleving. De ChristenUnie zet in op nieuwe verbondenheid. We willen een trendbreuk met het individualistische ieder-voor-zich. Zorgen voor elkaar maakt samen sterk. Geen mens leeft voor zichzelf alleen en we zijn verantwoordelijk voor elkaar. Daarvoor is ruimte, tijd en aandacht nodig. In dorpen, buurten en wijken waar mensen naar elkaar omzien, in het opvoeden en begeleiden van kinderen en jongeren, in burenhulp en vrijwilligerswerk, in sociale initiatieven, in hulpverlening, in de gezondheidszorg en het onderwijs. Nieuwe verbondenheid versterkt de samenleving van onderop. Verantwoordelijkheid nemen op een betekenisvolle manier, dat is wat mensen voor elkaar kunnen doen. We hebben ons als samenleving kwetsbaar gemaakt door in te zetten op loopbaan, individueel succes, en door hoge verwachtingen te koesteren van welvaart, consumptie, bezit. Maar het beste dat we elkaar hebben te geven is onze aandacht, inzet en zorg. We willen naar een maatschappij waarin het gewoon is elkaars inzet te vragen voor de gemeenschappen waarin we leven, in dorpen en steden. Samen versterken we de verbanden waarin mensen proberen maatschappelijk nuttig te zijn en iets goeds tot stand te brengen. We gaan niet tegenover elkaar staan, maar naast elkaar, hoe verschillend we ook kunnen zijn. Dat inspireert en maakt ons sterker. Zo kunnen we de maatschappelijke uitdagingen aan die voor ons liggen. Gemeenschapszin en solidariteit helpen daarbij. Wij hebben plannen voor zo'n samenleving. Er komt meer ruimte voor families en gezinnen om er te zijn voor kinderen en jongeren, voor elkaar, voor oudere familieleden. Er komen nieuwe vormen van verlof, onder meer voor mantelzorg. Wie zich als vrijwilliger wil inzetten om een vereniging of buurt vooruit te helpen, krijgt daarvoor tijd. Ouderen moeten zo lang mogelijk kunnen participeren. Zij hebben de samenleving veel te geven. De gezondheid van jongeren weegt zwaar voor ons. Voor een gezonde bevolking is preventie en goede eerstelijnszorg belangrijk. Als partij van de samenleving geeft de ChristenUnie mensen alle vrijheid zich voor die samenleving in te zetten. Het is goed dat op scholen aandacht wordt gegeven aan het welzijn van jongeren en aan burgerschap. Laat dat vooral in vrijheid gebeuren en met een stevige levensbeschouwelijke basis. ## 11 - Inzet voor de samenleving Nederland kent een sterke traditie van burgerinitiatief. In verenigingen, sociale ondernemingen, kerken en informele organisaties zetten mensen zich in voor de samenleving. We willen meer ruimte geven aan mensen die de handen ineenslaan en samen zorgdragen voor elkaar en voor hun leefomgeving. We willen niet dat gemeenschappen verkruimelen doordat niemand tijd heeft. Er komt ruimte voor coöperaties, voor vrijwilligerswerk, voor gemeenschappelijke zorg en nieuwe verbondenheid. --- pdf_page: 12 --- Huizen van Ontmoeting in de buurt. In iedere dorp of elke wijk komt een Huis van Ontmoeting. Op deze fysieke ontmoetingsplekken kunnen gemeenten een basisaanbod van activiteiten organiseren, gericht op de behoefte van burgers en met als doel verbinding en ontmoeting tussen alle wijk- of dorpsbewoners te bevorderen. Een potje schaak of hulp met de computer voor ouderen, een kinderclub op woensdagmiddag of zomaar een ontmoeting met een bakje koffie. Dit draagt bij aan onderlinge verbondenheid en de bestrijding van eenzaamheid en biedt mogelijkheden voor het combineren van zorg- en welzijnsactiviteiten. We maken tweehonderd miljoen vrij voor deze plekken van ontmoeting die bijvoorbeeld in een wijkgebouw, bibliotheek, kerk, school, sportkantine of gezamenlijke ruimte van een flatgebouw komen. Impuls voor de samenleving. We ondersteunen burgerinitiatieven, burgercoöperaties, mantelzorgondersteuning, vrijwilligers(loketten) of andere initiatieven die de verbondenheid en zorgzaamheid in de samenleving versterken. Kerken als bondgenoot bij sociale vraagstukken. Kerken en andere geloofsgemeenschappen worden erkend en gewaardeerd als volwaardige partners van de overheid. Met name diaconieën vervullen een cruciale rol en helpen mensen in situaties van eenzaamheid en armoede. Zij zijn laagdrempelig aanwezig, en doen belangrijk werk op plekken waar de overheid niet genoeg kan doen. Alle kerken staan in contact met de Minister van Eredienst, al dan niet via een koepelorganisatie. Sociaal isolement en eenzaamheid. Mensen kunnen eenzaam zijn of sociaal geïsoleerd in alle fasen van het leven. Het speelt bij alleenstaande ouderen, maar ook bij jongeren. We willen dat het Rijk doorgaat met het programma Één tegen eenzaamheid. Samen met vrijwilligersorganisaties en professionele hulpverleners moet een lokale aanpak ontstaan. Goede voorbeelden zijn inloophuizen en luisterlijnen. Ruim baan voor coöperaties. Er moet meer ruimte komen voor coöperaties. Burgers kunnen daardoor initiatieven nemen in dienst van de gemeenschap. Denk hierbij aan kinderopvang, buurtzorg, wooninitiatieven en energie-coöperaties. Er komt een uitdaagrecht voor burgers om collectieve voorzieningen op gemeentelijk niveau met coöperaties in eigen hand te nemen. Aanbestedende afdelingen bij het Rijk, provincies en gemeenten geven coöperaties en sociale ondernemingen een gelijkwaardige kans. Een tijd van je leven voor anderen. Het moet gewoon worden dat iedere Nederlander zich een korte periode van zijn leven zich inzet voor de gemeenschap. De maatschappelijke diensttijd in de bovenbouw van het onderwijs wordt verder uitgebouwd. Gedurende een periode van drie maanden werken jongeren met verschillende achtergronden samen op een plek in de samenleving. Geen dikke deken van regels. Er moet getoetst worden hoe en welke regels teruggedrongen kunnen worden om ruimte te scheppen voor verenigingen, coöperaties en andere lokale initiatieven. Gemeenschapskracht mag niet gesmoord worden in een dikke deken van regels, formulieren en controles. Geen rompslomp voor vrijwilligersorganisaties. Vrijwilligersorganisaties worden beter ondersteund in de toepassing van wet- en regelgeving, zoals de AVG en de Wet witwassen en financieren van terrorisme, zodat ze minder regeldruk ervaren en meer tijd kunnen besteden aan het vrijwilligerswerk. Help het verenigingsleven. Lokale verenigingen verlevendigen het sociale en culturele leven en brengen iets tot stand voor de gemeente. Gemeenten ontvangen meer geld om verenigingen te helpen zich verder te ontwikkelen. Vrijwilligersloket. Er komen meer vrijwilligersloketten, die in een gemeente vraag en aanbod bij elkaar brengen, mensen met elkaar verbinden, vrijwilligersplatforms onder de aandacht brengen, ideeën helpen uitwisselen en steun kunnen bieden aan vrijwilligers waar dat nodig is. --- pdf_page: 13 --- # 1.2 - Ruimte voor families en gezinnen Als je mensen vraagt wat hun leven betekenis geeft, wat het écht de moeite waard maakt, wat geluk geeft, dan zijn het de relaties met hun naasten. Een familie is de eerste basis waar gezorgd wordt voor jong en oud. De betekenis ervan kan niet worden overschat. Gezinnen moeten echter niet voortdurend onder druk staan doordat de zorg om inkomen en werk alle aandacht opslokt. Kinderen opvoeden en jongeren begeleiden naar volwassenheid vraagt veel aandacht, liefde en zorg. Opgroeien in een breed steunende omgeving, waarin ook buurt en school goed meewerken, geeft kinderen een stevige basis voor het leven. Ontwikkel gericht familie- en gezinsbeleid. Het is nodig dat er gericht familie- en gezinsbeleid wordt ontwikkeld. Op dit moment is dit een verwaarloosd beleidsterrein. De ChristenUnie wil dat er samenhang komt in visie en beleid op wat de eerste leefomgeving is voor de meeste mensen. In een nota gezinsbeleid wordt beleid gemaakt om de positie van families te ondersteunen. Gezinsbeleid moet weer expliciet onderdeel zijn van een ministersportefeuille. Een minister wordt expliciet verantwoordelijk voor het realiseren van samenhangend gezinsbeleid. Er komt een jaarlijkse 'Staat van het gezin' waarin wordt gemonitord hoe gebruik wordt gemaakt van kind- en verlofregelingen, kinderopvang, het aanbod van de centra voor Jeugd en Gezin en dergelijke. Geef elk kind een goede start. De eerste 1000 dagen zijn van cruciaal belang voor de toekomst van een kind. Daarom wordt in iedere gemeente het actieprogramma Kansrijke Start aangeboden. Elke ouder kan worden ondersteund door dit programma. In het aanbod wordt ook verbinding gelegd met de aanpak (en signalering) van armoede en schulden. Organiseer goede geboortezorg. Nieuw leven is welkom in onze samenleving. We hechten aan de kraamzorg zoals die altijd heeft bestaan. Een goede start maakt veel verschil. Bij geboortezorg wordt bij gezinnen waar het niet zo goed gaat gewerkt met een vaste hulpverlener, die de situatie van het gezin goed kent. Kinderopvang. Het kinderopvangstelsel moet worden herzien. Het huidige systeem met kinderopvangtoeslag zorgt voor veel problemen en onwenselijk hoge terugvorderingen. Wij willen dat ouders zelf kunnen kiezen hoe zij arbeid en zorg combineren in het huishouden. Daarvoor is een eerlijk belastingstelsel en kwalitatief goede en betaalbare kinderopvang noodzakelijk. Er is veel geld beschikbaar om het stelsel van kinderopvang te hervormen en het voor werkende ouders goedkoper te maken. Gezien de uitvoeringdiscussies en personeelstekorten in de sector is het nog zoeken naar de manier die daadwerkelijk voor alle ouders eerlijk uitpakt. Bij de verdere uitwerking staan voor de ChristenUnie dan ook een aantal uitgangspunten centraal. De keuzevrijheid van ouders staat voorop. We voeren de hervorming zo door dat de kinderopvang een goede voorziening wordt voor alle kinderen. Samen spelen en leren op de kinderopvang heeft (bewezen) positieve effecten voor met name kinderen tussen 2 en 4 jaar. Het stelsel zou zo vormgegeven kunnen worden dat (als eerste stap) de kinderopvang juist voor deze groep voor twee dagen een algemeen toegankelijke voorziening wordt. Prijsregulering kinderopvang. Een winstoogmerk is gezien de grote maatschappelijke functie van kinderopvang en financiering met veel gemeenschapsgeld niet gepast. Alle kinderopvangorganisaties worden daarom non-profit. Dit betekent ook een einde van private equity partijen (externe investeringsmaatschappijen met winstoogmerk) in de kinderopvang. Gastouderopvang is gelijkwaardig. Gastouderopvang is van grote waarde, zeker voor ouders met een beroep met onregelmatige roosters. De gastouderopvang als vorm van kinderopvang is, ook bij de herziening van het kinderopvangstelsel, gelijkwaardig aan professioneel georganiseerde kinderopvang. --- pdf_page: 14 --- Dring de invloed van sociale media op onze kinderen terug. Veelvuldig gebruik van sociale media heeft een negatieve invloed op het mentale welzijn van kinderen. Techreuzen zijn financieel gebaat bij verslaafde kinderen die vasthaken aan hun product. Er komt een breed onderzoek naar de impact van sociale media en games, en naar de haalbaarheid en effectiviteit van mogelijke maatregelen. Sociale media worden in ieder geval verplicht hun producten minder verslavend te maken. De Code voor Kinderrechten is het uitgangspunt bij digitale diensten voor kinderen. Zet in op gezonde relaties tussen ouders (ook als zij gescheiden zijn). Kinderen en partners bloeien op in een liefdevolle relatie. Om ouders te ondersteunen komt er een aanbod van een zwangerschaps- en opvoedcursus. Verdrietig genoeg zijn er veel echtscheidingen met grote gevolgen voor kinderen. Jeugdhulp richt zich op de gevolgen hiervan voor kinderen. Maar er is meer nodig om tot heling te komen en breuken te voorkomen. Ouders krijgen hulp, advies of begeleiding om relaties te herstellen en problemen te voorkomen. Voorkom vechtscheidingen. Elk jaar zijn maar liefst 60.000 kinderen betrokken bij een vechtscheiding met alle verdrietige gevolgen die er bij horen. Problemen bij een scheiding horen niet op kinderen te worden afgewenteld. Ouders blijven ook dan verantwoordelijk voor het welzijn van kinderen en worden daarop gewezen. Als de scheiding toch complex wordt, is een de-escalerende aanpak nodig. Succesvolle pilots met een gezinsvertegenwoordiger of gezinsadvocaat worden standaard ingezet. Zondag als rust- en familiedag. In de huidige gejaagde tijd blijven wij aandacht vragen voor het belang van rust. Vrije dagen krijgen waarde als je die samen met anderen kunt doorbrengen. Er is een grote behoefte aan deze ontmoeting en ontspanning. De zondag is de dag met ruimte voor kerkgang, familie en ontspanning, en is geen reguliere werkdag. Voor christenen heeft de zondag vanouds extra waarde als dag van rust, viering en bezinning. Ga voor een gezinsvriendelijk belastingstelsel. Bij de herziening van het belastingstelsel worden gezinnen fiscaal rechtvaardiger behandeld. Het belastingstelsel moet het bestaan van gezinnen ondersteunen. Zet het belang van het kind voorop. Het belang van kinderen staat voorop bij wetgeving rond ouderschap en ouderlijk gezag. Biologisch ouderschap staat daarbij als regel centraal. Dit betekent onder andere dat donor- en adoptiekinderen het recht hebben om hun afkomst te kennen. De ervaringen van donor- en adoptiekinderen onderstrepen het belang van de beschikbaarheid van betrouwbare informatie over de biologische ouders en genetische verwantschap. Er komt een Register Ontstaansgeschiedenis, waarin ook het register van donorkinderen wordt ondergebracht. Er wordt daarnaast ingezet op Europese afspraken over een maximum aantal donaties per donor. Er komt een herbezinning op de keuze om na het rapport van de Commissie Joustra interlandelijke adoptie voor bepaalde landen weer toe te staan. Het kabinet erkent het leed dat veel adoptiekinderen in ons land voelen alsook het leed van biologische ouders wanneer het afstaan van hun kind ter adoptie ongewild was. Geen wettelijke regeling voor meerouderschap of meeroudergezag. Een regeling staat haaks op het centraal stellen van biologisch ouderschap, is in de uitvoering te complex en leidt tot een groter conflictpotentieel rond kinderen. Regeling deelgezag voor samengestelde gezinnen. Deelgezag biedt een oplossing voor samengestelde en (pleeg)gezinnen, waarbij de zorg en opvoeding de verantwoordelijkheid is van meer dan twee ouders. De mogelijkheid om deelgezag te krijgen, komt tegemoet aan het belang van zowel het kind als de verzorgende ouder, en geeft duidelijkheid over verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Het deelgezag beperkt zich tot beslissingen rond de dagelijkse gang van zaken. Geen regeling rond draagmoederschap. De ChristenUnie heeft grote bezwaren tegen het reguleren van draagmoederschap waarbij het kind genetisch slechts gedeeltelijk of in het --- pdf_page: 15 --- geheel niet met de ouders verwant is. Nederland heeft de afgelopen 30 jaar een consistent ontmoedigingsbeleid gevoerd rond draagmoederschap. De ChristenUnie ziet geen reden om daar verandering in te brengen. Er komt een verbod op internationaal draagmoederschap. # Een samenhangend verlofstelsel We zorgen allemaal voor elkaar, voor kinderen, voor ouders of de buren. Door de vergrijzing wordt de noodzaak om voor elkaar te zorgen steeds groter. Iedereen krijgt vroeg of laat te maken met mantelzorg. De overheid moet belemmeringen wegnemen om dit ook echt te doen. Er komt een samenhangend stelsel van verloven om mensen in staat te stellen er voor elkaar te zijn bij cruciale momenten van het leven. Zorgen voor elkaar moet passen binnen het dagelijks leven, naast andere taken zoals opvoeding van kinderen, studie, werk en het sociale leven. Een mantelzorgakkoord. Mantelzorg wordt voortaan gezien als een normale vorm van zorg. In een nieuw mantelzorgzorgakkoord bieden werkgevers en werknemers ruimte voor mantelzorg. De overheid pakt beperkende wet- en regelgeving aan zodat er een samenhangende aanpak ontstaat. Meer en aantrekkelijker verlofmogelijkheden. In lijn met het advies van de SER wordt toegewerkt naar één maatschappelijke verlofregeling. Tot die tijd zetten we in op verruiming en verhoging van het gebruik van bestaande verlofregelingen. Een echt mantelzorgverlof. Er komt een langduriger betaald mantelzorgverlof. Mantelzorgers kunnen twee maanden mantelzorgverlof (verspreid) opnemen. De maximale uitkering is $70 \%$ van het loon, vergoed door het Rijk. Werkgevers worden gestimuleerd om dit percentage aan te vullen. Langer ouderschapsverlof. Het ouderschapsverlof wordt uitgebreid. Dit verlof kan worden gebruikt om meer tijd te hebben voor kinderen tot en met 12 jaar. De uitkering bedraagt tenminste het minimumloon. Voer rouwverlof in. Bij de verdrietige omstandigheid van het verlies van een dierbare, krijgt iedere werknemer tijd en ruimte om te rouwen en te zorgen. Hiervoor komt een week rouwverlof. Mantelzorgers krijgen een volwaardige plek in de zorg. Uit onderzoek en ervaring in de kinderen IC-zorg is gebleken dat actieve inzet van familie bij de zorg van naasten een positieve bijdrage levert aan de kwaliteit van zorg. Mantelzorgers krijgen de mogelijkheid om toegerust te worden voor hun verantwoordelijkheden. Zorgprofessionals leren hoe zij gelijkwaardig samen kunnen werken met mantelzorgers. Steunpunt mantelzorg. De individuele ondersteuning van mantelzorgers wordt verstevigd. In elke gemeente is of komt een steunpunt Mantelzorg dat mantelzorgers op weg helpt bij geldzaken, vervangende zorg, wonen, werk, wet- en regelgeving of doorverwijst naar de landelijke Mantelzorglijn. Verbeter de respijtzorg. Eenvoudig beschikbare respijtzorg op maat is belangrijk om te voorkomen dat mantelzorgers overbelast raken. Gemeenten en zorgaanbieders investeren in een verbetering van de verschillende vormen van respijtzorg (zoals dagbesteding of logeerzorg) zodat die op maat en eenvoudig beschikbaar zijn. Onderwijs en mantelzorg. Voor jongeren die mantelzorg verlenen aan hun ouders, moeten onderwijsinstellingen gericht beleid ontwikkelen, vergelijkbaar met het beleid voor leerlingen die school combineren met topsport. Vast contactpersoon voor nabestaanden. Nabestaanden moeten met veel verschillende overheidsinstanties zaken regelen, om een overlijden bekend te maken. Er komt een servicegericht loket voor zowel de Rijksoverheid als gemeenten, waar zaken geregeld worden en advies kan worden gevraagd, via een vast contactpersoon. --- pdf_page: 16 --- Creëer tijd om te zorgen voor elkaar. Wereldwijd maar ook in Nederland zijn er werkgevers die inzetten op een betere balans tussen betaald werk, (mantel)zorg, en privé. Met een maatschappelijke beweging naar een 4-daagse werkweek is er voor iedere Nederlander de tijd om te werken en de ruimte om te zorgen. Als ChristenUnie willen we stimuleren en onderzoeken of de wereldwijd aangetoonde positieve effecten van een betere balans tussen werken en zorg ook in Nederland mogelijk zijn. # Ademruimte en goede zorg voor jongeren De druk in onze samenleving is vaak hoog, ook voor kinderen en jongeren. Onder invloed van de prestatiecultuur en sociale media lijkt alles goed en snel te moeten. In veel situaties is de boodschap dat afwijken van de norm niet oké is. Zo leggen we elkaar en vooral kinderen en jongeren veel lasten op. En als het even niet gaat, kijken we al gauw naar professionele hulp. De vraag naar jeugdhulp neemt al jaren steeds verder toe. Dat is geen goed teken. Vragen en twijfels horen bij opgroeien en opvoeden. Laten we ook gewoon vertrouwen hebben in ouders en in de kracht van de samenleving zelf. In plaats van professionele hulp in te schakelen, kunnen we veel meer voor elkaar betekenen dan we nu doen. Er spelen bovendien vaak andere vragen in en rond een gezin, bijvoorbeeld bij relatieproblemen, schulden of gebrek aan een netwerk. Dan is jeugdzorg niet altijd de oplossing, maar is er andere hulp nodig. Met het recente akkoord over hervorming van de jeugdzorg is een goede beweging in gang gezet. Maar we zijn er nog lang niet. En intussen moeten we vooral ook met elkaar in gesprek over de samenleving die we willen zijn, en hoe we onze kinderen en jongeren rust en ruimte kunnen bieden en een omgeving om te bloeien. Voer het gesprek over mentale gezondheid en prestatiedruk. Mentale gezondheid van jonge mensen is een verantwoordelijkheid van ons allemaal. Dit vraagt een cultuuromslag. Je bent niet goed om wat je presteert, wat je hebt, wie je vrienden zijn, je bent goed omdat ieder mens van waarde is. We maken daarom werk van de maatschappelijke dialoog over de prestatiemaatschappij en over opvoeden en opgroeien in deze maatschappij. Dit vraagt om een gesprek met de hele samenleving: jongeren, ouders, onderwijs, zorg, sport- en vrijwilligersorganisaties, enzovoort. Verbeter snel de jeugdzorg. De Hervormingsagenda, die samen met het veld is opgesteld en breed gesteund wordt, is de komende jaren leidend voor het verbeteren van de jeugdzorg. Wij willen dat er snel een betere afbakening komt van wat er wel en niet onder jeugdhulp valt. In sommige gevallen moet de jeugdzorg zich misschien juist terugtrekken om ruimte te geven aan gemeenschappen. Dit vergt keuzes welke behandelingen wel en niet onder de Jeugdwet vallen. We organiseren de jeugdhulp beter door slimmere regionale (en waar nodig landelijke) inkoop en minder papierwerk. Daardoor wordt juist de specialistische jeugdhulp beter beschikbaar, zodat jongeren met bijvoorbeeld suïcidale gedachten, trauma of een eetstoornis sneller geholpen worden. Zorg voor stabiele financiering. Gemeenten moeten de financiële middelen krijgen die ze nodig hebben voor passende inzet van jeugdhulp. We schrappen de besparing van 511 miljoen die nu nog in de boeken staat. We maken snel werk van het ontwikkelen van een nieuw financieringsmodel, in lijn met de gemaakte afspraken. De ChristenUnie is tegen de invoering van een eigen bijdrage in de jeugdzorg. Verbeter gezinshulpverlening. Jongeren groeien op in gezinnen. Er moet meer aandacht komen voor manieren om hulp te verlenen aan het gezin als geheel. Dit doorbreekt een benadering die alleen op het individu is gericht en niet op het leefverband als geheel. Als jeugdhulp ingezet wordt, bekijkt de overheid eerst of er sprake is van problemen rond bestaanszekerheid of in de relationele sfeer. Die moeten dan eerst aangepakt worden. Zorg voor verbinding met lokale voorzieningen. Wij willen de zorg voor jongeren meer vanuit het collectief benaderen. Het opvoeden en opgroeien van jongeren is een gezamenlijke --- pdf_page: 17 --- verantwoordelijkheid. Door ruimte te geven en samenwerking te stimuleren tussen lokale basisvoorzieningen zoals sportclubs, scholen, jeugdgezondheidszorg en jongerenwerk, kunnen zij kennis en expertise delen en een stevige pedagogische basis vormen voor kinderen en jongeren. Individuele hulp en indicaties zijn dan minder vaak nodig. De lokale teams krijgen een actieve, samenbindende rol als spin in het web. Niet alleen bij individuele hulpvragen, maar juist ook op collectief niveau om te bouwen aan een verbonden samenleving. Verminder het aantal uithuisplaatsingen van kinderen en jongeren. Uithuisplaatsing moet echt een laatste optie zijn. Het heeft de voorkeur om samen met de jongere en de ouders op te trekken om de veiligheid binnen het gezin te herstellen. Voorbeelden als de JIM (Jouw Ingebrachte Mentor) en de Eigen Kracht Conferentie tonen aan dat het bieden van ruimte aan informele zorg van grote meerwaarde kan zijn voor gezinnen en de behoefte aan formele zorg kan terugdringen. Daarom willen we vaker het eigen netwerk of buurtnetwerken inzetten, door middel van bijvoorbeeld een familiegroepsplan en steungezinnen. Investeer in pleegzorg en gezinshuizen. Als uithuisplaatsing toch onvermijdelijk is en kinderen niet binnen de eigen familie(netwerken) kunnen opgroeien, willen we dat ze zo veel mogelijk in een gezinssetting terecht komen. We steunen daarom het belangrijke werk van pleeggezinnen en gezinshuizen en geven hen ondersteuning om het vol te houden, bijvoorbeeld door het bieden van respijtzorg en weekendzorg en door het terugdringen van bureaucratie. Respecteer en waardeer familierelaties. Er moet een wet komen die vastlegt dat hulpverleners gezinsrelaties dienen te respecteren, waarderen, herstellen en bevorderen. Dat betekent bijvoorbeeld dat broers en zussen bij een uithuisplaatsing waar mogelijk bij elkaar blijven. Juist in situaties waarin fysieke afstand ontstaat, is het van groot belang dat hulpverleners investeren in de gezinsrelaties. Bouw gesloten jeugdhulp af. Gesloten jeugdzorg en isoleercellen willen we snel en zorgvuldig afbouwen. In plaats daarvan zetten we in op kleinschalige woonvormen waar jongeren passende hulp krijgen, ook als dat geld kost. We willen landelijke regie op de afbouw van gesloten jeugdzorg, zodat er voldoende plekken en expertise beschikbaar blijven. We erkennen dat een vorm van geslotenheid soms noodzakelijk kan zijn om jongeren te beschermen. Zorg voor een goede overgang naar zelfstandigheid. Gemeenten krijgen een wettelijke verplichting om jongeren die uitstromen uit de jeugdzorg passende ondersteuning en huisvesting te bieden. Er moet voor en met elke jongere in de jeugdzorg tijdig een perspectiefplan worden gemaakt. Langere jeugdhulp is daarbij niet per se de oplossing. Om door te kunnen groeien naar een zelfstandige plek in de maatschappij hebben zij vaak meer aan begeleiding bij praktische zaken en hulp bij het vinden van woonruimte en werk. Schakel bedrijven in om jongeren perspectief te bieden. Voor sommige jongeren helpt het als ze de kans krijgen om aan het werk te gaan; ze bloeien op als ze mee mogen doen, ook als ze nog geen diploma hebben. Bedrijven worden gestimuleerd om jongeren in dienst te nemen en hen structuur en perspectief te bieden, zodat jongeren hun talenten kunnen benutten. # Waardig ouder worden Nederlanders worden steeds ouder en blijven tot op hoge leeftijd vitaal. Ouderen zijn vaak nog lange tijd actief als vrijwilliger, actieve buur, mantelzorger, maatje of als grootouder. Hun kennis, ervaringen en inzet zijn belangrijk voor ons land. De vergrijzing is daarmee ook een kans. Er is een groep mensen die tijd heeft om te investeren in het sociale weefsel van ons land. Inzet die cruciaal is voor een zorgzame samenleving. Allereerst doen we dus een beroep op ouderen, om hun kennis en ervaring actief in te zetten. Tegelijkertijd is de vergrijzing ook spannend. Er wordt van onze samenleving het maximale gevraagd om voor elkaar te zorgen. Hoe zorgen we ervoor dat ouderen die het niet allemaal --- pdf_page: 18 --- zelfstandig meer lukken, de warme zorg en aandacht blijven krijgen die ze verdienen? Hiervoor is een andere manier van denken nodig vanuit verbondenheid. We willen verbindingen en ontmoeting in de samenleving bevorderen: in zorginstellingen, buurthuizen, kerken en onderwijsinstellingen. En we willen ouderen ook helpen om zich tijdig voor te bereiden op vragen over hun oude dag. Lokale ouderenzorg. Elke gemeente maakt een plan voor gemeentelijk ouderenbeleid. Hierin maakt de gemeente met zorg- en welzijnsorganisaties, kerken, woningcorporaties en andere religieuze instellingen en (sport)verenigingen, afspraken over bijvoorbeeld huisvesting, hoe ouderen ertoe kunnen doen, bestrijding van eenzaamheid en de invulling van zorg en ondersteuning. Deze afspraken gaan ook over gezamenlijk financieren van zorg. Per wijk is er één herkenbaar en aanspreekbaar wijkverpleegkundig team. Bouw veel en voldoende ouderenwoningen. De opgave voor passende, waaronder dementievriendelijke, woningen voor senioren is groot. Er zijn nieuwe woonvormen en veel nieuwe woningen nodig. De ontwikkeling van deze woonvormen en woningen zijn vast onderdeel van de prestatieafspraken met woningcorporaties. Zorgzame buurten en wijken maken we samen met gemeenten, bewoners, zorg- en welzijnsorganisaties en woningcorporaties. Voor het ontwikkelen van die zorgzame buurten en wijken stelt het Rijk een ontwikkelsubsidie beschikbaar bij voorkeur met zorgverzekeraars, pensioenfondsen en andere financiers. Goede verpleeghuiszorg. Ook met de nadruk op gemeenschappelijke woonvormen en het thuis krijgen van zorg, zijn er de komende 20 jaar meer structurele verpleeghuisplekken nodig. We investeren 360 miljoen in extra verpleeghuisplekken en verbeterde verpleeghuiszorg. Preventieve ouderenzorg. Gemeenten, zorgverzekeraars en zorgkantoren betalen gezamenlijk mee aan het voorkomen van zorg, bijvoorbeeld door valpreventie, welzijn op recept en een ruim lokaal aanbod aan activiteiten gericht op zingeving, sociale betrokkenheid en vitaliteit. Maak de financiering van zorg eenvoudiger. Regels en onduidelijkheid over geld staan nu te vaak in de weg van goede zorg aan ouderen. Wijkverpleegkundigen krijgen daarom een vast bedrag per cliënt en worden niet meer afgerekend op aantal uren of minuten. Er komen in elke regio heldere afspraken over financiering van zorg die op het grensvlak van wetten ligt. Voor de verpleeghuizen willen we de indicatiestelling voor het verpleeghuis beperken tot enkel het toegangsrecht voor het verpleeghuis. De verpleeghuiszorg wordt vervolgens ook anders gefinancierd, bijvoorbeeld op basis van populatie of beschikbaarheid. Een goede omgang met dementie. Ouderen met dementie moeten onderdeel blijven van de samenleving en niet apart worden 'weggestopt'. Daarom verbeteren en vereenvoudigen we dementiezorg vanuit de gedachte van de Sociale Benadering Dementie. Hiervoor zijn dementievriendelijke wijken met ontmoetingsplekken noodzakelijk en komt er betere ondersteuning van casemanagers dementie. Wettelijk recht op geestelijke verzorging. Geestelijke verzorging wordt samen met de structurele bekostiging wettelijk vastgelegd zodat zingevingsvraagstukken een vaste plaats krijgen in onze samenleving. Geestelijk verzorgers en andere experts worden zo gestimuleerd om de kennis en expertise rondom levens(einde)vraagstukken breder te delen. Daarmee vergroten we de veerkracht van de samenleving. Er is specifiek aandacht voor uitwisseling van kennis en expertise vanuit onze aanwezige culturele rijkdom en diversiteit in migrantenkerken. # Meedoen met een beperking Ons land heeft veel stappen gezet om het VN-verdrag over de rechten van mensen met een beperking te implementeren, maar we hebben nog een lange weg te gaan om voor volwaardige participatie te zorgen. Op het gebied van huisvesting, onderwijs, werk, openbaar vervoer, openbare --- pdf_page: 19 --- ruimtes en digitalisering zijn nog veel uitdagingen te overwinnen. De ChristenUnie wil dat we stap voor stap werken aan een samenleving waarin iedereen, van jongs af aan kan meedoen. Kinderen en volwassenen met een beperking moeten letterlijk zichtbaar zijn voor leeftijdsgenootjes en andere volwassenen. Deze verandering begint met samen spelen en samen leren. Implementatie VN-Verdrag. We maken werk van de volledige implementatie van het VN-verdrag Handicap, samen met de mensen om wie dit gaat. We ratificeren zo snel mogelijk het facultatieve protocol van het VN-verdrag Handicap. Open speeltuinen. Negen van de tien speelplekken zijn onvoldoende toegankelijk voor kinderen met een beperking. Wij willen dat er vanaf 2026 in elke gemeente minimaal één samenspeelplek is waar alle kinderen welkom zijn en kunnen spelen. Zorg dat kinderopvang inclusief is. Kinderen leren van elkaar en omgaan met verschil door meer inclusieve kinderopvang. Dit betekent dat kinderopvang zo veel als mogelijk toegankelijk moet zijn voor kinderen met een beperking. Toegankelijke overheidscommunicatie. Overheidscommunicatie is eenvoudig, voorzien van infographics en zo nodig meertalig. In lijn met het VN-verdrag voor personen met een beperking horen hier ook gebarentaal, ondertiteling en andere aanwijzingen voor communicatie bij. Toegankelijke publieke gebouwen. Publieke gebouwen en ruimten moeten toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Aan dit uitganspunt wordt overal voldaan. Sporten met beperking. Iedereen verdient de kans te bewegen en te werken aan gezondheid, dus ook mensen met een beperking. Waar nodig wordt de fysieke toegankelijkheid van accommodaties aangepast voor de gehandicaptensport. Toegankelijk openbaar vervoer. De maatregelen uit het bestuursakkoord voor toegankelijk openbaar vervoer worden versneld en voor 2030 uitgevoerd. # 1.3. Goede zorg Zorg voor kinderen, zieken en stervenden was eeuwenlang in de eerste plaats een taak voor families en gemeenschappen. De inrichting van de verzorgingsstaat en de kwaliteitsverbetering van professionele zorg is een zegen geweest voor de publieke gezondheid. Maar dit vervangt niet de zorg die we elkaar kunnen geven. Zorgen voor elkaar in de eigen leefomgeving is de meest warme en betekenisvolle zorg. Daarvoor wil de ChristenUnie alle ruimte geven. In de afgelopen periode hebben zorgorganisaties en andere partijen uit het veld belangrijke akkoorden gesloten met de overheid. De ChristenUnie steunt de gemaakte afspraken. Maar er is meer nodig. Er zijn rigoureuze voorstellen nodig om de zorg te verbeteren en de markt terug te dringen. Het zorgstelsel moet beter aansluiten bij de veerkracht van de samenleving. Met goede zorg zo dicht mogelijk bij mensen, en als aanvulling op wat mensen voor elkaar kunnen betekenen. Bijzondere aandacht heeft de ChristenUnie voor het kwetsbare leven, ook het ongeboren leven. Technologische ontwikkelingen die kunnen helpen om mensen te genezen juichen we toe maar niet ten koste van alles. ## Een gezonde leefstijl Het maakt in Nederland uit waar je wieg staat. Er zijn grote verschillen in gezondheid en levensverwachting. Een gezonde leefstijl kan jaren van iemands leven schelen, tegelijkertijd is gezondheid niet maakbaar. Er zijn factoren waar mensen geen invloed op hebben, zoals een vervuilde omgeving of (chronische) ziekte. Er zijn ook factoren die mensen zelf kunnen oppakken, zoals goed bewegen en verstandig alcoholgebruik. De ChristenUnie wil iedereen de kans geven op een zo gezond mogelijk leven. Dat doen we door gezonde keuzes makkelijker en normaler te maken en door sporten toegankelijk te maken voor jong en oud. --- pdf_page: 20 --- Leg de preventieplicht vast in de wet. Preventie wordt onderdeel van de wettelijke (zorg)plicht van zorgverzekeraars en gemeenten. In plaats van ziekte wordt een zo gezond mogelijk leven het uitgangspunt. Nationale preventieakkoord doorzetten. We breiden het in 2018 gesloten Nationaal Preventieakkoord uit, onder meer naar drugsgebruik en houden vast aan de preventiedoelen voor 2040. Er komt ook structureel geld voor preventiebeleid. Sporten is de leukste manier om gezond te leven. Bij sporten staat plezier voorop. We willen dat gemeenten én het Rijk vooral kiezen voor breedtesport, waar iedereen aan kan meedoen. Sport in de wet. Gelet op het maatschappelijk belang van sport en de publieke effecten van sport, komt er een sportwet. In deze wet zullen de rollen tussen de verschillende overheidslagen en het verenigingsleven onderscheiden worden. Met deze wet wordt voor de overheid de plicht vastgelegd om sporten en bewegen te kunnen faciliteren. Bewegen en spelen in openbare ruimte. In de openbare ruimte -zowel in dorpen en steden als in de natuur- moeten plaatsen zijn voor bewegen en ontmoeten voor alle leeftijden. Zwemles voor ieder kind. Schoolzwemmen wordt een basisvoorziening voor ieder kind. Zwemmen is een basisvaardigheid, en net als gym, een mogelijkheid voor extra beweging. Maak gezonde producten goedkoper en ongezonde duurder. Het wordt makkelijker en goedkoper om voor gezond eten en drinken te kiezen, dan voor ongezonde producten. Dit doen we door de btw op groente en fruit te verlagen naar $0 \%$ en door het invoeren van een suikertaks. Écht kiezen voor een rookvrije generatie. Roken verwoest de gezondheid van vele Nederlanders en is verslavend. We willen roken stap voor stap uitbannen. Nederland volgt het voorbeeld van Nieuw-Zeeland en verhoogt jaarlijks de leeftijdsgrens voor de aankoop van tabaksproducten. We starten in 2025 met 21 jaar. Daarna stijgt de verkoopleeftijd jaarlijks totdat uiteindelijk niemand meer tabak kan kopen. Als onderdeel hiervan wordt tabak in 2030 alleen nog in speciaalzaken verkocht, trekken we voor alle vormen van tabak de accijns gelijk en verhogen we die jaarlijks met €1,- bovenop de inflatie. We heffen ook accijns op e-sigaretten en soortgelijke producten en maken alle terrassen voor de zomer van 2025 rookvrij. Gemeenten krijgen de mogelijkheid om de vestiging van nieuwe tabaksspeciaalzaken te verbieden. Producenten en importeurs van nicotineproducten moeten verplicht een percentage van hun winst in een fonds te storten. Dit geld gebruiken we om nicotinegebruik tegen te gaan. Deze maatregelen gelden ook voor e-sigaretten. Pak overgewicht aan. We willen overgewicht bij jongeren behandelen en het liefst voorkomen. Daarom voert elke gemeente uiterlijk in 2030 de aanpak Jongeren Op Gezond Gewicht in. Om ook de omgeving van jongeren gezonder te maken krijgen gemeenten de wettelijke mogelijkheid om vestiging van nieuwe fastfoodverkooppunten tegen te gaan. Ook wordt reclame gericht op kinderen alleen nog toegestaan voor producten uit de Schijf van Vijf. Dring normalisering alcoholgebruik terug. We willen dat alcohol minder zichtbaar, minder goed beschikbaar en duurder wordt. Er komen minimumprijzen per eenheid alcohol en de accijns op alcohol wordt gecorrigeerd voor de inflatie. Er komt een verbod voor fysieke en digitale alcoholreclame. Mengformules en blurring in het aanbod van detailhandel - denk aan het aanbieden van alcohol bij de kapper - blijft verboden. We scherpen de leeftijdscontrole bij online alcoholverkoop aan en maken het niet meer mogelijk om alcohol via 'buy now pay later' op de pof te kopen. Voer een leeftijdsgrens in voor energiedrankjes. Een hoge consumptie van energiedrankjes kan leiden tot bijvoorbeeld hartritmestoornissen en slaapproblemen. Er komt daarom een leeftijdsgrens van 18 jaar voor het kopen van energie-dranken. Geld naar verslavingspreventie. Verslavingspreventie moet niet alleen op tabak en alcohol gericht zijn, maar ook op drugs en gokken. Er komt structureel geld voor bewezen effectieve vormen van preventie. --- pdf_page: 21 --- Voorkomen en behandelen van verslaving. Er komt structureel geld voor verslavingspreventie die bewezen effectief is. Verder willen we de bekendheid van verslavingszorg vergroten, zodat meer mensen de weg naar verslavingszorg vinden. Verslavingszorg- en preventie is breed en gericht op tabak, alcohol, drugs, maar ook op gedragsverslavingen zoals game- of gokverslaving. # Wat we aan zorg doen in de buurt Het is belangrijk om thuis goede hulp en ondersteuning te krijgen. Zorg dichtbij mensen. Een huisarts die zijn patiënten kent, betrokken is en goed helpt of verwijst. De wijkverpleegkundige die elke dag langskomt en naast de zorgtaken ook tijd heeft voor een praatje. Gehandicaptenzorginstellingen die onderdeel zijn en worden van de samenleving, met kleinschalige voorzieningen in de wijk. Geestelijke gezondheidszorg die herstel bevordert en de mentale veerkracht van mensen versterkt. De ChristenUnie zet zich in voor goede en toegankelijke zorg die is ingebed in de samenleving. Tijd voor de huisarts. De ChristenUnie investeert 200 miljoen om ervoor te zorgen dat de huisartsenzorg blijft zoals het bedoeld is: dichtbij en toegankelijk. Mensen gaan met allerlei problemen naar de huisarts. Meer tijd voor de patiënt bij de huisarts levert betere zorg op en voorkomt meer specialistische zorg. Het extra geld kan worden gebruikt om huisartsenpraktijken te ontlasten met administratieve en financiële ondersteuning door regionale huisartsenorganisaties zodat er meer tijd is voor patiëntcontact. Een einde aan marktwerking in de huisartsensector. De huisarts in de buurt of wijk die patiënten kent, goede zorg verleent en onnodige zorg voorkomt. Dat is het ideaal van de ChristenUnie. Maar, de huisartsenzorg staat onder druk. Private equity partijen (investeringsmaatschappijen met winstoogmerk) staan op het punt een groot deel van de huisartsenzorg over te nemen. Met verslechterde arts-patiëntrelatie en stijgende zorgkosten tot gevolg. Private equity heeft geen plaats in de zorg. We maken er prioriteit van de overnames van huisartsen door investeringsmaatschappijen te stoppen. We beperken de winstuitkering tot het gebruikelijk loon voor eigenaren. Pak het huisartsentekort aan. Steeds vaker is er geen huisarts beschikbaar als je net bent verhuisd. Dat kan niet. Daarom hebben we meer huisartsen nodig. Er moet structureel meer aandacht komen voor het beroep van huisarts en andere artsenberoepen buiten het ziekenhuis zodat meer studenten hiervoor kiezen. Ook maken we het herregistratiesysteem voor artsen eenvoudiger en wordt het makkelijker voor artsen om zich om te scholen tot huisarts. Tandarts in het basispakket. Het basispakket wordt uitgebreid met de tandarts. Veel mensen mijden de tandarts uit angst voor een hoge rekening. Met mogelijk grotere gevolgen op de lange termijn. Daarom breiden we het basispakket uit met preventieve behandelingen, periodieke controle en het herstellen van gaatjes. Investeer in de kwaliteit van gehandicaptenzorg. We investeren in de kwaliteit en beschikbaarheid van personeel en voorzieningen in de gehandicaptenzorg. Met in het bijzonder aandacht voor woon- en zorgplekken voor verstandelijk gehandicapten met een complexe zorgvraag. Passende zorg met het pgb. Het persoonsgebonden budget (pgb) blijft in stand, omdat het een mooi middel is om met eigen regie en op basis van vertrouwen passende zorg te realiseren. Om het pgb op lange termijn te behouden is het nodig om misbruik van dit instrument te voorkomen en op te sporen. Goede cliëntondersteuning. Teveel mensen hebben moeite om de juiste zorg en ondersteuning te vinden. Daarom is het nodig dat in iedere gemeente goed vindbare en onafhankelijke cliëntondersteuning aanwezig is. Huishoudelijke hulp alleen voor wie dat echt nodig heeft. Huishoudelijke hulp blijft via de Wmo toegankelijk, maar alleen voor mensen die hier een sociaal-medische indicatie voor hebben en dit niet zelf kunnen betalen. --- pdf_page: 22 --- Toekomst voor beschermd wonen. Aanbieders en gemeenten worden voldoende ondersteund bij de veranderingen in het stelsel van beschermd wonen, ook financieel. We willen dat mensen met ernstig psychische ziektes ook passende woonzorg wordt aangeboden wanneer dat niet in de eigen gemeente beschikbaar is. Zorg voor vrouwen. Er is meer aandacht nodig voor medische behandelingen gericht op vrouwen, geënt op de werking van het vrouwelijk lichaam. Het mag niet voorkomen dat symptomen bij vrouwen niet herkend worden. Brede financiering van zorg en welzijn. Zorg voor mensen is bij uitstek iets dat plaatsvindt in een breder perspectief dan binnen de hekjes van één wet. De mens bestaat niet uit verschillende onderdelen maar is één geheel. We willen dat het makkelijker wordt om budgetten in de zorg samen te voegen en te gebruiken voor het bevorderen van een gezonde leefstijl, welzijn en positieve gezondheid en geven ruimte aan initiatieven die dit doen. Gebruik slimme technologie. Slimme technologie die bewezen goed werkt in de thuissituatie wordt onderdeel van het dagelijkse leven en de zorgverlening. De bekostiging in de zorgwetten wordt hierop aangepast. Van keuzevrijheid naar keuzemogelijkheden. In de Zorgverzekeringswet blijven keuzemogelijkheden (zoals identiteitsgebonden zorg) overeind, maar zorgverzekeraars worden niet langer verplicht om ongecontracteerde zorgaanbieders te vergoeden die niet bereid zijn tot samenwerking en solidariteit. Kleinere zorgaanbieders moeten zich kunnen verenigen om makkelijker samen een contract af te sluiten met de zorgverzekeraars. Ggz in de wijk. We investeren in geestelijke gezondheidszorg in de wijk en in de verbetering van de samenwerking tussen de ggz, huisartsen, maatschappelijke opvang, woningcorporaties, schuldhulpverlening en andere zorg- en hulpverleners en herstelgroepen. Er komen ook meer praktijkondersteuners ggz. Zo willen we voorkomen dat mensen zwaardere zorg nodig hebben. Bied levensloopbegeleiding aan. Bij levenslange problematiek, zoals autisme, kunnen mensen via de zorg aanspraak maken op levensloopbegeleiding, op het gebied van onderwijs, werk en relaties, om problemen bij cruciale overgangsmomenten te voorkomen. Minder administratie bij acute en klinische psychiatrie. Voor veel professionals is de klinische en acute zorg steeds minder aantrekkelijk om te werken vanwege de enorme verantwoordingsdruk. Dit leidt tot grote tekorten in de klinische en acute ggz. Dat moet anders: vertrouwen in de professionaliteit van zorgverleners wordt het uitgangspunt. Zelfmoordpreventie. Elk jaar verliezen we ruim 1.800 mensen aan suïcide. Onder jongeren is dit de belangrijkste doodsoorzaak. Suïcidepreventie is een opgave voor de hele maatschappij. Van de ggz tot het onderwijs en werkgevers. We zorgen voor spoedige behandeling in beide Kamers van onze initiatiefwet waarmee de wettelijke plicht voor suïcidepreventiebeleid voor de Rijksoverheid en voor gemeenten wordt verankerd. Organiseer betere toegang tot de ggz. Goede triage, gebruik van ervaringsdeskundigheid of lotgenotencontact zou ertoe moeten leiden dat ernstige psychiatrisch patiënten niet langdurig op een wachtlijst staan vanwege de complexiteit van zorg die ze nodig hebben. De financiering regelen we op basis van beschikbaarheid, en niet op gebruik zodat er een adequaat en landelijk dekkend systeem komt voor patiënten met een hoogcomplexe zorgvraag die niet binnen hun eigen regio kunnen worden geholpen. We willen dat zorgaanbieders verantwoordelijk worden om na de intake - als de aanbieder niet zelf de beste zorg kan bieden - de patiënt te ondersteunen in diens zoektocht naar passende zorg. Goede transgenderzorg. Genderdysforie vraagt om erkenning en goede zorg. Transmensen moeten kunnen rekenen op goede zorg die aan de gebruikelijke normen voldoet, is gebaseerd op wetenschappelijk bewijs en gekoppeld aan wetenschappelijk onderzoek naar effecten op korte en --- pdf_page: 23 --- lange termijn. Er moet een adequaat en voldoende aanbod van zorg beschikbaar zijn, ook omdat lang wachten op adequate zorg leidt tot meer depressies en suïcides. Goede transgenderzorg moet zorgvuldig zijn. Betrokkenen moeten een deskundige kunnen spreken om de gevolgen te overzien van een keuze voor wijziging van het juridisch geslacht. De ChristenUnie is daarom tegen de nieuwe transgenderwet. Zelfidentificatie (zonder tussenkomst van een professional) kan geen uitgangspunt zijn voor keuzes rond geslachtsregistratie en mede daarom geen beslissend criterium in wet- en regelgeving. Genderzorg voor jongeren. De snelle stijging van het aantal jongeren met genderproblemen baart ons zorgen. We moeten waken voor een cultuur waarin het bevragen van de eigen genderidentiteit de norm wordt en de eigen sekse secundair is of niet meer dan een bij de geboorte door ouders of verloskundige gemaakte keuze, die naderhand onjuist wordt geacht. Het bevestigen van kinderen en jongeren in hun meisje of jongen zijn is onderdeel van een normale en gezonde ontwikkeling van kinderen en jongeren. De recente koerswijzigingen en herziene richtlijnen in andere Europese landen verdienen navolging in Nederland. Juist voor de nieuwe sterk groeiende doelgroep is het belangrijk dat psychologische hulp als eerstelijns interventie standaard aangeboden wordt. De schaduwzijden van (te) laagdrempelige medische interventies (zoals puberteitsremmers) voor personen - in het bijzonder jongeren - die te maken krijgen met genderproblematiek noodzaken tot een medisch-ethisch debat binnen de beroepsgroep en samenleving. # Minder markt, meer mens We zijn dankbaar voor de hoge kwaliteit van de medische zorg in Nederland. Het is niet vanzelfsprekend dat dat ook zo blijft. Te vaak stuurt geld de zorg in plaats van andersom. Je kunt niet kiezen waar je onwel wordt en wie jou vervolgens acute zorg verleent. De zorg is geen markt. Betalingsregels bepalen nu wat ziekenhuizen mogen declareren. Dat leidt niet altijd tot de beste en meest doelmatige zorg. Er wordt te veel zorg geleverd zonder gezondheidseffect. Aanbieders van zorg en fabrikanten hebben soms belang bij de productie van zorg. De markt moet worden teruggedrongen in de zorg. Dit betekent dat perverse prikkels moeten worden weggenomen en dat het geld besteed moet worden aan waar de zorg voor bedoeld is. Niet aan topsalarissen of onnodige zorg. De komende jaren moeten we naar een beter ingerichte zorg voor de toekomst. Het eigen risico gaat niet omhoog. Het eigen risico wordt tot 2028 bevroren op het huidige bedrag van $€ 385$. Maandelijkse zorgpremie van $€ 150$ naar $€ 50$. In ons belastingvoorstel schaffen we de zorgtoeslag af en voeren een basiskorting in. We verlagen de maandelijkse zorgpremie met twee derde naar $€ 50$ per maand. Het resterende deel van onze financiële bijdrage aan de zorgkosten wordt voortaan verrekend via de loonstrook. De werkgever houdt maandelijks de inkomensafhankelijke bijdrage voor de zorg in op het loon. De maximale grens wordt afgeschaft. Het netto gevolg van deze operatie is dat mensen met een lager inkomen voortaan minder geld kwijt zijn aan de zorg en mensen met een hoger inkomen meer. Alle medisch specialisten in loondienst. Alle medisch specialisten komen in loondienst. Dit vermindert de prikkel om zoveel mogelijk behandelingen uit te voeren. De Wet normering topinkomens (Wnt) gaat gelden voor alle werkers in de gezondheidszorg. Een einde aan marktwerking in de zorg. De ChristenUnie is kritisch op de marktwerking in de zorg. Het leidt tot prikkels die niet passen bij een samenleving waarin we omzien naar elkaar. Afnemende bereikbaarheid in combinatie met winstuitkeringen geeft een toenemend ongemak. Diverse adviesorganen zoals de Raad Volksgezondheid en Samenleving en de WRR signaleren dat de zorg onder grote druk staat. De ChristenUnie wil daarom een breed gedragen --- pdf_page: 24 --- onafhankelijke commissie instellen die op basis van al dat voorwerk het stelsel fundamenteel tegen het licht houdt en kritisch kijkt naar de marktprikkels. Deze commissie doet voorstellen voor het Nederlands zorgstelsel waarbij enerzijds kwaliteit, toegankelijkheid, solidariteit en anderzijds personele en financiële houdbaarheid leidende criteria zijn voor de opdracht. Spoedeisende zorg in de regio. We houden posten voor spoedeisende hulp en andere vormen van acute zorg open en beschikbaar door het hele land. Ziekenhuizen in minder dichtbevolkte gebieden krijgen daarvoor extra geld. Uitgaven in de medisch specialistische zorg mogen niet verder doorgroeien. Meerjarige nullijn contracten in de medisch-specialistische zorg worden de norm. De zorg wordt waar mogelijk van de tweede lijn verplaatst naar de eerste lijn en het sociaal domein/preventie. De bijbehorende middelen schuiven mee waardoor de zorgcontinuïteit geborgd blijft. De juiste zorg in de zorgverzekering. Van teveel medische behandelingen staat niet vast of ze effectief zijn en voor wie. Het Zorginstituut krijgt meer instrumenten om dit te sturen zodat de juiste zorg in het zorgverzekeringspakket zit. Er komt meer ruimte om zorg die op lange termijn bijdraagt aan de gezondheid en aan de houdbaarheid van zorg (bijvoorbeeld preventieve interventies) in het pakket op te nemen. Focus op zinnige zorg. We willen alleen ingrepen en behandelingen die écht nodig zijn voor goede zorg. Dat betekent dat in behandelrichtlijnen doelmatigheid een belangrijk uitgangspunt wordt. Terugdringen zzp'ers in de zorg. Het aantal zzp'ers in de (langdurige) zorg dringen we terug omdat dit negatief uitpakt op de (kwaliteit) van zorgverlening. Verminder de bureaucratie in de zorg. Veel regels zijn onnodig. We kiezen voor vertrouwen en voorkomen onnodige registraties. We kijken ook kritisch naar de toets-methodes. Zorgaanbieders bekostigen we meerjarig. We willen de zorg in eenduidigere zorgregio's organiseren om de bureaucratie en overlegvormen te verminderen. Ook komt er één tolkenvoorziening voor alle zorgdomeinen. Op die manier krijgen alle zorgverleners eenvoudig toegang tot een tolkenvoorziening voor mensen die de Nederlandse taal niet machtig zijn. Gepaste zorg. Gezamenlijke besluitvorming tussen specialist en patiënt wordt de standaard in de spreekkamer. Vroegtijdige zorgplanning (richting het levenseinde) wordt standaard bekostigd als waardevol onderdeel van zorg aan kwetsbare ouderen en chronisch zieken. Niet behandelen is ook zorg. Richtlijnen in de zorg zijn niet alleen gericht op 'doen', maar ook op 'laten'. Overbehandeling vergroot en/of verlengt het lijden van de patiënt. Daarom is overbehandeling niet wenselijk. Erkenning en begeleiding van long covid patiënten. Het lijkt alsof covid voorbij is en deze periode achter ons ligt. Echter, veel long covid patiënten ervaren nog steeds de pijnlijke en levensveranderende gevolgen van deze periode. Deze mensen hebben goede zorg en begeleiding nodig. Onderzoek naar postinfectieuze aandoeningen. Er moet meer geïnvesteerd worden in onderzoek naar long covid en bijvoorbeeld ME/CVS, zowel naar patiëntgroepen alsook biomedisch onderzoek. Centrale inkoop en eigen productie van geneesmiddelen. Het is essentieel dat de overheid geneesmiddelen inkoopt en dat we - in EU verband - meer zelf medicijnen, medische hulpmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen produceren, zodat we minder afhankelijk worden van één of enkele leveranciers. Verantwoord geneesmiddelenonderzoek. Publiek geld geïnvesteerd in geneesmiddelenonderzoek moet maatschappelijk verantwoord worden besteed. Dit doen we door voorwaarden te verbinden aan deze investeringen. Transparantie over kostenopbouw en een verantwoorde prijsstelling moeten ervoor zorgen dat medicijnen die met publiek geld ontwikkeld zijn toegankelijk en betaalbaar zijn voor iedereen en andere zorg niet verdringen. --- pdf_page: 25 --- Green deal duurzame zorg. We zetten in op het halen van de doelen van de 3e Green Deal Duurzame Zorg. In deze 'deal' staan afspraken tussen overheid, zorginstellingen en bedrijven om de zorg duurzamer te maken. Zo werken deze partijen toe naar een groene en klimaatneutrale zorg. Verminderen medicijnen als afval. Veel medicijnen eindigen in de verbrandingsoven. Heruitgifte van medicijnen wordt vaker en eenvoudiger mogelijk. # Meer bescherming rond het begin van het leven Ieder mens is door God geschapen en is vanaf het meest prille begin door Hem geliefd. Ongeboren leven kan niet voor zichzelf spreken, dat moeten wij doen. De ChristenUnie hoopt op een samenleving waarin abortus niet als uitweg geldt voor onbedoelde zwangerschappen. Daarom maken wij werk van een zorgzame samenleving waar ruimte, veiligheid en volop alternatieven geboden worden. De ChristenUnie heeft zich altijd verzet tegen de Nederlandse abortuspraktijk, die indruist tegen één van onze meest elementaire waarden: de beschermwaardigheid van het menselijk leven. Het is hartverscheurend dat er nog altijd meer dan 30.000 abortussen per jaar plaatsvinden. De abortuspraktijk is te laagdrempelig wat ons betreft. Bij abortus gaat het om ingrijpende emotionele en morele kwesties. Afbreking van een zwangerschap is daarmee geen standaard medische handeling. De ChristenUnie is tegen de versoepelingen van de abortuswetgeving in de afgelopen jaren, en vindt dit een zorgelijke trend die niet verder mag gaan. Deze versoepelingen maken dat de bescherming van het ongeboren leven steeds minder gewicht heeft en dat in de noodsituatie van de vrouw, waarin zij een intens en overweldigend dilemma afweegt, er te weinig mogelijkheden in beeld komen voor een alternatief voor abortus. Wij willen dat de beschermwaardigheid van het ongeboren leven centraal staat. Dit betekent in deze tijd dat de abortuspraktijk zoals die nu is, niet op deze wijze kan worden voortgezet. Daarom werken we aan concrete maatregelen waarmee het aantal abortussen in Nederland significant daalt. Hiervoor kijken we zowel naar wijziging van wetgeving en beleid als naar maatregelen in de praktijk, zoals een sterke verbetering van preventie en de begeleiding en onafhankelijke counseling van ongewenst zwangere vrouwen. Voorkom onbedoelde zwangerschappen. De komende periode maken we verder werk van het voorkomen van onbedoelde en ongewenste zwangerschappen. De afgelopen periode is er een succesvolle aanpak ontwikkeld en is ingezet op het uitbreiden van programma's als 'Nu niet zwanger'. Een belangrijk onderdeel hiervan is voorlichting via scholen, huisartsen, verenigingen en (culturele) gespreksgroepen. Beschermwaardigheid van het leven weer centraal. De Nederlandse abortuspraktijk is te laagdrempelig, onder meer doordat het wettelijke criterium 'noodsituatie' in de praktijk ruim wordt ingevuld. De bestaande praktijk schiet daardoor tekort in de bescherming van het ongeboren leven. We willen dat het ongeboren leven centraal staat in de Nederlandse abortuswetgeving. Steun de moeders. De keuzevrijheid van de vrouw moet worden vergroot door (praktische) belemmeringen weg te nemen om hun kind zelf op te voeden. Geen enkele vrouw moet zich door praktische zaken als huisvesting, inkomen, werk of studie, genoodzaakt voelen om te kiezen voor abortus. Uit de evaluatie van de Wet afbreking zwangerschap blijkt dat 50\% van de respondenten voor abortus kiest omdat de opvoeding van het ongeboren kind niet samengaat met werk of opleiding. Tienermoeders en vrouwen met sociaaleconomische problematiek krijgen hulp bij huisvesting, financiën, het voortzetten van de opleiding en het opvoeden van hun kind. Vergoed anticonceptie. Alle vormen van anticonceptie die bijdragen aan een afname van het aantal ongewenste zwangerschappen en abortussen worden opgenomen in het basispakket. Dit is één van de meest effectieve maatregelen om het aantal abortussen omlaag te brengen en ongewenste zwangerschappen te voorkomen. --- pdf_page: 26 --- Zorg voor begeleiding en verwijzing door huisarts. De beste manier om begeleiding, counseling en de nazorg voor onbedoeld zwangere vrouwen (en betrokken vader) te borgen, is via de huisarts. Abortus niet normaliseren. Zwangerschapsafbreking hoort volgens de ChristenUnie niet thuis in de huisartsenpraktijk. Dat trekt abortus te veel in de sfeer van 'normaal medisch handelen'. Nu de wet legale medicamenteuze afbreking zwangerschap via huisarts helaas is aangenomen houden we de gevolgen nauwgezet in de gaten en doen we voorstellen om de kwaliteit van zorg te verbeteren. De zwangerschapsafbreking wordt niet uit het Wetboek van Strafrecht gehaald. Dit is allereerst een bescherming van het ongeboren leven. Daarnaast beschermt het de vrouw tegen een gedwongen abortus. Abortus is geen mensenrecht. De Nederlandse abortuspraktijk, bijvoorbeeld de beschikbaarheid van abortuspillen, wordt niet naar het buitenland geëxporteerd. Bied keuzehulp aan. Een goed aanbod van keuzehulpverlening blijft nodig. In de keuzehulpverlening moet aandacht zijn voor de situatie die de zwangerschap ongewenst maakt, zodat ook alternatieven kunnen worden besproken. Wettelijke zorgvuldigheidseisen. Niemand wil dat het besluit om een zwangerschap af te breken lichtvaardig wordt genomen. De wet bevat zorgvuldigheidseisen, die geen dode letter mogen zijn. Een realistische beraadtermijn blijft van belang. De noodsituatie van de vrouw, waarvan volgens de wet sprake moet zijn, dient invoelbaar te zijn voor de arts. Wekengrens terugdringen. In de huidige wetgeving is abortus niet toegestaan als er medischtechnologisch gezien sprake is van een levensvatbaar kind. Recente voorstellen om de wekengrens vast te leggen op 24 weken laten deze koppeling los en leggen de grens te hoog. Wij wijzen die voorstellen af. Door medische en wetenschappelijke ontwikkelingen zijn ongeboren kinderen al vóór de 24 weken levensvatbaar. Bij de totstandkoming van de Wet afbreking zwangerschap is er rekening gehouden dat dergelijke ontwikkelingen kunnen leiden tot verschuiving van de wekengrens. We zetten ons er voor in dat levensvatbaarheid uitgangspunt is bij de bepaling van de wekengrens. Als er een wettelijke maximumgrens komt, pleiten wij voor een lagere wekengrens. # Goede zorg rond het levenseinde Elk mensenleven heeft intrinsieke waarde. Dit hangt niet af van vermogens, beperkingen, leeftijd of wat iemand maatschappelijk bijdraagt. Wij willen een samenleving die de waarde van ouderen benut en bevestigt en hen de beste zorg geeft, zodat zij zich gewenst en betekenisvol voelen. Dat geldt ook voor de - gelukkig zeer kleine - groep ouderen met een blijvende wens tot levensbeëindiging zonder dat zij ernstig ziek zijn. De taak van de overheid om kwetsbare groepen te beschermen, weegt vele malen zwaarder dan de facilitering van zelfdoding van gezonde mensen met een zelfmoordpil, die bovendien niet veilig kan worden geregeld. We verzetten ons tegen de sluipende verschuiving in de euthanasiepraktijk van 'laatste redmiddel ter voorkoming van een vreselijke dood' naar 'een mogelijke uitweg uit een vreselijk leven'. Vond euthanasie voorheen vrijwel uitsluitend plaats bij terminale patiënten, nu komt het steeds vaker voor bij mensen met psychiatrische aandoeningen of een stapeling van ouderdomsklachten. We zien dat een kernprincipe van de huidige euthanasiewetgeving onder druk staat, namelijk dat alleen levensbeëindigend mag worden gehandeld bij mensen die er nadrukkelijk zelf om vragen. Er verschuift iets als euthanasie wordt toegestaan bij pasgeborenen en ouderen met dementie. Wij vinden dat artsen nooit mogen worden gedwongen om euthanasie als normaal medisch handelen te beschouwen. Ons leven hier op aarde is eindig. Het is belangrijk dat er over het sterven een gesprek gevoerd wordt, ook over natuurlijk sterven. Geen wet voor zelfdodingsmiddelen. De ChristenUnie is tegen een wettelijke regeling voor mensen met een doodswens zonder dat zij ernstig ziek zijn. De overheid is er om kwetsbaren --- pdf_page: 27 --- te beschermen, niet om hulp te bieden bij zelfdoding. De ChristenUnie is tegen het initiatiefwetsvoorstel voltooid leven. Bevorder het gesprek rond het levenseinde. Vroegtijdige gespreksvoering over zorg rond het levenseinde (Advance Care Planning) wordt standaard onderdeel van goede (eerstelijns) zorg voor kwetsbaren. Palliatieve zorg. Palliatieve zorg wordt breder beschikbaar, op de plek waar iemand wil sterven - dus ook thuis. Voor mensen die ondraaglijk psychisch lijden is goede palliatieve zorg van groot belang. De inzet van vrijwilligers in de terminale thuiszorg schept veel mogelijkheden om thuis te sterven, maar is nog onvoldoende bekend bij zorgverleners. De bekendheid van deze vrijwilligers wordt vergroot. Voor iedereen moet zorg in hospices of door vrijwilligers thuis toegankelijk zijn. Palliatieve sedatie. De ontwikkelingen rond palliatieve sedatie zijn de afgelopen jaren in een stroomversnelling gekomen. De ChristenUnie bepleit gepaste toepassing van palliatieve sedatie (ook in de thuissituatie) en continue bijstelling van richtlijnen, bijscholings- en opleidingsprogramma's op basis van de meest recente wetenschappelijke inzichten. Onderzoek de stijging van het aantal euthanasiegevallen. Het relatieve aantal euthanasiegevallen stijgt elk jaar. Dat is meer dan demografische ontwikkelingen kunnen verklaren. Euthanasie lijkt een steeds meer gangbare manier van sterven te worden. Deze stijging is zeer zorgelijk en moet worden onderzocht. Strafrechtelijk toezicht. Euthanasiezaken waarover in de toetsingscommissies discussie bestaat, worden altijd aan het Openbaar Ministerie (OM) voorgelegd. Het OM houdt toezicht op de oordelen van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE's). Transparantie over de casuïstiek. Alle casuïstiek die door RTE's wordt behandeld, wordt (binnen de mogelijkheden van de privacyregels) gepubliceerd, met aandacht voor de ethische, medische en juridische overwegingen, zodat de gemaakte afwegingen transparant zijn. De mogelijkheden voor een klinische registratie bij zorg rondom euthanasie en hulp bij zelfdoding worden verbeterd. Betere kwaliteit palliatieve zorg. In de palliatieve fase is klinische registratie nauwelijks verplicht. Gegevens rond euthanasie worden na toetsing door de RTE vernietigd. Dit belemmert de mogelijkheid om te leren, te reflecteren en de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Daarom worden de mogelijkheden voor een klinische registratie bij levenseindezorg (zowel palliatieve zorg als euthanasie en hulp bij zelfdoding) verbeterd. # Medisch-technologische ontwikkelingen Bij de beoordeling van medische technologie kiezen we voor een 'ethiek van voorzichtigheid'. Dat betekent dat we rond medisch-technologische ontwikkelingen uitgaan van het principe 'bij twijfel niet inhalen' en dat we kijken naar alternatieven. We vinden het belangrijk dat beslissingen die impact hebben op de hele samenleving niet in de beslotenheid van laboratoria of wetenschappelijke congressen worden genomen, maar in het volle licht van de maatschappelijke dialoog. Het is belangrijk dat er publieke, morele afwegingen worden gemaakt. In de discussie over het speciaal totstandbrengen van embryo's voor wetenschappelijk onderzoek, het gebruik van restembryo's' na IVF en embryoselectie bij een pre-implantatie genetische test (PGT) is ons uitgangspunt dat het menselijk leven vanaf het prilste begin beschermwaardig is. Dit verbindt ons met iedereen die beseft dat een mens(elijk embryo) meer is dan 'een klompje cellen'. De ChristenUnie is dan ook tegen het gebruik van embryo's voor wetenschappelijk onderzoek. In plaats van onderzoek met menselijke embryo's zet de ChristenUnie liever in op alternatieven, zoals het gebruik van (geïnduceerde) pluripotente stamcellen voor onderzoek ter voorkoming van ernstige erfelijke ziekten. Zeker als genetische modificaties in het embryo onomkeerbaar zijn en --- pdf_page: 28 --- aan het nageslacht worden doorgegeven (kiembaanmodificatie), past grote terughoudendheid. Experimenten met menselijke embryo's om toepassing van gen-redactie bij mensen te onderzoeken, ook om bijvoorbeeld IVF-technieken te verbeteren, blijven wat ons betreft verboden. Organiseer maatschappelijke dialoog. Voorafgaand aan nieuwe wettelijke regelingen die leiden tot medisch-ethische dilemma's wordt een transparante en gebalanceerde maatschappelijke dialoog georganiseerd. Voorlichting en counseling ouders. Aanstaande ouders worden zorgvuldig en eerlijk voorgelicht over de voor- en nadelen van de tests en de handelingsopties. Verloskundigen en gynaecologen bieden goede counseling. Bij eerlijke voorlichting over leven met het Downsyndroom of andere beperkingen hoort ook lotgenotencontact, zodat mensen zich een goed beeld kunnen vormen. Het counselingsgesprek bij de NIPT gaat niet ten koste van het eigen risico. Geen standaardscreening. De NIPT-test en de 13-weken echo behoren geen vast onderdeel van reguliere prenatale zorg te zijn. Voor beide wordt ook een (vorm van) eigen bijdrage gevraagd. Ouders moeten kunnen blijven bepalen waarop ze hun ongeboren baby laten testen bij de NIPT. Niet zomaar testen op aandoeningen. Het spectrum van tests wordt afgestemd op reële (be) handelingsalternatieven. Het in kaart brengen van het hele DNA-profiel is niet zinvol. Kinderen hebben recht op een open toekomst. Dragerschapstest. Iets natuurlijks als een zwangerschap wordt niet onnodig gemedicaliseerd. Dragerschapstesten worden alleen toegelaten als sprake is van zeer ernstige erfelijke aandoeningen. Geen 'experimenteerembryo's'. Het speciaal totstandbrengen van embryo's voor onderzoek past niet bij de menselijke waardigheid. Het verbod blijft gehandhaafd. Onderzoek IVF zonder restembryo's. Bij een IVF-behandeling worden nu vaak meer embryo's tot stand gebracht dan noodzakelijk zijn voor de behandeling. Daarom wordt ingezet op (onderzoek naar) behandelmethoden waarbij geen restembryo's overblijven. Handhaaf het verbod op kiembaancelmodificatie. De Embryowet verbiedt het opzettelijk wijzigen van de kern (DNA) van menselijke kiembaancellen waarmee een zwangerschap tot stand wordt gebracht. De ChristenUnie houdt hieraan vast. Alternatief stamcelonderzoek. We zetten in op de mogelijkheid van het gebruik van (geïnduceerde) pluripotente stamcellen voor onderzoek ter voorkoming van ernstige erfelijke ziekten, in plaats van onderzoek met embryo's. Voorzichtig met chimeren. De ChristenUnie staat terughoudend tegenover chimeren: mengvormen van dierlijke en menselijke cellen waarmee mogelijk menselijke organen worden gekweekt in dieren. Er zijn hierbij veel vragen over veiligheid (latent aanwezige virussen in DNA-materiaal van dieren) en wenselijkheid (dierenwelzijn, vragen over morele status). Orgaandonorschap. De ChristenUnie is en blijft tegenstander van het 'Ja, tenzij'-systeem voor orgaandonorschap. Nu het toch is ingevoerd, is het nog belangrijker dat mensen worden gestimuleerd om een bewuste keuze te maken. Vaccinaties. Vaccinaties beschermen ons, onze kinderen en indirect mensen om ons heen tegen heftige, soms dodelijke ziekten. Informeren, stimuleren en het serieus nemen van de zorgen (van ouders) zijn de kernwoorden bij vaccinatiebeleid. De ChristenUnie is tegen elke vorm van vaccinatiedwang of -drang. De vaccinatiegraad van het Rijksvaccinatieprogramma daalt helaas. Goede informatie en voorlichting is van belang, maar ook een goede organisatie. Het advies om vaccinatieprogramma's voor volwassenen publiek te organiseren wordt uitgevoerd. Big data en artificiële intelligentie (AI) in de zorg. Er zijn algoritmen die beter dan mensen in staat zijn afwijkingen (nieuwvormingen) te detecteren in beelden van menselijk celmateriaal. Kunstmatige intelligentie kan een middel tot mogelijke detectie zijn voor een arts, zolang de --- pdf_page: 29 --- arts eindverantwoordelijk blijft en het middel niet interfereert met de goede relatie tussen arts en patiënt. Voorwaarde is ook dat de privacy van patiënten wordt geborgd en commercieel gebruik van data wordt uitgesloten. # 14・ Onderwijs Goed onderwijs vormt de basis voor ieder mens om zijn of haar weg te vinden in de wereld. Het leert jonge mensen zelfstandig bij te dragen aan de samenleving. Naast het behalen van de juiste diploma's is er ruimte voor persoonlijke vorming. Het huidige onderwijsbeleid richt zich teveel op scoren en het beste uit jezelf halen. Onderwijs is geen leerfabriek en we leiden niet op voor een prestatiemaatschappij. We willen niet dat kinderen die even niet meekomen, worden uitgerangeerd naar de hulpverlening. In de klas en in collegezalen bereiden leerlingen en studenten zich voor op hun rol in de samenleving. Iedereen doet daarin mee met eigen talent. De vrijheid van stichting, richting en inrichting van scholen is een kostbaar goed. Die vrijheid geeft scholen de kans een breed en gevarieerd onderwijsaanbod te ontwerpen. Zij zetten zich daarvoor in vanuit een eigen levensbeschouwelijk pedagogisch perspectief. Dat gaat samen met voldoende aandacht, maatwerk voor iedere leerling en daarmee ook voor kansengelijkheid. De school heeft een emanciperende functie en een eigen maatschappelijke meerwaarde. In het onderwijs worden de zaadjes geplant voor de wereld van morgen. Het onderwijs staat onder druk door lerarentekorten en doordat de politiek de laatste jaren te veel van haar eigen eisen bij de scholen neerlegt. Scholen ervaren teveel controle, waar juist vertrouwen gevraagd wordt. Het is van belang dat scholen rust en ruimte krijgen om hun werk te doen. Daar wordt onderwijs beter van. Dat geldt ook voor het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs. In de komende kabinetsperiode dient er gewerkt te worden aan de ondersteuning van professionals en, waar nodig, aan werkbare verbeteringen van het onderwijsstelsel als geheel. ## Opkomen voor onderwijsvrijheid Onderwijsvrijheid is een democratisch grondrecht, een verworvenheid om trots op te zijn. Dit grondrecht voedt het besef lid te zijn van een vrije en democratische samenleving. Het stimuleert ook het eigen initiatief van scholen en brengt onderwijsprofessionals in positie. Nederland kent een uniek onderwijsstelsel, waar de ChristenUnie pal voor staat. Dit stelsel met scholen voor openbaar en bijzonder onderwijs moeten we koesteren. Het biedt een sterke garantie voor vormend onderwijs en betrokkenheid van ouders. Houd artikel 23 van de Grondwet hoog. De verankering van de onderwijsvrijheid in de Grondwet (artikel 23) blijft ongewijzigd. Ouders in heel Nederland kunnen kiezen voor een school die past bij hun opvoeding en levensovertuiging. Dat betreft scholen met een levensbeschouwelijke basis (protestants, katholiek, islamitisch) of werkend vanuit een onderwijskundige visie (Montessori, Dalton, Vrije Scholen, etc.). De laatste school van een richting wordt beschermd, zodat er altijd keuzevrijheid is. Garandeer de vrijheid van inrichting. De ChristenUnie is geen voorstander van nog meer deugdelijkheidseisen in de wet die de vrijheid van inrichting inperken. Personeels- en arbeidsvoorwaardenbeleid is aan de scholen zelf. De lumpsumfinanciering blijft intact en wordt niet uitgehold door extra eisen van de minister. Het woud aan subsidies met allerlei voorwaarden wordt zoveel mogelijk omgezet in lumpsumfinanciering en we verhogen de lumpsum voor scholen. --- pdf_page: 30 --- Versterk de identiteit van scholen. Onderwijs is niet neutraal en alle scholen werken vanuit een onderwijskundige of levensbeschouwelijke basis. De vormgeving van deze schoolidentiteit vergt bezinning, tijd en deskundige ondersteuning. Scholen krijgen meer budget om deze vormgeving goed te organiseren. De vrijheid om zelf scholen te stichten. De ChristenUnie wil de drempel voor het oprichten van scholen zo laag mogelijk houden. De ruimte voor ouders om het initiatief te nemen tot schoolstichting blijft onverminderd aanwezig. Dit komt tegemoet aan de diversiteit in de samenleving en zorgt voor variëteit in het onderwijsaanbod. Handhaaf de kleine scholentoeslag. De ChristenUnie wil dat de toeslag voor kleine scholen behouden blijft. Die is van belang om bijzondere scholen in onder meer krimpregio's open te houden. Wij trekken hier ook extra geld voor uit. Er is ruimte voor thuisonderwijs. Thuisonderwijs blijft een recht dat ouders hebben, mits zij voldoen aan wettelijke waarborgen rond kwaliteit, veiligheid en burgerschap. Er is (proportioneel) toezicht op thuisonderwijs. Bescherm het leerlingenvervoer. Rechten die samenhangen met de vrijheid van richting, zoals het leerlingenvervoer, worden beschermd. Levensbeschouwelijk onderwijs als recht. Leerlingen in het openbaar onderwijs kunnen in schooltijd kiezen voor levensbeschouwelijk vormingsonderwijs of godsdienstonderwijs. De overheid ziet erop toe dat dit recht in de praktijk ook daadwerkelijk kan worden gebruikt. Voorkom misbruik van de onderwijsvrijheid. De overheid waakt tegen misbruik van de onderwijsvrijheid. Daarvoor heeft ze voldoende instrumenten in handen. De overheid houdt toezicht op scholen, binnen rechtstatelijke en constitutionele grenzen. Geen toezicht waar dat niet hoort. De overheid erkent de eigen soevereiniteit van de private verbanden (verenigingen, kerken, moskeeën) en treedt niet in de vrijheid van private instellingen waar (jonge) mensen worden gevormd en die zich aan de regels van de rechtsstaat houden. Rolvaste inspectie. De inspectie heeft tot taak de kwaliteit van het onderwijs te bewaken op grond van deugdelijkheidseisen. De inspectie heeft een eigen focus en is geen controleur van scholen. Daarin moet zo rolvast blijven. De inrichting van het onderwijs is nadrukkelijk de verantwoordelijkheid van de schoolgemeenschap zelf. Scholen kunnen eigen keuzes maken binnen de grenzen van de rechtsstaat, mits uitlegbaar vanuit onderwijskundig perspectief. # Laat de gaven en talenten van ieder kind bloeien Kinderen die opgroeien in armoede hebben minder kansen om hun gaven en talenten tot bloei te brengen. Dat is schrijnende ongelijkheid. De school zou bij uitstek de plek dienen te zijn waar kinderen een eerlijke kans kunnen krijgen. Dat begint bij leraren die leerlingen echt zien. Het is nodig dat leerlingen de ruimte krijgen, ook als ze niet dezelfde achtergrond hebben of zich anders gedragen dan anderen. Er zijn keuzes nodig rond schoolcultuur en schoolbeleid om kansengelijkheid te bevorderen. Het is van belang dat kinderen bij het afsluiten van hun schoolloopbaan soepel doorstromen naar beroeps- of vervolgonderwijs. Investeren in leraren. De mensen in het onderwijs maken een belangrijk verschil in het leven van leerlingen. De beste vorm van kansengelijkheid is een goede leraar. Scholen krijgen meer ruimte om te investeren in de kennis en kunde van onderwijsteams bij het herkennen van kansenongelijkheid en het aanpakken van achterstanden. Investeren voor gelijke kansen. Via de bekostiging en het onderwijsachterstandenbeleid blijven we extra middelen vrijmaken voor scholen waar veel uitdagingen en achterstanden zijn. De middelen voor het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid worden verruimd, zodat er meer --- pdf_page: 31 --- ruimte is om te investeren in de kwaliteit van de vroegschoolse en naschoolse programma's en stijgende kosten kunnen worden opgevangen. Investeren in schoolbibliotheken. Er komt extra geld voor programma's als bibliotheek op school, zodat meer scholen een actuele en rijkgevulde schoolbibliotheek hebben. Gouden Handen. Het onderwijs is teveel gericht op de cognitieve ontwikkeling van kinderen. Door in het curriculum van het primair en voortgezet onderwijs meer ruimte te maken voor vaardigheden, krijgen kinderen met gouden handen ook de kans om hun gaven en talenten te ontwikkelen. Er dient gericht beleid te komen voor meer praktisch gericht onderwijs. Onderdeel van deze benadering is onder meer de techniekhavo. Verbeter de aanpak van schoolverzuim. Structureel schoolverzuim is een teken dat er iets niet goed gaat met leerlingen. Om het aantal 'thuiszitters' terug te dringen versterken en verbeteren we lokaal, regionaal en landelijk de samenwerking tussen onderwijs, en jeugdzorg (onder meer via reboundvoorzieningen). Ook wordt het mogelijk om tijdelijk een combinatie van digitaal onderwijs op afstand en fysiek onderwijs te volgen, als opstapje naar de terugkeer naar volledig onderwijs. Maak voor- en vroegschoolse educatie toegankelijker. Sommige kinderen hebben een achterstand door hun thuissituatie (ouders die geen Nederlands spreken). Voor het opheffen van deze achterstanden is voor- en vroegschoolse educatie (VVE) van belang. Nog niet alle kinderen voor wie deze educatie is ingericht, weten de weg ernaar te vinden. Samen met gemeenten wordt ingezet op voorlichting en de toegankelijkheid van VVE. Inclusiviteit en meertaligheid. Culturele achtergrondkenmerken spelen een grote rol in de ontwikkeling van kinderen en jongeren. Scholen maken zelf onderwijs dat cultureel sensitief en inclusief is. Ze hebben de ruimte om meertalig onderwijs aan te bieden of meertaligheid te benutten als dit leerlingen helpt zich beter te ontwikkelen. Stop de bijlesindustrie. Het moet niet nodig zijn om private huiswerkbegeleiding in te huren voor gelijke kansen in het onderwijs. De kwaliteit van het reguliere onderwijs en de begeleiding op school moeten toereikend zijn. De middelen die scholen hiervoor krijgen worden vergroot. Het is onwenselijk als er een omvangrijk buitenschools circuit ontstaat ('schaduwonderwijs'), mede als symptoom van een prestatiecultuur. Organiseer volwaardig nieuwkomersonderwijs. Voor kinderen van arbeidsmigranten, statushouders en vluchtelingen (waaronder bijvoorbeeld Oekraïense kinderen) is er de mogelijkheid van nieuwkomersonderwijs. Dit is een tijdelijke voorziening om deze kinderen binnen de daarvoor gestelde tijd op het niveau te krijgen van het gewone onderwijs. Goed onderwijs blijft het uitgangspunt. De overheid zet zich ervoor in om, samen met de scholen, de standaard voor dit onderwijs zo snel mogelijk op hetzelfde niveau als het regulier onderwijs te krijgen. Leermiddelen blijven gratis. Schoolboeken blijven gratis in het voortgezet onderwijs. Daarbij worden ook digitale leermiddelen (devices) en grafische rekenmachines betrokken. Er worden afspraken gemaakt met uitgevers voor het hergebruik van boeken. Het uitgeven van schoolboeken moet doelmatig zijn en niet gericht op een optimaal verdienmodel van uitgevers. Zorg dat de ouderbijdrage vrijwillig blijft. De ouderbijdrage die scholen vragen is vrijwillig. De inspectie ziet erop toe dat scholen dit beginsel respecteren, niet discrimineren, en dat het vrijwillig karakter voor iedereen duidelijk is. Komen scholen tekort dan kunnen ze worden gecompenseerd zodat er geen verschillen tussen scholen ontstaan. # Investeren in het vak van leraar en schoolleider Het aanpakken van het lerarentekort begint bij de waardering van de onderwijsprofessional. De ChristenUnie vindt dat hiervoor gerichte en planmatige aandacht nodig is. De waardering van de --- pdf_page: 32 --- professional betekent ook investeren in verdere professionalisering. Het is geen goede werkwijze om tekorten op te vangen door matig of slecht opgeleide leraren voor de klas te zetten. Ook een schoolweek van vier dagen zou een verschraling zijn, ook voor de sociale ontwikkeling van kinderen. Nederland heeft breed opgeleide, vakbekwame leraren en schoolleiders nodig. Ontwikkel een planmatige aanpak voor het lerarentekort. Om het beroep van leraar aantrekkelijk te maken dient een brede aanpak te worden gevolgd. Naast een goede beloning en vermindering van de werkdruk, gaat het om loopbaanperspectieven, regie en verantwoordelijkheid voor het onderwijs en een ervaren professionele ruimte. Er komt een integraal plan van aanpak waarbij de onderwijssector en de opleidingen betrokken zijn. Richt een task force in om tempo te kunnen maken. Inzetten op verminderde werkdruk. De middelen die beschikbaar zijn om werkdruk te verminderen blijven beschikbaar. Scholen bepalen zelf waar het geld aan wordt besteed. Tevens moet de administratieve werkdruk van leraren drastisch verminderd worden. Passende beloning en aanstelling. De afspraken die gemaakt zijn in de Werkagenda bij het Onderwijsakkoord (2022) over de beloning van leraren worden uitgevoerd. Wat de aanstellingsvoorwaarden betreft blijven scholen zelf verantwoordelijk voor hun personeelsbeleid. Geen verplichte regionalisering van de onderwijsarbeidsmarkt. Voorstellen om de onderwijsarbeidsmarkt te regionaliseren kennen geen verplichtend karakter. De overheid stimuleert de samenwerking tussen schoolbesturen om het lerarentekort aan te pakken, maar schoolbesturen blijven zelf verantwoordelijk voor hun personeelsbeleid. Vergroot de zij-instroom. Geef subsidie voor opleiding of deelcertificaten zodat mensen met relevante praktijkervaring na het volgen van een verkorte opleiding het onderwijs kunnen instromen als leraar. Sterke schoolleiders zijn cruciaal. Een sterke schoolleider is van cruciaal belang voor het goed functioneren en de innovatiekracht van de school. Er komt een Register voor Schoolleiders in het VO, in navolging van het PO. De sector ontwikkelt dit zelf op basis van een beroepsprofiel. Investeer in de brede kwaliteit van opleidingen. Het is belangrijk dat lerarenopleidingen aanstaande leraren toerusten tot brede onderwijsprofessional. Het Nederlandse onderwijsstelsel kent een grote vrijheid van inrichting. Dat vraagt om vakbekwame docenten die zelf onderwijs kunnen ontwerpen en niet alleen leunen op aangereikte methoden. Het opleiden van academisch gevormde leraren voor het funderend (primair en voortgezet) onderwijs wordt verder gestimuleerd. # Het funderend onderwijs als steunpilaar In het funderend onderwijs (het primair, voortgezet onderwijs en het praktijkonderwijs) worden leerlingen gevormd voor het leven. Omdat onderwijs om meer gaat dan kennis alleen, is het belangrijk dat scholen de vrijheid hebben om samen met ouders en educatieve partners het onderwijs in te richten. De overheid moet deze vrijheid niet belemmeren met een overdosis aan eisen en grote regeldruk. Het onderwijs heeft professionele ruimte nodig, waar bekwame schoolleiders en leraren raad mee weten, in het belang van het kind. Drempelloze overgang. Steeds meer analyses, onder meer van de Onderwijsraad, geven aan dat het moment waarop leerlingen aan het eind van de basisschool een vervolgopleiding dienen te kiezen te vroeg komt in hun ontwikkeling. Bovendien gaat dat moment gepaard met veel test- en toetsdruk en keuzestress. Een drempelloze overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs is belangrijk. Dat kan een overgang zijn naar een tweejarige brugklas in het voortgezet onderwijs, samenvallend met de onderbouw. Er is dan geen eindtoets meer nodig in het po. Het --- pdf_page: 33 --- po- en vo-onderwijs moet beter op elkaar aangesloten te worden, bijvoorbeeld door doorlopende leerlijnen in te richten. Scholen moeten hiertoe zelf initiatieven kunnen ontplooien. De wet wordt aangepast om dit mogelijk te maken. Schaal de toetscultuur af. Een overmatige toetscultuur belemmert de ontwikkeling van brede onderwijskwaliteit en legt een grote prestatiedruk op leerlingen. Scholen krijgen de ruimte meer het accent te leggen op de persoonsvorming en socialisatie van leerlingen, naast de kwalificerende aspecten van het onderwijs. Scholen kunnen zelf kiezen hoe ze toetsen en kunnen ook alternatieven daarvoor ontwikkelen. In het voortgezet onderwijs krijgt het schoolexamen meer een eigen plaats, ook los van het centraal schriftelijk examen. Bouwen op basisvaardigheden. Een goede beheersing van taal en rekenen geeft een belangrijke basis aan leerlingen. Deze dienen gedurende de hele schoolcarrière onderhouden te worden, mede in samenhang met het onderwijsaanbod in andere leergebieden en vakken. De overheid respecteert dat de uitvoering in handen is van scholen. De subsidie voor basisteams wordt omgezet in een uitkering aan scholen, zodat eigen keuzes mogelijk zijn. Een betere structuur voor curriculumvernieuwing. De actualisatie van kerndoelen en eindtermen voor alle negen leergebieden vormen in de toekomst onderdeel van een systeem van periodieke herijking. Dat systeem was niet op orde, maar wordt vanaf nu in een vaste structuur van werken vastgelegd. Leraren en zo mogelijk leerlingen krijgen een stem in de voorbereiding van curriculumvernieuwing. Stimuleer mogelijkheden voor opstroom en doorstroom. Een goed ingericht curriculum, gebouwd op een vaste eenduidige structuur, zorgt ook voor soepele overgangen tussen schoolsoorten in het voortgezet onderwijs. Dit bevordert opstroom en doorstroom, schept kansen voor leerlingen en dient de emancipatiefunctie van het onderwijs. Introduceer kerndoelen in de bovenbouw. Het stelsel van eindtermen voor de bovenbouw van vmbo, havo en vwo wordt aangevuld door een stelsel met eigen kerndoelen per leergebied en vak. De focus van het onderwijs op eindtermen leidt tot een te grote focus op het examen en tot 'teaching to the test'. Beter is het te werken met kerndoelen die een breed en gevarieerd aanbod beschrijven, in aansluiting op kerndoelen in de onderbouw. Verlaag minimum aantal lesuren. In Nederland is de schooldag relatief lang. Niet alle lesuren zijn altijd nodig. In het licht van het lerarentekort kan worden overwogen het minimum aantal verplichte lesuren te verlagen. Scholen zouden binnen een bepaalde bandbreedte zelf keuzes moeten kunnen maken. Bezin je op de rol van AI. De Rijksoverheid organiseert een brede bezinning op de toepassing van Artificiële Intelligentie (AI). In hoeverre is AI een bijdrage aan of een belemmering voor de kwaliteit van het onderwijs en de ontwikkeling van jongeren? Versterk de jeugdhulp op school. De samenwerking tussen scholen, (preventieve) jeugdzorg en jeugdhulpverlening wordt slimmer ingericht. Deze (lokale) samenwerking richt zich op de bevordering van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van leerlingen. Deze aanpak leidt niet tot meer maar tot minder diagnosticeren van leerlingen op scholen. Draag zorg voor toereikend speciaal onderwijs. Het speciaal onderwijs is een waardevol en toegankelijk onderdeel van ons onderwijsstelsel voor kinderen met een zwaardere ondersteuningsbehoefte. Onderwijs en zorg gaan hier samen, zonder bureaucratie en geschuif met budgetten. De overheid maakt er werk van dat voor deze kinderen voldoende scholen voor speciaal (primair en voortgezet) onderwijs zijn. In elke regio komt volwaardig speciaal voortgezet onderwijs op HAVO en VWO-niveau beschikbaar. Er wordt steeds gelet op de mogelijkheid van soepele terugkeer en doorstroming naar het regulier onderwijs. --- pdf_page: 34 --- Zorg voor rechtstreekse bekostiging van het praktijkonderwijs. Rechtstreekse bekostiging trekt deze vorm van onderwijs gelijk en is ook een vorm van erkenning. Geef ook leerlingen die erkenning na afronding van hun studie. Gratis OV-kaart. Leerlingen in het praktijkonderwijs die veel op stage zijn moeten de mogelijkheid hebben om net als andere studenten kosteloos met het ov te reizen. # Passend onderwijs Het is belangrijk dat de talenten van ieder kind tot bloei komen, ook als een kind daarbij meer hulp en ondersteuning nodig heeft. Landelijke norm voor basisondersteuning. Met een landelijke norm voor basisondersteuning, weet elke school wat het basisaanbod voor kinderen moet zijn. Leraar- en ouderorganisaties komen samen tot deze norm. Scholen krijgen zelf directe financiering voor lichte ondersteuning. De samenwerkingsverbanden blijven verantwoordelijk voor de zwaardere ondersteuning. Ondersteuning dubbel-bijzondere leerlingen. In het primair onderwijs komt een landsdekkend passend onderwijsaanbod voor (hoog)begaafden met een extra ondersteuningsbehoefte vanwege bijvoorbeeld een dubbele indicatie (zoals autisme of ADHD) om schooluitval in deze groep te voorkomen en terug te dringen. Er wordt geïnvesteerd in meer wetenschappelijke kennis over onderwijs voor deze doelgroep. Geef ieder kind het recht om te leren. Soms zijn scholen zelf niet in staat om een kind een passende leerplek te bieden. Een onafhankelijke commissie beoordeelt of een leerling een aanbod heeft gekregen dat bij hem of haar past. De meest wenselijke situatie is zoveel mogelijk kinderen in het regulier onderwijs. Versterk de samenwerking tussen onderwijs, jeugdhulp en zorg. Bij een kind dat meer hulp en ondersteuning nodig heeft moet de behoefte centraal staan, zonder bureaucratie en geschuif met budgetten. We vereenvoudigen en versterken de samenwerking tussen de verschillende domeinen. Dat gebeurt onder meer via regionale infrastructuren. Professionals en bestuurders werken daarin samen aan inclusief opgroeien van 0-18-jarigen. Geef leraren en leerlingen meer zeggenschap. Leraren, ondersteuners en schoolleiders krijgen meer zeggenschap over de besteding van middelen voor passend onderwijs. Geef leerlingen een hoor-recht in het passend onderwijs. Verbeter toezicht. Via wetgeving wordt gewerkt aan een betere toezichtstructuur voor het passend onderwijs. Zo moeten raden van toezicht van regionale samenwerkingsverbanden een onafhankelijke voorzitter hebben. ## Koester en versterk het middelbaar beroepsonderwijs Het middelbaar beroepsonderwijs is een belangrijk onderdeel in het hele Nederlandse onderwijs. Voor veel leerlingen is dit een aantrekkelijke vorm van onderwijs omdat het praktijkgericht is en direct voorbereidt op een beroep of het werk in een bepaalde sector. Studenten met een mbo-diploma zijn onmisbaar voor de Nederlandse samenleving en economie. Het mbo is een onderwijsvorm die we moeten koesteren. Uit oogpunt van kansengelijkheid is een toegankelijke route naar het mbo belangrijk. Garandeer doorstroom vanuit vmbo. Leerlingen met een startkwalificatie in het vmbo kunnen doorstomen in het mbo. Overwogen kan worden het vmbo met een extra jaar te verlengen om de bedoelde startkwalificatie te behalen. --- pdf_page: 35 --- Toegankelijkheid mbo. Het mbo wordt, na een beoordeling door de opleiding, toegankelijk voor instromers zonder startkwalificatie. Daarbij is te denken aan statushouders, jonge moeders zonder diploma en voormalige arbeidsmigranten. Investeren in technisch vakmanschap en ambachtsonderwijs. We zorgen dat in heel Nederland techniekonderwijs beschikbaar is en blijft. Het aantal meester-gezelplaatsen wordt uitgebreid. Kostbare arbeidsmarktrelevante vmbo- en mbo-opleidingen krijgen voldoende bekostiging. Toerusting voor de samenleving van morgen. Maak studenten bewust van de morele, economische en ecologische uitdagingen waar we voor staan en hoe zij hierin een eigen constructieve bijdrage kunnen leveren. In het mbo is er aandacht voor deze dimensies in het vakonderwijs. Versterk de samenwerking tussen onderwijs en ondernemers. We stimuleren de samenwerking met ondernemers op de werkvloer. Leerlingen en studenten kunnen leren en geïnspireerd worden door goede voorbeelden, bijvoorbeeld door deeltijd-docenten die ook een andere baan hebben. Bijzondere aandacht is er voor ondernemerschap in het kader van nieuw rentmeesterschap voor economie en ecologie. Geef garantie op stageplaatsen. Elke jongere in het middelbaar en hoger beroepsonderwijs moet verzekerd zijn van een kwalitatief goede stageplaats. Recentelijk is er een stagepact gesloten. We blijven inzetten op het verhogen van het aantal stageplaatsen, waarbij ook de overheid stageplaatsen aanbiedt. Studenten die moeite hebben met het vinden van een stageplek, worden door de school begeleid bij het vinden van een plek. Stagediscriminatie gaan we actief tegen. Meer oog voor studentenwelzijn. In de ondersteuningsstructuur rondom mbo-studenten is er specifiek aandacht, kennis en kunde voor het signaleren van vroegtijdig schoolverlaten en dreigende psychische klachten. De school treft, eventueel samen met lokale instellingen, maatregelen om goed in te spelen op studentenwelzijn. De mogelijkheid van een vijfde onderwijsjaar. Onderzoek de meerwaarde van een extra niveau in het MBO, waarvoor een facultatief vijfde onderwijsjaar nodig is. Daarin staat specialisatie en vakmanschap centraal, specifiek in domeinen waar het hbo geen vervolgopleiding biedt. # Hoger onderwijs Het hoger onderwijs in Nederland is over het algemeen van goede kwaliteit, maar staat wel onder druk. Het aantal studenten aan Nederlandse universiteiten is sterk toegenomen en daarmee ook de werkdruk van docenten. Studeren in het hoger onderwijs - in wo of hbo - moet bijdragen aan de vorming van de student, niet aan de prestatiecultuur in een opgejaagde samenleving. Nederland moet blijven investeren in hoger onderwijs en deze dienstbaar maken aan de transities die nodig zijn vanwege de grote uitdagingen van onze tijd. Er zijn investeringen nodig voor het welzijn van studenten, docenten en onderzoekers. Ontwikkel een visie op opleiden. Het hoger onderwijs in Nederland heeft een hoge standaard. De kwaliteit staat onder druk door toenemende aantallen studenten, vooral aan de universiteiten. Nederland heeft niet alleen wetenschappelijk geschoolden nodig, maar ook mensen met een middelbare en hogere beroepsopleiding. Er komt een visie op de relatie tussen maatschappelijke en economische behoeften en benodigde opleidingen in Nederland. Dit wordt onderdeel van een agenda voor de toekomst. Hierbij wordt gelet op de regionale betekenis van instellingen bijvoorbeeld in Groningen, Middelburg, Maastricht en Enschede. Reserveer extra middelen voor wetenschap en onderzoek. Investeringen in wetenschap en onderzoek zijn nodig als we ons als land willen blijven ontwikkelen. Innovaties zijn nodig om te komen tot de omslag naar een ecologisch verantwoorde economie en duurzame manieren van samenleven, consumeren en produceren. De Nederlandse Wetenschapsagenda weerspiegelt deze accenten en de urgentie ervan. --- pdf_page: 36 --- Breng de bekostiging van het hoger onderwijs op orde. Er komt een beter en rechtvaardiger systeem om instellingen in het hoger onderwijs te financieren. In de nieuwe bekostiging worden studentenaantallen minder belangrijk, de vaste voet van instellingen groter en de variabele voet kleiner. Er is in het bijzonder aandacht voor startende academici. Laat het binaire stelsel intact. Het stelsel met zowel universiteiten als hbo-opleidingen blijft gehandhaafd. Nederland heeft academici nodig van hoog niveau, die bedreven zijn in wetenschappelijk onderzoek, en daarnaast hoger opgeleiden in een beroep of beroepssector. Dit onderscheid is zinvol en doet recht aan de verschillende talenten van mensen. Het onderzoek in het hbo is praktijkgericht met het oog op het beroepenveld. Erkennen en waarderen verder doorvoeren. Universiteiten hebben een goed begin gemaakt met een nieuwe systematiek van het waarderen van academische prestaties. Dat vermindert de werk- en prestatiedruk en brengt duidelijkheid en rust op de werkvloer. Het is van belang dat er diverse carrière-paden te bewandelen zijn, waarbij goed onderwijs even hoog kan scoren als goed onderzoek. Zo worden academische professionals ondersteund. Verweef onderzoek, onderwijs en valorisatie. Terecht is er veel aandacht voor de innovatieve en maatschappelijke betekenis van hoger onderwijs en onderzoek. Nieuw is het grote accent op valorisatie, de verbinding van wetenschappelijk onderzoek met maatschappelijke opgaven. Deze ontwikkeling brengt kennis en wetenschap dichter bij de samenleving en verdient steun bij de financiering van onderzoek. Behoud het bindend studieadvies. De ChristenUnie is geen voorstander van een drastische verlaging van het aantal studiepunten voor het bindend studieadvies. De studeerbaarheid, aanpak van prestatiedruk en mentaal welbevinden moeten voorop staan. De keuze om eventueel het aantal punten te verlagen moet aan de universiteiten en hun medezeggenschapsorganen worden gelaten. Het in normaal tempo (nominaal) studeren en de kwaliteit van opleidingen moet leidend blijven. Studentenwelzijn. Studentenwelzijn is een aandachtspunt voor alle instellingen, zeker na de geleerde lessen uit de coronatijd. Van instellingen wordt gevraagd hier gericht beleid voor te ontwikkelen. Alle instellingen kennen een laagdrempelige psychologische hulpverlening voor studenten. Het profileringsfonds moet beter worden ingezet voor studenten die door bijzondere omstandigheden studievertraging oplopen. Er is gerichte aandacht voor de studeerbaarheid van opleidingen en ongezonde prestatiedruk. Help de pech-generatie sneller van de studieschuld af. Studenten die onder het inmiddels afgeschafte leenstelsel een studieschuld hebben opgebouwd krijgen de gelegenheid met 50\% korting versneld af te lossen. Hiervoor zal een regeling worden ontworpen. Stuur op instroom internationale studenten. Universiteiten moeten sturen op de instroom van internationale studenten. Sommige universiteiten in de grensregio's hebben veel studenten uit nabije EU-landen. Studenten van buiten de EU hebben niet dezelfde status. Nederland verwelkomt talent uit het buitenland, maar is geen (bekostigde) opleidingsplaats voor iedere student die zich meldt. Dat legt in sommige steden een te grote druk op beschikbare voorzieningen. Bij het ontwerp van het nieuwe bekostigingsstelsel dient hierop te worden gelet. Het aanbieden van Nederlandstalig onderwijs is in principe uitgangspunt. Universiteiten beslissen wel zelf welk deel van hun opleidingen Engelstalig is. Ethische en brede academische vorming onmisbaar. Veel disciplines hebben zich toegelegd op verdere specialisatie van kennis en kunde. Dit heeft geleid tot een versmalling van opleidingen met een beperkte wetenschappelijke focus. De academische vorming die studenten krijgen blijft daardoor beperkt, terwijl wetenschappelijke en maatschappelijke ontwikkelingen om brede bezinning vragen. De overheid gaat erop letten dat universiteiten toekomen aan de ethische en brede academische vorming. --- pdf_page: 37 --- Aandacht voor kleine studies. Zowel in het alpha- als in het beta-bereik zijn er kleine studies (talen, techniek) die in de knel komen. Toch vervullen ze een wezenlijke en onmisbare functie voor het hoger onderwijs en voor een gevarieerd aanbod van hoger onderwijs. Er is gerichte ondersteuning en ook coördinatie nodig om bepaalde disciplines, bijvoorbeeld in de geesteswetenschappen, te behouden voor Nederland. Reserveer aanvullende middelen voor hogescholen. Hogescholen hebben aanvullende middelen nodig om kleine en kwetsbare opleidingen in stand te houden. Het is voor de regionale ontwikkeling en de vitaliteit van krimpregio's essentieel dat hogescholen bepaalde opleidingen met lage studentenaantallen toch kunnen aanbieden, omdat hiervoor een maatschappelijke vraag bestaat. De eigen positie en functie van levensbeschouwelijke universiteiten. De levensbeschouwelijke universiteiten (NLU) vervullen een belangrijke functie in het bestel. Zij stimuleren de ontwikkeling van levensbeschouwelijke perspectieven in onderwijs en samenleving. Garandeer stabiele financiering en toereikende middelen voor eigen onderzoek dat zich richt op de levensbeschouwelijke voorwaarden voor een veerkrachtige samenleving. # 1.5 - Kunst, Cultuur en erfgoed Kunst, cultuur en creativiteit verrijken het leven en de samenleving. Kunst kan confronteren, stilzetten, wakker schudden, een zaadje planten, leiden tot verwondering. Kunst en cultuur zijn een krachtige uiting van een vitale samenleving. Kunst en cultuur hebben belangrijke sociale functies en kunnen zorgen voor verbinding tussen mensen. De overheid vervult een belangrijke rol als subsidieverstrekker, opdrachtgever en hoeder van ons culturele klimaat en erfgoed. Bijzondere gebouwen, voorwerpen, tradities, foto's, films en verhalen tonen de geschiedenis van ons land. Daarbij gaat het niet alleen om de vaderlandse geschiedenis, maar ook om de regionale geschiedenis en talen. Bibliotheken spelen een belangrijke rol in de overdracht en kennis van cultuur. Muziekscholen spelen een belangrijke rol in het culturele leven en de ontwikkeling van muzikaal talent. Het fysieke erfgoed is een culturele drager van de ruimtelijke inrichting van Nederland. Monumentale kerkgebouwen zijn beeldbepalend in steden en dorpen en horen tot erfgoed dat behouden moet blijven. Voor veel Nederlanders dragen kerken herinneringen aan belangrijke momenten in het leven en ze zijn nog steeds een plek van ontmoeting en bezinning. Musea en orkesten dragen bij aan een hoogwaardig cultuuraanbod. Het is belangrijk dat er een toegankelijk aanbod van kunst en cultuur is, met name voor jongeren. Door amateurkunsten te beoefenen, ontdekken en ontwikkelen zij hun creatieve talenten. De rol van musea. Nederland kent een rijk en geschakeerd aanbod van musea. Dat zijn verzamelplekken van waardevolle kunst en tegelijkertijd ontmoetingsplekken voor een breed publiek. Musea die met publieke middelen worden ondersteund zijn toegankelijk en vervullen naast culturele ook sociale functies. Zo ontstaat maatschappelijke verbondenheid rond kunst. Monumenten blijven aanwijzen. Voor het behoud van Nederlands erfgoed is het belangrijk dat er nieuwe monumenten worden aangewezen. De jongste geschiedenis krijgt eveneens een plek in het erfgoedbeleid, bijvoorbeeld door het aanwijzen van naoorlogse monumenten. Behoud varend erfgoed. Varend erfgoed zoals 'de bruine vloot' is een belangrijk onderdeel van onze cultuurhistorie. De overheid spant zich in voor het behoud van deze varende monumenten. Kerkelijk erfgoed is kostbaar. De overheid stelt blijvend fondsen beschikbaar om noodzakelijk onderhoud aan Rijksmonumenten te plegen en herbestemming mogelijk te maken. In het cultuurbeleid is aandacht voor kerkelijke monumenten: elke gemeente een kerkenvisie. De functie van kerken voor wijk en buurt is daarbij een belangrijk aandachtspunt. --- pdf_page: 38 --- Bibliotheken zijn gratis tot 18 jaar. Jongeren zijn tot hun 18e jaar gratis lid van de bibliotheek. Bij de geboorteaangifte krijgen ouders het gratis lidmaatschap voor hun kind aangeboden. Behoud de bibliotheek als basisvoorziening. De bibliotheek is een onmisbare voorziening voor de samenleving. Bibliotheken zijn cruciaal in de aanpak van laaggeletterdheid, hebben een grote sociale functie voor jong en oud, vergroten kansengelijkheid en zorgen voor het behoud van leefbaarheid van de gemeenschap. Er is extra oog nodig voor regio's waar de afgelopen jaren grote verschraling van basisvoorzieningen heeft plaatsgevonden. Ondersteun streektalen. De ChristenUnie heeft aandacht voor het Frysk als tweede Rijkstaal en beschermt regionale streektalen en dialecten. Deze geven uiting aan culturele verbondenheid en gemeenschapszin. Regionale spreiding van cultuuraanbod. Bij de verdeling van overheidssubsidies voor culturele instellingen willen we een eerlijker verdeling over het land, zodat mensen in en buiten de Randstad kunnen genieten van de rijkdom van het culturele leven. Ieder kind heeft toegang tot cultuur. Kinderen krijgen mogelijkheden om zich op school door middel van cultuureducatie maar ook buiten schooltijd verder te ontwikkelen op het creatieve pad. In het cultuurbeleid wordt gelet op een voldoende aanbod van muziekscholen en de toegankelijkheid ervan voor kinderen uit alle lagen van de bevolking. Fair Practice Code als leidraad. De uitgangspunten van de Fair Practice Code dienen als leidraad voor een gezonde arbeidsmarkt in de culturele sector, zodat iedereen onder eerlijke omstandigheden en tegen een redelijke vergoeding zijn werk kan doen. Kunnen leven van de kunst. Getalenteerde kunstenaars verdienen de kans om een beroepspraktijk op te bouwen. De overheid ondersteunt dit met financieringsvormen als garantieregelingen of revolverende fondsen. --- pdf_page: 39 --- # Hoofdstuk 2 <br> - EEN EERLIJKE BASIS VOOR IEDEREEN Een inkomen hebben, een goed en betaalbaar huis, werk dat loont - dat zijn basisbehoeften voor een goed bestaan. Iedereen moet rond kunnen komen en een dak boven zijn hoofd hebben. De ChristenUnie wil dat deze basis er is voor iedereen, zodat er ruimte is om te leven. In een rechtvaardige samenleving moet bestaanszekerheid goed geregeld zijn. Ongeacht of je rondkomt van een uitkering of betaald werk. De ChristenUnie wil dat dat werk in goede omstandigheden plaatsvindt en eerlijk wordt beloond. Veel mensen willen door hun werk een zaadje kunnen planten voor de wereld van morgen. Dat is de wereld die we aan onze kinderen doorgeven. Daaraan bijdragen vanuit een eerlijke basis geeft voldoening en levensvreugde. De ChristenUnie staat voor christelijk-sociale politiek. Die politiek knokt voor deze eerlijke basis, aangemoedigd door het Evangelie. Het gaat om recht doen aan iedereen, vooral aan wie in verdrukking komt en zwak staat. Het gaat om hun en ons dagelijks brood. Niemand mag in armoede leven, dat is inhumaan en zorgt ervoor dat mensen achterop raken. Wie meer heeft maakt zijn tafel langer en deelt om het leven van anderen te vergemakkelijken. Zo zorgen we voor elkaar vanuit naastenliefde. De economische ontwikkelingen van de afgelopen decennia hebben die eerlijke basis aangetast. Het neoliberale marktdenken heeft verhoudingen doen ontstaan op de arbeids- en woningmarkt die niet deugen. Terwijl sommigen veel vermogen hebben kunnen vergaren zonder waarde toe te voegen, kunnen anderen niet meer rondkomen van hun inkomen. We geven prioriteit aan armoedebestrijding. Het is onbestaanbaar dat in een welvarend land er veel kinderen met schaamte en tekorten opgroeien. Dat arbeid niet loont voor veel werkende armen is een schandvlek. Daarom gaat het minimumloon omhoog en maken we een rechtvaardiger belastingstelsel. Op de woningmarkt is er veel scheefgegroeid. Daardoor kunnen gezinnen geen goede start maken en hebben singles, studenten, jongeren en ook ouderen geen woonplek die hen past. De ChristenUnie heeft realistische plannen voor de woningmarkt die eerlijk en beter uitpakt voor iedereen. Ook willen we de arbeidsmarkt hervormen. Het is christelijk-sociaal om iedereen mee te laten doen en een eerlijke boterham te laten verdienen. Zekerheid voor werknemers betekent minder flexibele en meer vaste banen. Ook wil de ChristenUnie een bezinning op goed werk dat bijdraagt aan een meer duurzame economie en samenleving. ### 2.1. Een fatsoenlijk bestaan Er blijkt niet veel nodig om een armoedeval te maken. Er is een dunne scheidslijn tussen financieel gezond zijn en armoede. Nu de prijzen voor de dagelijkse boodschappen sterk zijn gestegen, zijn steeds meer huishoudens maar één kapotte wasmachine verwijderd van financiële problemen. En wie schulden heeft, zakt al snel diep weg in het moeras. De overheid moet perspectief bieden. Perspectief op een schuldenvrije toekomst. Op een zeker inkomen waardoor mensen iets kunnen bijdragen aan de samenleving. --- pdf_page: 40 --- # Genoeg om van te kunnen leven Terwijl de economie de afgelopen decennia groeide, hadden veel mensen rond het bestaansminimum het moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Dat minimum is te laag om van rond te komen. Tegelijkertijd is er in de afgelopen kabinetsperiode ook veel gebeurd om een stijging van (kinder)armoede te voorkomen, ondanks de sterke inflatie. De realiteit is dat er nog steeds te veel mensen en kinderen onder de armoedegrens leven. Het aantal mensen en kinderen dat leeft in armoede moet stevig omlaag, de komende kabinetsperiode met minimaal de helft. Iedereen werkend of niet-werkend - moet een voldoende, zeker en voorspelbaar inkomen kunnen ontvangen. Dit vraagt om voortzetting van de gecoördineerde aanpak onder regie van één minister voor armoede- en schuldenbeleid. Echter, armoedebestrijding is niet enkel een taak van de overheid. Aan de bestrijding van armoede kan de hele samenleving bijdragen. De inzet van vrijwilligersorganisaties, diaconieën en voedselbanken zijn cruciaal om er voor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen bereikt worden. Een hoger bestaansminimum. Wij voeren het advies van de Commissie Sociaal Minimum uit. De minimumuitkeringen en AOW gaan omhoog door de verhoging van het minimumloon. In plaats van een inkomensnorm worden uitgaven het uitgangspunt voor de sociaalminimumnorm. Het sociaal minimum wordt periodiek herijkt. Maak werken lonend. We leggen flexibel werk aan banden en verhogen het wettelijk minimumloon om te voorkomen dat mensen die werken niet rond kunnen komen. Mensen met een bijstandsuitkering die parttime werken mogen een percentage van hun loon uit werk houden, zodanig dat ook parttime werken voor hen lonend is en zij geen armoedeval ervaren als zij de uitkering verlaten. Een goed functionerend armoedebeleid. Het niet-gebruik van regelingen wordt teruggedrongen. Hiervoor kan gegevensuitwisseling een oplossing bieden. De landelijke fondsen tegen armoede en de gemeentelijke voorzieningen sluiten op elkaar aan en zijn breed bekend. In actie tegen generatiearmoede. Armoede die van generatie op generatie wordt doorgegeven moet worden doorbroken. In gebieden en wijken waar intergenerationele armoede disproportioneel sterk aanwezig is, zoals in de voormalige Veenkoloniën of verschillende stadswijken, investeren we extra in het budget van gemeenten voor structurele armoedebestrijding. Hogere vermogensgrenzen bij kwijtscheldingen lokale belastingen. Het aanleggen van een financiële buffer wordt niet langer afgestraft. De vermogensgrenzen voor kwijtschelding voor gemeentelijke en regionale belastingen worden verhoogd. Geen huisuitzetting met kinderen. Huisuitzettingen bij gezinnen moeten worden verboden. Wanneer iemand in een schuldhulpverleningstraject zit, kan van huisuitzetting ook geen sprake zijn. Dit geldt ook voor afsluiting van water, gas, en elektra. Verstrek krediet aan zelfstandige ondernemers. We helpen zelfstandigen hun onderneming voort te zetten door het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) aan te passen, zodat gemeenten ook ondernemers met een werkende partner kunnen helpen met een krediet. Help de voedselbanken helpen. De overheid moet -helaas- erkennen dat voedselbanken voor veel huishoudens cruciaal zijn. Door supermarkten en consumenten wordt steeds minder voedsel verspild. Dit is een goede zaak. Echter kan dit voor voedselbanken negatieve gevolgen hebben in hun aanvoer. Dit vraagt om een blijvend gesprek tussen de levensmiddelenindustrie, supermarkten en voedselbanken om ervoor te zorgen dat voedselbanken voldoende voedsel hebben om te kunnen delen met mensen die hiervoor in aanmerking komen. --- pdf_page: 41 --- # Een eerlijk vangnet Ons sociale zekerheidsstelsel is een vangnet als het (l)even tegenzit. Het verzekert mensen van inkomen bij werkloosheid, ziekte, arbeidsongeschiktheid en ouderdom. In theorie hebben we in Nederland een stevige sociale zekerheidsbasis. Voor elke vorm van tegenslag is een vorm van inkomensverzekering. De praktijk blijkt weerbarstiger. Veel van de huidige sociale zekerheidswetten gaan ervan uit dat de uitkeringsgerechtigde alle complexiteit kan overzien. De ingezette verandering om hardheden te laten verdwijnen en wetten makkelijker te maken moet worden voortgezet naar een beleid waaraan een realistisch mensbeeld ten grondslag ligt. Waarbij rekening wordt gehouden met wat mensen kunnen en met onderlinge verschillen. Dit vraagt om een cultuuromslag. Van denken in systemen naar wat mensen nodig hebben, en werken vanuit vertrouwen. Met als doel dat iedereen de kans heeft om rond te komen en mee te kunnen doen in de samenleving. Hervorm de Participatiewet. De Participatiewet is het vangnet zodat iedereen volwaardig mee moet kunnen doen in de samenleving. Dit vangnet is niet stevig genoeg. Naast de hoogte van de uitkering zijn ook de regels niet goed. Bijvoorbeeld voor mensen met een medische urenbeperking. Daarom moet de wijziging van de Participatiewet (zowel op korte als langere termijn) worden voortgezet. Wij streven naar een overheid die mensen vertrouwt, en die omkijken naar elkaar belangrijk vindt. Dit betekent ook dat het makkelijker moet worden om met behoud van uitkering vrijwilligerswerk te doen of mantelzorg te verlenen. Ondersteun jongeren die in de knel zitten. Voor jongeren van 18 tot 21 jaar die dakloos zijn, in een instelling wonen of in omstandigheden raken waarbij ouders/verzorgers hun onderhoudsplicht niet volledig kunnen nakomen, worden oplossingen via de bijstand mogelijk gemaakt. Gemeenten zijn verplicht om deze jongeren ruimhartig te helpen, zonder willekeur. Bijvoorbeeld via de bijzondere bijstand of individueel maatwerk via de Participatiewet. We schaffen de zoekperiode van vier weken in de bijstand af. Naar een beter stelsel bij arbeidsongeschiktheid. Het stelsel voor verzekering van arbeidsongeschiktheid is nodeloos ingewikkeld, niet uit te leggen en soms regelrecht onrechtvaardig. De commissie OCTAS komt in 2024 met belangrijke conclusies voor noodzakelijke verbeteringen. Dit rapport vormt de belangrijkste bron om te komen tot een nieuw stelsel. Er moet een oplossing komen voor de huidige '35-minners'-problematiek waardoor veel (chronisch) zieken eindigen in de bijstand. De ChristenUnie wil ook een rechtvaardiger stelsel. Het huidig stelsel zorgt er voor dat mensen met eenzelfde arbeidsbeperking, maar een hoger inkomen, eerder recht hebben op een WIA-uitkering. Behoud de nabestaandenuitkering. Juist op het moment dat iemand een partner of ouder verliest, is het onze plicht om als samenleving een vangnet te organiseren. Op de huidige nabestaandenuitkering mag niet worden beknibbeld. Een solidair pensioen. Ons collectieve pensioenstelsel is het waard om te behouden. Mede door het stelsel van AOW als eerste pijler en aanvullend pensioen als tweede pijler, zijn ouderen in Nederland goed beschermd tegen armoede. Met de Wet toekomst pensioenen is het besluit genomen om het pensioenstelsel te hervormen. Dit is een goede zaak. Solidariteit en collectiviteit blijven belangrijke fundamenten van het nieuwe stelsel. De komende jaren staan voor de pensioensector in het teken van de transitie. Dit vraagt van alle partijen volledige inzet om een zorgvuldige overgang te bewerkstelligen. --- pdf_page: 42 --- # Voorkomen van schulden Het is in Nederland te makkelijk geworden om in een moeras van schulden te belanden. Consumenten moeten beter beschermd worden tegen het aangaan van financiële verplichtingen. Buy now, pay later (BNPL) is als betalingsmethode enorm in opkomst. Door dit soort betaalmethodes vervaagt de norm om alleen iets te kopen bij voldoende geld op de rekening. Het verdienmodel van deze diensten is niet het innen van de oorspronkelijke vordering, maar de kosten voor te late betalingen. Ook de overheid moet zorgen dat zij zelf minder vaak veroorzaker is van grote schulden. De aanpak 'geldzorgen, armoede en schulden' wordt met eenzelfde voortvarendheid voortgezet onder coördinatie van één bewindspersoon. Een einde aan Buy Now, Pay Later (BNPL) diensten. In Europees verband pleiten we voor een verbod op BNPL-diensten. Tot die tijd nemen we forse maatregelen om de schade van BNPLdiensten te verminderen. BNPL-diensten worden onder de Richtlijn Consumentenkrediet gebracht zodat er strengere voorwaarden gaan gelden. De partijen moeten duidelijker waarschuwen over de kosten van te laat betalen. Boven een openstaand bedrag van $€ 100$ mag geen nieuwe aankoop via BNPL geaccepteerd worden. Jongeren moeten beter beschermd worden tegen het aangaan van grote schulden bij BNPL-diensten. Hiervoor moet de leeftijdscheck écht gehandhaafd worden. In fysieke winkels mag BNPL niet meer worden aangeboden als betaalmogelijkheid. Verbeter campagnes tegen lenen en BNPL-diensten. De waarschuwingscampagne 'Geld lenen kost geld' is voor velen te cryptisch. Er komt daarom een betere waarschuwingscampagne om te waarschuwen voor de gevolgen van BNPL en andere manieren om geld te lenen. Signaleer schulden vroegtijdig. Er is veel verbeterd in de vroegsignalering van schulden door de vastelastenpartijen richting gemeenten. Dit is een waardevol instrument wat verder ontwikkeld moet worden. Gemeenten moeten meer instrumenten krijgen om op een goede manier vervolg te geven aan de signalen. Geen wanbetalersregeling Zorgverzekeringswet meer. De Raad voor de Rechtspraak heeft de regeling als één van de buikpijndossiers bestempeld. De regeling is onoverzichtelijk en brengt mensen in verdere financiële problemen. Verbied afbetaling bij consumentenproducten. De gulden regel in het leven is: de kost gaat voor de baat uit. Het op afbetaling kopen van consumptiegoederen wordt verboden voor aankopen tot $€ 1000$. Zo blijft het wel mogelijk om grote aankopen, zoals een auto, gespreid te betalen, maar wordt voorkomen dat kleine aankopen tot grote schulden kunnen leiden. Verlaag de maximale kredietrente. Juist degenen die krediet nodig hebben, komen vanwege hoge rentepercentages in de problemen. Gemeentelijke en commerciële kredietverleners mogen niet bovenmatig verdienen aan het verstrekken van kredieten. Daarom mogen kredietpercentages voortaan maximaal 3\% meer dan de kapitaalmarktrente bedragen. Pak de doorverkoop van schulden aan. Alle schuldeisers hebben een zorgplicht naar de schuldenaar. Schuldeisers moeten meer aantoonbare activiteiten ondernemen voor ze een derde inschakelen voor het innen van de schuld. Het doorverkopen van schulden wordt aan banden gelegd. Vorderingen mogen maximaal één keer worden doorverkocht, en de oorspronkelijke eigenaar houdt een zorgplicht. Financiële educatie op middelbare scholen. In het onderwijs curriculum wordt aandacht besteed aan financiële educatie. --- pdf_page: 43 --- # Een einde aan de incasso-industrie Rond het innen van schulden is een volledige industrie ontstaan van incassobureaus, deurwaarders en schuldopkopers. Perverse prikkels in huidige wetgeving rond schulden en incassodienstverlening leiden tot een verdienmodel ten koste van kwetsbare mensen. Langdurige beslagleggingen van opgekochte schulden waarvan de rentelasten zo hoog zijn dat je zelfs met een modaal salaris er nooit vanaf zou kunnen komen. Hoe kwetsbare mensen uit huis gezet worden, terwijl de kosten die zo op de samenleving worden afgewenteld vele malen groter zijn dan de betalingsachterstand die is ontstaan. De schuldenindustrie is veel te ver doorgeslagen en moet een halt worden toegeroepen. Het incassosysteem moet op de schop. Het systeem is kapot en ongelofelijk duur. Geef deurwaarders een sociale rol. Deurwaarders krijgen een andere rol die niet enkel gericht is op executie van het vonnis, maar gericht is op een duurzame oplossing. Zij ervaren nu een perverse prikkel om een zaak aan de rechter voor te leggen, ook al weten ze bij voorbaat dat er geen geld te halen is. Er is geen (financiële) prikkel om de belangen van de schuldenaar of de maatschappij te behartigen. Een duurzame oplossing betekent bijvoorbeeld dat deurwaarders een regierol krijgen voor meerdere schuldeisers en kunnen verwijzen naar schuldhulpverlening of beschermingsbewind, in ruil voor het pauzeren van het innen of zelfs kwijtschelden van de vordering. Deurwaarders krijgen hiervoor een zorg- en meldplicht. Verander het verdienmodel van deurwaarders. Een meer sociale rol van de deurwaarder betekent ook dat we met een nieuwe blik naar de bekostigingssystematiek en het verdienmodel van deurwaarders moeten kijken. We moeten naar een sociaal tarief. Hierbij kunnen we lessen trekken uit de situatie in België. Een plafond voor incassokosten. Door optellende rentes en incassokosten is de openstaande schuld vaak velen malen hoger dan de oorspronkelijke vordering. De opbrengst van rente- en incassokosten wordt voor consumenten gemaximeerd op een maximaal percentage van de oorspronkelijke vordering. Verken mogelijkheden om het aantal procedures te verminderen. Deurwaarders moeten vooraf inzicht kunnen krijgen in de vermogenspositie van de schuldenaar. Dit voorkomt zinloze procedures die alleen maar zorgen voor extra kosten voor de schuldenaar. Ook een vereenvoudigd betalingsbevel of het wijzigen van de perverse prikkel rond het stuiten van verjaringen zijn maatregelen om het aantal procedures te verminderen. Krediettax voor consumptieve kredieten (incl. BNPL). Er komt een krediettax waarbij de kredietverstrekker een deel van het verleende bedrag moet afdragen aan een preventie-/schuldenfonds. Dit fonds kan worden ingezet voor preventie, maar ook bijdragen aan het oplossen van schulden ('de vervuiler betaalt'). Geef inzicht in openstaande schuld. Een schuldeiser moet binnen een redelijke termijn kunnen specificeren hoe de vordering tot stand is gekomen als een schuldenaar hierom vraagt. Kan een incassobureau dat niet (op tijd), dan worden hier consequenties aan verbonden. Ook wordt de Nederlandse Schuldhulproute en MijnSchuldenwijzer.nl uitgebreid en breed ingevoerd. Te beginnen met de overheidsincasso's en op termijn ook private schulden. Op die manier kunnen incassokosten geclusterd worden, en betalingsregelingen vereenvoudigd. Sociaal maatschappelijk incasseren wordt de norm. De overheid stimuleert en beloont bedrijven en incassobureaus die zich op innovatieve en vergaande wijze inzetten om een schuldenaar te ondersteunen, bijvoorbeeld via een incasso footprint. Sociaal maatschappelijk incasseren wordt ook de norm bij aanbestedingen van overheidsopdrachten. Overheidsorganisaties zoals het CJIB en de Belastingdienst innen hun vorderingen ook op een sociaal maatschappelijke manier, zonder het principe van no cure, no pay. --- pdf_page: 44 --- Eén Rijksincasso. Er komt 1 Rijksincasso die alle overheidsvorderingen gezamenlijk beheert en int. Er wordt altijd de mogelijkheid aangeboden tot een termijnbetaling. # Schuldhulpverlening: de weg naar een schone lei Slechts een klein deel van de mensen met problematische schulden wordt uiteindelijk geholpen in een schuldhulpverleningstraject. Voor veel mensen is de drempel naar de gemeente te hoog. Voor veel mensen met schulden is de drempel naar vrijwilligersorganisaties, zoals SchuldHulpMaatje, kleiner. Alleen al om die reden zijn deze organisaties goud waard. We willen naar een situatie waarin het hebben van problematische schulden geen eindvonnis is zonder perspectief, maar een situatie waarin mensen een tweede kans hebben. Geen voorkeurspositie voor de overheid. Overheidsorganisaties, waaronder de Belastingdienst, zijn de grootste schuldeisers en ook vaak zelf een sta-in-de-weg bij het oplossen van schulden. Door normalisering van hun positie is een schuldenregeling eerder mogelijk. Schuldhulpmaatjes zijn cruciaal. Schuldhulpmaatjes worden vaker ingezet om naast iemand met schulden te staan en deze persoon gedurende het hele traject te begeleiden. De rol van vrijwilligers moet beter worden verankerd in het schuldhulpverleningsbeleid. Samenwerken is goed, maar het mag geen wegschuiven worden naar de vrijwilliger. De rolverdeling moet vast komen te liggen binnen een plan van aanpak zodat iedereen weet wat hij kan verwachten en de professional verantwoordelijk blijft. Vaker saneringskredieten. Saneringskredieten bieden schuldenaren rust en perspectief. Alle schuldeisers worden in één keer afgelost en het incasso-circus valt stil. Het instrument van saneringskredieten moet vaker worden ingezet. Zet de beslagvrije voet op 100\% van het sociaal minimum. We willen dat het sociaal minimum de absolute ondergrens is en niemand van een bedrag onder het sociaal minimum moet rondkomen. Mensen met schulden helpen we met een eerlijke schuldenregeling met perspectief op een schuldenvrije toekomst waarbij het sociaal minimum in alle situaties gewaarborgd is. Garandeer het Vrij te laten bedrag (VTLB). Gemeenten mogen geen schuldenregeling aanbieden die onder het VTLB uitkomt. Wanneer schuldenaren daardoor geen afloscapaciteit hebben, kunnen mensen rechtstreeks een beroep doen op de Wet schuldsanering natuurlijke personen. Kwaliteit schuldhulpverlening omhoog. De verschillen tussen gemeenten zijn groot, in sommige gevallen te groot. Er komt daarom een kwaliteitskader waarin minimumeisen worden vastgelegd. Verkort de maximale termijn om tot minnelijke regeling te komen. De aflosperiode is recent verkort naar 18 maanden. Maar het duurt nog te lang voordat iemand in een schuldenregeling zit. Deze fase zou niet langer mogen duren dan 6 maanden. Nazorg na schuldhulpverleningstraject. Om te voorkomen dat iemand opnieuw terugvalt in een problematische financiële situatie is nazorg van belang. Zeker nu de aflosperiodes in de minnelijke en wettelijke schuldsanering verkort zijn, is dit extra belangrijk. Een nazorgtoets kan helpen om in te schatten wat voor nazorg iemand nodig heeft. Nazorg krijgt een betere wettelijke verankering in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. ### 2.2.4 Goed werk In het christelijk-sociale denken hoort werk bij de bestemming van de mens. We geloven dat ieder mens iets heeft toe te voegen aan de samenleving. Vaak gaat het alleen over de economische waarde van werk, over de werknemer als verdienmodel. Dat is te beperkt. In het goede leven is werk zoveel meer dan dat. Ieder mens heeft talent. Ieder mens kan wat bijdragen aan de samenleving. --- pdf_page: 45 --- En werk kan een zaadje zijn voor een nieuwe toekomst. We werken samen aan een duurzame toekomst, als rentmeesters over wat ons is toevertrouwd. De arbeider is zijn loon waard. De loonkloof tussen de top en de werkvloer groeit. Het is tijd om deze verhouding bij te buigen in een andere richting. Werkgevers hebben een verantwoordelijkheid om op een rechtvaardige en ruimhartige manier te zorgen voor hun werknemers. Tegelijk hebben werknemers de taak bij te dragen aan de bloei van het bedrijf of de organisatie. # Een eerlijke arbeidsmarkt Op de huidige arbeidsmarkt is voor steeds meer mensen de enige zekerheid de flexibiliteit van hun baan. We willen af van de situatie dat tijdelijke werknemers voor een werkgever goedkoper zijn dan werknemers die voor onbepaalde tijd in dienst zijn. De sterke groei van het aantal werknemers met een flexibel contract en het aantal zzp'ers is geen natuurverschijnsel. Het is het gevolg van regels in het arbeidsrecht, de sociale zekerheid en de fiscaliteit. Nu sociale partners en de overheid met elkaar tot overeenstemming zijn gekomen over de te nemen maatregelen is er een streep in het zand getrokken. Het is de hoogste tijd om werk te maken van deze plannen en werknemers meer zekerheid te geven. Arbeidsmarktpakket naar wetgeving. Er is lang genoeg gepraat over een eerlijke arbeidsmarkt. Het is nu tijd om de noodzakelijke veranderingen te realiseren en de wetgeving te implementeren. In het voorjaar van 2023 is door sociale partners en het kabinet overeenstemming bereikt over een pakket aan maatregelen. De doorgeschoten flexibilisering in de vorm van een cultuur van uitbesteden en tijdelijke vluchtige contracten moet worden aangepakt. De regels rond loondoorbetaling bij ziekte worden aangepast. Dit zorgt voor lagere risico's voor kleinere werkgevers om mensen in vaste dienst te nemen. ZZP'ers weer echte ondernemers. De verschillen tussen zelfstandigen en werknemers in loondienst worden verkleind. Er komt een verplichte verzekering tegen arbeidsongeschiktheid. We zien te veel zzp'ers die ondernemer lijken, maar schijnzelfstandige zijn (al dan niet gedwongen). Zij zijn vaak onvoldoende beschermd tegen arbeidsongeschiktheid en bouwen vaak te weinig reserves op voor een goed pensioen. Reguleer de uitzendsector. De uitzendsector wordt gereguleerd, conform het advies van de commissie Roemer. Uitzendbureaus moeten een certificaat hebben om actief te mogen zijn, inclusief vestigingseisen en sterke en voldoende handhaving hierop. Het is nu te makkelijk om met een uitzendbureau veel geld te verdienen ten koste van de werk- en woonsituatie van kwetsbare werknemers. Arbeidsmigranten zijn kwetsbaar voor uitbuiting, waarin veel uitzendbureaus nu een cruciale en kwalijke rol spelen. Arbeidsmigranten worden in te veel gevallen behandeld als stukgoed waarbij zij door de koppeling van bed en baan kwetsbaar zijn voor dakloosheid. Als deze vorm van regulering niet afdoende blijkt te zijn om misstanden tegen te gaan, komt er een vergunningsstelsel voor uitzendbureaus. Een hoger minimumloon. Het minimumloon is te laag om van rond te komen. De ChristenUnie stelt voor het minimumloon de komende kabinetsperiode te verhogen naar 60\% van het mediane salaris. Dit betekent dat we het minimumloon, bovenop de normale verhogingen, met meer dan 10\% extra verhogen, waarmee het minimumloon in 2028 uitkomt op bijna $€ 18$ per uur. Verlaag lasten op arbeid. Werkenden met gewone inkomens - van een minimumloon tot circa twee keer modaal - moeten netto meer overhouden van hun loon. De marginale belastingtarieven (i.e., het percentage belasting dat je betaalt over extra inkomsten) moeten omlaag, zodat werken lonender wordt. Daartoe wordt de inkomstenbelasting grondig hervormd. De loon- en inkomstenbelasting gaan omlaag en winst, vermogen en vervuiling worden meer belast. --- pdf_page: 46 --- Gelijke fiscale behandeling van alle werkenden. Fiscale voordelen voor zelfstandigen worden in een verstandig tempo afgebouwd. Die voordelen waren een belangrijke oorzaak voor de groei van het aantal zzp'ers in de afgelopen vijftien jaar. Wij gunnen ondernemers een goed inkomen, maar dan wel op grond van hun ondernemerskwaliteiten en niet op basis van grote fiscale voordelen. Bij de afbouw van fiscale voordelen moet het evenwicht in belastingdruk tussen de verschillende soorten ondernemers behouden blijven. Uitgangspunt is dat fiscale voordelen of lasten geen reden mogen zijn om mensen in te huren in plaats van in dienst te nemen. Het belang van polderen. Nederland kent een lange traditie van overleg tussen werkgevers en werknemers. In de befaamde Hollandse polder zijn werkgevers en werknemers belangrijke partners bij grote hervormingsbesluiten. De afgelopen jaren viel het vaak niet mee om tot gedragen afspraken te komen, maar het pensioenakkoord (2019) en arbeidsmarktpakket (2023) hebben aangetoond dat de polder nog steeds werkt. We vinden niet alleen het Haagse polderoverleg van belang, ook het 'mini-polder'-overleg verdient waardering en ruimte. We hechten veel belang aan goed overleg op het niveau van sectoren en ondernemingen en zien daarbij een belangrijke rol voor de ondernemingsraden. Dat is de plek waar de gemeenschap vorm krijgt en waar werkgevers, werknemers en stakeholders elkaar in de ogen kijken. We blijven afgesloten cao's (uiteraard) algemeen verbindend verklaren. Gelijk loon voor gelijk werk. Gelijke loonkosten voor gelijk werk voorkomt een ongelijk speelveld en uitbuiting. Wij willen dat de oneerlijke concurrentie op loonkosten tussen Nederlandse medewerkers en arbeidsmigranten stopt, bijvoorbeeld door het onmogelijk maken van schimmige flex- en draaideurconstructies en van inhoudingen op het loon. Dat geldt ook voor het omzeilen van arbeidsvoorwaarden in de 'platformeconomie'. Geen discriminatie op de arbeidsmarkt. Alle vormen van discriminatie op de arbeidsmarkt, van naam, postcode, geslacht, tot zwangerschap, zijn onacceptabel en worden bestreden. Behoud van onregelmatigheidstoeslag. De zondag is geen reguliere werkdag. De ChristenUnie pleit voor het wettelijk vastleggen van het vergoeden van onregelmatigheidstoeslag voor werk op zondag. Pak schijnconstructies aan. Er zijn Europese afspraken nodig over vestigingseisen voor ondernemingen om brievenbusfirma's te voorkomen. Dit voorkomt onder andere het misbruik van afdragen van sociale zekerheidspremies. Inkoop van eerlijke arbeid. Alle overheden richten hun inkoop- en aanbestedingsprocedures zo in dat goede arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden gegarandeerd zijn en de inzet van mensen met een arbeidsbeperking wordt bevorderd. Sociale ondernemingen moeten ook een eerlijkere kans krijgen in aanbestedingsprocedures. Onderdeel van deze goede arbeidsvoorwaarden is ook het hebben van een adequate pensioenregeling. Matig topsalarissen. De trend dat de salarissen aan de top sneller groeien dan salarissen op de werkvloer moet worden gekeerd. De ChristenUnie wil dat in cao's daar expliciet aandacht aan wordt besteed, zeker in die sectoren waar de loonkloof tussen top en werkvloer groot is. De Wet normering topinkomens (Wnt) moet strakker gehandhaafd worden bij publieke functies. De Wnt wordt ook van toepassing op de gezondheidszorg en staatsdeelnemingen. Geen subsidie naar topsalarissen. De Wnt helpt het Rijk om de salarissen in de (semi) publieke sector te reguleren. Wij pleiten ervoor deze wet zo aan te passen dat gemeenten en provincies hier voortaan beter op kunnen sturen bij de inkoop van zorg en het toekennen van subsidies. --- pdf_page: 47 --- # Werk voor iedereen Met elkaar bouwen we aan een samenleving waar niemand alleen staat of buitengesloten wordt. leders talent kan worden benut. We zijn geroepen om ons, ook door betaald werk, in te zetten voor en met elkaar. Ondanks de enorme krapte op de arbeidsmarkt staan nog veel mensen onvrijwillig aan de kant. We helpen mensen om hun talenten te ontdekken, te ontwikkelen en in te zetten op de plek die maatschappelijk van waarde is. Dit vraagt van bedrijven om écht moeite te doen om werkplekken te creëren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Tegelijkertijd is de overheid verantwoordelijk om ervoor te zorgen dat niemand tussen wal en schip valt. Ook als extra begeleiding of een beschutte werkplek nodig is. Werkgelegenheid is de beste sociale zekerheid. Er moet meer werkgelegenheid worden gecreëerd voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Als het kan bij reguliere werkgevers en anders bij sociale ondernemingen. Zij vervullen als inspiratiebron en aanjagers van een inclusieve arbeidsmarkt een belangrijke rol. Er is meer inzet van de overheid nodig om mensen die langdurig aan de kant staan duurzaam aan het werk te krijgen. Dit vraagt maatwerk en goede begeleiding. Wij onderstrepen het belang van jobcoaching op de werkvloer: iemand die naast de werknemer staat, de dagelijkse vraagbaak is en ondersteuning biedt. Een stabiele baan is goud waard. De overheid komt de banenafspraak na. Er worden door overheidsorganisaties meer banen gecreëerd voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, juist in sectoren die nu achterlopen op de afspraak, zoals het onderwijs. Een sociale basisvoorziening voor werk. We bouwen weer een stevige publieke sociale infrastructuur om mensen aan de basis van de arbeidsmarkt te ondersteunen en te helpen ontwikkelen. De basisbaan wordt het nieuwe sluitstuk van de sociale zekerheid. Veel gemeenten werken al met dit principe. Vanuit de sociale basisvoorziening voor werk moeten voldoende werkplekken worden aangeboden voor mensen die duurzaam of tijdelijk afhankelijk zijn van een beschermde werkomgeving: als vangnet en springplank. Financiële zekerheid bij overgangen tussen dagbesteding, bijstand en werk. Om de stap van een dagbesteding met een Wajong- of bijstandsuitkering naar werk te durven zetten is financiële zekerheid nodig. Nu is inkomensonzekerheid een groot struikelblok voor deelname op de arbeidsmarkt. Liever zekerheid met een laag inkomen dan onzekerheid met een hoger inkomen waar je het risico loopt dat je bij baanverlies zonder inkomsten zit of te maken krijgt met ingewikkelde verrekeningen. Financiële onzekerheden moeten zoveel mogelijk worden weggenomen, door ruimere bijverdiengrenzen, een bufferbudget of garantie op terugkeer in uitkering wanneer betaald werk niet lukt. Een quotum voor het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking. Bedrijven en overheidsorganisaties met meer dan 25 fte aan personeel worden verplicht om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Om deze werkgevers te ontzorgen komt er een regeling voor een begeleidingsbonus. Met deze begeleidingsbonus kunnen intensieve begeleiding en eventueel productieverlies worden gecompenseerd. Waardeer werken met een medische urenbeperking. Voor mensen met een medische urenbeperking die (deels) afhankelijk zijn van een bijstandsuitkering mist perspectief. Zij vallen onder het strenge regime van de Participatiewet inclusief vermogenstoets en een beperkte vrijlatingsregeling. Er moeten maatregelen genomen worden om deze groep meer (financiële) waardering te geven voor de maatschappelijke bijdrage die zij leveren via betaald werk. --- pdf_page: 48 --- Meer leer-werktrajecten. We promoten leer-werktrajecten door het voor ondernemers aantrekkelijk te maken deze aan te bieden, om daarmee kwetsbare groepen met een afstand tot de arbeidsmarkt een kans op een echte baan te geven. We willen dat ondernemers met een hart van goud voor jongeren en jongeren met gouden handen elkaar vinden. Dit vraagt voldoende budget voor goede begeleiding op de werkvloer. Maak goede bijscholing mogelijk. Met name voor werkenden met een beroepsopleiding moet bijscholen aantrekkelijker worden. Hun scholingskansen worden gelijkgetrokken met die van theoretisch geschoolden. Dat zorgt voor een betere positie op de arbeidsmarkt, zeker ook voor 50-plussers. Er komt een publiek-privaat bekostigde infrastructuur voor loopbaanbegeleiding en scholingsadvies, waar iedereen een beroep op kan doen tijdens de zoektocht naar nieuw werk. Hierbij worden nadrukkelijk de opgedane ervaringen meegenomen van het STAP-budget, dat ook gebruikt werd voor twijfelachtige cursussen met weinig maatschappelijk toegevoegde waarde. # 2.3 - Naar een thuis voor iedereen Een dak boven je hoofd is geen luxe, maar een recht, verankerd in artikel 22 van de Grondwet. Maar jaren van verwaarlozing van onze volkshuisvesting hebben het recht op een woning veranderd in een voorrecht. Helaas worden er, ondanks allerlei mooie woorden, nog steeds veel te weinig betaalbare woningen gebouwd. Er zijn eerste stappen gezet richting herstel van onze volkshuisvesting, zoals de afschaffing van de verhuurderheffing en het beter beschermen van huurders en bestaande huizen tegen opkoop door beleggers. Maar ook al zijn de ergste uitwassen in de woningmarkt de kop in gedrukt, er is nog een lange weg te gaan. En op die weg gaat het niet alleen over meer, betaalbaar en duurzaam, maar ook over goed samenleven. Wonen gaat immers over samenhang, over het bouwen van gemeenschappen in een straat, buurt, wijk of dorp. De ChristenUnie knokt voor een beter volkshuisvestingsbeleid waarin verschillen kleiner worden en er voldoende betaalbare woningen komen voor starters en doorstromers, voor jong en oud, voor kopers en huurders, van het kleinste dorp tot de grootste stad; net zolang totdat iedereen een thuis heeft. ## Betaalbaar bouwen We herstellen de volkshuisvesting. De ChristenUnie wil fair, rechtvaardig woonbeleid met eerlijke kansen voor iedereen. Daar zijn grote (fiscale) veranderingen en een stevig bouwoffensief voor nodig. Bouw veel meer betaalbare woningen. De ChristenUnie wil dat er 100.000 woningen per jaar bijkomen, waarvan een groot deel beschikbaar komt voor starters en senioren. Het tekort aan woningen dreigt in 2025 al op te lopen tot 400.000 woningen en tot 2030 is er behoefte aan bijna een miljoen nieuwe woningen. Maar bouwprojecten komen door allerlei oorzaken nauwelijks van de grond of vallen stil. Dit vraag om veel meer actie, vanuit de markt, maar zeker ook vanuit de overheid. De recent gemaakte Nationale Prestatie Afspraken (NPA) tussen Rijk, corporaties en gemeenten moeten snel worden uitgevoerd. Het Rijk en de provincies gaan met behulp van de nieuwe Wet Regie op de volkshuisvesting sturen op de realisatie van voldoende betaalbare woningen door partijen aan de gemaakte afspraken te houden, met name de eis om twee derde betaalbaar te bouwen, waaronder 30\% sociale huurwoningen. Voorkom dat woningbouw stilvalt. Acute vraaguitval is te voorkomen als de overheid een doorbouwgarantie afgeeft. Zo worden projecten toch in aanbouw genomen, ook al zijn er nog niet genoeg verkocht. De faciliteit in de overdrachtsbelasting die voorziet in het niet-afdragen daarvan indien een woning binnen 6 maanden opnieuw wordt verkocht, wordt verruimd tot 36 maanden. --- pdf_page: 49 --- Een agenda voor volkshuisvesting. Het ministerie van Volkshuisvesting komt met een langjarige agenda voor de volkshuisvesting in Nederland, zodat ontwikkelaars weten waar zij de komende jaren aan toe zijn. Onderdeel daarvan is het versimpelen en versnellen van vergunningprocedures, zodat de meeste tijd van een bouwproject niet meer in procedures zit. Ruim baan voor woningcorporaties. Er komt een einde aan de winstbelasting (Vpb) voor woningcorporaties. Woningcorporaties krijgen de ruimte om - zonder markttoets! - te investeren in de bouw van betaalbare middeldure huurwoningen en leefbare wijken. Om de betaalbare middenhuur te kunnen realiseren mogen corporaties geborgd financieren bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Dit zorgt voor doorstroming op de woningmarkt en een gemengd woningaanbod. Innovatief en duurzaam bouwen. Nieuwbouwhuizen zijn veel te duur geworden. Dat kan en moet anders, door veel meer dan nu in te zetten op makkelijke, betaalbare en duurzame bouw. Modulair en prefab bouw moet gestimuleerd worden. De huidige ontwikkelingen laten zien dat flexbouw goed en mooi kan. Het is bovendien goed te combineren met houtbouw en biobased materialen. Innovatieve woningbouw biedt kansen voor het grootschalig toepassen van natuurlijke bouwmaterialen zoals hout en vezelgewassen in plaats van steen, staal en beton. Bouwen in stad en dorp. Er zijn veel mogelijkheden om 'binnenstedelijk' en 'binnendorpelijk' te bouwen. Dit zorgt ook voor behoud van groene ruimte. Tegelijk kan 'een straatje erbij' lokaal veel lucht bieden, zeker in plattelandsdorpen waar jarenlang niet of nauwelijks gebouwd mocht worden. In dorpen kijken we in het bijzonder naar waar we door kleinschalig en met hoge kwaliteit te bouwen, het voorzieningenniveau op peil kunnen houden en kwaliteit aan de leefomgeving kunnen toevoegen. Echt buiten dorpen en steden bouwen we alleen als er sprake is van goede OV-verbindingen, zoals rondom stations of bij snelle buslijnen. De grote woningbouwopgave vraagt om een goed geregisseerde ruimtelijke ordening. Inzetten op een ander grondbeleid. Speculatie met grond en veelvuldige transacties drijven de prijs op. De waardestijging van grond, omdat deze bebouwd gaat worden, komt slechts beperkt in publieke handen terecht. Bestaande instrumenten, zoals het voorkeursrecht voor gemeenten en het instrumentarium uit de Omgevingswet, moeten beter benut worden. We zijn voorstander van een planbatenheffing. Leegstaande gebouwen worden hergebruikt. Gemeenten mogen een leegstandsbelasting heffen. De overdrachtsbelasting voor beleggers bij transformatie naar woningen wordt afgeschaft. Benut de bestaande voorraad. Door het bevorderen van doorstroming, het bouwen van extra seniorenwoningen, het optoppen van woningen met een extra woonlaag, het vereenvoudigen van het plaatsen van kangoeroe-woningen, en het stimuleren van hospitaverhuur benutten we de bestaande voorraad beter. # Bouwen voor verbondenheid Wonen gaat over meer dan gestapelde stenen. Huizen bouwen is gemeenschappen bouwen en wonen is samenleven. In je buurt, dorp of wijk of (steeds vaker) in je leefgemeenschap. In ons land nemen de verschillen tussen wijken in de steden toe, en ook tussen de verschillende regio's in ons land. Deze verschillen zorgen voor een ongewenste ongelijkheid in kansen en mogelijkheden. De ChristenUnie wil erop letten dat we bouwen voor nieuwe verbondenheid tussen mensen. Solidariteit tussen wijken en gemeenten. Gemeenten worden aangespoord om duurdere woningen te bouwen in goedkope wijken en goedkopere woningen in de duurdere wijken. Elke gemeente bouwt voldoende sociale huurwoningen en laat dat niet aan de buurgemeente(s) over. Provincies hebben en krijgen (aanwijzings)mogelijkheden om hierop te sturen. Er wordt met --- pdf_page: 50 --- de wet regie op de volkshuisvesting gestuurd op het handhaven van een norm van 30\% sociale nieuwbouw, woningen voor kwetsbare doelgroepen en ouderen en eventueel een aanwijzing voor de fatsoenlijke huisvesting van arbeidsmigranten. Investeer in leefbare wijken. In de 20 stedelijke 'focusgebieden' wordt het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid voortgezet. Hiermee bevorderen we de leefbaarheid en veiligheid voor 1,3 miljoen mensen en verkleinen we de verschillen. Daarvoor is één integraal en meerjarig budget nodig. Solidariteit tussen regio's. Het rapport 'Elke regio telt' heeft laten zien dat er naast wenselijke verschillen in bijvoorbeeld landschap en regionale cultuur, veel onwenselijke verschillen tussen regio's zijn. In regio's zoals Zeeuws-Vlaanderen, de Kop van Noord-Holland, de Veenkoloniën, Twente en Parkstad Limburg is al langere tijd sprake van forse achterstanden, zoals een lagere levensverwachting, slechter bereikbare banen of onderwijs. Ook deze gebieden vragen net als de 20 focusgebieden om één integraal en meerjarig budget. De Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek wordt daarom verruimd naar een Wet bijzondere maatregelen regionale en grootstedelijke problematiek. Ruim baan voor wooncoöperaties. We geven maximaal ruimte aan oplossingen uit de samenleving om de woningnood te lenigen en gemeenschappen te versterken. Denk aan wooncoöperaties, groepswonen en particulier opdrachtgeverschap, maar ook aan slimme woonvormen voor kleine huishoudens en ontwikkelaars die 'koop-later'-woningen bouwen. Vanwege de gestegen rente en bouwkosten maakt de overheid goedkope leningen voor coöperaties mogelijk om nieuwbouw te realiseren. Nieuwbouwwijken moeten uitnodigen tot ontmoeting. In grootschalige nieuwbouwwijken moet voldoende ruimte zijn voor ontmoeting, zoals in hofjes, buurthuizen, kerk- en verenigingsgebouwen. Kerk- en verenigingsgebouwen worden standaard meegenomen in de referentienorm maatschappelijke voorzieningen. Ook wordt voldoende ruimte gereserveerd voor breed maatschappelijk vastgoed, zoals praktijken voor huisartsen, verloskundigen of fysiotherapie, maatschappelijke opvang en -hulpverlening. Geen discriminatie op de woningmarkt. Met een standaard biedlogboek voor makelaars is het gedaan met een oneerlijke biedingspraktijk. De toewijzing van woningen door particuliere verhuurders moet objectiever. Dit voorkomt discriminatie op de woningmarkt. We helpen gemeenten malafide verhuurders hard aan te pakken. Ruimte bieden aan kerk, geloof en verbondenheid. Kerken en religieuze gemeenschappen zijn belangrijke verbanden in onze samenleving. Het komt nog te vaak voor dat er geen of te weinig plek is voor deze gemeenschappen. Het Rijk ondersteunt gemeenten daarom blijvend bij het ontwikkelen of vernieuwen van hun kerkenvisie. Hierin komt niet alleen het behoud van bestaand erfgoed aan bod, maar ook hoe nieuwe of bestaande kerkelijke en religieuze gemeenschappen een plek vinden in (dezelfde) wijk, dorp of stad. In omgevingsplannen en bij de herontwikkeling van wijken wordt ruimte geboden aan religieuze gebouwen zoals kerken. # Bestrijd ongelijkheid, bied betaalbaar en menswaardig onderdak Het aantal betaalbare woningen nam het afgelopen decennium in ijltempo af. Met grote maatschappelijke gevolgen. Zo groeide het aantal daklozen de afgelopen tien jaar schrikbarend. Maar er zijn ook minder zichtbare gevolgen, zoals het leiden van een 'uitgesteld leven', waarin jongeren vanwege het ontbreken van een betaalbaar en zeker thuis, noodgedwongen levensbelangrijke keuzes uitstellen, zoals het krijgen van kinderen. Dit moet anders. Betaalbaar starten. Starters moeten hun wooncarrière kunnen beginnen. We moedigen gemeenten aan om de schaarste eerlijk te verdelen en een deel van de te bouwen en vrijkomende --- pdf_page: 51 --- sociale huurwoningen te reserveren voor starters, die op hun beurt doorstromen zodra hun inkomensniveau dat toelaat. Het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen wordt vergroot, op voorwaarde van het 'revolverende' effect en het voorkomen van prijsopdrijving. Huren weer betaalbaar. De betaalbaarheid van huren staat onder druk door forse huurverhogingen. De maximale huurstijging moet onder de inflatie of CAO-loonstijging liggen, zodat de woonquote van huurders verbetert. Bescherm de middenhuur en de huurder. De Wet betaalbare huur wordt ingevoerd, waardoor het puntenstelsel voor sociale huurwoningen ook gaat gelden voor woningen tot een huur van circa 187 punten/€1.100 per maand. Daarmee wordt de huurprijsbescherming uitgebreid naar huurhuizen voor middeninkomens voor leraren, onderwijzers en verpleegkundigen. Ook de inkomensgrenzen worden verruimd. De voor middenhuur bedoelde woningen blijven daarmee ook op lange termijn middenhuur. We stimuleren gemeenten om huurteams in te stellen, waar huurders terecht kunnen met vragen en vermoedens dat ze te veel huur betalen. Van huurtoeslag naar huursubsidie. We schaffen de toeslagen af. De huurtoeslag wordt omgevormd naar een huursubsidie, gebaseerd op het vastgestelde inkomen van twee jaar terug (inclusief vangnetbepaling om schrijnende gevallen te voorkomen). Hiermee voorkomen we terugbetalingsproblematiek, zoals die er nu in grote mate is in het toeslagenstelsel. Om armoede en een armoedeval te voorkomen verhogen we de huursubsidie en maken we de afbouw meer geleidelijk. Schaf de hypotheekrenteaftrek geleidelijk af. De ingezette beperking van de hypotheekrenteaftrek wordt verder doorgezet. Met de opbrengst wordt de inkomstenbelasting voor iedereen verlaagd. Voor huizen met een gemiddelde woningwaarde betaal je voortaan geen eigenwoningforfait meer. De leenruimte van tweeverdieners wordt niet verruimd, omdat alleenstaanden en alleenverdieners daardoor nog verder op achterstand komen te staan. Bouwsparen voor starters. Om starters kansen te bieden, maken we bouwsparen fiscaal zo gunstig mogelijk. Ook wordt het makkelijker gemaakt om een woning te delen als goede vrienden, zonder een registratie als (fiscale) partners nodig te hebben. Verhuurders worden verplicht ook te verhuren aan woningdelers zonder het ophokken van woningen. Voorkom dakloosheid. We voorkomen dakloosheid door te investeren in bestaanszekerheid, het creëren van voldoende betaalbare woningen en het voorkomen van huisuitzettingen bij betalingsachterstanden. Maak een einde aan dakloosheid. Iedereen heeft een dak boven het hoofd nodig. Housing first is het uitgangspunt. Wanneer iemand een fatsoenlijk dak boven zijn hoofd heeft, kan iemand vanuit daar begeleid worden bij alle andere problemen die iemand heeft. Het is ons doel om in 2030 geen daklozen meer te hebben in Nederland. Voor iedereen menswaardig onderdak. We maken een einde aan slaapzalen in de maatschappelijke opvang. Deze opvang wordt ook kleinschaliger georganiseerd. In 2030 kent geen enkele regio meer langdurig grootschalige opvang. Gemeenten krijgen een huisvestingsplicht voor alle mensen die uitstromen uit beschermd wonen en de maatschappelijke opvang, vergelijkbaar met de huisvestingsplicht voor statushouders. Er worden daarover prestatieafspraken gemaakt met woningcorporaties. Schaf de kostendelersnorm bij tijdelijk verblijf af. De kostendelersnorm tot 27 jaar is afgeschaft. De wet moet nog verder worden aangepast. Wanneer iemand een naaste in acute (woning) nood onderdak biedt in de eigen woning, is de kostendelersnorm niet van toepassing. Daarnaast verzachten we de kostendelersnorm. Weeskinderen beschermen we beter. Weeskinderen krijgen het recht om na het overlijden van hun ouders in de huurwoning te blijven wonen. Verhuurders mogen weeskinderen niet meer uit een sociale huurwoning zetten. --- pdf_page: 52 --- # Kader I: <br> NAAR EEN EENVOUDIG BELASTINGSTELSEL WAARIN WE RECHTVAARDIG DELEN, BIJDRAGEN EN STUREN. De uitspraak van Albert Einstein dat niets in de wereld zo ingewikkeld is als de inkomstenbelasting, is zeker van toepassing op het Nederlandse belastingstelsel. Compromissen uit vervlogen tijden hebben de complexiteit vergroot. Ideologische wensen die werden nagestreefd met belastingprikkels - arbeidsparticipatie voorop - en een politiek die te veel gestuurd heeft op 'modellen en statistieken' hebben geleid tot een ingewikkeld belasting- en toeslagenstelsel. Dat stelsel kent veel tegenstrijdige en onevenwichtige prikkels, een vaak ondoorzichtige vormgeving en soms zeer onrechtvaardige uitkomsten. Dat is de afgelopen jaren duidelijk gebleken bij het kinderopvangtoeslagenschandaal. Het was ook al langer zichtbaar in de ongelijke fiscale behandeling van huizenbezitters en huurders, van werknemers en zelfstandigen en van één- en tweeverdieners. Terwijl tweeverdieners met kinderen het afgelopen decennium fiscaal steeds beter of waren, kregen kostwinnergezinnen het fiscaal steeds zwaarder. De ChristenUnie wil dat er een eerlijk en rechtvaardig belastingstelsel komt. Dit verdient prioriteit. Een belangrijke waarde is rechtvaardigheid. Dit betekent dat werk altijd moet lonen. Het is niet rechtvaardig als een groot deel van een inkomensstijging, bijvoorbeeld door salarisverhoging of doordat iemand meer gaat werken, wordt wegbelast. Momenteel is dit bij bepaalde groepen het geval. Bijvoorbeeld bij gezinnen waar een partner niet kan werken door arbeidsongeschiktheid of wanneer de kinderen zorg nodig hebben. Dit moet anders. Rechtvaardigheid heeft ook een distributief aspect. De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. Een andere centrale waarde is eenvoud. Te complexe regelingen zijn ingewikkeld voor de burger en in de uitvoering. De gevolgen hebben we de afgelopen jaren kunnen zien: voor veel mensen is het een mysterie hoeveel belasting ze moeten betalen. Er is te vaak sprake van forse terugvorderingen van toeslagen met schuldenproblematiek tot gevolg. Soms wordt de gang naar de rechter gemaakt en sneuvelt belastingregelgeving daar. Dat is een teken aan de wand. Om het stelsel eerlijker en eenvoudiger te krijgen willen we zo snel mogelijk of van het toeslagenstelsel. Tot die tijd beperken we de terugvorderingen. De belastinghervorming start met het afschaffen van de toeslagen. De toeslagen vervangen we door een uitkeerbare op het huishouden gebaseerde belastingkorting. We verhogen het minimumloon en uitkeringen en verlagen de zorgpremie, waardoor minder inkomensafhankelijke ondersteuning nodig is. We verlagen de belasting op inkomen uit arbeid met miljarden. We schaffen aftrekposten als de hypotheekrenteaftrek geleidelijk of en vragen daarmee van rijkere Nederlanders een hogere bijdrage. Vervuilend en ongezond gedrag wordt duurder, schoon en gezond gedrag wordt goedkoper, want naast eerlijker en eenvoudiger kan en moet ons belastingstelsel veel groener en gezonder. Schaf de toeslagen of. We willen dat er nooit meer een situatie als het kinderopvangtoeslagenschandaal kan ontstaan. Bovendien willen we dat er een einde komt aan de vele ouderen en gezinnen die vergeten om toeslagen aan te vragen, terwijl ze er wel recht op hebben. En aan de vele terugvorderingen door de Belastingdienst, één of enkele jaren later, waardoor mensen in de problemen kunnen komen. We zetten ons in om de komende periode --- pdf_page: 53 --- de kinderopvangtoeslag, het kindgebonden budget, de kinderbijslag en de zorgtoeslag te schrappen. De huurtoeslag wordt omgezet in huursubsidie, waarbij op basis van het inkomen van twee jaar geleden huurders met lage inkomens worden bijgestaan in het kunnen betalen van de huur. Met een vangnetregeling om schrijnende situaties te voorkomen. Door deze veranderingen verdwijnt het op basis van voorschotten uitkeren van toeslagen en worden mensen voortaan ondersteund zonder dat ze soms grote bedragen moeten terugbetalen. Hiermee komt ook een einde aan het niet-gebruik van toeslagen. Op dit moment krijgt namelijk meer dan tien procent van de huishoudens geen toeslagen, terwijl ze daar wel recht op hebben. Voer een verzilverbare basiskorting in. In plaats van toeslagen komt er een maandelijks uitkeerbare belastingkorting. Deze belastingkorting, een vorm van negatieve inkomstenbelasting, houdt rekening met de samenstelling van het huishouden (equivalentiebenadering) en is onafhankelijk van het inkomen. De eerste persoon in het huishouden krijgt $€ 400$ per maand ( $€ 4.800$ per jaar), de tweede volwassene $€ 200$ per maand ( $€ 2.400$ per jaar). Per kind wordt het bedrag $€ 333,33$ per maand ( $€ 4.000$ per jaar), wat meer is dan de huidige kinderbijslag en het kindgebonden budget. Een gezin met drie kinderen krijgt als het aan de ChristenUnie ligt dus voortaan een basiskorting van $€ 1.600$ per maand. Deze basiskorting vervangt - in combinatie met een hoger minimumloon en hogere uitkeringen - de huidige algemene heffingskorting, de zorgtoeslag, het kindgebonden budget en de kinderbijslag. Naar één werkendenkorting. De afgelopen jaren extreem opgepompte arbeidskorting en de ondernemersregelingen in de inkomstenbelasting worden geleidelijk geïntegreerd in één werkendenkorting, die met een maximum van $€ 4.800$ per jaar minder extreem zal zijn dan de huidige doorgeslagen arbeidskorting. Een kleiner verschil tussen oud en jong in de inkomstenbelasting. Op dit moment zijn de belastingtarieven en heffingskortingen voor gepensioneerden en werkenden totaal verschillend. Daar willen we vanaf. Wij willen dat ouderen ook gaan profiteren van de volledige basiskorting (dus geen lagere algemene heffingskorting, zoals nu het geval is). De AOW wordt verder gefiscaliseerd én de AOW wordt extra verhoogd. Ook de ouderenkorting verhogen we met $€ 1.200$ euro per jaar. Belasting op arbeidsinkomen fors omlaag en transparant. De belasting op inkomen uit arbeid wordt fors verlaagd. Vooral door de invoering van een basiskorting. Daarnaast halen we bijna alle onoverzichtelijke inkomensafhankelijke regelingen onder de motorkap van de inkomstenbelasting vandaan en voeren we in plaats daarvan een lager belastingtarief in van circa $34 \%$ in plaats van de huidige $37 \%$ op de eerste $€ 40.000$ van het inkomen, net iets minder dan $42 \%$ op het traject van $€ 40.000$ tot $€ 80.000$ en $51,5 \%$ boven de $€ 80.000$. Daarmee brengen we de extreme marginale druk van in te veel gevallen meer dan $80 \%$ terug tot een maximum van 51,5\%. Dat betekent dat je in het belastingstelsel dat de ChristenUnie voorstaat altijd ten minste bijna de helft van je extra verdiende euro overhoudt, en niet zoals nu te vaak het geval is minder dan twintig cent. Verhoog belasting op vermogen. Tegenover de miljarden lagere lasten op arbeidsinkomen staan miljarden hogere lasten op verschillende vormen van vermogen die nu niet of nauwelijks belast worden. De hypotheekrenteaftrek schaffen we geleidelijk af. We willen uiteindelijk toe naar een belastingstelsel dat inkomen uit arbeid en de daadwerkelijke inkomsten uit vermogen zoveel als mogelijk op dezelfde manier belast. Zo lang we er niet goed in slagen het inkomen uit alle vermogenscomponenten evenwichtig te belasten, heffen we aanvullend een vermogensbelasting van $1 \%$ over vermogens groter dan 1 miljoen euro. --- pdf_page: 54 --- Werk toe naar één btw-tarief; voor groente en fruit, OV en reparaties geen btw meer. De huidige btw-tarieven verschillen fors - $21 \%, 9 \%$ en soms $0 \%$ - terwijl daar vaak geen goede reden voor is. Een bekend voorbeeld is de btw op konijnenvoer, die $9 \%$ is, en het caviavoer, dat een tarief kent van $21 \%$. We willen naar één tarief wat lager is dan het huidige hoge tarief en naar een nultarief voor enkele specifieke productcategorieën, zoals groente en fruit ter bevordering van een gezond eetpatroon, op reizen met het openbaar vervoer en op schoenreparaties of aankopen bij kringloopwinkels ter stimulering van een meer circulaire economie. Betaal de echte prijs. We maken het fiscaal veel minder aantrekkelijk het klimaat en de leefomgeving te belasten. Daarom gaat de vliegbelasting fors de lucht in, voeren we een belasting in op meerlaagse verpakkingen en verpakkingen die weinig gerecycled materiaal bevatten, belasten we vlees, schaffen we geleidelijk de voordelen in de motorrijtuigenbelasting af en gaan we grond- en leidingwater beter belasten, zodat we voortaan zuiniger met kostbaar zoetwater omgaan. Accijnzen op tabak en alcohol gaan verder omhoog en op suiker en andere ongezonde producten worden accijnzen ingevoerd. Stop fossiele fiscale voordelen. Grote bedrijven gaan voortaan evenveel energiebelasting betalen als huishoudens. Daarbij houden we rekening met de Europese $\mathrm{CO}_{2}$-prijs die deze bedrijven moeten betalen. Voor huishoudens betekent dit dat de belasting op energie omlaag gaat. Ook andere fiscale voordelen die leiden tot extra broeikasgasemissies, ook wel fossiele subsidies genoemd, schaffen we af. Milieuvervuiling gaat steviger belast worden, bijvoorbeeld met een NOx-heffing voor de industrie. Belast bedrijven beter. We uniformeren de winstbelasting (vpb). Tegelijk maken we het voor mkb-ers goedkoper om personeel in dienst te hebben. Verder verdubbelen we de bankenbelasting en voeren we een financiële transactiebelasting in waardoor de aandelentransacties van grote beursgenoteerde bedrijven belast worden. Ook introduceren we een digitale dienstenbelasting, waarmee grote digitale spelers als Facebook, Google en X eindelijk een financiële bijdrage gaan leveren aan de samenleving. De belastingvoordelen voor expats verdwijnen en voor mensen die om fiscale redenen Nederland ontvluchten voeren we een exitheffing in. Pak belastingparadijzen aan. In EU-verband pakken we belastingparadijzen hard aan, bijvoorbeeld doordat alle lidstaten afspreken geen belastingverdragen meer met deze landen af te sluiten en hoge bronbelastingen te heffen voor betalingen (rente, dividend, royalty's) aan deze landen. Nederland dient voortvarend door te gaan met het beteren van zijn fiscale leven en geen vrijplaats meer te zijn voor belastingontwijking en het witwassen van crimineel geld. Maak belastingrulings openbaar. We zijn voorstander van het zo veel mogelijk openbaar maken van rulings met betrekking tot fiscale constructies. Verplicht per land rapporteren. We willen dat 'country-by-country-reporting' verplicht wordt, zodat aan de hand van het publieke jaarverslag kan worden beoordeeld of een bedrijf zijn "fair share" aan belastingen betaalt. Bij sterke afwijkingen van de winstbelastingafdracht ten opzichte van de economische werkelijkheid, krijgt de Belastingdienst het recht de aangifte te corrigeren met de evident ontweken feitelijke winst die in ons land is gemaakt. --- pdf_page: 55 --- Investeer in afschrikwekkend fiscaal toezicht. Er komt veel beter fiscaal toezicht. Onder meer door het koppelen van bestanden, ook in EU-verband, en daarmee actieve uitwisseling van informatie tussen landen. We investeren Europa-breed in de opsporingscapaciteit van belastingdiensten en geven grote boetes bij ontduiking. Het aandragen van datasets met informatie die tot het vaststellen van ontduiking leiden wordt beloond of datasets worden aangekocht. Er komen tiplijnen, ook voor anonieme meldingen. Maak uitkering vervolgingsslachtoffers belastingvrij. De Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv) biedt financiële ondersteuning aan mensen die in de Tweede Wereldoorlog in Europa of Azië zijn vervolgd. Als slachtoffers in Nederland woonachtig zijn, is over de compensatie inkomstenbelasting verschuldigd, terwijl dat in het buitenland niet het geval is. Dit wordt rechtgezet door deze oorlogscompensatie vrij te stellen van belasting. Zie ook onze paragraaf overheidsfinanciën bij 4.6. --- pdf_page: 56 --- # Hoofdstuk 3 <br> NIEUW RENTMEESTERSCHAP De schepping is een juweel en een bron van blijvende verwondering. Ze is door God aan mensen toevertrouwd om ervan te genieten, er gebruik van te maken en ervoor te zorgen. De schepping is een rijke bron van leven en geeft ons veel voor ons levensonderhoud. De zon straalt duizenden malen meer energie op de aarde dan acht miljard mensen gebruiken. De aarde is rijk en groot genoeg om ons allemaal te voeden. Goed zorgen voor de aarde en verbonden leven met de schepping is een dagelijkse opdracht voor iedereen. Huidige productie- en consumptiepatronen in met name de rijke westerse landen trekken een zware wissel op natuur en milieu. De uitstoot van vervuilende broeikasgassen en afvalstoffen is te hoog. De exploitatie van grondstoffen, bodems en bossen tasten de leefomstandigheden aan. De biodiversiteit neemt af en het klimaat verandert door de opwarming van de aarde en van het zeewater. Zonder ingrijpen liggen catastrofes in het verschiet. Er is nieuw rentmeesterschap nodig. Voor het behoud van levensmogelijkheden op aarde en ook voor een heroriëntatie in onze economie. Dit is het grote project dat voor ons ligt. Overheden zijn - vaak te aarzelend - met nieuw beleid bezig. Maar overheden kunnen niet alles doen. Dit werk moeten we samen doen, in verbondenheid. Er is verdere bewustwording nodig en een andere visie op wat consumptie, groei en welvaart is. Wij hebben de aarde en alles wat erop leeft niet zomaar in eigendom. Wij beheren en gebruiken haar als rentmeesters. Als wij de aarde slechts lenen, hebben we goed voor haar te zorgen. Dat inzicht moet ons allemaal leiden tot meer houdbare manieren van produceren en consumeren. Wat we voor ogen hebben is een economie die dienstbaar wordt gemaakt aan sociale en ecologische doelen. De ChristenUnie is niet tegen economische groei. De ChristenUnie is voor kwalitatieve groei die sociale en ecologische condities versterkt. Een brede welvaartsgroei die ons gelukkiger maakt en die niet ten koste gaat van mensen elders op de wereld en hun natuurlijke omgeving. Daarvoor hanteren we een aantal uitgangspunten die in beleid worden verwerkt. Uitgangspunten die nieuw rentmeesterschap terugbrengen in de huishouding van de politiek en de samenleving. Daarmee eren we God als schepper en gever van alle dingen en bewaren we de aarde en alles wat erop leeft voor volgende generaties. Om de schepping te bewaren en verder verval van natuur en klimaat tegen te gaan dienen economische, recreatieve en sociale activiteiten zich te bewegen binnen planetaire grenzen. Onze manieren van produceren en consumeren worden circulair ingericht. Het gebruik van grondstoffen en de productie van goederen worden afgesteld op hergebruik of reparatie. De landbouw wordt circulair ingericht: we maken stappen naar een kringlooplandbouw die zich eveneens beweegt binnen planetaire grenzen. Heffingen op grondstoffen worden uitgebreid. Het moet goedkoper worden grondstoffen te hergebruiken dan om grondstoffen te winnen. Lokaal winnen en produceren wordt het uitgangspunt. Internationale handel wordt nadrukkelijker op nut en noodzaak beoordeeld. Intensieve transportstromen van energie, grondstoffen en producten over de hele wereld worden vanwege de milieudruk zoveel mogelijk tegengegaan. Het belastingstelsel wordt zo ingericht dat vermogen, vervuiling en broeikasgassen worden belast. Het alleen belasten van inkomen of winst jaagt eenzijdige BNP-groei aan. --- pdf_page: 57 --- Het belastingstelsel geeft ruimte aan arbeid, ook informele arbeid en zorg voor elkaar, en remt de vraag af naar consumptie die voorbijgaat aan de dagelijkse levensbehoeften. Producten en goederen krijgen hun werkelijke (eerlijke) prijs. Mobiliteit die vervuilend is wordt extra belast. Het gebruik van fossiele energie wordt drastisch verminderd. De termijnen die internationaal zijn gesteld voor de reductie van $\mathrm{CO}_{2}$ dienen te worden gehaald. We helpen internationaal andere landen die veel minder in staat zijn actief milieubeleid te voeren en eveneens (of nog sterker) de gevolgen van klimaatverandering dragen. # 2.1. Duurzame economie De grote uitdaging voor de komende jaren is om burgers en bedrijven te laten overschakelen naar een duurzame consumptie en circulaire manieren van werken. Nieuw rentmeesterschap wordt de richtlijn voor ondernemerschap, en niet platte geldgroei. Consumenten stellen zich in op andere niveaus van gebruik en consumptie. Er is meer aandacht nodig voor maatschappelijke kosten en werkelijke prijzen: ook de economie moet meer het goede en eerlijke verhaal gaan vertellen. Samen zorgdragen voor een ecologisch en sociaal verantwoorde economie schept nieuwe mogelijkheden en andere vormen van collectieve rijkdom. We stappen binnen enkele decennia over van een verspillend systeem van ongeprijsde schaarste naar een economie in dienst van duurzame overvloed. Daar planten we nu de zaadjes voor. De ChristenUnie zet in op verantwoord consumeren (consuminderen, anders consumeren), circulair produceren in Nederland en Europa en duidelijke regels voor duurzaam importeren. ## ANDERE ECONOMIE, WERKELIJKE PRIJZEN Met haar programma kiest de ChristenUnie voor een andere economie, waarbij de economie niet langer de spelbreker is om te verduurzamen, maar verduurzaming juist stimuleert door prijzen het échte verhaal te laten vertellen. Zo worden de maatschappelijke kosten niet langer afgewenteld op het milieu, maar meegenomen in het handelen van ondernemers en consumenten. En we zorgen ervoor dat iedereen mee kan doen. Hierbij een kort overzicht (zie voor uitwerkingen elders in dit programma). ## Bewuster en gezonder consumeren en schoner reizen Voorkomen energiearmoede door uitbreiden Nationaal Isolatie Programma Stimuleren elektrische (deel)vervoer Subsidies op warmtepompen Investeren in fietspaden Alleen repareerbare producten op de markt Prijs OV-tickets omlaag Verhogen vliegbelasting en beperken (Europese) vluchten Verbieden milieubelastende privévliegtuigen Invoeren SUV-taks op steeds groter wordende auto's Invoeren suikertaks en op vlees het normale BTW-tarief Beter beprijzen drink- en grondwater --- pdf_page: 58 --- # Duurzamer en slimmer produceren Meer subsidie op duurzame energie en versnelling van de energietransitie Verlagen belasting op arbeid Aanscherpen $\mathrm{CO}_{2}$-heffing industrie Afbouwen fiscale fossiele subsidies/ voordelen Invoeren verpakkingenbelasting Invoeren vrachtwagenheffing Stimuleren kringlooplandbouw Belonen duurzame en natuur-inclusieve landbouw door heffing in de keten en nieuwe Nederlandse duurzaamheidsstandaard Beloning broeikasgasopslag en heffing op broeikasgasemissies in landbouw ## Duurzaam consumeren Vervuiling lijkt vaak iets van andere mensen en rokende fabrieken. De realiteit is dat wij zelf uiteindelijk die producten consumeren. Vervuilende industrieën uit Nederland verbannen en tegelijkertijd evenveel van die producten blijven consumeren is geen echte oplossing. Voor de ChristenUnie begint het beleid daarom met verantwoord consumeren. We willen de werkelijke prijs, waarin de gevolgen voor het milieu meegerekend worden, verwerken in aangescherpte consumptiebelastingen. Dit geld kunnen we inzetten voor bestaanszekerheid, een eerlijke basis voor iedereen. In de onderdelen landbouw, energie, mobiliteit en industrie binnen dit verkiezingsprogramma werken we concrete maatregelen verder uit. Hier een greep uit de maatregelen waarmee we als ChristenUnie de beweging schetsen die volgens ons broodnodig is: Campagne bewuster en beter consumeren. De ChristenUnie wil actief campagnes voeren om het verband tussen duurzaamheid, mensenrechten en consumptie te leggen. Onafhankelijke informatie over de impact van ons gedrag en over werkelijke prijzen biedt een tegenwicht tegen eenzijdige commercials en helpt consumenten om goede afwegingen te maken en hun verantwoordelijkheid te nemen. Het moet veel duidelijker worden dat de vrijheid om onbeperkt behoeften te bevredigen geen houdbare weg is, andere mensen opsluit in een leven waar ze niet voor kiezen, of toekomstige generaties met onnodige spullen en veel afval opscheept. We beperken reclame voor de meest klimaatbelastende producten en diensten. Zet de werkelijke prijs centraal. De ChristenUnie wil de werkelijke prijs als uitganspunt nemen. We maken daarom budget vrij voor het verstevigen van organisaties als MilieuCentraal die de werkelijke prijs van producten communiceren, met name voor producten die belastend zijn voor het milieu of slecht voor het klimaat. Introduceer SUV-taks. We voeren een SUV-taks in om energiezuinig autovervoer te stimuleren Tegelijk zorgen we ervoor dat elektrisch rijden na 2025 goedkoper wordt en niet duurder, zoals nu dreigt te gebeuren. Eerlijke energiebelasting. Energiegebruik van kleine verbruikers wordt fors belast, grotere gebruikers betalen een veel lager tarief waardoor zij worden bevoordeeld ('fossiele subsidies'). Er komt een hoger tarief voor grote gebruikers. --- pdf_page: 59 --- # Circulair produceren Bewust consumeren leidt niet opeens tot een veel lagere vraag naar productie van goederen. Vanwege de eindigheid van ruimtegebruik en van grondstoffen is een circulaire economie nodig die efficiënt met grondstoffen en materiaalgebruik omgaat. De ChristenUnie streeft er daarom naar zo snel mogelijk circulariteit te bereiken, waar dat kan. De inrichting van de volledige grondstofafvalcyclus is nodig inclusief eerlijke beprijzing en afstemming van regelgeving op het gebied van grondstof en afval. De beschikbaarheid van grondstoffen die nodig zijn voor duurzame energieopwekking behoeft de aandacht van overheden, ook geopolitiek. Naar minder verpakkingen. Het aantal verpakkingen kan drastisch omlaag, daarmee wordt veel milieuschade voorkomen. Wat niet gebruikt wordt hoeft ook niet geproduceerd te worden. De ChristenUnie pleit daarom voor een totaalverbod op wegwerpplastic en een vereenvoudiging van verpakkingsmaterialen voor goede recycling. We voeren een verpakkingenbelasting in op meerlaagse verpakkingen en verpakkingen die minder dan 30\% gerecycled materiaal bevatten. Repareerbaarheid en duurzaamheid van producten. We moeten terug naar de situatie dat mensen spullen kopen die lang meegaan. Niet-repareerbare gebruiksproducten worden geweerd van de Nederlandse markt: fabrikanten moeten tot 10 jaar verplicht reserve-onderdelen aanhouden en hierbij service bieden. Hiermee gaan we 'geplande veroudering' van producten en onnodig milieubeslag tegen. We willen dat producten met minder dan 5 jaar garantie kunnen worden verboden op de Nederlandse markt. Recycle materialen zoveel als mogelijk. De ChristenUnie wil adequate recycling bevorderen. Producenten worden verantwoordelijk voor identificeerbare stromen zoals bijvoorbeeld luiers. Op die manier worden eerlijke prijzen gerekend met gecertificeerde verwijdering en recycling. Dit alles moet zodanig worden vormgegeven dat een eerlijk speelveld ontstaat en dat een MKBondernemer dit kan doen zonder zware administratieve verplichtingen. Bevorder de deeleconomie. De ChristenUnie zet zich in voor bevordering van de deeleconomie (het niet dubbel aanschaffen, maar delen van producten, diensten en productiemiddelen) en stimuleert actief instituties en platforms die de deeleconomie stimuleren voor consumenten en producenten. De overheid stelt 'slimme regels' voor, waarmee gewenste nieuwe businessmodellen worden versterkt en ongewenste modellen minder aantrekkelijk worden gemaakt. Biobased is de toekomst. Veel producten, zoals isolatiemateriaal, worden nu nog geproduceerd op basis van fossiele brandstoffen. De komende jaren moet niet alleen het gebruik van fossiele brandstoffen, maar ook het gebruik van fossiele grondstoffen geminimaliseerd worden. Bij subsidies wordt als voorwaarde gesteld dat materialen biobased zijn. Dit kan ook een nieuw verdienmodel zijn voor boeren die vezelgewassen als hennep, lisdodde of olifantengras kunnen verbouwen. Niet meer gratis retourneren. Consumenten betalen voortaan aparte retourkosten bij het terugsturen van een online verzending. Het kosteloos kunnen retourneren van online bestelde producten draagt bij aan ons patroon van ongeremde consumptie en verspilling (een deel van retourzendingen wordt nog steeds vernietigd). De prijs voor het retour zenden, die webwinkels nu vaak in het aankoopbedrag meenemen, wordt betaald als een product wordt teruggestuurd. Strategische autonomie. De ChristenUnie zet zich in voor Europees beleid voor strategische autonomie met betrekking tot kritieke grondstoffen. Afhankelijkheid van één leveringsoptie wordt zo voorkomen. Voor schaarse (of kunstmatig schaars gehouden) kritieke materialen moet volop worden ingezet op onderzoek naar alternatieve grondstoffen die ruim voorhanden zijn. --- pdf_page: 60 --- # Duurzaam importeren De ChristenUnie bevordert duurzaam consumeren en duurzaam produceren in Nederland en Europa. Niettemin zullen er ook nog volop goederen geïmporteerd worden. Strikte milieunormen voor Nederlandse en Europese bedrijven mogen er niet toe leiden dat bedrijven hier uit de markt worden gedrukt door niet-duurzame bedrijven buiten Europa. Bescherm Europese bedrijven tegen niet-duurzame concurrentie. Normen die voor onze producten gelden moeten ook van toepassing zijn op importen van elders, zodat een eerlijk speelveld ontstaat. De ChristenUnie zet zich in EU-verband in voor een uitbreiding van het Carbon Border Adjustment Mechanism waarbij voor alle grote materiaalstromen een importheffing gerekend wordt die recht doet aan Europese bedrijven die in 2045 klimaatneutraal moeten zijn. Wetten voor duurzaam importeren. We breiden de wetten uit om niet duurzaam geproduceerde producten op de EU-markt tegen te houden. Naast ontbossing of bosdegradatie gaan ook nietrecyclebaar plastic en andere producten die niet biobased zijn onder het bereik van de wet vallen. Fossiele plasticproductie fiscaal verduurzamen. Vanwege Europese heffingsvrijstellingen komt er een nationale regeling voor fossiele ('virgin') polymeren, om recycling te stimuleren aan de bron. De circa 15 installaties die deze polymeren verwerken worden vooruitlopend op emissies aan het einde van de product-levensduur beloond voor inkoop van recyclaat. Dit wordt budgetneutraal gedekt vanuit een nationale heffing op hun fossiele inkoop. Zo maken we beleid richting een 100\% circulaire economie samen met een duurzame industrie rond. ### 3.2 - Klimaat en energie Aangezien het klimaat zich niet aan landsgrenzen houdt is klimaatverandering een wereldwijd vraagstuk dat een internationale aanpak vraagt. De ChristenUnie wil dat Nederland zich in Europees en internationaal verband inzet voor goede, bindende afspraken om klimaatverandering tegen te gaan. Wij zien het Akkoord van Parijs en de Europese doelstellingen (zoals de Green deal) die daarop zijn gebaseerd als een goed fundament. Dat geldt ook voor de Nederlandse Klimaatwet waarin is vastgelegd dat we in 2030 55\% $\mathrm{CO}_{2}$-reductie moeten hebben behaald ten opzichte van 1990. De ChristenUnie wil 60\% reductie in 2030, zodat tegenvallers er niet direct toe leiden dat we het minimale doel niet halen. Sinds 1990 is de uitstoot van broeikasgassen met ongeveer 30\% verminderd. De komende zeven jaar moet dat verdubbelen om de klimaatverandering binnen de perken te houden. In een land waarin ruimte schaars is en de besluitvorming soms traag verloopt, is dat een flinke uitdaging. ## Energie, energiebesparing en elektrificatie Het aandeel duurzame energie in Nederland bedraagt nu 15\% van het gehele energieverbruik en $40 \%$ van het elektriciteitsverbruik. Dat is beduidend meer dan vijf jaar geleden, maar nog te weinig. De ChristenUnie wil ondersteuning bieden voor wat mensen zelf in hun eigen omgeving kunnen doen. We zorgen voor een evenwichtige en eerlijke verdeling van de lasten, zodat we de overstap naar klimaatneutraal leven echt met z'n allen kunnen maken. Afscheid nemen van kolen en gas betekent dat we veel meer activiteiten moeten elektrificeren en flink blijven besparen op energie. De ChristenUnie wil daarom inzetten op energiebesparing en elektrificatie. Er is gericht aandacht nodig voor meer duurzame opwekking en voor het oplossen van knelpunten tussen vraag en aanbod. Energiebesparing bedrijven. Verspilling wordt ook in bedrijven waar mogelijk tegen gegaan. We verstevigen de handhaving van de energiebesparingsplicht onder de Wet milieubeheer en ondersteunen bedrijven om het grote aanwezige besparingspotentieel te verzilveren. --- pdf_page: 61 --- Help burgers energie te besparen. De ChristenUnie stelt jaarlijks 200 miljoen euro extra beschikbaar voor het Nationaal Isolatie Programma. Dit helpt burgers energie te besparen. Bevorder elektrificatie. Grote afnemers worden gestimuleerd om te elektrificeren, mits daar voldoende capaciteit voor op het net is. De ChristenUnie maakt hiervoor extra budget vrij. Er komen maatwerkafspraken met bedrijven. Daardoor kan sneller de overstap gemaakt worden naar duurzame elektrische productieprocessen. Daar tegenover staat een aanscherping van de $\mathrm{CO}_{2}$-heffing voor de industrie. Investeer in wind- en zonne-energie. De ChristenUnie wil dat wind op zee de basis wordt van onze energievoorziening. Daarbij passen we het voorzorgsbeginsel toe, zodat negatieve ecologische en sociaaleconomische effecten (zoals voor visserijgemeenschappen) worden geminimaliseerd. Zo hebben we naast oog voor de energievoorziening oog voor de natuur en de belangen van vissers. Om projecten te laten slagen maken we jaarlijks 250 miljoen extra budget beschikbaar. Via de regionale energiestrategieën (RES) zetten we ook in op meer duurzame energie op land. Hierbij vinden we het belangrijk dat omwonenden via een coöperatie kunnen participeren en meeprofiteren. $\mathrm{CO}_{2}$-beprijzing maakt de noodzaak tot subsidies kleiner, maar vooralsnog niet overbodig. Daarom blijft er een vangnetregeling voor het geval de inkomsten de kosten niet kunnen dekken. Als een project ondersteuning krijgt, moet de initiatiefnemer in het geval van hoge energieprijzen overwinsten afdragen aan de overheid. Maak hoogwaardig gebruik van biomassa. Bij het gebruik van biomassa in de energievoorziening moet rekening gehouden worden met effecten op bijvoorbeeld biodiversiteit en voedselvoorziening. De inzet van biomassa is gericht op hoogwaardige toepassingen, zoals bijmengen van biobrandstof in de luchtvaartsector en groen gas in het aardgasnetwerk. Verbranden van biomassa wordt op den duur verboden, tenzij dit met de afvang van $\mathrm{CO}_{2}$ aantoonbaar tot negatieve emissies kan leiden. Stimuleer waterstofinnovatie. Waterstof zal een grote rol vervullen in de verduurzaming van de industrie en mobiliteit. Wij zetten in het kader van de nationale energieleveringszekerheid in op het tenminste halen van de bestaande doelstellingen. De ChristenUnie wil dat de overheid investeert om het aanbod en gebruik van waterstof tot een succes te maken. Naast eigen productie in Nederland moeten we ook importfaciliteiten creëren. Ontwikkelingslanden hebben vaak goede omstandigheden voor het opwekken van grote hoeveelheden duurzame elektriciteit om waterstof mee te maken. Om daarbij te helpen wil de ChristenUnie dat Nederland ruim 100 miljoen euro extra investeert in het programma H2Global. Kernenergie. Gelet op de nadelen van kernenergie (met name de afvalproblematiek) hebben duurzamere vormen van energie onze voorkeur. Gezien de urgentie van het uitfaseren van gas en kolencentrales zal kernenergie, inclusief twee nieuwe toekomstige centrales, een integraal (tijdelijk) onderdeel van het Nederlandse energiesysteem dienen te zijn. Dit mede gezien de noodzaak tot een robuust, betaalbaar, betrouwbaar en duurzaam energiesysteem en de recente sterk veranderde globale geopolitieke situatie. Hierbij voorzien we zeer veilige afvalopslag mogelijk binnen de EU zoals recent gerealiseerd in Onkalo Finland. De kerncentrale in Borssele kan, mits veilig en verantwoord, langer openblijven. Deze centrale mag op termijn vervangen worden om een stabiele basis te vormen voor het tot stand brengen van een duurzaam systeem waarvan wind en zon de basis zijn. Houd ruimte voor beperkte gaswinning op de Noordzee. De ChristenUnie wil zo snel mogelijk naar een energievoorziening op basis van alleen duurzame bronnen. Zelfs in de meest optimistische scenario's wordt de komende jaren nog steeds olie en gas gebruikt. Aangezien deze fossiele brandstoffen in de Noordzee kunnen worden gewonnen, moet het onder strikte natuurbeschermingsregels mogelijk blijven om naar olie en gas te boren op de Noordzee (niet op --- pdf_page: 62 --- de Waddenzee). Dat is te verkiezen boven de winning van schaliegas elders. Zodra dit niet meer nodig is voor eigen gebruik of er sprake lijkt te zijn van onomkeerbare schade aan de natuur, wordt de winning direct stopgezet. Investeer in duurzaam vermogen. De natuur wordt met wind en zonne-energie als basis van het energiesysteem het meest leidend voor het aanbod van energie. We willen dat de vraag zoveel mogelijk meebeweegt met het aanbod, maar hier zitten in de praktijk grenzen aan. Gascentrales die nu voor flexibiliteit zorgen in het aanbod, moeten worden omgebouwd naar $\mathrm{CO}_{2}$-vrije centrales op waterstof of een andere regelbare brandstof. Dit vraagt om actieve interventie van de overheid, bijvoorbeeld in de vorm van het opzetten van een capaciteitsmarkt, om duurzaam vermogen te waarborgen. Nationale regie op energieopslag. Met een toenemend aandeel duurzame energie is regie nodig op de benodigde opslagcapaciteit voor een stabiel elektriciteitssysteem. We willen hernieuwbare opwekking koppelen aan de grootschalige industriële energievraag, en meer gebruik maken van slimme apparaten en het elektrisch wagenpark. Projecten die de energietransitie bevorderen en het elektriciteitsnet ontlasten, zoals waterstofproductie en batterijen, krijgen een veel lager nettarief. Voorkom netcongestie. Netbeheerders moeten zonder belemmeringen kunnen investeren in noodzakelijke netverzwaringen. Als de kosten hiervoor niet gedekt kunnen worden door nettarieven, kan de overheid geld bijstorten, mits daar aandelen tegenover staan. De energieinfrastructuur moet samen met woningbouw voorrang hebben bij het verdelen van stikstofruimte uit de stikstofbank. Voor netbeheerders moet het mogelijk worden om niet meer van first come first serve uit te gaan, maar om prioriteit te geven aan aanvragen van essentiële sectoren. Versnel besluitvorming. Klimaatverandering is crisismanagement geworden. Checks en balances blijven in een crisis belangrijk, maar besluitvorming kan wel versneld worden. Bespoedig inspraaktermijnen, gebruikmakend van de EU Net Zero Industry Act. Benut daarnaast alle mogelijkheden die de Crisis- en Herstelwet biedt. Investeer in de opslag van industriële $\mathrm{CO}{2}$-emissies. De opslag van $\mathrm{CO}{2}$ is een tijdelijke transitiemaatregel op weg naar een emissievrije economie, maar noodzakelijk om de doelstellingen op tijd te halen. $\mathrm{CO}{2}$-afvang bij de industrie kan worden gefaciliteerd door hiervoor een beperkte infrastructuur aan te leggen. Deze is gericht op de basisindustrie waar $\mathrm{CO}{2}$-emissies in het primaire proces vrijkomen. Deze investeringen mogen niet ten koste gaan van investeringen die emissies voorkomen. # Duurzaam bouwen, duurzaam wonen Verduurzaming van alle bestaande huizen en andere gebouwen is een immense opgave en vooral ook een zaak van lange adem. Met de start van het door de ChristenUnie geïnitieerde Nationaal Isolatieprogramma is een goed begin gemaakt met het beter isoleren van miljoenen slecht geïsoleerde woningen. Gelet op de hoge kosten voor burgers en het verschil in draagkracht is er meer nodig. Investeer in het Nationaal Isolatieprogramma. Het Nationaal Isolatieprogramma wordt voortgezet en uitgebreid. Slecht geïsoleerde huizen worden met voorrang verbeterd, straat voor straat, zonder ingewikkelde procedures en subsidieaanvragen. We stellen gemeenten in staat dit waar te maken door per jaar $€ 200$ miljoen beschikbaar te stellen. Geen energiearmoede meer in 2030. Regio's en wijken met slecht geïsoleerde huizen en bewoners met lage inkomens moeten vooraan staan bij de energietransitie. We stellen als doel dat er in 2030 in Nederland geen energiearmoede meer voorkomt. Dat betekent dat de huizen van huishoudens met lage inkomens ook duurzaam zijn. Deze huishoudens mogen nooit meer dan tien procent van hun inkomen kwijt zijn aan de energierekening. Om dat te bereiken komen verduurzamingssubsidies die beschikbaar zijn voor woningeigenaren ook beschikbaar voor VvE's. --- pdf_page: 63 --- Alle huizen energiezuinig. Het Nationaal Isolatieprogramma helpt mensen de komende jaren hun huis te verduurzamen. Dat maakt het mogelijk om op een gegeven moment te voldoen aan een duurzaamheidsnorm. Bij het verhuren of verkopen van een kantoor is het al verplicht om label $C$ te hebben. Huurhuizen met label E, F of G mogen vanaf 2030 niet meer verhuurd worden. Daar voegen we label D-woningen aan toe. Woningcorporaties moeten al twee jaar eerder zover zijn. Bij koopwoningen maken we het mogelijk om binnen twee jaar na verhuizing ten minste energielabel C te bereiken. Voor alle gebouwen wordt onderzocht of de energielabelsystematiek vervangen kan worden door een maatvoering waarbij het daadwerkelijk energieverbruik meer centraal komt te staan. Wijkgerichte aanpak bestaande bouw. In de bestaande bouw wordt jaarlijks in een wijkgerichte aanpak een ambitieus, realistisch aantal woningen voorzien van een duurzame warmteoplossing. Gemeenten krijgen hierbij houvast door middel van duidelijke standaarden voor verschillende woningtypes. Deze grote operatie kan niet zonder heldere doelen, nationale regie en concrete ondersteuning van gemeenten. Klimaatbestendige nieuwbouw. Bij nieuwbouw gaat het om energiebesparing, gasvrij bouwen én om klimaatbestendigheid. Dat betreft de omgang met water en het voorkomen van hittestress. Gemeenten krijgen meer mogelijkheden om te sturen op klimaatbestendigheid. Investeer in een duurzame warmtevoorziening. De huidige inzet op warmtenet-projecten zetten we door. Het merendeel van de gebouwen zal voorlopig niet voor een warmtenet in aanmerking komen. Deze moeten via een stapsgewijze aanpak naar een duurzame warmtevoorziening toegroeien, zoals de hybride warmtepomp. Op termijn kan via het bestaande gasnetwerk groen gas geleverd worden. Richting woningeigenaren wordt duidelijk aangegeven wanneer de gaslevering definitief stopt en wat voor hen een logisch alternatief is, zodat zij voldoende tijd hebben om zich voor te bereiden. Circulair bouwen en materialenbank. Bij renovatie en nieuwbouw wordt zoveel mogelijk circulair en bio-based gebouwd. Dat stimuleert een zuiniger gebruik van materialen. De ChristenUnie wil dit ondersteunen en waar nodig ook 'banken' instellen waar materialen voor hergebruik worden in- en verkocht. Verduurzaming appartementencomplexen. Het Rijk komt met een gerichte aanpak voor verduurzaming van VvE's en regelt dat besluitvorming in VvE's om te verduurzamen eenvoudiger wordt. Financieren isolatie en warmtevoorziening. Gebouwgebonden financiering is qua wettelijke grondslag en uitvoering te complex gebleken. Daarom zijn er alternatieven nodig om financiering van isolatie en duurzame warmte aantrekkelijk te maken. Bijvoorbeeld via het Warmtefonds. Energiecoöperaties en lokale initiatieven. We willen toe naar een lokaal vormgegeven energiesysteem van volledig hernieuwbare energie. Energiecoöperaties brengen de energietransitie dichter bij de burger. De ChristenUnie investeert in de ondersteuning van deze energiecoöperaties. We willen dat lokale participatie in duurzame energieprojecten wordt gestimuleerd, waarbij ten minste vijftig procent lokaal eigenaarschap het uitgangspunt is. Investeer in lokale energieopslag. Thuis energie opwekken en gebruiken of opslaan moet de norm worden. Elektrische auto's en laadpalen worden zo genormeerd dat ze kunnen laden en ontladen op momenten van een lokaal energietekort of overschot. Warmtepompen krijgen een zogenaamde 'kill switch', waarmee deze tijdelijk uitgezet worden als de energie niet meer beschikbaar is. Zon op dak en laadpalen in Bouwbesluit. Geschiktheid van daken voor zonne-energie en het aanleggen van laadinfrastructuur worden verplichte eisen in het Bouwbesluit utiliteitsbouw. Daken en gevels Rijksoverheid. Plannen om geschikte daken en gevels van rijksgebouwen te voorzien van zonnepanelen worden versneld uitgevoerd. De overheid geeft het goede voorbeeld, ook op het gebied van energiebesparing en zuinige verlichting. --- pdf_page: 64 --- Behoud een regeling voor zonnepanelen. Zonnepanelen bij mensen thuis dragen bij aan draagvlak voor de transitie. Ook na het afbouwen van de salderingsregeling moet een redelijk rendement op zonnepanelen mogelijk blijven, bijvoorbeeld door zonnepanelen in de ISDEregeling op te nemen. Filter rook van houtkachels. Voor het stoken van hout in nieuwbouwwoningen worden alleen ecodesign kachels met rookgasfiltering toegestaan. Binnen de bebouwde kom moeten bestaande openhaarden en houtkachels worden voorzien van rookgasreiniging. Dat kan indien nodig met een subsidie of duurzaamheidslening. # Duurzame industrie De ChristenUnie wil voorkomen dat de industriële productie Nederland verlaat, terwijl onze consumptie gelijk blijft. In dat geval is er op wereldschaal juist meer in plaats van minder milieudruk. Daarom willen we inzetten op het vergroenen van de bestaande industrie in Nederland. Het ontwikkelen van groene technieken als rijk land kan ontwikkelingslanden helpen bij het vergroenen van hun industrie. Beprijs broeikasgassen. We steunen het Europese plan om versneld de uitstootrechten voor broeikasgassen in het emissiehandelssysteem in 2040 naar nul af te bouwen (in plaats van in 2050). Zo worden grote uitstoters ertoe gedwongen te verduurzamen of minder te gaan produceren. De ChristenUnie ondersteunt ook de uitbreiding van dit systeem naar de scheepvaart en naar alle luchtvaart binnen Europa. Daarbovenop voert Nederland nog een aanscherping door met een hogere $\mathrm{CO}_{2}$ prijs, waardoor bedrijven nog meer geprikkeld worden om op korte termijn te gaan verduurzamen. Reguleer de industrie \& stimuleer maatwerk verduurzaming. Om de industrie te laten bijdragen aan het voorkomen van klimaatverandering voeren we diverse maatregelen in, zoals een verpakkingsbelasting, NOx-heffing, aanscherping van de raffinaderijvrijstelling en een verlenging en aanscherping van de $\mathrm{CO}_{2}$ heffing. Daar tegenover staat dat de ChristenUnie 300 miljoen euro extra beschikbaar stelt aan de industrie om de overstap van fossiele naar duurzame productiemethoden te realiseren. In ruil voor een bijdrage aan de uitstootreductie zal de overheid scherpe afspraken moeten maken over het daadwerkelijk realiseren van de reductie op de afgesproken datum. Daarmee wordt zekerheid gecreëerd voor de landelijke reductiedoelstellingen, maar belangrijker nog, ook voor omwonenden die overlast ervaren en gezondheidsrisico's lopen. Verbod op reclame door bedrijven die fossiele brandstoffen produceren. Er komt een verbod op reclame door bedrijven die zich bezighouden met de productie van fossiele brandstoffen (olie, kolen en gas) en op verkooppunten voor fossiele brandstof komt een waarschuwing over de schade van fossiele brandstof, bijvoorbeeld een waarschuwingssticker op de benzinepomp. Evalueer welke industrie toekomstperspectief heeft. De overgang naar een duurzame industrie vraagt een nieuwe afweging welke industrie bij Nederland past. Net zoals in de naoorlogse periode komt er daarom een heldere industrievisie. Voor sommige bedrijven, zoals TATA Steel, zullen de komende jaren duidelijk moeten maken of er daadwerkelijk toekomst is in Nederland en of moederbedrijven voldoende willen investeren in die toekomst. Investeer in een mix van duurzame opwekking en opslag. Directe elektrificatie heeft de voorkeur maar ook de ontwikkeling van de (groene) waterstofketen is van groot belang. Zo moet de overheid zeker stellen dat de infrastructuur hiervan wordt ontwikkeld en er in ieder geval een deel eigen productie in Nederland plaatsvindt. Ook moet het in de transitie mogelijk zijn om blauwe waterstof met $\mathrm{CO}_{2}$ opslag (CCS) te ontwikkelen. Dat is noodzakelijk om de klimaatdoelen op korte termijn te halen. --- pdf_page: 65 --- # Versterk milieubeheer De ChristenUnie wil zich niet alleen voor wereldwijde milieuproblemen inzetten, maar vooral ook voor ons lokale leefmilieu. Schone bodem, rustige gebieden en heldere wateren. Dat is waar we voor gaan. Strikte handhaving. De laatste jaren zijn er te veel incidenten met bedrijven geweest waarbij uitstoot van stoffen werd geconstateerd die schadelijk zijn voor het milieu. Omgevingsdiensten en de GGD zijn onvoldoende in staat gebleken snel en adequaat te handelen. In het neoliberale beleidskader van de afgelopen veertig jaar is nadrukkelijk gekozen voor zelfregulering van bedrijven als het gaat om schadelijke stoffen. Deze zelfregulering is te ver doorgeschoten. De overheid moet de sociale grondrechten op het gebied van leefmilieu en volksgezondheid garanderen door zelf normen te stellen en deze goed te handhaven. Pak milieuvervuilers aan. PFAS-verbindingen en andere zeer zorgwekkende stoffen worden bij de bron aangepakt om te voorkomen dat deze langdurig problemen veroorzaken in ons watersysteem. Aanstichters van milieuvervuiling, zoals Chemours en TATA Steel, worden aangesproken op en verantwoordelijk gehouden voor de gevolgen van de vervuiling. Kosten voor reiniging, en eventuele gezondheidseffecten worden op hen verhaald. De verouderde en vervuilende Kooksgasfabriek 2 van TATA wordt gesloten. De Kooksgasfabriek 2 is verantwoordelijk voor een groot deel van de uitstoot van schadelijke stoffen en de gezondheidsschade in de omgeving. Sluiting van de fabriek is gepland in 2030, maar de gezondheid van de omwonenden mag niet voor nog zeven jaar op het spel worden gezet. De overheid zet zich samen met de provincie Noord-Holland in voor een zo snel mogelijke sluiting. Voorzorgsprincipe bij verontreiniging. Er wordt een inventarisatie uitgevoerd naar stoffen waarvan onbekend is of het vermoeden bestaat dat ze schadelijk zijn voor mens en natuur. Daarmee voorkomen we situaties zoals bij PFAS, waarbij na decennia de gevolgen bijna niet meer te overzien zijn. Bescherm mens en natuur tegen schadelijke uitstoot en stoffen. Er komt een wettelijk recht voor omwonenden om een onderzoek te eisen naar hun gezondheid bij een redelijk vermoeden van blootstelling aan schadelijke stoffen door bedrijfsactiviteiten in de omgeving. Producten met micro- en nanoplastics waar gelijkwaardige alternatieven voor zijn, worden verboden. Gezondheid centraal bij vergunningen industrie. De overheid gaat de leefomgeving van omwonenden beter beschermen door de laatste inzichten over gezondheidsrisico's leidend te laten zijn in de vergunningverlening en handhaving. Hiervoor is een aanpassing van het systeem nodig, waarbij niet alleen gekeken wordt naar de maximaal toegestane emissies van bedrijven zoals TATA Steel en Chemours, maar ook naar de effecten op de gezondheid van de omwonenden. Slachtoffers van milieuovertredingen verdienen bescherming. Slachtoffers van milieuovertredingen - zoals mensen met longziekten, vervuilde grond, gevolgen van aardbevingen zoals in Groningen - moeten voortaan als eerste worden betaald als de overtreder failliet gaat. Nu staan deze schuldeisers achterin de rij. Deze laatsten moeten juist de eersten zijn. Ga voor schone lucht. Het Rijk zet zich in om ervoor te zorgen dat veel meer gemeenten en provincies het Schone Lucht Akkoord meeondertekenen. Zo wordt de ambitie van 50\% gezondheidswinst gehaald. ## 13. Dienende ondernemers en bloeiende bedrijven die maatschappelijk bijdragen Ondernemers spelen een belangrijke en gewaardeerde rol in ons land. Ondernemers leveren met hun creativiteit, lef en ondernemingszin goederen, diensten en oplossingen die burgers helpen, ongeacht of het nu gaat om de reparatie van een lekkend dak, de schilder, de onderhoudsmonteur, --- pdf_page: 66 --- de autogarage. Consumentenproducten en -technieken (denk aan de smartphone) beïnvloeden ons gedrag en onze cultuur: daarin is veel moois maar het aanbod vraagt ook maatschappelijke zelfreflectie. Verdienen en dienen moeten bij elkaar worden gehouden, evenals produceren en beheren. Het is een zegen als juist ondernemers in hun ondernemende en leidinggevende rol de samenleving voorgaan in goed rentmeesterschap. De ChristenUnie is zuinig op ondernemers en ziet ze als onmisbare partners in de transitie naar een duurzame economie. Het grote en internationale bedrijfsleven is van belang voor onze economie. Maar het brede mkb draagt vooral sterk bij aan de regionale en nationale werkgelegenheid en inkomens. De ChristenUnie hecht aan een eerlijk speelveld en heldere duurzaamheidskaders zodat ondernemers hun werk kunnen doen, en in meerdere opzichten van 'toegevoegde waarde' zijn. Zij dragen niet alleen bij aan groei van het bruto binnenlands product, maar vooral aan welvaart in brede zin. De economie doet het immers pas 'goed' als ondernemers echte waarde creëren, als werkenden bestaanszekerheid hebben en als we binnen de ecologische grenzen van de aarde blijven. # Het belang van het mkb en familiebedrijven Ondernemers geven vorm aan goed werkgeverschap. Ze voegen ook sociale meerwaarde toe aan de samenleving. Wel heeft de coronacrisis, net als eerder de bankencrisis, ook laten zien hoe afhankelijk ondernemingen zijn van een goed functionerende overheid en van publieke voorzieningen. Die afhankelijkheid schept verplichtingen. Van ondernemers en bedrijven mag gevraagd worden om dienstbaar te zijn aan de samenleving. Geef het mkb kansen bij aanbestedingen. Om mkb-bedrijven meer mogelijkheden te geven bij overheidsaanbestedingen, zorgen alle overheden ervoor dat het papierwerk tot een minimum wordt beperkt en dat opdrachten zo min mogelijk worden geclusterd. Gunningseisen mogen niet onnodig zwaar zijn. Niet de goedkoopste, maar de kwalitatief beste aanbieding moet worden gekozen en ook Europese aanbestedingsnormen worden minder rigide. Ambulante handel beschermen. Markthandelaren zijn waardevol voor onze economie. Daarom beschermen we hen door hen zoveel mogelijk zekerheid te bieden omtrent de duur van hun marktvergunningen. We adviseren en streven er naar dat marktvergunningen een minimale looptijd van 12 jaar hebben. Zorg voor snelle betaling door overheden. De Rijksoverheid en de aan haar gelieerde organisaties - ZBO's en Inspecties - moeten ten minste $90 \%$ van de openstaande facturen binnen 30 dagen betalen. Maak de overheid bereikbaar voor ondernemers. Veel ondernemers willen niets liever dan zich richten op hun onderneming. We willen hen daarin maximaal ondersteunen. Net als voor burgers moet de overheid eenvoudig bereikbaar zijn voor bedrijven met bekwame zaakbehandelaars. We zorgen dat lokale, provinciale en landelijke regeldruk verminderen én dat ondernemers snel en toegankelijk terecht kunnen bij de overheid. Baanbrekende innovaties. Veel innovaties komen tot stand zonder subsidies, maar soms kan stimulering van de overheid helpen. We herintroduceren kleine innovatieregelingen om de toegang tot kapitaal voor het mkb te verbeteren. We stimuleren coöperatieve vormen van kredietverstrekking en investeringsmaatschappijen die bijdragen aan sociaal verantwoord ondernemen. De regels moeten simpeler worden en beter worden toegespitst op baanbrekende innovaties in het mkb. Alle bedrijven rapporteren over duurzaamheidsaspecten. Niet alleen beursgenoteerde bedrijven maar ook mkb-bedrijven moeten zich verantwoorden over hun inzet op duurzaamheid. Dat --- pdf_page: 67 --- moet op een eenduidige, betrouwbare en toegankelijke manier, zonder onnodige kostbare administratieve lastendruk. Verbeter de positie van ondernemers bij faillissement. In lijn met de door de ChristenUnie geïnitieerde positieverbetering voor mkb-ondernemers bij WHOA-akkoorden, wordt het faillissementsrecht verbeterd ten gunste van de mkb-er: de concurrente schuldeiser (vaak de mkb -er) verdient een gelijkwaardige positie aan de preferente schuldeiser (de bank en de belastingdienst). Om het aantal faillissementen tot een minimum te beperken, komt er een meldingsplicht voor bedrijven waarvan het eigen vermogen vrijwel nihil is geworden. Zodat de rechter een bewindvoerder kan aanstellen om zo het bedrijf te redden van de ondergang. Koester familiebedrijven door een faire bedrijfsoverdracht. De continuïteit van een familiebedrijf mag niet in gevaar komen wanneer deze van de ene generatie naar de volgende wordt overgedragen. Zeker voor bedrijven in de agrarische sector, met vaak dure grond én relatief lage verdiensten, is een goede (fiscale) regeling bij bedrijfsoverdracht van levensbelang. We handhaven daarom de BOR-regeling. Wel kan deze beperkt worden voor niet bedrijfsgebonden activa als onroerend goed en liquiditeiten. En tegelijk willen we zorgen dat geld dat in het familiebedrijf zit na de bedrijfsoverdracht in het bedrijf blijft en niet vrijwel belastingvrij bij privépersonen terecht komt. Om te voorkomen dat belastingheffing bij de overdracht tot liquiditeitsproblemen leidt, stellen wij een verruiming van de betalingsperiode voor. Perk oneigenlijk gebruik van box 2 in. We perken de mogelijkheid in om eindeloos te lenen van het eigen bedrijf. Dat geldt ook voor de renteaftrek. De Belastingdienst gaat er beter op toezien dat er een marktconform salaris wordt uitgekeerd aan de directeur-grootaandeelhouder. # Vernieuwend industrie- en innovatiebeleid Nederland is een goede plek voor een duurzame industriële productie, qua ligging, infrastructuur en beroepsbevolking. Om te grote afhankelijkheid van productie buiten Europa te voorkomen, kiezen we voor een gericht stevig industrie- en topsectorenbeleid op Europese en nationale schaal. De komende jaren zijn cruciaal voor de vraag of het lukt om voortvarend te groeien naar een klimaatneutrale en circulaire industriële sector in Nederland. Innovatie door onderzoekers en ondernemers levert ons land veel kansen op. Innovatie zorgt voor betere medische zorg, een veiliger wereld en schone en zuinige productietechnieken. We willen het innovatiebeleid versterken, met speciale aandacht voor Nederlandse start- en scale-ups en bedrijven die in hun sector wereldwijd koploper zijn. Ontwikkel een nationale visie op de maakindustrie. De visie op de verduurzaming van de maakindustrie in 2050, zoals in de afgelopen kabinetsperiode ingezet, wordt geconcretiseerd naar routekaarten en bijbehorende investeringsplannen en prestatieafspraken. Investeer in meer zelfvoorzienende productie. De overheid schept de randvoorwaarden voor een internationaal concurrerende, competitieve maakindustrie in ons land en in de EU. Bijvoorbeeld met goed kennis- en innovatiebeleid en door waar nodig financiële steun. Zo krijgen en behouden Nederland en de EU strategische autonomie met betrekking tot voor onze samenleving cruciale productieketens. Maak een fonds voor doorbraaktechnologieën. De transformatie van de (basis)industrie vraagt fundamenteel andere productieprocessen. Naast investeringen in fundamenteel onderzoek, investeren we daarom ook in (onderzoek naar) het toepassen van nieuwe technologie en snelle opschaling daarvan. De stimuleringsmogelijkheden worden uitgebreid en gericht op maatschappelijke missies als circulaire productietechnieken en grootschalige elektrificatie. Versterk de regionale industrieclusters. Ons land kent vijf regio's waar de energie-intensieve basisindustrie is geclusterd: Rotterdam/Moerdijk, Zeeland (Terneuzen en omstreken), --- pdf_page: 68 --- Noordzeekanaalgebied, Noord-Nederland (Eemshaven-Delfzijl en Emmen) en Chemelot (regio Geleen, Limburg). Deze regio's zijn de plekken waar de ontwikkeling naar een circulaire en klimaatneutrale industrie daadwerkelijk vorm kan en moet krijgen. De regionale samenwerking tussen bedrijfsleven, overheid, kennisinstellingen en het beroepsonderwijs wordt versterkt. Bijvoorbeeld door via het Nationale Programma Regionale Energiestrategieën (RES) de rol die deze industriële clusters kunnen hebben in de energietransitie te coördineren. Een gelijk speelveld voor de Nederlandse industrie en detailhandel. Alle Europese regelingen op het gebied van milieu, veiligheid, staatssteun en arbeid verdienen bescherming omdat zij uitdrukking geven aan onze gedeelde waarden. We willen dat de Europese Unie strenger optreedt tegen oneerlijke concurrentie en staatssteun en onze maakindustrie beschermt tegen dumping. Tegelijkertijd willen we dat de EU zich inspant om dumping door EU-lidstaten zelf, bijvoorbeeld in West- Afrika, te voorkomen. We willen internationale samenwerking binnen de klimaatconventie van de Verenigde Naties om koolstoflekkage te voorkomen. Zet in op missie-gedreven kennis- en innovatiebeleid. We willen het Nederlandse toponderzoek in onze topsectoren bevorderen. We investeren in onze kenniscentra en de TO2-instituten voor toegepast onderzoek: Marin, TNO, Deltares, NLR en Wageningen-Research. Het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid wordt versterkt door in te zetten op publiek-private samenwerking in de hele keten, van innovatie, naar start-up, naar scale-up. Tegelijk willen we het topsectorenbeleid evalueren om te bezien of dit het algemeen belang voldoende meeneemt en recht doet aan het belang van het MKB en het zonodig bijsturen. De basisinfrastructuur voor metrologie (VSL) moet weer in overheidshanden komen. Wij ondersteunen de Lissabondoelstelling om 3\% van ons nationaal inkomen te besteden aan onderzoek en innovatie. Vakmensen op alle niveaus. De beschikbaarheid van goed opgeleide vakmensen op alle niveaus is bepalend voor de omzetgroei van een onderneming. De overheid draagt eraan bij dat onderwijs en arbeidsmarkt elkaar op alle niveaus vinden, bijvoorbeeld bij de uitvoering van de routekaart voor 'menselijk kapitaal' die door de gezamenlijke topsectoren is opgesteld. Investeer in start-ups en scale-ups. Om in de toekomst talentvolle ondernemers in Nederland te houden, slaan ondernemers, financiers en overheid de handen ineen. Er komt meer investeringskapitaal vrij als vervolg op het SEED-fonds. Nederland stimuleert start-ups die met hun innovatie de wereld beter maken en mensenrechten verdedigen. Nederland opent een apart Impact Economy Patent Register voor unieke innovaties die hieraan bijdragen. Stimuleer investeringen door pensioenfondsen. Pensioenfondsen beschikken over veel geld dat ze namens ons beheren maar de afgelopen jaren is hun aandeel in financiering van Nederlandse bedrijven teruggelopen tot slechts 12\%. Wij willen dat zij meer in Nederlandse bedrijven gaan investeren en zo hun aandeel nemen in de transitie en verduurzaming van onze economie. Aandacht voor ondernemerschap in het onderwijs. Opleidingen krijgen een ondernemerskeurmerk en stages mogen ingevuld worden met een eigen bedrijf. # Maatschappelijk verantwoord ondernemen Het is belangrijk dat ondernemingen zich rekenschap geven van hun omgeving. Maatschappelijk verantwoord ondernemen, oog hebben voor het belang van mens, milieu en samenleving moet de norm zijn. Gelukkig gebeurt dat steeds meer. Zo worden bedrijven onderdeel van de oplossing en onze toekomst. Bind bedrijven aan normen. Uitgangspunt is dat bedrijven die van overheidssteun gebruikmaken, de OESO-normen rond internationaal maatschappelijk verantwoorde ondernemen onderschrijven en naleven. Bedrijven kunnen worden uitgesloten van overheidssteun en aanbestedingen, als zij --- pdf_page: 69 --- geen actie ondernemen om mensenrechtenschendingen, zoals kinder- en dwangarbeid, in de productieketen te voorkomen. Zorgplicht voor de hele productieketen. De overheid ondersteunt sectoren waar mogelijk om heldere codes te ontwikkelen betreffende de (internationale) zorg- en rapportageplicht van bedrijven op het gebied van arbeid, mensenrechten, milieu en eerlijke handelspraktijken. Als een sector onredelijk lang geen stappen onderneemt, of als er een grote groep achterblijvers is, ondersteunen we het wettelijk vastleggen van verplichtingen. Keer de bewijslast om. Als een ondernemer grondstoffen of producten uit een sterk verdachte regio betrekt, kan de overheid eisen dat de ondernemer aantoont dat het bedrijf de toeleveringsketen op orde heeft en er geen sprake is van bijvoorbeeld kinderarbeid. Maak productieketens traceerbaar. Weet wat je koopt. Initiatieven rond het steeds meer zichtbaar en traceerbaar maken van de productieketen op het gebied van duurzaamheid en sociale impact worden ondersteund, zodat de consument een afgewogen keuze kan maken. Weer slechte producten uit winkels. Producten waarvan de productie in strijd is met internationale afspraken op het gebied van mensenrechten, kinderarbeid of milieu, worden uit winkels geweerd. Erken ondernemingen met een maatschappelijke missie. Veel ondernemingen, zeker sociale ondernemingen, hebben hun maatschappelijke missie op één staan. Betere herkenning van en erkenning voor deze ondernemingen is nodig. Daarom komt er een aparte modaliteit voor deze bedrijven in het Burgerlijk Wetboek: de Besloten Vennootschap maatschappelijk (BVm). # Banken en financiële markten ten dienste van de samenleving Banken die maatschappelijk verantwoord ondernemen, stellen het belang van hun klanten, burgers en bedrijven voorop. Na de bankencrisis zijn niet alle systeemproblemen opgelost. De eigenvermogensbuffers van banken zijn beter, zeker in Nederland, maar nog steeds gering. Wel heeft de coronacrisis laten zien dat de verbeteringen die zijn doorgevoerd sinds de kredietcrisis positief hebben bijgedragen aan de stabiliteit van de financiële sector. De spanning tussen wie de risico's neemt, wie de risico's draagt en hoe daarop wordt toegezien, bestaat echter nog altijd. Wil de financiële sector weer schokbestendig worden, dan is het nodig dat evenwichtiger wordt omgegaan met risico's en dat variabele beloningen - bonussen - blijvend aan banden worden gelegd. Het stevig aanpakken en voorkomen van witwasfraude en terrorismefinanciering horen daarbij. Banken spelen een belangrijke rol bij het financieren van de transitie naar een duurzame klimaatneutrale economie. Geef de Volksbank terug aan het volk. De Volksbank, nu nog in overheidshanden, wordt zodra dat kan teruggeven aan het Nederlandse volk, als coöperatieve bank. Daarmee wordt een nieuwe standaard gezet voor dienstbaar, maatschappelijk betrokken en service-gericht bankieren. Vooralsnog ligt het in de rede dat de staat deels aandeelhouder blijft van zowel de Volksbank als ABN AMRO. Betere financiering voor het MKB. Het midden- en kleinbedrijf moet laagdrempelig toegang hebben tot financiering om goed te kunnen ondernemen. Daarvoor zetten we de plannen voor een mkb financieringshub naar Brits voorbeeld door. Overheidsorganisaties en -fondsen zoals Qredits, InvestNL en het Groeifonds sluiten aan en worden zo makkelijker toegankelijk worden voor het MKB. Verplicht banken tot hogere buffers. Betrouwbare banken hebben een betere solvabiliteit. De buffers van banken moeten daarom verder omhoog. Naarmate een bank meer risico's loopt, moet de solvabiliteitsnorm hoger moeten zijn. Belasting op financiële transacties. Met transacties op financiële markten wordt buitensporig veel winst gemaakt, terwijl daar bijzonder weinig belasting over wordt betaald. Bovendien wordt --- pdf_page: 70 --- er nauwelijks maatschappelijke waarde toegevoegd, terwijl er wel veel schade kan worden aangericht in de reële economie. Omdat financiële markten zich weinig van landsgrenzen aantrekken, is een internationale belasting op financiële transacties nodig - de Tobintaks - die financiële speculatie via transacties in valuta, effecten en derivaten tegengaat. Nederland sluit zich om te beginnen aan bij landen als Frankrijk en Duitsland, die een transactiebelasting hebben ingevoerd of gaan invoeren op aandelentransacties. Behandel inkoop eigen aandelen als dividenduitkering. We willen dat de inkoop van eigen aandelen door de fiscus wordt behandeld als een vorm van dividenduitkering en dat op de inkoop van eigen aandelen dividendbelasting wordt ingehouden. Wel moet het mogelijk blijven voor bedrijven om zich goed te beschermen tegen vijandelijke overnames. Verplicht financiële instellingen tot een klimaatstresstest. Financiële instellingen, zoals banken, verzekeraars en pensioenfondsen, worden verplicht hun beleggingsportfolio door te rekenen op klimaatimpact en gevoeligheid voor klimaatverandering. De Nederlandsche Bank komt met een zwarte lijst van activiteiten die niet kunnen. Pak witwasfraude en terrorismefinanciering aan. Het toezicht op integriteit moet steviger, maar proportionaliteit van wet- en regelgeving op nationaal en internationaal niveau moet niet uit het oog worden verloren. Aangezien de problematiek grensoverschrijdend is, willen we een Europese autoriteit die toezicht gaat houden op verdachte geldstromen. Stel een verbod in op flitshandel. Met 'high frequency trading', het aankopen en verkopen van financiële producten in een fractie van een seconde, worden elke dag vele miljoenen verdiend. Wij willen dit aan banden leggen en het liefst verbieden. Cash betalen blijft mogelijk. Contant betalen moet in alle winkels en bij overheidsinstellingen mogelijk blijven. Nederland staat daarom positief ten opzicht van het voorstel van de Europese Commissie om dit wettelijk te regelen. Het Rijk geeft het goede voorbeeld door afspraken met gemeenten en provincies te maken om contant betalen te borgen bij alle gesubsidieerde instellingen zoals wijkcentra en bibliotheken en bij parkeren. # 1.4 - Landbouw en voedsel Boeren, tuinders en vissers leveren producten die we dagelijks op ons bord vinden. De ChristenUnie heeft grote waardering voor hen en hun levensbelangrijke producten. Vaak zijn het familiebedrijven die, met inzet van veel tijd en veelal tegen te lage prijzen, ons van voedsel voorzien en voor onze omgeving zorgen. Intussen dragen ze bij aan ons prachtige Nederlandse landschap en geven ze als rentmeesters invulling aan Gods opdracht om de schepping te bewerken en te bewaren. We waarderen onze agrarische sector. Tegelijkertijd stellen we vast dat de richting waarin het landbouwen voedselsysteem zich onder invloed van beleid en commerciële belangen heeft ontwikkeld tot een verstoring van het evenwicht met omgeving en natuur heeft geleid. De ChristenUnie streeft naar een meer extensieve en natuur-inclusieve landbouwsector, met uiteindelijk een kleinere veestapel en minder veevoer van ver, passend in de omgeving. Daarnaast heeft landbouw, net als andere sectoren, een bijdrage te leveren aan het beperken van de klimaatverandering. In de landbouw wordt sinds eeuwen gebruik gemaakt van kringlopen, waarbij dieren naast melk, vlees en eieren ook de mest produceerden die op de akkers werd gebruikt om de gewassen te laten groeien. Dit kringloopmodel is vandaag opnieuw nodig. We willen kringlopen van voedingsstoffen en mineralen die op lokaal, regionaal en nationaal niveau in balans zijn. We willen werken aan een landbouwsector die duurzaam verbonden is met landschap en natuur en oog heeft voor dierenwelzijn. --- pdf_page: 71 --- # In balans met de omgeving en de natuur De ChristenUnie wil werken aan een vitale agrarische sector, die zowel wat betreft omvang als werkwijze in balans is met de omgeving. We volgen het principe om bodem en water als sturend te beschouwen voor wat kan en moet. We willen stimuleren door het goede te belonen, we willen ontmoedigen door vervuiling of emissies te beprijzen (belasten) en te normeren. Wij willen boeren fair belonen voor de groene diensten en het beheer dat ze leveren. Maak grondgebondenheid een randvoorwaarde. We werken de komende 10 tot 15 jaar toe naar een grondgebonden melkveehouderij, die in balans is met de omgeving en het benodigde ruwvoer op eigen grond of in de directe omgeving produceert. Dat past helemaal bij het kringloop-principe. Grondgebondenheid kan op verschillende manieren worden ingevuld, bijvoorbeeld met een combinatie van een maximaal aantal koeien en maximale melkproductie per hectare. Start een kenniscentrum bedrijfsovername en -start. De overheid start in samenwerking met NAJK, LTO en de banken een Kenniscentrum Bedrijfsovername en -start, met als doel jonge boeren te begeleiden bij een bedrijfsovername en/of bedrijfsstart. Ook zorgen we voor vestigingssteun als een duwtje in de rug. Sluit de nutriëntenkringlopen. We willen een sluitende kringloop van mest, gewas, voer, voedsel en restproducten bij voorkeur op lokaal niveau. Op deze manier gebruiken de akkerbouw, tuinbouw en veehouderij de grondstoffen en reststromen van de voedingsmiddelenindustrie en elkaars voedingsketens. Daarbij is het van belang dat de omvang van de verschillende vormen van landbouw goed op elkaar zijn afgestemd. Waardevolle producten uit mest. De intensieve niet-grondgebonden veehouderij, bijvoorbeeld met varkens en pluimvee, moeten hun mest verplicht verwerken. Deze bedrijven hebben over het algemeen niet voldoende eigen grond om de kringloop, inclusief alle geproduceerde mest, te sluiten. Overtollige mest moet worden verwerkt tot waardevolle producten. Verbeter de bodemvruchtbaarheid. Een boer die goed voor zijn grond zorgt, is een goede boer. De productie en het gebruik van kunstmest dragen bij aan de stikstof-disbalans in de agrarische sector. Het produceren van kunstmest kost ook nog eens veel energie. Daarom streven we ernaar het gebruik van kunstmest in de akkerbouw te vervangen door groenbemesters, meer vlinderbloemige (eiwit)gewassen in het bouwplan, dierlijke mest en reststromen als maaisel. Hiermee bevorderen we de samenwerking tussen veehouders en akkerbouwers rond mest. Daarnaast werken we aan aanpassingen van nationale en Europese mestregels, zodat deze dienstbaar worden aan de kringlooplandbouw en betere zorg voor de bodem mogelijk maken. Een Europese omslag naar kringlooplandbouw. De EU wil met haar Green Deal en van boer tot bord-strategie de landbouw verduurzamen en klimaatneutraal maken. Kringlooplandbouw past daarin. Het Europese landbouwbeleid moet ervoor zorgen dat het aantrekkelijk en lonend wordt voor boeren om maatregelen te nemen op het gebied van klimaat, milieu en biodiversiteit. Dat kan bijvoorbeeld door inkomensondersteuning te koppelen aan vergroening (randvoorwaarden) en duurzaamheidsprestaties. Ontwikkel een duurzaamheidsdashboard. De ChristenUnie is voorstander van zoveel mogelijk doelsturing in plaats van middelvoorschriften. Wij willen ondernemers ruimte geven en aanspreken op hun ondernemerschap (de boer aan het stuur). Er wordt een duurzaamheidsdashboard ontwikkeld dat ondernemers inzicht geeft in hun beheer- en milieuprestaties en handelingsperspectief geeft om deze prestaties bij te sturen en te verbeteren. Aan dit instrument worden beloningen en heffingen/sancties verbonden. Op deze manier wordt boeren de mogelijkheid geboden om via doelsturing milieudoelen te bereiken. --- pdf_page: 72 --- Geen teelten die gevoelig zijn voor uitspoeling. Om waterkwaliteit te beschermen, kunnen sommige gewassen beter niet meer op bepaalde bodemsoorten geteeld worden. Door hier heldere richtlijnen over te geven, kunnen we af van kalenderlandbouw met verplichte oogstdata. Stel een $\mathrm{CO}{2}$-heffing en beloning in. De ChristenUnie wil boeren ruimte geven en tegelijkertijd de maatschappelijke kosten vertalen in prijzen. Daarom komt er een heffing op de uitstoot van broeikasgassen in de veehouderij, waarbij het onvermijdelijke deel van de uitstoot vrijgesteld wordt, en er komt een financiële beloning voor opslag van $\mathrm{CO}{2}$ in de bodem, waarbij boeren worden gestimuleerd om door grondwaterpeilverhoging $\mathrm{CO}_{2}$ vast te houden. Ook vezelteelten voor de bouw en isolatie van huizen gaan we beter stimuleren. Ga zorgvuldig om met landbouwgrond. Er komt een Afwegingskader functieverandering landbouwgrond om zorgvuldig om te gaan met landbouwgrond en de juiste afwegingen te maken bij functiewijziging. Dit wordt juridisch geborgd in de AMvB 'Borging Kwaliteit Leefomgeving (BKL)' onder de Omgevingswet. Stel regionale grondbanken in. Als boeren besluiten hun bedrijf te stoppen, kan de grond via de grondbanken opnieuw met aantrekkelijke pachtvoorwaarden (inclusief gebruikscondities) worden uitgegeven via grondbanken. Hierdoor blijft landbouwgrond zoveel mogelijk beschikbaar voor de landbouw, zodat de omslag naar kringlooplandbouw kan worden gemaakt. Naar een duurzame toekomstbestendige glastuinbouw. De Nederlandse glastuinbouw wordt gestimuleerd zoveel mogelijk om te schakelen naar een circulair systeem. Een duurzame energievoorziening is daarbij onmisbaar, bijvoorbeeld door gebruik te maken van aardwarmte en restwarmte uit andere sectoren. De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie wordt losgekoppeld van de aardgasprijs. Ook worden zo efficiënt mogelijk voedselgewassen en sierproducten geteeld zonder emissies (bijvoorbeeld van gewasbeschermingsmiddelen) naar bodem, water en lucht. $\mathrm{CO}_{2}$ wordt uit de lucht gehaald of afgevangen door de industrie en hergebruikt in de kas. Het Convenant Energietransitie Glastuinbouw voeren we onverminderd uit op weg naar een klimaatneutrale glastuinbouw in uiterlijk 2040. Voor een toekomstbestendige glastuinbouw willen we krachtige tuinbouwclusters ruimtelijk concentreren en stimuleren we coöperaties in het glastuinbouwgebied. Investeer in de eiwittransitie. Er is betere samenwerking nodig rond de eiwittransitie van minder dierlijke naar meer plantaardige eiwitten. Dat betekent dat samen met de verwerkende industrie naar mogelijkheden wordt gezocht om de eiwittransitie tot stand te brengen. Initiatieven van de grote verwerkers worden ondersteund, maar ook de vele nieuwe initiatieven van het mkb en startende ondernemers, evenals de veredeling van eiwitgewassen. Vergroting biodiversiteit. Een hoge biodiversiteit is van levensbelang voor de bestuiving van allerlei gewassen, voor een rijk bodemleven, goede bodemvruchtbaarheid en weerbaarheid tegen ziekten en plagen. Afwisseling van grasland, akkerbouwgewassen en landschapselementen is hierbij essentieel. Boeren krijgen een passende beloning als ze biodiversiteitsmaatregelen nemen. We geven hier uitvoering aan via het Deltaplan biodiversiteit, het Aanvalsplan landschapselementen, de regeling Agrarisch Natuur en Landschapsbeheer en via uitbouw van prestatiebeloning in de eco-regeling. De boer als beheerder van de groene ruimte. In veenweidegebieden en andere specifieke agrarische cultuurlandschappen hebben we boeren hard nodig als beheerder van de groene ruimte. De overheid draagt via een beheervergoeding bij aan een redelijk inkomen voor deze ondernemers. Een gediversifieerde bedrijfsvoering, die ook ruimte biedt voor recreatie en andere dubbelfuncties, kan bijdragen aan een gezond verdienmodel. De mogelijkheid voor een sociale functie zoals een zorgboerderij, kinderopvang of een dagbesteding wordt gestimuleerd door cursussen voor het starten van een extra tak op het agrarisch bedrijf te vergoeden. --- pdf_page: 73 --- Stimuleer de teelt van alternatieve gewassen en rotatie. Monoculturen zijn kwetsbaarder voor ziekten en plagen. We stimuleren boeren om in te zetten op alternatieve gewassen, strokenteelt en rotatie, zodat minder pesticiden nodig zijn. Beperk het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Om de chemische gewasbeschermingsmiddelen in ons oppervlaktewater en grondwater te verminderen, worden verplichtende afspraken gemaakt, bij voorkeur in Europa, zodat op dit gebied een gelijk speelveld ontstaat. Ook vinden we dat de beschikbaarheid en toelating van groene middelen beter moet. Klimaatvriendelijk en energiezuinig. De agrarische sector kan een grote bijdrage leveren aan de klimaat- en energiedoelen, door energiezuinig en klimaatvriendelijk te opereren. Zonne- en windenergie krijgen een plek in het businessmodel op het boerenerf. Ook komt er ruimte om te experimenteren met emissie-reducerende technieken. Veehouders krijgen de ruimte voor innovatieve bronmaatregelen en schone productietechnieken. Hun bijdrage moet als sectorprestatie worden gehonoreerd en niet bij andere sectoren worden meegeteld. # Een eerlijk en toereikend verdienmodel voor de agrarische sector Boeren willen een stabiel en toereikend inkomen hebben, waardering krijgen, hun beroep vrij uit kunnen oefenen en hun gezinsbedrijf gezond kunnen overdragen aan de volgende generatie. 'Groter' is voor boeren vaak meer een noodzaak (voldoende inkomen) dan een ideaal. De ChristenUnie is voor een gezonde bedrijfsontwikkeling waarbij rekening wordt gehouden met de menselijke maat behorend bij gezinsbedrijven (geen megabedrijven). Om te voorkomen dat de landbouw doorgaat op het jaagpad van eenzijdige productiviteitsvergroting moeten de meerkosten die worden gemaakt voor duurzaam geproduceerd voedsel verdisconteerd worden in de prijs van producten. De winst moet eerlijker over de hele keten worden verdeeld. De ChristenUnie wil dat er ruimte blijft voor boeren en tuinders die binnen de maatschappelijke context en milieu- en dierenwelzijns- randvoorwaarden willen en kunnen ondernemen. Economische autoriteit landbouw. De transitie naar een duurzame landbouw, creëert veel onzekerheid, en voelt voor veel agrariërs als een bedreiging van hun bestaan. Er wordt gezorgd voor een goed economisch perspectief en voor regionaal maatwerk zodat opgaven ook mogelijkheden worden. Naast een ecologische autoriteit komt er daarom een economische autoriteit om dit te beoordelen. Steun boeren bij de omschakeling naar kringlooplandbouw. Agrariërs die willen omschakelen naar kringlooplandbouw maken de eerste jaren veel kosten, die ze vaak niet terugzien in de prijs. Wij willen dat de overheid boeren stimuleert en ondersteunt bij het omschakelen naar een bedrijf met een zo veel mogelijk gesloten kringloop. Geef boeren een eerlijke prijs. Alle producten in Nederlandse supermarkten moeten in de toekomst voldoen aan een nieuwe nog in te stellen Nederlandse duurzaamheidsnorm. Daardoor stijgt de prijs van producten. De supermarkten zorgen voor eerlijke prijzen zodat boeren structureel worden beloond voor de extra prestaties die zij leveren op het gebied van dierenwelzijn en milieu. Verplichte transparantie en monitoring draagt bij aan inzicht en een eerlijk speelveld. Mocht het niet lukken om tot zulke afspraken te komen, kiezen we voor de introductie van een (beperkte) landschapsbelasting op voedsel om financiering van verduurzaming en werkelijke prijzen dichterbij te brengen Afspraken met supermarkten. Supermarkten en andere afzetkanalen hebben een essentiële rol bij de verkoop van streek- en seizoenproducten, het stimuleren van korte ketens en het betalen van een eerlijke prijs. De consument wordt gestimuleerd om lokaal en seizoensgebonden producten te kopen. Dit vraagt een ketenaanpak waarbij bedrijven worden gestimuleerd werk te --- pdf_page: 74 --- maken van verduurzaming. Dit wordt vastgelegd via algemeenverbindendverklaringen (AVV's) of in convenanten. Meer coöperaties voor nieuwe marktmacht. We stimuleren de oprichting van nieuwe coöperaties en producentengroepen waarin boeren en tuinders zich verenigen om samen sterk te staan tegenover machtige inkooporganisaties en supermarkten of gezamenlijk verduurzamingsinitiatieven ontplooien. De keten draagt bij aan meer agrarisch natuurbeheer. Er komt een brede heffing in de keten bij toeleverende en verwerkende bedrijven die bijdraagt aan de structurele financiering van meer agrarisch natuurbeheer. Afspraken met banken. Banken zijn als financiers van de agrarische bedrijven van cruciaal belang voor de transitie van de landbouw. Met banken worden afspraken gemaakt over voorwaarden voor (nieuwe) leningen en het omgaan met oude leningen voor investeringen die niet bij de transitie naar een kringlooplandbouw horen. Aandacht voor psychosociale nood. Steeds meer boeren kampen door langdurige onzekerheid en financiële problematiek met psychosociale problemen. We bouwen aan een landelijk netwerk met lokale inbedding waar boeren terecht kunnen met hun verhaal en nood. Toon de werkelijke prijzen in het schap. Het tonen van de werkelijke prijzen bij het schap in de supermarkt draagt bij aan de bewustwording dat de maatschappelijke kosten van ons voedsel hoger zijn dan de prijs die de consument betaalt. Aandacht voor de jonge boer. De overheid ondersteunt jonge boeren door zowel praktische als mentale begeleiding bij bedrijfsovername te vergoeden. Dit geldt ook voor coaching bij verandertrajecten, zoals het starten van een nieuwe bedrijfstak of het omschakelen naar biologische productie. Daarnaast blijven goede financiële arrangementen voor jonge boeren die een bedrijf overnemen hard nodig. Boeren die een bedrijf willen overnemen krijgen een tegemoetkoming in de kosten als ze vergroeningsmaatregelen nemen, in de vorm van een startpremie (percentage van de overnamekosten) en een garantieregeling voor een voordelige lening. Ze kunnen ook een beroep doen op vestigingssteun. Stimuleer duurzame grond- en pachtregelingen. We zetten ons in voor grond- en pachtregelingen die de prijzen van agrarische gronden op een aanvaardbaar niveau houden en extensivering mogelijk maken. In het kader van de reguliere pacht krijgen verpachters voortaan de mogelijkheid om naast afspraken over de prijs ook afspraken te maken over verduurzaming van landbouwgrond. Behoud blijvend grasland. De overheid zet zich in om blijvend grasland te behouden en voldoet daarmee aan het randvoorwaardenbeleid van de EU. Blijvend grasland is goed voor dieren, biodiversiteit en het klimaat ( $\mathrm{CO}_{2}$ opslag), maar staat nu onder druk. Import van buiten de Europese Unie. Voedsel dat van buiten de Europese Unie wordt geïmporteerd, moet minimaal aan dezelfde eisen (dierenwelzijn, emissies, biodiversiteit en mensenrechten) voldoen als die we aan onze eigen boeren stellen. Dit vereist wetgevende maatregelen op het terrein van handel en van internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO). # Blijvend oog voor dierenwelzijn De dierhouderij heeft een eigen essentiële plaats in de kringlooplandbouw en voedselvoorziening. Zorg voor de schepping betekent ook dat landbouwpraktijken dierwaardig moeten zijn. Dieren horen ruimte te hebben om hun soorteigen natuurlijk gedrag te kunnen vertonen. Mensen hebben de verantwoordelijkheid en de plicht om op een goede manier met dieren om te gaan, hen te beschermen en de juiste verzorging te geven. Een rechtvaardige zorgt goed voor zijn vee en zijn gezelschapsdieren (Spreuken 12:10). --- pdf_page: 75 --- Verscherp het toezicht door de NVWA. Om de regelgeving rond het slachtproces eenduidiger en transparanter te maken, worden de taken toezicht en keuring van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) gescheiden. Er worden moderne technieken (bijvoorbeeld slimme camera's) ingezet op verzamelplaatsen en in slachthuizen, en strikte handhaving afgedwongen om misstanden zo snel mogelijk verleden tijd te maken. Er gaat een three strikes you're outprincipe gelden: bij de derde ernstige misstand moet een slachthuis definitief de deuren sluiten en krijgt de directie een verbod om in de sector te werken. Kom op voor dierenwelzijn. Er worden eisen gesteld aan dierenwelzijn met betrekking tot het kunnen vertonen van natuurlijk gedrag. Te denken valt aan weidegang, kalf bij de koe, maten en oppervlakte van stallen, verbod op onthoornen, beschikbaarheid van drinkwater en voer, uitloopmogelijkheden en groepsgedrag. Boeren worden bij dit traject naar het voldoen aan de (wettelijke) verplichting geholpen met voorlichting en met financiële prikkels. Stimuleer de weidegang. We nemen belemmeringen voor weidegang weg. Via kavelruil wordt de verkaveling waar mogelijk verbeterd, zodat beter met spaarzame grond wordt omgegaan. Verder stimuleren we (verlengde) weidegang. Dit draagt bij aan verlaging van de ammoniakemissie en past ook goed in een dierwaardige veehouderij (herkauwers zijn van nature graasdieren). Verplicht de intensieve veehouderij tot passende maatregelen. In de intensieve veehouderij worden in nieuwe en bestaande stallen verplicht passende maatregelen (vernevelaars of ventilatoren) genomen om de dieren tijdens hitteperioden te kunnen koelen. Dit geldt ook voor het transport. Bij nieuwe stallen worden voorzieningen toegepast waarmee stalbranden kunnen worden voorkomen. Geef gemeenten meer bevoegdheden. Lokale overheden krijgen meer bevoegdheden op het terrein van dierenwelzijn, zoals de bevoegdheid om evenementen met dieren al dan niet toe te staan en om sneller en effectiever op te treden bij signalen van dierenleed. Malafide handel tegengaan. De handel in dieren moet zorgvuldig verlopen. Malafide handel in dieren op online platforms wordt aangepakt. Verbeter de registratie van huisdieren. Kopers moeten weten waar hun huisdier vandaan komt. De registratie van de herkomst van dieren wordt verbeterd en identificatie wordt verplicht. Perk transporten met dieren in. Transport van dieren wordt niet toegestaan bij hitte (niet meer rijden boven 30 graden). De import van kalveren wordt beperkt. We werken toe naar een aan de rundveehouderij gebonden kalverhouderij. We maken een einde aan langeafstandstransporten van dieren. De maximale duur van transporten die plaatsvinden is 8 uur. Antibioticagebruik in veehouderij verder terugdringen. Het gebruik van antibiotica in de veehouderij wordt in overleg met de verschillende sectoren stapsgewijs tot het minimum teruggebracht (alleen voor dieren die echt ziek zijn en lijden). # Waardering voor voedsel en eerlijkheid over herkomst en milieu-impact We hebben voedsel nodig om gezond te blijven en energie te hebben. Daarom moet het veel meer gaan over de waardering, gezondheid en duurzaamheid van voedsel. En over de impact die de voedselproductie op onze leefomgeving heeft. In de praktijk kiezen de meeste consumenten voor het goedkoopste product uit het schap. Tegelijkertijd stellen ze 'als burger' steeds hogere eisen aan hun leefomgeving en aan de wijze waarop boeren werken. Daarom verdient voedsel een andere plaats in het bewustzijn en gedrag van de consument. De overheid kan een nieuwe eetcultuur bevorderen door bij te dragen aan meer lokale, biologische en gezondere producten in de supermarkt, horeca en catering en het informeren van consumenten. --- pdf_page: 76 --- Naar een nieuwe eetcultuur. Deze tijd vraagt een nieuwe eetcultuur, waarin de waardering voor de producten van boeren uit de omgeving en het vakmanschap van de telers centraal staan. De overheid sluit een partnerschap met voedselproducenten, restaurants en lokale gemeenschappen om de nieuwe eetcultuur op de kaart te zetten. Stimuleer een lokale of regionale voedselvoorziening. De overheid ondersteunt regionale strategische plannen waarbij boeren, inwoners, gemeenten en provincies samenwerken om de voedselvoorziening meer regionaal en in korte ketens te organiseren. We stimuleren het oprichten van regionale voedselmarkten en gebiedscoöperaties die het voedsel rechtstreeks van boeren naar inwoners brengen. Nieuwe verbindingen rond voedsel. We stimuleren initiatieven en gemeenschapsprojecten als volkstuinprojecten of burger-boerderijcoöperaties waarbij burgers individueel of gezamenlijk hun eigen voedsel produceren. De herkomst van voedsel. Op alle voedsel wordt vermeld waar het vandaan komt, zodat de consument kan kiezen voor lokaal voedsel en de boer een eerlijke prijs ontvangt. Er komt een landelijke consumentencampagne waarin het kopen van lokaal voedsel en korte ketens wordt gepromoot. De Rijksoverheid gaat voorop. Maaltijden in kantines bij de Rijksoverheid worden duurzaam en zo lokaal en seizoensgebonden mogelijk en plantaardig wordt de standaard. Ga voedselverspilling tegen. Het verspillen van voedsel wordt drastisch teruggedrongen. Goede kwaliteitsproducten worden niet meer weggegooid als ze wat te klein zijn, een afwijkende vorm of kleur hebben. Ook worden stappen gezet om verspilling door consumenten en horeca tegen te gaan. Voedselverliezen in het productieproces worden tot het minimum beperkt, reststromen worden hergebruikt als veevoer. Het biologisch keurmerk beter op de kaart. Er komt een campagne om het biologisch keurmerk bekender en herkenbaarder te maken. Hierdoor worden consumenten zich meer bewust van wat biologische productie inhoudt en gestimuleerd voor biologisch te kiezen. Stimuleer de verbinding tussen school, voedsel en natuur. Elke basisschoolklas krijgt de gelegenheid om een (circulaire) boerderij te bezoeken, een schooltuin aan te leggen of een excursie naar een natuurgebied te maken. Zo leren kinderen wat gezond voedsel is, hoe dat duurzaam kan worden geproduceerd en wat voor impact voedsel heeft. Bovendien kan dit behulpzaam zijn bij het onderwijs over duurzaamheid en klimaatverandering. Fiscaal stimuleren van gezonde voeding. We maken het fiscaal aantrekkelijker voor een bedrijf om personeel een gratis, gezonde en duurzame lunch aan te bieden. Op dit moment zijn de mogelijkheden daarvoor beperkt tot mensen met een hoger inkomen en dat is onredelijk. We onderzoeken de mogelijkheden om de wet op de loonbelasting kostenneutraal aan te passen. Verlaag het btw-tarief op gezonde voeding. De ChristenUnie wil een zoveel mogelijk uniform btw-tarief. Eén van de uitzonderingen is groente en fruit. Hiervoor moet het lage (nul) btw-tarief gelden. Producten als vlees en zuivel vallen onder het (vernieuwde) reguliere btw-tarief en worden meer belast. Zie ons speciale kader over belastingen onder hoofdstuk 2. # Duurzame toekomst voor Nederlandse visserij De visserij in Nederland kent een lange economische en culturele traditie die voor veel regio's en gemeenschappen van levensbelang is. Vissers staan dicht bij de natuur, zijn onderdeel van het ecosysteem op zee en hebben passie voor hun werk. De visserijsector heeft harde klappen gehad de afgelopen jaren door de gascrisis, knellende Europese regels, het sluiten van visgronden voor natuurgebieden of de bouw van windmolenparken en de dreiging dat hen de toegang wordt ontzegd tot de Britse wateren. Het vinden van nieuw perspectief, met meer zekerheid rondom --- pdf_page: 77 --- beleid en inkomen, is nodig om ook de nieuwe generatie vissers die eeuwenlange traditie te kunnen laten voortzetten. Daarbij is een goede balans nodig tussen natuur en visserij. De visserij is van groot belang voor het leveren van gezond voedsel en is zeer innovatief, juist ook op het gebied van duurzaam vissen. Dit wil de ChristenUnie blijven stimuleren. Visserijbedrijven moeten genoeg kunnen verdienen om te blijven investeren in hun bedrijf en in ecologische doelen. Naar een duurzaam Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Vissers hebben zekerheid en langetermijnperspectief nodig. Nederland streeft naar een duurzaam Gemeenschappelijk Visserijbeleid, met aandacht voor innovatie, verduurzaming, gezonde visstanden en een eerlijke boterham. Zorg voor betere internationale afstemming van visserijbeleid. Op visserijgebied lijkt Europa soms verre van een eenheid. Brexit maakt goede afstemming des te noodzakelijker. De EU komt op voor goed beheer van gezonde zeeën. Illegale visserij is een probleem, vooral in Azië. Vissensoorten verdwijnen door overbevissing, maar ook afval is een groot milieuprobleem. Europa moet een leidende rol spelen in goed beheer van gezonde zeeën. In actie tegen PFAS-vervuiling in de Westerschelde. Deze vervuiling is ook voor de visserij een groot probleem. Zie het hoofdstuk Milieu voor onze inzet op dit onderwerp. Zie ook het kopje 'versterk milieubeheer' onder paragraaf 3.2. Consumptie uit eigen wateren. We willen consumptie van gezonde (bijvangst) visproducten uit eigen wateren stimuleren. De overheid helpt bij het opzetten van een duurzaam en bekend viskeurmerk. Duurzame pulskorvisserij. De ChristenUnie blijft groot voorstander van de pulskorvisserij, waarbij vis met kleine stroomstootjes wordt opgeschrikt van de bodem. Deze Nederlandse innovatie draagt bij aan verduurzaming door een lager energieverbruik, minder verstoring van de zeebodem en selectiever vissen. Investeer in een $\mathrm{CO}{2}$-neutrale vloot. De doelstellingen van de Nederlandse vloot om $\mathrm{CO}{2}$-neutraal te produceren en circulair te ondernemen zijn een voorbeeld voor de visserij in heel Europa. Nieuwbouw- en ombouwsubsidies moeten helpen om tot een $\mathrm{CO}_{2}$-neutrale vloot te komen. Flexibele aanlandplicht. De aanlandplicht waarbij alle gevangen vis van gequoteerde soorten aan land moet worden gebracht, moet flexibel blijven. Dit houdt in dat soorten met een grote overlevingskans of soorten waarop selectief vissen bijna onmogelijk is, worden teruggegooid. Bied garnalen- en mosselvissers toekomst. Garnalenvissers investeren met hulp van de overheid in stikstofreducerende technieken, waardoor hun schepen tot wel 90\% minder uitstoten dan voorheen. Zij verdienen een langjarige nieuwe vergunning. Voor de huidige gemankeerde stikstoftoets en berekeningswijze dient een alternatief te komen, zodat de garnalenvisserij en andere typisch Nederlandse kleinschalige, maar waardevolle sectoren als de mosselvisserij tot in lengte van jaren blijven bestaan. Maak vismigratie mogelijk. De ChristenUnie wil dat waterwerken bij aanleg, renovatie of vervanging doorlaatbaar worden gemaakt voor migrerende vissen. Dit is extra relevant nu veel waterwerken toe zijn aan vervanging. Dit past bovendien bij de wens voor natuurherstel. Maritiem onderwijs. Nederland is koploper in visserij-innovatie en maritiem onderwijs. Dit willen we zo houden. Daarom is het noodzakelijk om te investeren in educatie over de werking van het ecosysteem, veiligheidsaspecten en innovatieve visserijtechnieken. Houd rekening met de belangen van vissers bij activiteiten op zee. Bij de planning van windmolenparken en andere activiteiten op zee moet rekening worden gehouden met de belangen van de visserij. Hiervoor komt een afwegingskader, met vereiste betrokkenheid van de visserijsector. Meervoudig ruimtegebruik heeft de voorkeur. Waar mogelijk worden rijke visgronden ontzien, waar het niet anders kan is compensatie (vanuit ontwikkelaars en Rijk) de regel. --- pdf_page: 78 --- Zorg voor een eerlijke stoppersregeling. Voor visserijbedrijven die moeten stoppen, blijft er een eerlijke stoppersregeling. # 3.5 - Eerherstel voor de natuur Niemand kan leven in een wereld zonder water, groen en natuur. De natuur toont een enorme variëteit in kleur, vorm, aard en ontwerp en laat daarmee iets van de heerlijkheid en creativiteit van de Schepper zien. Een reden voor fascinatie, blijvende verwondering en respect. Natuur is noodzakelijk en belangrijk voor ons welbevinden. Natuur heeft intrinsieke waarde als onderdeel van Gods schepping. Natuur is ook een belangrijke drager van en een ordenend principe voor de ruimtelijke inrichting. Tegelijk is het zo dat de natuur al jaren sterk onder druk staat: het aantal weidevogels is sterk teruggelopen en de mate van instandhouding van de natuur is beroerd, zelfs als je met een ruime natuurmaat meet. We vinden dat dit niet zo door kan gaan. De Rijksoverheid dient zelf het goede voorbeeld te geven. Dat uit zich niet alleen in beleid, ook in haar rol als agendahouder voor de leefomgeving (via de Ecologische autoriteit), ook in haar rol als natuurbeheerder (via Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat, Staatsbosbeheer). De overheid faciliteert kennis (onafhankelijke voorlichting op gebied van natuur; onderwijs) en als gebiedsregisseur. Daarom willen we investeren in meer natuur en die natuur ook beter beschermen, juist ook daar waar economische belangen de boventoon dreigen te voeren. Goed natuurbeleid gaat over meer dan stikstof. Het vraagt dat we werken aan vier grote uitdagingen: versnippering, verzuring, vermesting en verdroging. Het doel is herstel van de biodiversiteit en ecosystemen. Breng kinderen in contact met de natuur. Alle kinderen hebben recht op natuur. Educatie en onderwijs over natuur en landschap worden een vast onderdeel op basis en middelbare scholen. Liefde en respect voor de natuur beginnen al vroeg. Investeer structureel meer geld in natuur. Er is de komende jaren extra geld voor natuurherstel en natuuruitbreiding. Er komt in het kader van de voltooiing van Natuurnetwerk Nederland de komende jaren tenminste 80.000 hectare natuur bij. Om de ambities op het gebied van natuur waar te kunnen maken, moet er structureel geld bij. Niet alleen voor natuurherstel en beheer, maar ook voor recreatieve voorzieningen en toezicht en handhaving. Natuurbeheer wordt kostendekkend en volledig gefinancierd op basis van onafhankelijk geverifieerde normkosten. Voltooi het Nationaal Natuurnetwerk. De Natura2000 gebieden, het Nationaal Natuurnetwerk en de ecologische verbindingen ertussen (zoals ecoducten en wildtunnels) zijn cruciaal voor een robuuste natuur in Nederland en moeten voor 2030 gerealiseerd worden. Er komt een aanpak om zones rond natuurgebieden aan te wijzen die bij nieuwe ontwikkelingen en/of besluiten worden beschermd. Ga voor natuurherstel door in te zetten op minder stikstofuitstoot. De stikstofemissies, zowel ammoniak als stikstofoxiden, moeten met de helft omlaag. De reductie daarvan is goed voor de natuur. Alle sectoren dragen hieraan evenredig hun steentje bij. Hiermee verlaten we de ingewikkelde focus op depositiesturing en slaan we een nieuwe weg in met het stikstofbeleid. De stikstofhandel gaan we strikt reguleren (wel binnen, maar niet tussen sectoren). Investeer in natuurherstel. Naast stikstof zijn er andere belangrijke drukfactoren die de kwaliteit van de natuur bedreigen, zoals hydrologie en versnippering. Er is een visie nodig voor de inrichting van ons land, gebaseerd op robuust systeemherstel. Dat vormt de basis voor de gebiedsprocessen en keuzes die worden gemaakt. Ook daaraan wordt gewerkt, rekening houdend met de adviezen van de Ecologische Autoriteit. Bescherm en investeer in vijf grote Nationale Parken van wereldklasse in Nederland. De Nationale Parken (het Waddengebied, de Hollandse vastelandsduinen, de Zuidwestelijke Delta, --- pdf_page: 79 --- de Veluwe, de IJsseldelta) vertegenwoordigen 'internationale unieke waarden van natuur, landschap en cultureel erfgoed', zijn robuuster en grootschaliger dan de meeste huidige nationale parken. In de nieuwe Nationale Parken is de relatie tussen mens en natuur leidend en krijgt dit een juridische status. Nederland volgt daarmee de internationale lijn van Nationale Parken. Groen stedelijk gebied. Elke Nederlander moet vanuit huis makkelijk in de natuur kunnen komen, daarvoor is een groen en waterrijk netwerk door het hele land nodig. Gemeenten zorgen bij nieuwbouw voor voldoende groen. Nieuwbouw wordt groen ontworpen. Bij nieuwbouw wordt inpasbaarheid van natuurlijk groene ruimte ruimschoots meegenomen. Verdichting en vergroening moeten hand in hand gaan om hittestress te verminderen, biodiversiteit in de stad te vergroten en bij te dragen aan schonere lucht en betere leefbaarheid. We ondersteunen particuliere initiatieven die daaraan bijdragen. Het verkrijgen van vergunningen voor de kap van bomen moet moeilijker worden. Bomen van 30 jaar of ouder mogen niet worden gekapt, tenzij er een dwingend belang is. Minimaal 10\% meer bos. Er moet 37.000 hectare aan bos bij. Bosuitbreiding wordt via een programmatische aanpak stapsgewijs gerealiseerd. De regie daarvoor ligt bij het Rijk en de Provincies. Dat is goed voor de biodiversiteit, het vastleggen van $\mathrm{CO}_{2}$ en voor de mens. Multifunctionele bossen leveren een belangrijke bijdrage aan recreatie, natuur en circulaire grondstof. Nieuwe bossen kunnen hier een belangrijke rol in vervullen. Daarnaast moeten we ook goed zorgen voor de bestaande bossen. We streven naar maximale biodiversiteit, dus inheemse bomen. We streven naar optimale, inheemse biodiversiteit in de natuurbossen. In de multifunctionele bossen gaan biodiversiteit, houtoogst en recreatie evenwichtig samen. We zetten in op herstel van houtwallen, singels en hagen (met vergoeding voor de boer en natuurbeheerders), en voor structureel meer bomen en/of struiken op en rond bedrijventerreinen, luchthavens en langs de gemeentelijke, provinciale en rijks infrastructuur. Ook leggen we meer moerassen en kwelders aan. Beheervergoeding voor natuur. We zetten in op goed beheer van bestaande natuurgebieden door hier via de provincies goede structurele vergoedingen tegenover te stellen. Boeren en natuurorganisaties worden beloond voor het onderhoud van landschapselementen en het beheer van soorten. Verpacht overheidsgrond alleen onder strikte duurzaamheidsvoorwaarden. De voorwaarden zijn gericht op behoud of versterking van de biodiversiteit. Meer kruidenrijk grasland. Kruidenrijk grasland draagt bij aan biodiversiteit, een gezonde bodem en het klimaat. Via de eco-regeling wordt dit bevorderd en er wordt voor voldoende budget gezorgd. Meer aandacht voor landschap en cultuurhistorie. Wij zijn trots op ons archeologische en cultuurhistorisch erfgoed. Die houden wij goed in stand. Het behoud van cultuurhistorische en landschapselementen moet een sterker onderdeel worden van het Europese gemeenschappelijke landbouwbeleid (GLB), zodat het loont voor boeren om zich hiervoor in te zetten. Groene boa's in buitengebied. In het buitengebied is sprake van toenemende criminaliteit, zoals afvaldumping en met name drugsafval. Er komt geld voor meer groene boa's in het buitengebied. Bescherm het Waddengebied. Het Waddengebied is UNESCO-werelderfgoed. Het Waddengebied kampt met teveel drukfactoren, zoals baggeren, kabels, zout- en gaswinning. Dit staat op gespannen voet met de bescherming van het gebied. Er komen geen nieuwe drukfactoren bij en de vergunningverlening voor gaswinning bij Holwerd wordt stopgezet. Pak de vogelgriep aan. Vogelgriep is een blijvend probleem voor (wilde) vogels. Er komt geld voor het opruimen van dode wilde vogels door specialisten en voor onderzoek naar ontwikkeling van het virus en de impact ervan op populaties. Verbeter het faunabeheer. Jacht moet geen sport zijn, maar ten dienste staan van goed faunabeheer en schadebestrijding. Planmatig afgeschoten (bejaagbaar) wild moet als voedsel worden aangeboden. --- pdf_page: 80 --- Omgang met de wolf. De wolf is na lange tijd weer terug in Nederland. We zijn niet meer gewend aan leven met de wolf. Er moet duidelijke informatie komen en tegelijk moet beheer mogelijk zijn, vooral op plaatsen waar andere functies worden verstoord (zoals begrazing van de heide door schapen). Geen steun voor diepzeemijnbouw. De regering handhaaft haar inzet bij de Internationale Zeebodemautoriteit om voorlopig geen diepzeemijnbouw toe te staan. Nederland zal zelf geen exploratiecontracten sluiten. Daarnaast worden bedrijven niet ondersteund voor diepzeemijnbouw met bijvoorbeeld een exportkredietverzekering. # 16. Schoon, voldoende en veilig water Naast het aanpakken van klimaatverandering (mitigatie) moeten we ons ook aanpassen aan klimaatverandering (adaptatie) en toenemende weersextremen. De kans op extreme neerslag en langdurige droogte neemt toe, dat hebben we de afgelopen jaren aan den lijve ondervonden. Beken en vennen vallen droog, de drinkwatervoorziening staat onder druk, bomen sterven af en gewassen verdorren op het land. De ChristenUnie wil inzetten op 'vasthouden, bergen en afvoeren'. We zullen als land de omslag moeten maken van kampioen water afvoeren, naar kampioen water vasthouden. Daarom is het essentieel dat we in de Nederlandse ruimtelijke ontwikkeling toekomstbestendig denken, bouwen en handelen en het waterbeheer verbeteren. De ChristenUnie blijft daarom met het Deltafonds investeren in het Deltaprogramma ten behoeve van waterveiligheid, klimaatadaptatie en zoetwatervoorziening, op de korte en lange termijn. Stuur op water en bodem. Water en bodem worden sturend in het ruimtelijk beleid (en landgebruik) van Nederland. De structurerende keuzes uit de beleidsbrief Water en Bodem Sturend worden uitgevoerd. De watertoets bij nieuwe vergunning moet dwingender doorwerken op ruimtelijke plannen en besluiten die invloed (kunnen) hebben op het watersysteem. Maak gebruik van natuurlijke klimaatbuffers. We investeren in onderzoek naar het gebruik van natuurlijke klimaatbuffers, zoals het minder diep en meer meanderend maken van beken en het aanleggen van natuurlijke waterreservoirs. Daardoor wordt water vastgehouden en kan het in de bodem zakken ten gunste van een hoger grondwaterpeil. Agrariërs worden ondersteund in het aanleggen van waterbassins voor beregening. Houd water beter vast. Het watersysteem, wordt opnieuw ingericht en klimaatbestendig gemaakt door het water in de winter vast te houden en het grondwaterpeil waar mogelijk te verhogen. Door drinkwaterwinningen te verplaatsen naar locaties met een wateroverschot in plaats van een watertekort, gaan we slim met water om. Onttrekkingen uit grond- en oppervlaktewater maken we vergunning- of meldingsplichtig en we reserveren voldoende fysieke ruimte voor drinkwaterwinning. Via het Actieprogramma beschikbaarheid Drinkwater 2023-2030 wordt de levering van drinkwater gegarandeerd. Financiering van investeringen in drinkwater wordt verruimd door de WACC-regelgeving aan te passen. De aansprakelijkheid voor vervuilende producten die het water verontreinigen wordt uitgebreid Schoon drinkwater en kwalitatief goed oppervlaktewater. Volgens de Europese Kaderrichtlijn Water moet uiterlijk in 2027 in heel Europa de kwaliteit van het water op orde zijn, zowel chemisch als ecologisch. We houden vast aan deze doelen en houden hier rekening mee in het beleid voor mest, gewasbescherming en geneesmiddelen en de inrichting van de waterlopen. De KRW-doelen en de bijbehorende normen moeten expliciet en bindend doorwerken in de wetgeving, regelgeving en besluitvorming op alle beleidsterreinen die mede bepalen of de KRW-doelen worden bereikt. Alleen op die manier blijft ons drink- en oppervlaktewater schoon. --- pdf_page: 81 --- Deltaplan Agrarisch Waterbeheer. De voortgang van de maatregelen in het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer zoals geformuleerd door LTO, waterschappen en provincies, wordt nauwlettend gemonitord. Bij onvoldoende resultaat komt er landelijke wetgeving. Ontwerp een waterbesparingsplan. Er komt een nationaal plan van aanpak voor drinkwaterbesparing. Industrieel drinkwatergebruik wordt tegengegaan en zoveel mogelijk vervangen door oppervlaktewater. Gemeenten krijgen de mogelijkheid tot het geven van aanwijzingen en het opleggen van verplichtingen tot waterbewust bouwen. Het gebruik van (zelf opgevangen) water wordt breder toegestaan, onder voorwaarde van de volksgezondheid. Naar toekomstbestendig bouwen. We scherpen de regels aan zodat woningen klimaatbestendig en waterrobuust en natuurinclusief worden gebouwd op toekomstbestendige locaties. Decentrale overheden krijgen hulp om de al bestaande mogelijkheden hiervoor beter te gebruiken. De ruimtelijke kaders, (bouw-)regelgeving en het watertoets-proces worden versterkt, zodat woningen klimaatbestendig en waterrobuust worden gebouwd op de, vanuit water en bodem gezien, juiste locaties. Decentrale overheden worden door de Rijksoverheid ondersteund om de al bestaande mogelijkheden om toekomstbestendig te bouwen beter te gebruiken. Pak verzilting beter aan. We onderzoeken en stimuleren de mogelijkheden voor de ontwikkeling van landbouw op nattere en verzilte gebieden. Realiseer de Hollandkering. Door een extra waterkering in de Nieuwe Waterweg te realiseren, achter de Maeslandtkering, wordt de faalkans van de waterkering in de Rijnmond fors teruggebracht. Deze zogenaamde 'Hollandkering' zorgt daardoor voor minder intensieve dijkversterkingen in het achterland, waardoor ruimte en geld wordt bespaard. Aanpak funderingsproblematiek. Als gevolg van keuzes uit het verleden, voor onder andere lage waterstanden, neemt de paalrot en funderingsproblematiek steeds meer toe. Het Rijk, Provincies, waterschappen en gemeenten erkennen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid hierin en nemen meer regie in de aanpak van deze problematiek # 17. Ruimtelijke solidariteit Nederland is een prachtig land. Daar genieten we zelf van en dat ervaren ook de bijna 15.5 miljoen buitenlandse toeristen die we jaarlijks in ons land ontvangen. We zijn er goed in geslaagd om in ons land wonen, werken, landbouw en natuur naast elkaar te ordenen. Toch staan we nu voor nieuwe, grote keuzes in onze ruimtelijke ordening. De ChristenUnie wil dat we bij al deze keuzes stappen zetten richting een toekomstbestendige samenleving en een rechtvaardige ruimtelijke verdeling van welvaart. De Rijksoverheid moet de samenhang in de ruimtelijke ordening van ons land bewaken, zodat nationale doelstellingen een goede plek krijgen en door decentrale overheden kunnen worden waargemaakt. Concrete keuzes worden zoveel mogelijk op lokaal niveau en samen met mensen gemaakt. Ruimtelijke solidariteit en subsidiariteit zijn daarbij leidende principes. Dat vraagt om een sterk lokaal bestuur dat lef toont en verantwoordelijkheid neemt, voldoende middelen, en zeggenschap voor burgers over hun eigen omgeving. De overheid moet het roer in handen nemen om de grote transities, op het gebied van klimaatverandering, grondstoffen en natuur, vorm te geven. Op die manier willen we samen werken aan een mooi Nederland, waar we graag wonen en werken, met meer ruimte voor natuur. ## Beter ruimtelijk beleid Voer een Ministerie van Ruimtelijke Ordening in. We moeten terug naar een landelijke coördinatie van de ruimtelijke ordening. De grote ruimtelijke vraagstukken van deze tijd vragen een integrale benadering, geen verkokerde aanpak vanuit departementen. Ruimtelijke vragen --- pdf_page: 82 --- rond natuur, wonen, water, landbouw, mobiliteit en energie moeten in onderlinge samenhang en afstemming worden opgepakt. Dit versterkt ook de duidelijkheid voor provincies, waterschappen en gemeenten die het ruimtelijk beleid binnen de kaders van de Omgevingswet uitvoeren. Rijksnota's ruimtelijke ordening. Nederland heeft jarenlange ervaring met het opstellen van Rijksnota's voor de ruimtelijke ordening. Deze ordeningsnota's worden nieuw leven in geblazen. In de nota's wordt een onderling samenhangend antwoord gegeven op de belangrijkste ruimtelijke vragen. Uitgangspunten hierbij zijn de grenzen die de schepping ons aanreikt voor het klimaat, milieu, water en bodem. Bij de keuzes in de nota moet lef getoond worden door bijvoorbeeld grote infrastructurele investeringen als de Lelylijn, Nedersaksenlijn en spoorlijn Utrecht-Breda te koppelen aan woningbouw en werkgelegenheid. Leefbaarheid in dorpen en wijken. Ruimtelijke ordening moet ten dienste staan aan de leefbaarheid van dorpen en wijken. Kleinschalige uitbreiding van woonkernen in groen gebied kan noodzakelijk zijn voor het behoud van voorzieningen zoals winkels, scholen of verenigingen. Een straatje met woningen erbij in ieder dorp voorziet daarmee niet alleen in eenvoudige en goedkope woningen maar ook in het welzijn van kleinere plaatsen. Ga voor ruimtelijke solidariteit. Om ruimtelijke ongelijkheid tegen te gaan moet gestreefd worden naar een basisniveau van collectieve voorzieningen in elk gebied in Nederland. Dit basisniveau moet niet slechts voldoende zijn om een gebied 'leefbaar' te houden, maar ook om vitaliteit op de lange termijn te kunnen garanderen. Lokale aanspreekpunten ruimtelijke ordening namens het Rijk. De coördinatie van de nationale hoofdinfrastructuur op het gebied van mobiliteit, energie en de ruimtelijke ordening kan niet alleen aan Haagse bureaus worden bedacht. Goede coördinatie vraagt om rijksambtenaren die met hun voeten in de klei staan en lokaal aanspreekpunt zijn voor decentrale overheden. Daarom komt er een uitvoeringsorganisatie vanuit het Rijk voor een vlotte en praktische vormgeving van de rijksoverheidstaken op het gebied van ruimtelijke ordening. Maak slim gebruik van ruimte. We kunnen veel ruimte besparen door de ruimte op een praktische manier dubbel te gebruiken. De opgaven rond de energietransitie, landbouw, verstedelijking, klimaatadaptatie en biodiversiteit vragen ingrepen die lokaal vaak ook goed te combineren zijn. Waterberging is bijvoorbeeld prima te combineren met doelen voor natuur, landbouw, landschap en recreatie. Energieopwekking kan deels een plek krijgen op of langs onze hoofdinfrastructuur. In de uitwerking van de Nationale Omgevingsvisie naar bijvoorbeeld omgevingsagenda's moet meervoudig ruimtegebruik de norm zijn. Ruimte voor bouwen rond Schiphol. Het indelingsbesluit voor Schiphol wordt aangepast zodat er meer ruimte komt voor de bouw van woningen en windmolens in Zuid-Kennemerland, IJmond, Haarlemmermeer, de Zaanstreek en rond Amsterdam. Deze extra ruimte is mogelijk omdat de huidige regels rond Schiphol te streng zijn en omdat we inzetten op het inperken van de luchtvaart(hinder). Uiteraard staat de veiligheid wel voorop. Meer budget voor provincies en gemeenten. Door de energietransitie en de invoering van de omgevingswet worden er komende jaren veel inspanningen van provincies en gemeenten verwacht, terwijl de financiën onder druk staan. Daarom komen er regelvrije extra middelen voor decentrale overheden om met maatwerkoplossingen de grote ruimtelijke transities mogelijk te maken, bijvoorbeeld via specifieke programma's onder de Nationale Omgevingsvisie. Een nieuwe ruilverkaveling. De stikstofcrisis laat zien dat niet alle agrarische activiteiten op elke locatie meer kunnen. Dat vraagt slim beleid om met name veehouderij plaats te laten vinden op de juiste plek. Dit vraagt om hernieuwd ruimtelijk agrarisch beleid waarbij boeren grond kunnen ruilen, de verkaveling kunnen aanpassen en/of kunnen verplaatsen. Hiervoor wordt het instrument van de ruilverkaveling ingezet. Om effectief in te spelen op de ontwikkelingen in het landelijk --- pdf_page: 83 --- gebied, wordt een gebiedsregisseur met voldoende instrumenten ingezet om de ontwikkelingen te helpen versnellen, zoals benoemd in de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG). Betrek volgende generaties. Ruimtelijke keuzes die nu gemaakt worden hebben effecten die vele jaren doorwerken. Daarom worden jongere generaties betrokken bij het opstellen van ruimtelijk beleid. Aandacht voor demografische ontwikkelingen. De bevolkingssamenstelling van Nederland verandert. We worden ouder, gezinnen zijn kleiner, woonwensen en -eisen veranderen. De ruimtelijke ordening van Nederland moet daarop inspelen met voldoende geschikte woonruimte, bereikbare dorpen en steden, en een vitaal platteland. Ga door met regiobeleid en gebruik meer regiodeals. We gaan door met de regiodeals want er is nog steeds aandacht nodig voor de kracht van regio's. Er wordt een fonds gecreëerd voor ruimtelijke solidariteit waarmee minder welvarende gebieden kunnen worden ondersteund. We willen de economie van regio's buiten de Randstad structureel versterken. Denk aan de regionale industrieclusters (Groningen, Noordzeekanaalgebied in Noord-Holland, Zeeland, Limburg), de hightech zone in Noord-Brabant (Eindhoven) en andere regionale economische knooppunten (Food Valley). Zie ook ons kader 'elke regio telt' onder hoofdstuk 4. Rijksoverheid ook buiten de Randstad. De Rijksoverheid neemt haar verantwoordelijkheid voor een betere spreiding van de uitvoering van rijksoverheidstaken over verschillende regio's, door deze gespreid over het land te vestigen. Behoud open landschappen en voorkom versnippering. Grote open landschappen, zoals in Groningen, Fryslân, Waddengebied en Groene Hart, mogen niet steeds kleiner worden. Verrommeling en versnippering worden tegengegaan. De uitwerking van de Nationale Omgevingsvisie op regionaal en lokaal niveau biedt ruimte voor lokale afwegingen, met oog voor het belang van grote en open landschappen en gebieden met unieke cultuur-historische waarde zoals de Veenkoloniën. # Toekomst voor Groningen Nederland heeft een ereschuld aan Groningen, die moeten we inlossen. Dat was de conclusie van de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen. Zij concludeerde dat er sprake is geweest van een ongekend systeemfalen, onder verantwoordelijkheid van de Rijksoverheid, met een rampzalige situatie voor Groningers tot gevolg. Groningen is als wingewest stelselmatig en langjarig ondergeschikt gemaakt aan het verdienen van geld. De aardbevingen als gevolgen van de gaswinning zullen nog jarenlang van invloed zijn op de samenleving in Groningen en in (Noord-)Drenthe. Herstel van fysieke en emotionele schade zal nog vele jaren duren. Dan gaat het niet alleen om de 270.000 schademeldingen, de 85.000 panden die meer dan één keer schade hebben gehad en de 12.000 huizen die niet voldoen aan de veiligheidsnorm en moeten worden versterkt. Het gaat ook om het herstel van vertrouwen in de overheid, van het welzijn van kinderen en jongeren, van de economie in Groningen. Gaswinning wordt gestopt. De gaswinning uit het Groningerveld stopt per 1 oktober 2023. Op 1 oktober 2024 wordt ook de de mogelijkheid van het herstarten van een waakvlamfunctie beëindigd. De installaties worden zo snel als mogelijk ontmanteld, behoudens monitoring en onderzoek ten behoeve van de veiligheid. Waar mogelijk worden de vrijgekomen locaties ingezet voor duurzame energieopwek of -opslag, uiteraard in overleg met omwonenden, lokale en regionale overheden. Inlossen van de ereschuld. De maatregelen uit de kabinetsreactie 'Nij begun' van het enquêterapport worden zo spoedig mogelijk uitgevoerd of in werking gesteld. Er komt een Groningenwet --- pdf_page: 84 --- waarin de uitvoering hiervan geborgd wordt. De gereserveerde middelen voor uitvoering van dit pakket worden ondergebracht in een Groningenfonds. Het inlossen van de ereschuld vindt plaats in goed overleg met inwoners van Groningen. Hierbij wordt geput uit het Nationaal Programma Groningen (NPG). Het uitvoeren van de maatregelen vindt zo dicht mogelijk bij de inwoners van het aardbevingsgebied plaats, zodat het effect daarvan in wijken en straten te merken is. Schadeherstel vereenvoudigd. De inwoners van Groningen moeten centraal staan; niet de beschikbare middelen. Bij schades waarbij de herstelkosten groter dan $€ 40.000$ zijn, wordt het bewijsvermoeden toegepast zodat de bewijslast niet bij de bewoner ligt. In de kern van het aardbevingsgebied ligt dit bewijsvermoeden hoger. Er wordt meer ruimte voor maatwerk in de hersteloperatie geboden. Welzijnsherstel. Er moet blijvende aandacht zijn voor de immateriële gevolgen van gaswinning. Steeds meer mensen kampen met gezondheidsproblemen en psychische klachten. De geestelijke verzorging in het aardbevingsgebied wordt blijvend aangeboden. Er komt een sociale agenda om het welzijn in het aardbevingsgebied te verbeteren. Hierbij is met name aandacht voor jongeren en kinderen. Duidelijkheid voor de bewoners. Inwoners van het aardbevingsgebied krijgen via een digitaal portaal inzicht in de ontwikkelingen van het schadeherstel van hun woning. Voor iedere woning in het aardbevingsgebied komt een plan van aanpak voor een langere termijn beschikbaar, waarin minimaal 10 jaar wordt vooruitgekeken naar wat er aan de woning moet worden hersteld, en hoe en door wie dit moet worden bekostigd. Perspectief voor jongeren. Om perspectief voor jongeren terug te brengen naar Groningen moet het Rijk investeren om de Noordelijke economie toekomstbestendig te maken. Dat doet het Rijk door intensief samen te werken met onderwijsinstellingen zodat onderwijs aansluit op arbeidsmarktperspectief, door uitvoering te geven aan het programma Nij Begun en door spreiding van Rijksdiensten, zie Elke regio telt. Herstel van vertrouwen in buurten. Door verschillende regelingen en procedures is een onwenselijke ongelijkheid tussen bewoners en tussen wijken, gebieden en gemeenten in het aardbevingsgebied ontstaan. Dit heeft relaties in het aardbevingsgebied geschaadt. Waar mogelijk wordt dat rechtgetrokken en in de toekomst zoveel mogelijk voorkomen. Dit kan gerealiseerd worden door inwoners in de toekomst zelf te laten besluiten of hun woning aan het oude of het nieuwe bouwkader getoetst wordt. Behoud van Groninger erfgoed. De versterkingsopgave vormt een bedreiging voor typische Groningse dorpsgezichten. Voor woningeigenaren is het vaak aantrekkelijker om te kiezen voor sloop en nieuwbouw in plaats van verbouw. Dit erfgoed moet echter behouden blijven voor de toekomst. Dat geldt ook voor eeuwenoude kerken en borgen die schade hebben geleden door de gaswinning. In het hele aardbevingsgebied komen gelden beschikbaar om monumenten en oude dorpsaanzichten te behouden. Mijnbouwwet. In de nieuwe mijnbouwwet wordt geleerd van Groningen: veiligheid eerst. Het nee-tenzij principe gaat gelden bij mijnbouw: geen mijnbouw of gaswinning als de veiligheid niet aantoonbaar gegarandeerd is. We zijn zeer terughoudend bij het verlenen van nieuwe vergunningen voor mijnbouw. Er is meer onderzoek nodig naar de gevolgen van zoutwinning en andere vormen van (gestapelde) mijnbouw, voordat er vergunningen kunnen worden verleend voor het gebruik van leeggekomen cavernes en/of holtes voor opslag van waterstof, perslucht of $\mathrm{CO}_{2}$. Mijnbouwschade adequaat vergoed. Schade door mijnbouw wordt in heel Nederland, dus ook in Drenthe, Fryslân, Overijssel en Limburg, afdoende vergoed na een onafhankelijke schadebeoordeling. De schadeafhandeling verdient verdere verbetering en vraagt goede naleving --- pdf_page: 85 --- van de afspraken. Het wettelijk bewijsvermoeden blijft waar dit nu al van kracht is gehandhaafd en wordt ook van toepassing voor bewoners in gebieden met gestapelde mijnbouw (meerdere mijnbouwactiviteiten). Bewoners krijgen duidelijkheid over de Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPRwaarden) op basis waarvan de versterking van woningen wordt uitgevoerd. Bescherming Waddengebied. Het Waddengebied is UNESCO-werelderfgoed. Economische activiteiten, zoals zout- en gaswinning, staan op gespannen voet met de bescherming van het gebied en worden niet toegestaan. Hergebruik gasinfrastructuur. De bestaande gasinfrastructuur is een waardevol distributiesysteem. Er wordt onderzocht hoe dit gebruikt kan worden voor het transport van hernieuwbare gassen. # 3.5 - Duurzaam onderweg Samenleven betekent onderweg zijn. Dagelijks op pad naar het werk, school, of voor de boodschappen. Om te gaan sporten, familie te bezoeken of naar de vereniging of kerk te gaan. Mobiliteit brengt mensen bij elkaar. Maar op je bestemming komen wordt steeds uitdagender. De bus dreigt te verdwijnen, de trein wordt onbetaalbaar en de auto is vervuilend. Om heel Nederland bereikbaar te houden, moeten we mobiliteit schoner en slimmer maken, duurzame en efficiënte mobiliteit stimuleren en onnodig verkeer voorkomen. Voor elke reisafstand zou moeten gelden dat het duurzaamste alternatief ook het meest aantrekkelijk is. Op dit moment is de auto al gauw aantrekkelijker dan het OV. Zeker als de bus nauwelijks meer rijdt of als je met het gezin op pad gaat. Dat kan anders. Voor korte afstanden: meer lopen en (elektrisch) fietsen. Voor langere afstanden: betrouwbaar en frequent openbaar vervoer. Vrachtvervoer gaat zoveel mogelijk over water of spoor. Vliegverkeer richt zich op internationale reizen die niet over spoor gemaakt kunnen worden. ## Van mobiliteit naar bereikbaarheid Mensen hebben de behoefte voorzieningen te bereiken (bereikbaarheid), en niet om zoveel mogelijk kilometers te rijden (mobiliteit). Bereikbaarheid moet het uitgangspunt worden bij nieuwe infrastructuurprojecten. Komen op de plek waar je wilt zijn, op de vlotte, duurzame en betaalbare manier. Bereikbaar blijven. We veranderen het mobiliteitsfonds in een bereikbaarheidsfonds zodat er voortaan meer gaat naar projecten voor het bereikbaar houden van kernvoorzieningen zoals scholen, ziekenhuizen en winkels. Projecten waar geld naartoe gaat kunnen ook vervoersvormen combineren en zijn daarmee modaliteits-overstijgend. Meer wandel- en fietspaden. We willen dat meer mensen de fiets nemen. Daarom investeren we in een fijnmazig netwerk van (onverharde) wandel- en fietspaden. Dit draagt bij aan een groene en gezonde leefomgeving die uitnodigt tot beweging. In 2030 willen wij een toename van het fietsgebruik met ten minste $25 \%$ ten opzichte van 2020. Het aandeel van de fiets in ritten tot $7,5 \mathrm{~km}$ groeit van $35 \%$ naar ten minste $45 \%$. Wij investeren in fietssnelwegen (zonder stoplichten) en meer fietsenstallingen bij OV-knooppunten en in binnensteden. Op elk station komen deelfietsen beschikbaar. Het wordt makkelijker geld vrij te maken voor fietsinfrastructuur in het mobiliteitsfonds. In aanvulling op de Nationaal toekomstbeelden OV, auto en fiets komt er ook een toekomstbeeld voor lopen. Kies voor duurzaam vervoer. Bij nieuwe gebiedsontwikkelingen krijgen duurzame vormen van mobiliteit (zoals lopen, fietsen en ov) meer prioriteit dan minder duurzame mobiliteitsvormen (zoals de auto). --- pdf_page: 86 --- # Meer geld voor het openbaar vervoer Er dreigt een achteruitgang in het OV met buslijnen die verdwijnen en steeds hogere tarieven. We willen dat dorpen, voorzieningen en steden beter bereikbaar zijn met het Openbaar Vervoer. Om écht een alternatief te zijn voor de auto. Daarom komt er fors meer geld om regio's bereikbaar te houden met bus en trein. Extra geld naar buslijnen. We stellen 500 miljoen euro per jaar extra beschikbaar voor versterking van het aanbod van busvervoer. Goed busvervoer is van onschatbare waarde om voorzieningen bereikbaar te houden, juist ook op het platteland. Provincies krijgen extra geld om bestaande buslijnen in stand te houden én waar dat nodig is juist meer bussen te laten rijden. Er komt naar het succesvolle voorbeeld van Groningen een landelijk netwerk van frequente snelle busverbindingen op belangrijke corridors rond alle middelgrote steden die ook bedrijventerreinen ontsluiten. Als een gewone lijnbus niet mogelijk is dan streven we naar goede alternatieven, zoals bijvoorbeeld de buurtbus. Geen BTW voor het OV. Het Openbaar Vervoer moet betaalbaar zijn. Daarom gaat de BTW voor het OV naar $0 \%$. Stop prijsstijgingen in het OV. Er komen geen spitsheffingen, de HSL-toeslag vervalt en we schrappen de stijging van spoortarieven boven op de inflatie. Kinderen reizen gratis mee met een volwassene en er komen goedkopere abonnementen voor scholieren. Er komen in elke regio abonnementen die geldig zijn in de trein en in tram/bus/metro. Het dubbel opstaptarief verdwijnt zodat een overstap tussen verschillende vervoerders de prijs niet meer opdrijtt. Vervoerders krijgen meer geld maar moeten daarvoor ook vaker rijden. Het Noorden beter bereikbaar. De Lelylijn en Nedersaksenlijn zijn cruciaal om Noord-Nederland bereikbaar te houden. We gaan door met de plannen om deze spoorlijnen aan te leggen. Investeren in het spoor en lightrail. We gaan door met de geplande miljardeninvesteringen in lightrail en invoering van het nieuwe spoorbeveiligingssysteem ERTMS. We investeren daarnaast 500 miljoen euro per jaar extra in het spoor. Dit gaat allereerst naar snel in te voeren maatregelen zoals extra, langere en bredere perrons, nieuwe keersporen (waaronder in Harderwijk) en verbeteren van de fundering van het spoor. Voor 2040 wordt daarnaast 500 km spoor verdubbeld zodat intercity's en sprinters elkaar niet meer in de weg zitten. Ofwel van 1 naar 2 sporen, waaronder de Sallandlijn Zwolle-Wierden, IJssellijn Deventer-Olst en brug Ravenstein, LeidenWoerden en Leeuwarden-Feanwälden, ofwel van 2 naar 4 sporen, waaronder Utrecht-Driebergen, Delft-Schiedam, Breda-Tilburg, Almere Poort-Almere Oostvaarders, Haarlem-Amsterdam en Arnhem-Nijmegen. Zo kunnen treinen vaker en sneller rijden. Er start een verkenning naar realisatie van de spoorlijn Breda-Utrecht-Almere. Innovatie op het spoor. De verhoging van de bovenleidingspanning naar 3 kilovolt worden versneld om hogere frequenties en kortere reistijden mogelijk te maken en het spoor te verduurzamen. Op ten minste 5 trajecten wordt voor 2030 automatisch rijden ingevoerd. Verkort de reistijden met de trein. Het landelijk gebied biedt de ruimte die de Randstad zoekt. Goede verbindingen en kortere reistijden tussen de Randstad en Noord-, Oost- en Zuid-Nederland zijn dan ook van nationaal belang. Het spoor wordt geschikt gemaakt voor hogere snelheden en frequenties. De spoorknooppunten Zwolle-Meppel en Eindhoven worden verbeterd zodat treinen niet onnodig op elkaar hoeven te wachten. Er komt een directe treindienst tussen Barneveld en Apeldoorn. Maak directe verbindingen de norm. Bij een hoge vervoersvraag worden directe verbindingen de norm. De sneltrein keert terug om middelgrote steden beter te ontsluiten en reistijden met intercity's korter te maken. --- pdf_page: 87 --- Sneller reizen over de grens. De verbindingen Groningen-Bremen-Hamburg, EindhovenDüsseldorf, Heerlen-Aken, Roosendaal-Antwerpen, Zwolle-Enschede-Münster, Amsterdam-Berlijn en Emmen-Rheine worden gerealiseerd of versneld. De Intercity Amsterdam-Brussel wordt versneld door Breda over te slaan, en gaat twee keer zo vaak rijden. Daarnaast komt er een intercitytraject Antwerpen-Breda-Eindhoven-Düsseldorf en een intercity Amsterdam-Hamburg-Kopenhagen. Het aantal internationale nachttreinen wordt fors uitgebreid. Ga voor zero-emissie locomotieven. Diesellocomotieven worden uiterlijk in 2030 vervangen door waterstof- of elektrische locomotieven. Alle spoortrajecten worden zoveel mogelijk geëlektrificeerd, waar dat (nog) niet kan worden waterstof- of batterijelektrische locomotieven ingezet. Makkelijker overstappen van de trein naar de fiets. Bij stations investeren we samen met gemeenten in een soepele overstap, deelfietsen en in korte loop- en fietsroutes. We stimuleren het vervangen van parkeerplaatsen op straat en bij bestemmingen, door gebundeld parkeren op afstand. We zorgen voor P\&R-terreinen, waar automobilisten makkelijk kunnen overstappen op OV of fiets. Voorkom gedoe bij overstappen. Reizigers hoeven bij het reizen met de trein alleen aan het begin van de reis in te checken en aan het eind van de reis uit te checken. Dit kan zowel met bankpas, OV-chipkaart als via een app. Deze voorzieningen zijn ook toegankelijk voor mensen met een visuele of fysieke beperking. De reizigersonvriendelijke overstapzuilen verdwijnen uiterlijk in 2025. # Weginfrastructuur beter benutten en goed onderhouden, niet uitbreiden Een groot deel van onze weginfrastructuur is in de naoorlogse periode aangelegd en nadert het einde van haar (technische) levensduur. Het komende decennium moet daarom in het teken staan van het intensiveren van beheer en onderhoud, en het aanpakken van de vervangings- en renovatieopgave. Dit biedt ook de kans om de verkeersveiligheid op onze infrastructuur te verbeteren en deze klaar te maken voor slimme toepassingen. Door de weginfrastructuur beter te benutten, hoeft deze niet te worden uitgebreid. We leggen daarom geen nieuwe snelweginfrastructuur meer aan. Het de vervuiler betaalt-principe moet ook opgaan voor de automobilist, door het gebruik in plaats van het bezit van een auto te beprijzen en duurzame (deel)mobiliteit te stimuleren Investeer 100 miljoen in veiliger verkeer. We willen het aantal verkeersdoden terugdringen. Daarom komt er structureel 100 miljoen beschikbaar om wegen veiliger te maken. De inzet richt zich vooral op het tegengaan van ongelukken met kwetsbare verkeersdeelnemers, zoals wandelaars, fietsers, kinderen en ouderen. Overtredingen binnen de bebouwde kom worden harder aangepakt. Stelselmatige overtreders worden strenger gestraft, met name bij zwaardere overtredingen. Op 30 en $50 \mathrm{~km} / \mathrm{u}$ wegen moet de snelheid beter worden gehandhaafd. Regels voor de plaatsing van flitscamera's worden daarom versoepeld. Via overleg, weginrichting en zo nodig regelgeving willen we ervoor zorgen dat navigatiesystemen onveilige routes en routes rond scholen alleen voor bestemmingsverkeer gebruiken. Investeer in onderhoud, vervanging en renovatie. Grote delen van ons (vaar) wegennet zijn al meer dan vijftig jaar in gebruik en toe aan onderhoud. De komende jaren wordt daarom flink geïnvesteerd in het wegwerken en voorkomen van achterstallig onderhoud en het vervangen en renoveren van infrastructuur. Daarbij wordt ook aandacht besteed aan slimme monitoring van onderhoud met behulp van sensoren. De begroting voor het onderhoud van de Rijksinfrastructuur moet structureel sluitend zijn. Het Rijk ondersteunt Provincies hierbij met kennis, kunde en middelen via het Provinciefonds. Dit geldt met name voor de Provincie Zeeland, die veel bruggen in beheer heeft. --- pdf_page: 88 --- Geen nieuwe of bredere (snel)wegen. In steden is nauwelijks nog ruimte voor nog meer auto's. De parkeerdruk in veel wijken ligt ruim boven de 100\%.Daarnaast vragen de stikstofproblematiek en de noodzakelijke verschuiving naar duurzame mobiliteitsvormen om minder autoverkeer. Nieuwe of bredere wegen voor autoverkeer zijn alleen zinvol bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen of om kernen van doorgaand verkeer te ontlasten. Projecten in voorbereiding worden heroverwogen, waarbij wel rekening wordt gehouden met al gemaakte bestuurlijke afspraken en aangegane juridische verplichtingen. We breiden de A27 Ring Utrecht (Amelisweerd) niet uit en volgen het regionale alternatief. Het geld dat vrijkomt gebruiken we voor investeringen in spoor en OV. Schoon en stil op de weg. We maken serieus werk van de doelstelling om vanaf 2030 alleen zeroemissie personenvoertuigen in de showroom toe te staan. Vanaf 2025 mogen alleen elektrische bromfietsen worden verkocht. Er komen meer milieu en zero-emissie zones. Zuinige en stillere autobanden (Label A van het bandenlabel) worden vanaf 2025 verplicht. Er komen strengere regels voor het recyclen van accu's. Brandstofauto's worden voor 2030 uitgefaseerd voor de zakelijke markt. Naar een kilometerprijs voor personenauto's. We moeten onze wegen beter benutten. We introduceren voor de auto een kilometerprijs die gedifferentieerd is naar milieukenmerken, tijd en plaats: op het platteland laag, op drukke momenten in de brede Randstad hoger. Bij de invoering worden privacyoverwegingen, fraudegevoeligheid en uitvoerbaarheid meegewogen. Bestaande en geplande tolheffing, zoals bij de Westerscheldetunnel, de Kiltunnel, de Blankenburgverbinding en de verlengde A15, wordt met de invoering van de kilometerprijs geschrapt. We verbeteren de doorstroming door slimme technologie in de auto en in de infrastructuur, waarin we via het Infrafonds investeren. Zo kan de file- en milieudruk in Nederland fors omlaag. Dag én nacht een maximumsnelheid van 100. De reductie van de maximumsnelheid naar 100 kilometer per uur is goed voor verkeersveiligheid, doorstroming, klimaat, luchtkwaliteit en terugdringen van stikstofuitstoot. De maximumsnelheid van 100 kilometer per uur gaat daarom ook tussen 19:00 en 07:00 op autosnelwegen gelden. Binnen de bebouwde kom gaat de maximumsnelheid waar passend naar 30 kilometer per uur. Buiten de bebouwde kom is $80 \mathrm{~km} / \mathrm{u}$ de optimale snelheid wat betreft uitstoot, maar deze kan verlaagd worden als dat nodig is voor de verkeersveiligheid. Reduceer uitstoot van stikstof in het wegverkeer. Het wegvervoer moet ook bijdragen aan de nationale stikstofdoelstellingen. Met maatregelen uit het Klimaatakkoord, gericht op zeroemissies opties, komt er een significante reductie van stikstof-emissies door het wegverkeer. Slimme laadpalen. Om het energienetwerk minder te belasten en zonne- en windenergie optimaal te benutten, wordt het mogelijk dat laadpalen de snelheid van het laden op slimme wijze beïnvloeden. Auto-accu's kunnen via slimme laadpalen bij een piekvraag ook energie terug leveren. Maak het makkelijker een auto te delen. We stimuleren het gebruik van zero-emissie deelauto's. Daarmee verkleinen we de behoefte aan parkeerruimte en versnellen we de verduurzaming van het wagenpark. Er komen afspraken met gemeenten over lagere parkeernormen en over mobiliteitshubs in de wijk. Bij nieuwe woningbouwopgaven zijn deze standaard. Bij de ontwikkeling van deelmobiliteit en Mobility as a service (MaaS) is voldoende aandacht voor veilig datagebruik met de bijbehorende betaalsystemen en apps. Westerscheldetunnel tolvrij. Het Rijk houdt zich aan haar afspraak om de Westerscheldetunnel in 2025 tolvrij te maken. Naar lagere emissies bij Infraprojecten. Als bijdrage aan de nationale stikstof- en klimaatdoelstellingen komt er geld om in de uitvoering van infraprojecten in te zetten op lagere emissies. Het doel is uiteindelijk zero-emissie. Dit wordt deels door emissienormen en deels door slim aanbesteden (Rijkswaterstaat, ProRail, gemeentes en provincies) bereikt. --- pdf_page: 89 --- # Duurzame scheepvaart en goederenvervoer Ook voor het goederentransport zetten we vol in op verduurzaming door te investeren in vervoer over water en spoor. We streven ernaar dat halverwege deze eeuw alle vormen van goederenvervoer klimaatneutraal en zero-emissie zijn. In actie voor goede vaarwegen. De bevaarbaarheid van de vaarwegen wordt bedreigd, doordat de waterstand vaak te laag is. Er komt een plan om de vaarwegen in de toekomst bevaarbaar te houden. Ook hier geldt onderhouden voor bouwen: achterstallig onderhoud wordt ingelopen. Investeer in hoge bruggen, brede sluizen, diepe kanalen. Er wordt geïnvesteerd in sluiskolken om de wachttijden te reduceren en het vaarwegennet robuuster te maken. Bij vervanging worden bruggen verhoogd om de vierlaags-containervaart te faciliteren op de Twentekanalen, de Maas en het Amsterdam-Rijnkanaal. Naar een schonere scheepvaart. De binnenvaart en andere scheepvaart moeten schoner en zuiniger worden. De overheid zorgt voor heldere normen en ondersteunt de sector. Er is hierbij oog voor de positie van zelfstandige binnenvaartondernemers. Samen met gemeenten onderzoekt het Rijk of kortingen op havengelden, fiscale prikkels en het goedkoop aanbieden van walstroom helpen de zee, cruise- en pleziervaart sneller te vergroenen. In haar eigen aanbestedingsbeleid houdt het Rijk rekening met de duurzame productie van schepen en het strategisch belang van de maritieme industrie. Oneerlijke mondiale concurrentie wordt op Europees niveau bestreden. Organiseer goede ligplaatsen voor de binnenvaart. Het Rijk neemt het initiatief om samen met decentrale overheden en de sector een goed landelijk ligplaatsbeleid te ontwikkelen voor zowel overnachters als schepen die langer (moeten) blijven liggen. Goederenroute over het spoor in Oost-Nederland. Wij zijn voor de realisatie van de Noordtak van de Betuweroute via de Twentekanaallijn (Zutphen-Hengelo) of over een nieuw tracé tussen Zevenaar en Oldenzaal. Zo worden steden en dorpen ontlast, ontstaat rond Rotterdam, Amsterdam en Amersfoort ruimte voor extra reizigerstreinen en kan een snelle intercity gaan rijden tussen Arnhem/Nijmegen en Twente. Voer een kilometerheffing in voor vrachtverkeer op alle wegen. De kilometerheffing voor vrachtwagens gaat vanaf 2026 niet alleen gelden op snelwegen en provinciale wegen, maar op alle wegen. Zero-emissie vrachtvervoer over de weg. We stimuleren de productie van groene waterstof (eventueel gekoppeld aan wind op zee) met het oog op vrachtvervoer, inclusief zwaar wegtransport. Voor 2025 worden afspraken gemaakt over de aanleg van 35 'heavy duty' waterstoftankstations langs snelwegen die de haven van Rotterdam verbinden met Duitsland en België. Deze afspraken worden onderdeel van een brede transitie-agenda naar zero-emissie goederentransport, waarin ook elektrisch goederentransport aandacht krijgt. Sluit de zuidelijke vaarroute van de Noordzee. Deze route, op korte afstand van de Waddeneilanden en Waddenzee, wordt gesloten voor de grote scheepvaart. ## Schonere luchtvaart Groei van de luchtvaart is geen vanzelfsprekendheid. De overheid moet actief sturen op de omvang van deze meest milieubelastende vorm van transport. De $\mathrm{CO}_{2}$-emissies en de hinder van de luchtvaart moeten naar beneden. De coronacrisis heeft laten zien dat minder vliegen kan. Een midweek dicht bij huis is echt veel minder milieubelastend dan een korte stedentrip met het vliegtuig. De tijd van ongebreidelde groei is definitief voorbij. Het uitgangspunt wordt: zo mogelijk niet reizen, waar dat kan anders reizen (trein) en alleen vliegen als het echt moet. --- pdf_page: 90 --- Stel een grens in van 300.000 vliegbewegingen op Schiphol. De toegevoegde waarde van internationale knooppunten als Schiphol en Rotterdam is en blijft groot, maar de negatieve impact op de omgeving is enorm en neemt eerder toe dan af. Het aantal vliegbewegingen wordt gemaximeerd op 300.000 vluchten. Op Europees niveau wordt ook gewerkt aan het verminderen van het aantal slots en meer nationale soevereiniteit in het toewijzen daarvan. Alle luchthavens krijgen een plafond voor maximale $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot. Stop met korte vluchten. We willen dat er een einde komt aan ultrakorte vluchten, zoals van Amsterdam naar Londen, Brussel of Parijs. In Europa zetten we ons in voor mogelijkheden dit te verbieden. We willen in elk geval dat luchtvaarmaatschappijen nu al slots voor deze korteafstandsvluchten, als onderdeel van de krimpopgave van Schiphol, moeten inleveren. Voer een $\mathrm{CO}{2}$-beprijzing, kerosineaccijns, vliegbelasting en lawaaibelasting in. Ook voor vliegtickets moet de werkelijke prijs worden betaald. Negatieve externe effecten zoals overlast en milieuschade moeten in de prijs van vliegtickets worden verdisconteerd. In Europees en internationaal verband maken we meer ambitieuze afspraken over een $\mathrm{CO}{2}$-prijs voor de luchtvaart, invoering van een kerosineaccijns en btw op vliegtickets. De vliegbelasting wordt enerzijds meer gebaseerd op de daadwerkelijke $\mathrm{CO}_{2}$-belasting, anderzijds komt er een opslag voor vluchten tot 1250 km om duurzamer vervoer per trein te stimuleren. Er wordt meer gedifferentieerd in luchthavengelden voor vliegtuigen met een hogere geluidsbelasting. En we willen af van de nodeloze overstappen. Nederland zet zich daarom met Europese partners in voor regelingen die directe vluchten (met dan lagere frequentie) attractiever maken dan overstapvluchten. In Europa reis je met de trein. Reizen per trein moet binnen Europa een concurrerend alternatief worden voor het vliegreizen tot minstens 1000 kilometer. Om dit te bereiken moeten Europese fondsen zoals het TEN-T programma gebruikt worden voor het verbeteren van grensoverschrijdende treinverbindingen. Niet alleen in aantal maar vooral in prijs en gemak om tickets te boeken. Ook moeten spoorbedrijven door wetgeving worden gedwongen hun verkoopkanalen toegankelijker te maken zodat reizigers voor alle bestemmingen in Europa snel de goedkoopste tickets kunnen vinden bij één loket. NS wordt verder via de hoofdrailnetconcessie verplicht de grenstoeslag op de Intercity Brussel af te schaffen en abonnementen aan te bieden voor internationale forenzen. Reserveer duurzame slots. Voor het streven naar $\mathrm{CO}_{2}$-vrije vliegbewegingen komen er in Europees verband speciale slots voor duurzame vluchten. Bindende afspraken met Schiphol. De duurzaamheidsambities van Schiphol, verwoord in haar 8-puntenplan, worden bindend vastgelegd. Schiphol wordt aangesproken op het nakomen daarvan. Minder nachtvluchten. Regionale luchthavens gaan 's nachts helemaal dicht. We stimuleren de komst van nachttreinen zodat de trein ook voor langere reisafstanden aantrekkelijk wordt. Schiphol krijgt minder ruimte voor nachtvluchten. We maken dit concreet door een vliegverbod op regionale luchthavens in te stellen tussen 23:00u en 07:00u. Een streep door Lelystad Airport. Er gaat definitief een streep door de opening van het nieuwe Lelystad Airport. Het openen van een extra luchthaven voor vakantievluchten past niet bij beleid dat gericht is op minder vliegen. Eerdere publieke en private investeringen worden gecompenseerd. Er komt een gericht programma met het oog op de sociaaleconomische positie van Flevoland en de gemeente Lelystad. Er komt een ruimhartige compensatie die tenminste dezelfde economische waarde en hetzelfde arbeidsmarktpotentieel vertegenwoordigt. Deze is bijvoorbeeld gericht op betere toegankelijkheid van de zorg, innovatieve landbouw, spooraftakking Lelylijn naar de haven van Lelystad voor goederenvervoer naar Duitsland, de aanleg van een spoorwegemplacement en de bouw van tenminste 10.000 woningen. --- pdf_page: 91 --- Hoger beroep voor burgers. Burgers krijgen de gelegenheid om besluiten op luchtvaartgebied aan te vechten bij de bestuursrechter, vergelijkbaar met het beroep tegen een bestemmingsplan. De bestuursrechter moet deze besluiten en de onderliggende stukken (waaronder milieueffectrapportages) volledig kunnen toetsen. Innovatie in de luchtvaart. Technologische ontwikkelingen in de luchtvaart, zoals elektrisch taxiën, elektrisch vliegen, vliegen op waterstof en zuiniger vliegen worden gestimuleerd. Een jaarlijks stijgende bijmengverplichting van bio-kerosine en synthetische kerosine (e-fuel) van minimaal 14\% in 2030 en 100\% in 2050 is noodzakelijk om de klimaatdoelen te behalen. Waar dit door Europese regelgeving wordt belemmerd moeten andere wegen gevonden worden om dit doel te bereiken. De milieu- en overlastbesparingen van dergelijke onzekere, toekomstige ontwikkelingen mogen niet nu al ingeboekt worden om groei van het vliegverkeer mogelijk te maken. Geen vierde aanvliegroute. De luchtruimherziening mag niet leiden tot extra afwikkelingscapaciteit in het luchtruim. De minimale $\mathrm{CO}{2}$-winst (zeker in het licht van de totale vlucht) staat niet in verhouding tot de extra afwikkelingscapaciteit die gecreëerd wordt en de overlast die inwoners van onderliggende gebieden, zoals de Utrechtse Heuvelrug en het zuiden van de Gelderse Vallei gaan ervaren. $\mathrm{CO}{2}$-winst moet simpelweg bereikt worden door minder vluchten. --- pdf_page: 92 --- # Hoofdstuk 4 <br> REVOLUTIE VAN DIENSTBAARHEID De ChristenUnie wil een overheid die dienstbaar is aan de gemeenschap van ons land. Een hoeder van publieke gerechtigheid. De overheid draagt een hoog gezag. We geloven dat ze van God is gegeven voor het welzijn van mensen. Ze heeft zich in te zetten voor recht, voor maatschappelijke vrede, voor kwetsbare mensen in de knel, voor de schepping en voor een hoopvolle toekomst van ons land. Er was opzichtig overheidsfalen in de jaren die achter ons liggen. Er zijn problemen die alsmaar niet worden opgelost. Denk aan de toeslagenaffaire, de behandeling van mensen in Groningen. Overheidsdiensten zijn niet op orde en kunnen het werk niet aan. Er is gebrek aan toezicht en handhaving. De overheid loopt vast in de bureaucratie die ze zelf heeft opgeroepen. Dit zijn heel ernstige problemen die nu echt moeten worden aangepakt. De ChristenUnie pleit daar al heel lang voor. De foute afslag is genomen toen de ideeën van de markt leidend werden voor het bestuur van ons land. De gedachte was lang dat de overheid tegelijk goedkoop, doelmatig en efficiënt 'gemanaged' kon worden én voor elk individu de best mogelijke uitkomst kon garanderen. Ministeries werden uitgekleed en veel werk dat de overheid zelf zou moeten doen werd uitbesteed, zoals allerlei inspectie- en toezichttaken. De overheid is geen bedrijf en ze mag mensen niet in de steek laten. Ze is geen partij met een eigen belang, maar dienstbaar aan het publieke belang. De ChristenUnie wil een aanvalsplan om de Rijksdienst weer op orde te brengen als dienaar van de publieke zaak. De ChristenUnie wil ook dat de rechterlijke en uitvoerende macht sterk genoeg zijn om onze rechtsstaat en publieke waarden fier te handhaven. De overheid moet een sterke boom zijn, beschuttend voor wie haar nodig heeft. Om tot verbetering te komen is ook hier nieuwe verbondenheid nodig, in dit geval tussen overheid en burgers. Een verbond, aangezien burgers en overheid samen de publieke zaak behartigen. Omdat gemeenschapszin en besef van gezamenlijke verantwoordelijkheid cruciaal zijn voor het functioneren van overheid en samenleving. Wat ons land nodig heeft is een nieuwe houding tegenover de publieke zaak, een revolutie van dienstbaarheid. De ChristenUnie zet zich in voor goede democratische verhoudingen, burgerbetrokkenheid, een politiek rijk aan ideeën voor de toekomst van dit land. We willen een overheid die aan hoge normen voldoet, en tegelijkertijd een inspirerend voorbeeld is van dienstbaarheid. ## 4. De dienstbare overheid Als we serieus werk willen maken van een dienstbare overheid, dan moeten we het neoliberalisme uit de machinekamer van het bestuur van ons land slopen. De overheid moet zich bescheiden opstellen, de samenleving en gemeenschappen de ruimte geven en het algemeen belang scherp bewaken. We hebben betere wetten nodig. En in plaats van voor elke groep een nieuwe uitzondering met nieuwe regels, is er ruimte nodig voor de professionaliteit van vakmensen en vertrouwen in de samenleving. --- pdf_page: 93 --- Geef de overheid weer een telefoonnummer. Je moet de Rijksoverheid kunnen bellen als burger. Geen informatienummer, maar een centraal telefoonnummer, met bekwame zaakbehandelaars, die niet loslaten voor er een oplossing of antwoord is. Een plek waar weer klinkt: hoe kan ik u van dienst zijn? Dat maakt niet alleen een verschil in de levens van burgers met vragen of problemen, maar moet ook leiden tot nieuwe inzichten bij de overheid voor toekomstig beleid. Ook de teleurstelling of woede van mensen heeft de overheid iets te zeggen. Introduceer de vertrouwensregel. Voor organisaties en instellingen die door de overheid worden gereguleerd zou de vertrouwensregel moeten gelden: een minder streng regime van regels en voorschriften. Bijvoorbeeld bij het aanvragen of verantwoorden van een subsidie, als een organisatie of instelling al heeft bewezen goed te presteren, zich aan de afspraken te houden en integer en professioneel te handelen bij het uitvoeren van taken. Geef naast gelijkheid, ook genade een plek in de grondwet. Het gelijkheidsbeginsel is er om burgers te beschermen tegen willekeur, niet om de overheid te beschermen tegen willekeur. Hardheidsclausules en discretionaire bevoegdheden moeten ook gebruikt kunnen worden als ze de toets van het gelijkheidsbeginsel niet kunnen doorstaan. We leggen in de grondwet het genadebeginsel vast: er is een ingekaderde ruimte voor politieke bestuurders om uitzonderingen te maken, zonder dat die in rechte kunnen worden ingeroepen door anderen op grond van het gelijkheidsbeginsel. De democratie controleert of een bewindspersoon dat eerlijk doet op grond van rapportages. Elke wet een hardheidsclausule. In de aanwijzing voor regelgeving wordt opgenomen dat in wetgeving en lagere regelgeving in beginsel een hardheidsclausule wordt opgenomen. Dat maakt het mogelijk om af te wijken van regels vanwege publieke waarden, zoals menselijkheid en rechtvaardigheid. Uitdaagrecht. Er komt een breed en wettelijk geborgd uitdaagrecht van burgers richting de overheid. Burgers kunnen gemeenten, provincies en waterschappen uitdagen door met een alternatief voorstel te komen voor de invulling van bepaalde publieke taken en het bijbehorende budget. Ook wordt onderzocht of binnen zorginstellingen, scholen en andere met overheidsgeld gefinancierde organisaties een dergelijk uitdaagrecht geïntroduceerd kan worden. Recht op overname. Er komt naast het uitdaagrecht ook een wettelijk recht op overname. Bezittingen van bijzonder publiek belang, zoals een buurthuis of een speelveldje, mogen niet worden verkocht of worden gesloten voordat lokale gemeenschappen, buurten en verenigingen in de gelegenheid zijn gesteld om het gebouw of speelveldje en de bijbehorende maatschappelijke functie over te nemen. Eenvoudige wetgeving, ruimte voor professionals. De politiek moet de overheid niet van uitzondering naar uitzondering en compensatie naar compensatie laten struikelen. We staan voor eenvoudige wetten en regels, die ook in redelijkheid zijn uit te voeren door sterke uitvoeringsorganisaties. Niet de regels eindeloos verbijzonderen, maar bij bijzondere gevallen meer ruimte geven voor de professionele afwegingen van de vakmensen bij de overheid. Hiervoor willen wij ook een zogeheten 'Kafkateam' van uitvoeringsprofessionals en (wetgevings)juristen dat met de stofkam door wet- en regelgeving gaat en overbodige, gestapelde en dubbelzinnige regels in kaart brengt. Dit overzicht presenteren zij op meerdere momenten in het jaar aan de vaste Tweede Kamercommissie van Binnenlandse Zaken waarbij er bij die presentatie ook een advies volgt over versimpeling of verbetering. Ambtenaren dienen de samenleving. Vakkennis, praktijkkennis, politieke sensitiviteit en een onafhankelijke adviespositie zijn essentieel voor ambtenaren. Niet de ambtenaren, maar de bestuurders dragen de politieke verantwoordelijkheid. Er moet meer aandacht komen voor het opbouwen, behouden en binnenhalen van expertise, zodat de kwaliteit van besluiten op peil blijft. De snelle roulatie van topambtenaren is niet langer een automatisme. --- pdf_page: 94 --- De terugkeer van het algemeen belang. De ChristenUnie is tegen verdere privatisering van overheidstaken. In principe is de overheid terughoudend met het privatiseren van instellingen en bedrijven in eigendom van de staat. Hierbij geldt het principe 'nee, tenzij'. Noodzaak en belang moeten worden aangetoond aan de hand van het beoordelingskader van de commissie-Kuiper, dat aanvaard is door Rutte II. Bij publieke taken hoort publieke verantwoording. De behartiging van publieke zaken in een democratische samenleving vraagt publieke verantwoording en politieke controle. Het kan niet zo zijn dat private partijen publieke taken uitvoeren en daarop niet politiek aanspreekbaar zijn. Waar deze mogelijkheid tot publieke verantwoording via een verantwoordelijke minister ontbreekt, wordt deze hersteld. Het stelsel van zbo's en ingestelde rechtspersonen met een wettelijke taak wordt tegen het licht gehouden. Versterk de rijksdienst. De overheid heeft in de afgelopen decennia veel publieke dienstverlening overgeheveld naar marktpartijen. Daarmee is veel kennis en kunde verloren gegaan bij de overheid. We willen de Rijksdienst weer versterken, zodat meer expertise in de eigen organisaties beschikbaar is en daardoor minder externe inhuur en advisering nodig is. Daarvoor gaat een verplichtende norm van maximaal 10\% gelden bij het Rijk, provincies en gemeenten. Versterk het openbaar bestuur en de uitvoeringsorganisaties. Er zijn achterstanden, ICTproblemen en personeelstekorten bij een aantal grote publieke diensten, zoals de Belastingdienst en de IND. Daardoor kunnen beleid en noodzakelijke hervormingen niet worden uitgevoerd. Ook knelt het bij de politie en is er versterking nodig van inspecties en toezichthoudende organen. De minister van Binnenlandse Zaken voert regie en heeft de bevoegdheid verbeteringen aan te brengen in het functioneren van de Rijksdienst en het openbaar bestuur. Publiek borgen van strategische productie. Een dienstbare overheid heeft regie op productie van strategische goederen en diensten. Dat kan door bepaalde bedrijvigheid te stimuleren of door deelnemingen. Zaken als veiligheid, voedselvoorziening, energiewinning en de productie van medicijnen worden niet volledig uitbesteed aan het buitenland. We werken aan strategische autonomie op Europees en nationaal niveau. Houd controle over vitale infrastructuur en veiligheid. De vitale infrastructuur voor bijvoorbeeld communicatie, internet, schoon drinkwater, elektriciteit en binnenlands betalingsverkeer is essentieel. De nationale controle daarover is van publiek belang. De bescherming tegen buitenlandse invloeden en digitale inmenging wordt wettelijk beter geborgd. # Een politiek van ideeën De overheid kan alleen maar dienstbaar zijn aan onze samenleving, als het democratische proces goed functioneert. De democratie - ingebed in de rechtsstaat - zou een uitwisseling van ideeën moeten zijn over ons land en een gesprek over het overbruggen van verschillen. De inrichting van onze democratie moet dat gesprek zoveel mogelijk bevorderen en ook ruimte laten voor vormen van zeggenschap door gemeenschappen. Zodat we samen zoeken naar vrede en recht. Burgerschapsverlof. Burgers die ons land dienen in een medezeggenschapsraad, als volksvertegenwoordiger of op andere formele plekken, krijgen recht op burgerschapsverlof. Zo heeft iedereen dezelfde kans om mee te doen in onze democratie. Feestelijke start bij eerste keer stemmen. Stemmen is een (voor)recht, voortkomend uit grondwettelijke vrijheden. Gemeenten maken van de eerste keer stemmen daarom een feestelijk moment. Kamer niet meer ontbinden. De Tweede Kamer wordt niet langer automatisch ontbonden als een regering valt. Het mandaat van de kiezers geldt voor vier jaar en daarbinnen moeten politieke afspraken gemaakt worden over het bestuur van ons land. --- pdf_page: 95 --- Formatie weer bij de koning. Er is behoefte aan een stabiele en onafhankelijke regie op kabinetsformaties, om ellenlange formaties en politiek getouwtrek te voorkomen. De procesregie over de formatie gaat terug naar ons staatshoofd. Tweede Kamer uitbreiden naar 250 leden. De Tweede Kamer wordt uitgebreid tot 250 leden, zodat meer ruimte ontstaat voor verbinding met kiezers, toetsen van wetgeving, controle op Europese wetgevingstrajecten en uitwisseling van inhoudelijke ideeën. De ondersteuning blijft op peil. Beschaafd en hoffelijk debatteren. De Tweede Kamer heeft een voorbeeldrol voor de samenleving en moet niet vervallen in gescheld en hyperpolarisatie. We staan voor een beschaafd en hoffelijk debat, waarin de degens worden gekruist over ideeën voor ons land. De voorzitter van de Kamer bewaakt dit en grijpt waar nodig in. Een politiek stelsel met ruimte voor ideeën. We voeren geen districtenstelsel of kiesdrempel in. In een districtenstelsel gaat het meer over poppetjes en minder over inhoud. Een kiesdrempel en districtenstelsel zorgen er bovendien voor dat het moeilijker wordt voor kleinere groepen in de samenleving om een eigen politieke inbreng te hebben. Wij geloven dat je de kracht van een samenleving kunt afmeten aan de ruimte die meerderheden aan minderheden geven. Ondergraaf de representatieve democratie niet. Grootschalige politieke vernieuwing is geen oplossing. Referenda bieden schijninvloed. De werkelijkheid is bovendien ingewikkelder dan een stem vóór of tégen een wet of voorstel. We zijn ook tegen een gekozen formateur of gekozen burgemeester. De Eerste Kamer krijgt geen terugzendrecht. Versterk de weerbaarheid van de democratie. In een democratie moeten veel verschillende ideeën de ruimte krijgen, maar dat mag niet de democratische rechtsstaat zelf bedreigen. Er komt een mogelijkheid om politieke partijen in een uiterst geval te verbieden, wanneer zij de democratische rechtsstaat actief omver willen werpen. Ondersteun lokale partijen beter. De financiering en integriteit van decentrale en lokale politieke partijen wordt beter gereguleerd. Iedere partij moet voldoen aan regels over sponsoring en donaties. Er komt een regeling voor vaste financiering. Dat versterkt onze democratie en voorkomt integriteitsproblemen. Versterk politieke partijen. We maken structureel meer middelen beschikbaar en verhogen de basisfinanciering van partijen, hun wetenschappelijke instituten en jongerenorganisaties. Leve de constitutionele monarchie. De constitutionele monarchie is de Nederlandse staatsvorm. Nederland is vanaf zijn ontstaan verbonden met het huis van Oranje. De Koning is ons staatshoofd; symbool van nationale eenheid en continuïteit, en draagt daarmee bij aan de stabiliteit van het landsbestuur. # Sterke gemeenten als de eerste overheid Van alle overheden krijgen burgers vaak het meest te maken met de eigen gemeente. Letterlijk van de wieg tot het graf. We willen daarom dat de Rijksoverheid recht doet aan gemeenten als de eerste overheid. De overheid in steden en dorpen moet dienstbaar kunnen zijn aan het leven van mensen en kunnen opkomen voor wie kwetsbaar is. Het rijk geeft gemeenten daarom ruimte, vertrouwen en voldoende middelen. Twee miljard voor sterke dorpen en steden. Om te voorkomen dat gemeenten in 2026 massaal moeten bezuinigen op de (jeugd)zorg, infrastructuur of belangrijke voorzieningen in de wijk, stoppen we 2 miljard euro extra in het gemeentefonds. Zo kunnen gemeenten hun belangrijke rol blijven waarmaken voor burgers. Geen geld, geen taken. De Rijksoverheid stopt met het overhevelen van taken aan gemeenten zonder toereikend budget. --- pdf_page: 96 --- Meer ruimte voor gemeentelijke keuzes. Veel landelijke wetgeving over lokale taken is te rigide, waardoor gemeenten bijvoorbeeld verplicht zijn te korten op iemands bijstandsuitkering. Gemeenten zijn géén uitvoeringskantoor van Den Haag. Dat geldt ook voor provincies en waterschappen. Alle decentralisatiewetgeving wordt doorgelicht om te kijken waar meer ruimte mogelijk is om lokaal eigen keuzes te maken. Zo geven we gemeenten de kans integraal te werken aan bijvoorbeeld kansengelijkheid, bestaanszekerheid en goede zorg. Elke regio telt. We nemen de aanbevelingen uit het rapport 'Elke regio telt' over. Dat betekent dat aandacht voor sterke regio's een vaste plek krijgt in de reguliere beleids- en investeringslogica van het Rijk, een langjarig programma voor regionale economische ontwikkeling en blijven werken aan een vitale relatie tussen regio en Rijk. Er is onder meer aandacht voor regionale cultuur(historie), bereikbaarheid, leefbaarheid, krimp en het bijzondere karakter van grensregio's. -> Zie ook het kader 'Elke regio telt' onderaan dit hoofdstuk. Investeer in lokale en regionale omroepen. Lokale en regionale media zijn cruciaal voor de lokale nieuwsvoorziening en de lokale democratie. De samenwerking tussen regionale omroepen en de landelijke publieke omroep wordt verder geïntensiveerd. Onderzocht wordt of ook bij regionale omroepen met een ledenmodel kan worden gewerkt om bekostiging toe te wijzen. Gemeentelijke herindeling alleen van onderop. Het samengaan van gemeenten werkt alleen als er draagvlak voor is van onderop. We willen geen grote tekentafel-gemeenten waar veel inwoners geen heil in zien. Vergroot het gemeentelijk belastinggebied. We vergroten het lokale belastinggebied, zodat gemeenten minder afhankelijk worden van rijksinkomsten. Houd het 'Huis van Thorbecke' helder. De basis voor de bestuurlijke inrichting van Nederland moet helder georganiseerd blijven: Rijk, provincies en gemeenten. De democratische controle op gemeenschappelijke regelingen, zoals samenwerkingsverbanden, veiligheidsregio's, metropoolregio's en Regionale Energie Strategie regio's (RES-regio's), wordt verder verbeterd. Samenwerking tussen gemeenten is goed, maar meer transparantie en daadwerkelijke democratische controle zijn noodzakelijke voorwaarden hiervoor. We willen geen samenwerkingsspaghetti en streven naar overzichtelijke en eenduidige regionale samenwerkingsvormen. # 4.2 - Een sterke democratische rechtsstaat We zijn in ons land gezegend met de vrijheid om samen te geloven, om hartgrondig van mening te verschillen, om met protestborden te demonstreren en om in het stemhokje ons hart te volgen. We beseffen soms te weinig hoe uitzonderlijk dat is in de wereld. We leven in een sterke democratische rechtsstaat en in een betrokken samenleving. Toch voelt onze manier van samenleven soms kwetsbaar. We kunnen het ook kwijtraken. Er lopen diepe scheidslijnen door onze samenleving, die we maar moeilijk kunnen overbruggen. Er is strijd over wie we zijn als land, over onze gedeelde waarden en cultuur, en over wie daarvan eigenaar is. Mensen voelen zich soms niet meer thuis. Onze tijd heeft vredestichters nodig: mensen die hun mouwen oprollen en bijdragen aan onze samenleving. Daar begint het. Zoals Jezus tegenstellingen wist te overbruggen, zo willen wij dat voorbeeld navolgen. Onze rechtsstaat beschermt die manier van samenleven. ## Echte vrijheid bindt samen De basis van onze samenleving is de democratische rechtsstaat, gefundeerd op in het christendom gewortelde basiswaarden zoals menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid, vrijheid, verantwoordelijkheid, naastenliefde en ruimte voor verschil. En ondanks de duidelijke herkomst --- pdf_page: 97 --- van deze waarden, hebben we er weinig van begrepen als we onze samenleving daarmee exclusief maken. Wie je ook bent, waar je ook vandaan komt en wat je ook gelooft: we vragen iedereen om zich vanuit eigen geloof en overtuiging te verbinden aan de kern van ons gezamenlijke leven in Nederland: de basiswaarden van de democratische rechtsstaat en de instituties die de rechtsstaat bewaken en beschermen. We willen dat onze Grondwet daarvan een belangrijk symbool wordt. Veranker onze waarden in de Grondwet. Er komt een preambule bij de Grondwet, waarin in ieder geval de belangrijkste waarden van de Nederlandse samenleving worden vastgelegd. Daarbij wordt ook de vastberadenheid van Nederland beschreven om menselijke waardigheid nationaal en internationaal te bevorderen. Verdedig onze (geestelijke) vrijheden. De vrijheid van godsdienst, vereniging, onderwijs en meningsuiting zijn belangrijke pijlers van de manier waarop we samenleven en mogen niet worden aangetast. Deze vrijheden gelden voor iedereen, juist ook voor minderheden. De gedachte dat vrijheid alleen geldt als je dingen doet of zegt die passen bij de seculier-liberale opvattingen van de meerderheid vormt een bedreiging voor de Nederlandse traditie van openheid, vrijheid en tolerantie. Recht op leven vastleggen. Het menselijk leven verdient volledige rechtsbescherming, vanaf de bevruchting tot aan de dood. We leggen dit recht op leven vast in de Grondwet. Respect voor elkaar. De recente uitbreiding van artikel 1 van de grondwet maakt duidelijk dat we in Nederland pal staan voor een respectvolle omgang met elkaar. Ongeacht je geloof, herkomst, geaardheid of identiteit. Oprichten Constitutioneel Hof. Rechters mogen wetten nu niet aan de grondwet toetsen. Dat verbod op constitutionele toetsing wordt afgeschaft. Nieuwe interpretaties van de betekenis van de grondwet zijn daarbij wel voorbehouden aan een in te stellen Constitutioneel Hof, dat zich op verzoek van de rechter over nieuwe rechtsvragen kan uitspreken en wetgeving ongrondwettelijk kan verklaren. Ook het parlement kan rechtsvragen aan dit Constitutioneel Hof stellen. Betere democratische borging van doorwerking internationale verdragen. Nederland moet invulling blijven geven aan het bevorderen van de internationale rechtsorde, maar de doorwerking van bepalingen uit internationale verdragen moet beter democratisch geborgd worden. Art. 93 van de Grondwet wordt daarom aangepast. Er komt een grondwettelijke en gewoon-wettelijke catalogus van verdragsbepalingen waarop bij de rechter een rechtstreeks beroep gedaan kan worden. Het parlement kan voortaan bij de ratificatie van verdragen, op voordracht van de regering, beslissen welke bepalingen daarin terechtkomen. Net als in andere Europese landen gebruikelijk is, wordt de Grondwet het hoogste recht. Huis van de Democratische Rechtsstaat. We missen een centrale plek waar het geboorteverhaal van ons land wordt verteld en gedeeld. Daarom komt er een Huis van de Democratische Rechtsstaat, bijvoorbeeld ingebed in een bestaand museum. Daar klinken de verhalen over de geboortepapieren van de Nederlandse staat, de Unie van Utrecht en de Acte van Verlatinghe. En we vieren het ontstaan van de kostbare rechten en vrijheden die we nu koesteren als de kern van onze democratische rechtsstaat. Geloofsvrijheid voor iedereen. Alle mensen hebben het recht om in vrijheid hun geloof en overtuiging te delen, met elkaar, met hun kinderen en in de samenleving. Iedereen heeft ook het recht om van geloof te veranderen. Eeuwenlange geloofstradities verdienen bescherming, zoals bijvoorbeeld de rituele slacht. De overheid mag wel regels stellen, bijvoorbeeld om het welzijn van dieren zo goed mogelijk te borgen. Erken de rol van kerken. De overheid erkent de bijzondere positie en beschermwaardigheid van kerkgenootschappen, waaronder in de wet alle geloofsgemeenschappen worden verstaan. --- pdf_page: 98 --- De overheid voert regelmatig overleg met de gezamenlijke kerken en met andere geloofsgemeenschappen over de belangrijke rol die zij in de samenleving spelen. Er is aandacht voor praktische hindernissen voor deze vrijheid, zoals huisvestingsvraagstukken. Veranker onze talen in de grondwet. De Nederlandse en Friese taal, evenals de Nederlandse Gebarentaal, worden grondwettelijk verankerd. Op gelijke wijze wordt in het Caribisch deel van Nederland recht gedaan aan de overige talen in het Koninkrijk; Papiaments en Engels. Hogere maximumstraffen bij misdrijven vanwege geaardheid, afkomst of religie. Geweld tegen twee mannen die hand in hand lopen, het bekladden van een moskee of het vernielen van een Joods restaurant zijn haatmisdrijven. Als er sprake is van een discriminatoir motief bij een misdrijf, geldt een strafverzwaringsgrond. Daardoor zijn zwaardere straffen mogelijk en markeren we als samenleving dat we haat niet accepteren. Racisme bannen we alleen samen uit. We werken aan een coalitie tegen racisme, met vertegenwoordigers uit verschillende gemeenschappen, maatschappelijke organisaties en politieke partijen. Dat moet leiden tot een breed gedragen krachtige aanpak om racisme tegen te gaan op de arbeidsmarkt, rond wonen, onderwijs, zorg, sport of het optreden van de overheid. Met meer expertise binnen de politie, integere sollicitatieprocedures, uitbanning van discriminerende algoritmesystemen en strikte handhaving. Aandacht voor slavernijverleden. Het is belangrijk dat er excuses zijn gemaakt voor het Nederlandse slavernijverleden. Daarmee is het boek niet dicht. De overheid spant zich in om ongelijkwaardigheid als gevolg van slavernij en het koloniaal verleden tegen te gaan, in het hele Nederlandse Koninkrijk en wereldwijd. Ook wordt werk gemaakt van het vergroten van kennis van en bewustwording over het slavernijverleden en het koloniale verleden van ons land, met oog voor de verschillende gemeenschappen en eigen unieke geschiedenis. Voorkom discriminatie door de overheid. De overheid en haar uitvoeringsorganisaties spannen zich in om discriminatie op grond van afkomst en institutioneel racisme te voorkomen. Het gebruik van gegevens als nationaliteit en etniciteit is niet toegestaan in risicoprofielen in wetshandhaving. Gebruik kennis om antisemitisme, extremisme en radicalisering te bestrijden. Op elke school wordt onderwijs gegeven over de Holocaust, antisemitisme, radicalisering en extremisme. # Toegang tot het recht, voor iedereen We willen de rechtsstaat voor iedereen toegankelijk houden. De lange looptijden en tekorten in de rechtspraak moeten worden aangepakt en opgelost. De herziening van de gerechtelijke kaart heeft het recht letterlijk op grotere afstand geplaatst. Het rechtsstelsel moet deels op de schop om de toegang tot het recht verbeteren. De basis verder op orde brengen. De eerste stap is het laagdrempelig, snel en goed oplossen van conflicten, met als doel rechtszaken te voorkomen. Buurtbemiddeling, vredesrechtbanken en de terugkeer van juridische loketten brengen het recht dichterbij. Zo werken we aan een goede en eerlijke rechtsstaat voor iedereen. Weer een ministerie van Justitie. De ChristenUnie kiest voor een stevig departement voor de rechtsstaat: een ministerie van Justitie. De nationale politie komt onder het ministerie van Binnenlandse Zaken, dat gaat over de veiligheid en de openbare orde. Voer de vrederechter in. Initiatieven voor buurtrechtspraak en bemiddeling moeten een vastere plek krijgen in ons rechtssysteem, zodat het recht dichtbij mensen staat. Er komt in iedere gemeente in Nederland een vredesrechtbank, waarin leken en rechters conflicten die daarvoor geschikt zijn finaal beslechten. Om te zorgen dat iedereen zijn recht kan halen, bepaalt een 'poortrechter' of zaken in aanmerking komen voor die vorm van afdoening of voor de gebruikelijke rechtsgang. --- pdf_page: 99 --- Alle advocaten sociaal. Ons ideaal is dat alle advocatenkantoren ook gesubsidieerde rechtsbijstandszaken doen. Advocaten die zelf geen rechtsbijstandszaken kunnen doen, bijvoorbeeld vanwege een specialisatie, kunnen samenwerken of bijdragen aan een fonds voor sociale rechtsbijstand. Bewaak het recht op rechtsbijstand. Iedereen heeft recht op toegang tot goede rechtsbijstand. Er wordt niet beknibbeld op de mogelijkheden voor rechtsbijstand. De toetsing op zelfredzaamheid - waardoor mensen niet in aanmerking komen - wordt minder zwaar. Makkelijker toegang tot gratis juridische hulp. De toegang tot het juridisch loket wordt makkelijker gemaakt, zodat mensen makkelijker gratis advies kunnen krijgen. Introduceer een cassatiebalie strafrecht. De kwaliteit van de strafrechtspleging verbeteren we. Onder meer door digitalisering van het strafproces, actualisering van het strafrecht, implementatie van een nieuw wetboek van strafvordering en de invoering van een cassatiebalie strafrecht bij de Hoge Raad. Stop met automatisch doorprocederen. De overheid heeft diepe zakken en veel mogelijkheden. Die bijzondere overheidspositie schept een verantwoordelijkheid bij het procederen tegen burgers. De overheid is terughoudend in rechtszaken en procedeert niet automatisch door. Rechtspraak op orde. De rechtspraak heeft en houdt een gezaghebbende en vertrouwenwekkende positie in de rechtsstaat. Dit vraagt continuïteit in beleid en bekostiging. De capaciteit en financiële middelen moeten blijven passen bij steeds complexere regels en wetten. Verlaag de griffierechten voor het mkb. De hoogte van het griffierecht moet aansluiten bij de situatie van betrokken partijen. Voor kleinere vorderingen gaat het griffierecht omlaag, zodat ondernemers ook daarvoor naar de rechter kunnen stappen. Voor zaken met groot financieel belang voor burgers, zoals letselschade of schade door aardbevingen, gaat het griffierecht eveneens omlaag. Voor rechtspersonen met zeer hoge vorderingen gaat het griffierecht omhoog. Versterk de kinderrechten. Nederland onderschrijft het derde facultatieve protocol bij het verdrag voor de rechten van het kind, dat kinderen het recht geeft om naar het Kinderrechtencomité te stappen. # Een rechtssysteem gericht op herstel Ons rechtssysteem is een dam tegen onrecht, onveiligheid en criminaliteit. Daarbij is niet alleen vergelding, maar ook de weg naar herstel belangrijk om op de lange termijn de maatschappelijke vrede en het rechtsgevoel van burgers te bevorderen. Herstelrecht wettelijk verankeren. Het recht van slachtoffers en daders van delicten om een herstelrechtelijk traject aan te vragen, wordt uitgebreid en wettelijk verankerd. Geschonden relaties of de negatieve gevolgen van het delict worden zo waar mogelijk hersteld. Daarbij is wederzijdse instemming vereist. Zorgvuldig omgaan met positie slachtoffer. De nieuwe positie van het slachtoffer in het strafrecht knelt met de onschuldpresumptie van de verdachte. De stem van het slachtoffer blijft belangrijk, gelet op de functies van het strafrecht, maar is pas relevant als de schuld is vastgesteld en de straf moet worden bepaald. Daartoe kan een tweefasenproces worden overwogen. Een goede aanpak huiselijk geweld. Jaarlijks zijn zo'n 200.000 volwassenen en kinderen slachtoffer van ernstig huiselijk geweld; de meest omvangrijke vorm van geweld in Nederland. Vrouwen zijn ruim vijf keer vaker dan mannen slachtoffer van structureel geweld door een partner of ex-partner. Om dat te keren, willen wij laagdrempelige plekken om geweld te melden, bescherming voor slachtoffers, gezinsgerichte ondersteuning en voldoende passende, bereikbare opvangplaatsen voor slachtoffers van huiselijk geweld. Ook willen we dat politie en wijkteams investeren in kennis en samenwerking. --- pdf_page: 100 --- Celstraf met perspectief. Celstraffen zijn naast een straf ook een leermoment. Dit vraagt een goede invulling van de straf. Vanwege de positieve effecten op gedrag en de beperking van de kans op recidive, krijgen gedetineerden waar mogelijk tijdens hun gevangenschap meer verantwoordelijkheid. We steunen reclassering op maat en vrijwilligersorganisaties zoals stichting Exodus en Gevangenenzorg Nederland die (ex-)gedetineerden begeleiden. Er komt meer ruimte voor vrijwilligerswerk in gevangenissen. De terugkeer in de samenleving wordt beter begeleid. Oog voor kinderen van gedetineerden. Het is onvermijdelijk dat kinderen ook deels gestraft worden door gevangenschap van hun ouders. We willen de negatieve impact op de ouder-kind relatie zoveel mogelijk beperken. De aandacht en mogelijkheden voor moeder-kind relaties moeten ook gelden voor vader-kind relaties. Het aantal vader-kind vleugels wordt uitgebreid. Meer Huizen van Herstel. Er komen meer Huizen van Herstel bij gevangenissen, zodat er plekken ontstaan waar gedetineerden, die daarvoor in aanmerking komen, beter aan terugkeer kunnen werken. Hindernissen om gevangenen aan dergelijke programma's deel te laten nemen worden zoveel mogelijk weggenomen. Slimmer straffen. We stoppen met het inzetten van meerpersoonscellen en zetten bij lichtere misdrijven in op elektronische detentie. Intensieve begeleiding voor jonge overtreders. Tijdens en na de gevangenisstraf worden (ex-) gedetineerde jongeren intensief begeleid en geholpen bij een succesvolle terugkeer in de samenleving. Investeer in betere reclassering voor jongeren. We investeren in gerichte en intensievere reclasseringsprogramma's voor tieners die in verband met drugscriminaliteit worden opgepakt. De toename van (jonge) hackers vraagt om een andere vorm van reclassering: een vorm die deze jongeren helpt om hun kennis en kunde voortaan voor het goede in te zetten en daarmee recidive voorkomt. Maak werk van TBS. Er moet worden geïnvesteerd in de capaciteit van TBS-klinieken en in voldoende begeleidend personeel. Geef ruimte aan geestelijke verzorging. Geestelijke verzorging krijgt voldoende ruimte in de gevangenissen. # Ruim baan voor onafhankelijke journalistiek en media Onafhankelijke journalistiek en vrije media spelen een cruciale rol in onze democratische rechtsstaat. Ze zijn de waakhonden van onze open samenleving. Maar ons veranderende kijk- en luistergedrag zet de traditionele verdienmodellen van journalisten onder druk. Het gevaar is dat de onafhankelijkheid van media wordt uitgehold en dat desinformatie en fake news toenemen. Dit onderstreept het belang van een sterke, onafhankelijke en pluriforme media en van gerichte investeringen in onafhankelijke onderzoeksjournalistiek. Investeer in onderzoeksjournalistiek. Via de journalistieke fondsen worden meer middelen beschikbaar gesteld voor grote projecten in de onderzoeksjournalistiek. Waarborg de veiligheid van journalisten. Geweld tegen journalisten is onacceptabel. De overheid waarborgt de persvrijheid en de veiligheid van Nederlandse journalisten wereldwijd. Versterk de publieke omroep. De publieke omroep is heel waardevol als een plek van onafhankelijk en pluriform media-aanbod. Om de publieke opdracht die de NPO heeft waar te kunnen maken is een stabiele financiering nodig, die niet afhankelijk is van reclame-inkomsten. Het minimumbudget blijft in de wet verankerd, om te voorkomen dat de financiering van de publieke omroep voorwerp wordt van ad hoc politiek besluitvorming. --- pdf_page: 101 --- Extra inkomsten voor onafhankelijke journalistiek. De NPO krijgt beperkte ruimte voor generieke, niet gepersonaliseerde online reclame, om extra investeringen in onafhankelijke journalistiek mogelijk te maken. Onafhankelijke omroepen. Omroepen gaan zelf over de inhoud en de vorm van hun programma's. De NPO stelt zich dienstbaar op. Bij de verdeling van de budgetten weegt het ledenaantal van een omroep mee. Omroepen krijgen de ruimte om mee te bewegen met nieuwe manieren van kijken en luisteren en krijgen de mogelijkheid om ook van eigen geld online programmering te maken en een eigen platform te bouwen. Ruimte voor levensbeschouwing in programmering. Levensbeschouwing is een pijler onder de publieke omroep. De inhoudelijke invulling daarvan vraagt ruimte qua budget, platform en momenten van uitzending van programma's op radio en tv. Bewaak de toegankelijkheid van programma's. De programma's van de publieke omroep mogen niet achter een online betaalmuur verdwijnen, maar moeten voldoende toegankelijk zijn. NPO Plus stopt. Een veilig en verantwoord aanbod. De publieke omroep is van ons allemaal. Daarom moet het aanbod veilig, verantwoord en van voldoende kwaliteit zijn. De Mediawet biedt richtlijnen om dat aanbod te garanderen. Pluriforme journalistiek. Er komt een onderzoek naar manieren om de krantensector te ondersteunen en de pluriformiteit van de dagbladjournalistiek in stand te houden. Meer gebarentolken. Mediadiensten moeten zich inspannen om hun aanbod toegankelijk te maken voor auditief en visueel beperkten. Bij crisiscommunicatie worden zo snel als mogelijk uitzendingen gemaakt die toegankelijk zijn voor mensen met een auditieve of visuele beperking. # De digitale rechtsstaat We zijn gezegend met prachtige technische mogelijkheden, die hele nieuwe vormen van verbondenheid mogelijk maken. Maar het lijkt soms wel alsof de rechtsstaat niet geldt in de digitale wereld. De overheid moet morele afwegingen durven maken over de inzet van technieken en de regulering van ons digitale maatschappelijke verkeer. Er is meer aandacht nodig voor wetgeving rond digitale technieken, de bescherming van grondrechten, bewustwording en het borgen van het publieke belang. Onze vrijheid komt in het gedrang als we niet meer grip krijgen op grote techbedrijven die grote hoeveelheden data over ons verzamelen. Sociale media kunnen nu ongehinderd zorgen voor verslaving, mentale problemen bij jongeren en verharding van het publieke debat. De overheid moet een grotere rol nemen bij de regulering van Big Tech spelers, het internet als publieke ruimte en via voorlichting en andere bewustwordingsmaatregelen pal gaan staan voor vrijheid. Zo ontstaat een vrije en verantwoorde digitale rechtsstaat. Waakhond Digitale Veiligheid. Er is beter toezicht nodig op wat bedrijven en overheden met onze gegevens doen en welke algoritmes en technieken ze inzetten. De Autoriteit Persoonsgegevens wordt daarom uitgebreid tot een sterke toezichthouder voor Digitale Veiligheid, met voldoende technische kennis en middelen om ons digitaal te beschermen. Daarbij is specifiek aandacht voor de bescherming van kinderen. Data van kinderen is niet te koop. Kinderen van nu groeien op in een digitale wereld, waar hun data een gedeeld product is. Het wordt niet toegestaan om dataprofielen van kinderen bij te houden en online gegevens van kinderen te verhandelen. Bedrijven en sociale media die dat wel doen worden uit Europa geweerd. Regulering algoritmes en Artificiële Intelligentie. Er komen strenge regels over de kwaliteit en het type data dat gebruikt mag worden voor de training van automatisch gegenereerde beslismodellen. Training van modellen op generieke kenmerken (zonder oorzakelijk verband met --- pdf_page: 102 --- de voorspelde waarde) wordt verboden. Organisaties die algoritmes gebruiken moeten inzichtelijk maken welke data gebruikt is om de algoritmes te trainen en welke afwegingen zijn gemaakt om discriminatie en ongelijke behandeling te voorkomen. Maak de sociale media minder verslavend. We willen dat sociale media bedrijven gedwongen worden om sociale media minder verslavend te maken en aan gebruikers meer controle te geven over het gebruik van de apps. Dit vergt verdere Europese regelgeving en afspraken en betere handhaving van bestaande regels. Strenger op leeftijdsgrens sociale media. Sociale media brengen jongeren veel moois, maar ook veel naars. We willen strengere regels zodat het toestemmingsvereiste tot 16 jaar voor gebruik van sociale media beter functioneert. Sociale media die niet ontworpen zijn om door jongeren zonder schade te worden gebruikt worden verplicht een leeftijdsgrens te hanteren en te handhaven. Bedrijven en sociale media die dat niet doen worden uit Europa geweerd. Laat de AVG geen onnodig obstakel zijn. Privacy is een fundamenteel recht, maar er is ook altijd sprake van een weging van alle belangen. De mogelijkheden om gegevens uit te wisselen tussen (overheids)instanties kan binnen dat recht worden verbeterd. Onnodige belemmeringen waarbij mensen uiteindelijk benadeeld worden, kunnen wijken. Daarnaast zetten we in op extra duidelijkheid over wat wel en niet mag: er is veel verlegenheid omtrent het delen van gegevens, terwijl er ook al veel mogelijk is. Zorgplicht tegen online bagger. Veel communicatie en informatie verloopt via digitale platforms. Dat biedt vrijheid. Maar onze democratische rechtsstaat kan ook worden bedreigd door desinformatie of bedreigingen. Er komt daarom een stevige Europese zorgplicht voor digitale platforms en hostingbedrijven om hier tegen op te treden wanneer dit op hun platforms plaatsvindt. Uitgangspunt is hierbij dat wat in de fysieke wereld niet is toegestaan, ook digitaal niet is toegestaan. (Vrouwelijke) politici, journalisten en schrijvers worden steeds vaker blootgesteld aan (online) geweld en intimidatie. Het wordt gebruikt als politiek wapen om mensen de mond te snoeren. De stabiliteit en goed bestuur worden zo ondermijnd. We beschermen (vrouwelijke) politici, journalisten, schrijvers en mensenrechtenverdedigers en treden in Europa stevig op tegen intimidatie, maar ook tegen het bagatelliseren ervan door maatschappelijke groeperingen of politieke partijen. Datajubeljaar. Er komt een beter wettelijk geborgd recht op een schone lei, zodat consumenten op een duidelijke plek een verzoek kunnen indienen om al hun data te laten vernietigen. No computer says no. Er komt een wettelijk recht op uitleg bij besluiten door de overheid. Wanneer de overheid een geautomatiseerd besluit heeft genomen, moet het mogelijk zijn om een uitleg van het besluit te krijgen door iemand met inhoudelijke kennis over het besluit. Veilige digitalisering in publieke sector. Goede bescherming van data bij publieke instanties is cruciaal. Daarom wil de ChristenUnie dat er heldere richtlijnen worden gehanteerd voor de bescherming van publieke data bij alle overheden. Geen surveillance staat. Het is onwenselijk een veiligere samenleving te maken die vooral leunt op sterke inzet van digitale surveillance. De samenleving is gebaat bij veiligheid die ontstaat in medemenselijkheid. We zoeken weerbaarheid uiteindelijk in de publieke moraal die blijft bestaan wanneer de veiligheidscamera uitvalt. We zijn daarom terughoudend bij het inzetten van digitale surveillancesystemen. Beperk de macht voor techbedrijven in onderwijs en zorg. Aanbieders van digitale diensten kunnen een grote invloed hebben op domeinen als zorg en onderwijs. Het is niet wenselijk dat beslissingen die thuishoren in zorg en onderwijs sterk gestuurd worden door commerciële (tech) aanbieders. Hierover maken we Europees en nationaal afspraken. --- pdf_page: 103 --- Kritisch op de Europese Digitale Identiteit. De ChristenUnie is kritisch op de ontwikkelingen rondom de Europese Digitale Identiteit (eID). Als er een eID komt, moet dit vrijwillig, transparant en privacy-proof zijn. Er komt geen Europees Burgerservicenummer. Impactanalyse bij baanbrekende nieuwe technologieën. De effecten van nieuwe technologie moeten goed doordacht worden. De overheid zorgt dat zij een Sociaal-Maatschappelijke Impact Analyse uitvoert als een technologische innovatie geïntroduceerd wordt, die in potentie een groot effect heeft op de samenleving (denk aan de invloed van ChatGPT). De Waakhond Digitale Veiligheid krijgt een signaleringsfunctie. # 4.3 - Rechtvaardige gastvrijheid Het is onverteerbaar dat er nog steeds mensen sterven op de drempel van ons vrije continent. De Middellandse Zee is inmiddels veranderd in een massagraf. Wereldwijd zijn miljoenen mensen op de vlucht onder vreselijke omstandigheden. Ondertussen leidt ongeremde arbeidsmigratie tot problemen in onze wijken en uitbuiting van migranten. Het Nederlandse debat over migratie bracht ons tot nu toe nauwelijks oplossingen. De politiek is blijven steken in patstellingen, oneliners en verkiezingsretoriek. Onze samenleving voelt het falende migratiebeleid. Arbeidsmigranten worden opgehokt in gezinswoningen. We slepen vluchtelingen met hun kinderen van tijdelijke plek naar tijdelijke plek. Kwetsbare wijken in grote steden dragen nog steeds de zwaarste integratieproblemen. Een kleine groep, vaak kansloze asielzoekers, zorgt voor overlast. En het grasveld bij Ter Apel ligt bij de eerste de beste tegenslag weer vol. De overheid faalt als hoeder van publieke gerechtigheid. De ChristenUnie wil een rechtvaardig en gastvrij migratiebeleid. We geloven dat elk mens een waardevol schepsel van God is en recht gedaan moet worden. Natuurlijk kunnen we in Nederland en Europa niet alle problemen in de wereld op onze schouders nemen. Maar we kunnen en moeten wel ons aandeel leveren. Doen wat onze hand vindt te doen. Zoekend naar een goede balans, met oog voor kwetsbare vluchtelingen en met respect voor fundamentele mensenrechten. ## Europees perspectief Voor alle vormen van migratie (asiel, arbeid, studie en gezinshereniging) zijn nieuwe oplossingen nodig, zowel op de korte als op de lange termijn. Dat mensen sterven aan de grenzen van Europa zet de geloofwaardigheid van het hele Europese project op het spel. En dat we nauwelijks grip weten te krijgen op arbeidsmigratie van binnen en buiten de Unie (veruit de belangrijkste bron van migratie) zet het draagvlak voor migratie onder druk. We willen betere oplossingen voor de problemen met migratie in Europa. In het volle besef dat we leven in een gebroken wereld en dat een ideaal migratiesysteem niet bestaat. Maar dat ontslaat ons niet van de plicht om de huidige afspraken waar mogelijk te verbeteren. Het Europese migratiepact dat steeds verder wordt uitgewerkt is een eerste stap, maar er is meer nodig. Zet mensenrechten voorop. Europa is een project van vrede en recht. Zeker mensen die vluchten bevinden zich in een afhankelijke en vaak kwetsbare positie en moeten kunnen rekenen op een rechtvaardige behandeling. Een nieuw Europees migratiebeleid dient stevig ingebed te zijn in het internationale recht en respecteert de rechten van de mens. Meer grip op migratie door uitnodigen geïnspireerd door het Canadees model. De stip op de horizon is voor ons dat we op Europees niveau meer grip ontwikkelen op onze migratie. We kunnen daarbij leren van de positieve en negatieve kanten van het Canadees model, al is de Europese situatie in veel opzichten anders. We willen naar een transparant en rechtvaardig systeem van uitnodigingen voor alle vormen van migratie. Dat betekent dat lidstaten moeten --- pdf_page: 104 --- kunnen aangeven in welke sectoren arbeidsmigranten welkom zijn, hoeveel studenten van buiten Europa ze willen toelaten en hoeveel extra ruimte er is om kwetsbare vluchtelingen uit te nodigen van UNHCR-lijsten. In combinatie met betere, geharmoniseerde Europese procedures kan die benadering leiden tot een eerlijk, effectief en ruimhartig Europees migratiebeleid. Een ruimhartig uitnodigingsbeleid voor vluchtelingen. We willen dat meer van de meest kwetsbare vluchtelingen in de wereld in Europa kunnen worden opgevangen. Nu worden bijvoorbeeld nog te weinig door de UNHCR geselecteerde vluchtelingen door Europa opgenomen. Geen quota voor vluchtelingen. We willen geen quota voor asielmigratie. Onze deur mag niet dichtvallen voor vluchtelingen die in levensgevaar zijn en zich bij ons melden. Werk toe naar veilige aanmeldmogelijkheden. Om een einde te maken aan gevaarlijke reizen over de Middellandse zee, willen we dat het in het nieuwe migratiebeleid niet uitmaakt of je een migratieverzoek doet binnen of buiten Europees grondgebied. Er komen veilige aanmeldmogelijkheden buiten Europees grondgebied. Zo breken we het verdienmodel van mensensmokkelaars. Stel betere grensprocedures in. We willen rechtvaardige grensprocedures aan de buitengrenzen van Europa, in lijn met het migratiepact. Aan de grens wordt een eerste onderscheid gemaakt tussen kansrijke en minder kansrijke aanvragen voor verblijf. Aanvragen die minder kansrijk zijn worden altijd zorgvuldig getoetst, maar binnen een procedure die is gericht op snelle terugkeer, in centra aan de buitengrenzen van Europa. Dezelfde procedure kunnen lidstaten zelf toepassen. Er moet altijd sprake zijn van rechtsbescherming en niet van detentieomstandigheden. Europese solidariteit. Van iedere lidstaat wordt verwacht een bijdrage te leveren in de opvang van vluchtelingen die Europa zijn binnengekomen en kans maken op verblijf. Zij worden evenredig over de lidstaten verdeeld. Dit betreft alle asielverzoeken - zowel aanvragen aan de buitengrenzen, als in de lidstaten zelf - zodat doorreizen wordt verminderd. Nederland doet ruimhartig haar deel. Dit solidariteitsmechanisme geldt niet voor andere vormen van migratie. Geen illegale pushbacks. Frontex wordt hervormd en er komt stevig Europees toezicht op grensbewaking. Lidstaten die migranten (die asiel aanvragen) zonder procedure terugsturen (pushbacks) worden beboet. Effectieve samenwerking met landen rondom Europa. Om te voorkomen dat mensen de risicovolle oversteek over de Middellandse Zee wagen en nietsontziende mensensmokkelaars daarvan profiteren, is betere internationale samenwerking nodig. Onder meer met Turkije en Noord-Afrikaanse landen. Dat is beter dan het fortificeren van Europa en het bouwen van hekken. Onderzocht wordt of er Europese aanmeldcentra in Noord-Afrika kunnen worden ingericht. Bij afspraken daarover staan mensenrechten centraal en er is adequaat toezicht. Maak afspraken over terugkeer. In navolging van bijvoorbeeld Duitsland onderzoeken we of we tot Europese afspraken kunnen komen met landen waaruit veel migranten komen die geen recht op verblijf hebben. In ruil voor het snel terugnemen van deze migranten, komen er bijvoorbeeld mogelijkheden voor tijdelijke arbeidsvergunningen, zoals in Frankrijk al het geval is. Sta noodhulp altijd toe. Ngo's en particuliere hulporganisaties die zich inzetten voor migranten op of rond de Middellandse Zee worden niet gecriminaliseerd voor het verstrekken van noodhulp aan migranten. Betere opvang in de regio. Nederland draagt bij aan het verbeteren van humane en veilige opvang in de regio, via gerichte ondersteuning door Nederlandse hulporganisaties en via meerjarige steun aan de UNHCR die veel mensen in de regio opvangt, maar structureel een financieringstekort heeft. Doe recht aan ontheemden uit de regio. Nu er een oorlog is in Oekraïne, op ons eigen continent, bieden we ruimhartige opvang aan de ontheemden. Zolang de situatie daar niet wezenlijk verandert moeten ze in Europa de status van ontheemden houden. --- pdf_page: 105 --- # Rechtvaardige gastvrijheid in Nederland Om zowel gastvrij als rechtvaardig te zijn in de opvang van vluchtelingen, moet ook in Nederland opnieuw worden gekeken naar onze regelingen en systemen. Nederland levert een aandeel in de opvang van migranten en vluchtelingen die Europa binnenkomen. Nederland voert ook zelf een actief beleid met het oog op de opvang van vluchtelingen wereldwijd. Niet iedereen kan fysiek de intensieve vluchtreis naar Europa aan. Nederland heeft oog voor kwetsbare vluchtelingen en biedt hen plaats in onze samenleving. Beperk gezinshereniging niet. Het gezinsleven is belangrijk. Wij zijn tegen maatregelen die kinderen onnodig scheiden van ouders of inperking van het recht op familieleven, met het doel om vluchtelingen af te schrikken of te straffen voor hun aanwezigheid in Nederland. Richt een Centraal Planbureau Migratie op. Gebaseerd op een brede welvaartbenadering geeft dit planbureau zwaarwegende adviezen aan de overheid over migratie en de daarmee samenhangende maatschappelijke vraagstukken op het gebied van zorg, onderwijs en samenleven. Ook kan dit planbureau landeninformatie beter beoordelen en hierover adviezen geven aan de IND. Dit nieuwe college kan eventueel samengaan met de Adviesraad Migratie. Breng 'migratie' onder bij SZW. De hele migratieketen komt onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te vallen. Zo kan ook een betere verbinding gemaakt worden tussen immigratie, integratie en arbeidsmarktbeleid. Migratie is uiteindelijk geen veiligheidsvraagstuk, maar een sociaal vraagstuk. De discretionaire bevoegdheid blijft bij de bewindspersoon. Juist bij een sterk gereguleerd migratiebeleid blijft het van groot belang om ruimte te houden voor uitzonderingen ten behoeve van schrijnende gevallen. Daarom kan een bewindspersoon in bijzondere gevallen een verblijfsvergunning toekennen in afwijking van de geldende regels. Het moet zo altijd mogelijk zijn om een laatste check uit te voeren of er niet sprake is van een schrijnende situatie, ook al binnen de eerste procedure. Bundel de inspectie rond asiel en migratie. Het toezicht op instellingen en de migratieketen als geheel is versnipperd en niet goed ingericht. Er is meer onafhankelijk toezicht nodig op de zorgvuldigheid van besluitvorming en uitvoering in de asielketen. De vormen van toezicht die nu zijn ondergebracht bij andere inspecties worden bijeengebracht in een bij wet ingestelde onafhankelijke Inspectie voor Asiel en Migratie. Behouden rechtsbijstand. Het recht op rechtsbijstand voor asielzoekers wordt niet beperkt en blijft in stand vanaf het begin van de asielprocedure. Gehoren worden afgenomen met aandacht voor het trauma dat asielzoekers kunnen hebben. Daarom vinden gehoren niet direct na aankomst in Nederland plaats en niet zonder voorbereiding door een advocaat. Tweestatusstelsel niet opnieuw invoeren. We gaan niet terug naar een tweestatusstelsel in Nederland. Bijna alle lidstaten kennen het systeem dat een vluchtelingenstatus dezelfde materiële rechten oplevert als een subsidiaire beschermingsstatus (waaronder het recht op gezinshereniging). Bovendien leidt een dergelijk systeem tot veel meer werk voor de IND en meer bezwaar- en beroepsprocedures. Bij harmonisatie van het asielbeleid in de EU doet Nederland dus geen stap terug. Meer expertise nodig voor bekeerlingen en LHBTI-ers. Er komen meer gespecialiseerde hooren beslismedewerkers bij de IND om de geloofwaardigheid van een verhaal over bekering of geaardheid goed te kunnen beoordelen. Zo wordt het mogelijk om het asielrelaas van bijvoorbeeld christelijke bekeerlingen of LHBTI-ers beter te beoordelen. Aangeboden expertise van gespecialiseerde belangenbehartigers wordt meegenomen. --- pdf_page: 106 --- Meer aandacht voor bijzondere positie meisjes en vrouwen. De IND is oplettend en sensitief bij de beoordeling of vrouwen en meisjes terug kunnen keren naar regio's waar veel sekseongelijkheid, en onderdrukking van vrouwen plaatsvindt of waar vrouwen en meisjes het risico lopen slachtoffer te worden van genitale verminking. De periode van afhankelijkheid bij partnerverblijfsvergunningen wordt verkort. Deze leidt te vaak tot misbruik en uitbuiting van vrouwen. Na huiselijk geweld moet het mogelijk zijn een zelfstandig verblijfsrecht te krijgen. Aandacht bij asielprocedures voor seksueel geweld. In asielprocedures is er aandacht voor aanvragers die voor, tijdens of na de vlucht seksueel geweld hebben meegemaakt. Wij willen dat de IND meer getraind personeel inzet om overlevers te identificeren en adequaat te horen tijdens de asielprocedure. Daarnaast willen we gecoördineerde hulpverlening voor en veilige opvang van overlevers van conflict gerelateerd seksueel geweld, door het COA, gemeenten en andere relevante instanties. Aanpak overlastgevende asielzoekers. Er blijft aandacht voor het aanpakken van de problemen rondom overlastgevende asielzoekers. Hun asielverzoeken moeten snel worden afgehandeld om de tijd in de opvang zo kort mogelijk te houden. # Een einde aan de opvangcrisis in Nederland De problemen waarmee Nederland de afgelopen jaren kampte bij de opvang van asielzoekers, zijn het gevolg van politieke keuzes. Ook als in Europa nog geen verdere stappen zijn gezet, moeten we de opvang van asielzoekers hier in Nederland beter inrichten. Er moet sneller duidelijk worden wie vluchteling is, en wie moet vertrekken of mag blijven. We willen af van het verplaatsen van vluchtelingen van locatie naar locatie, zeker als er kinderen in het spel zijn. We willen kleinschalige, lokale opvang, waarbij asielzoekers die kans hebben op een status, direct zijn verbonden aan één gemeente en daar in beginsel kunnen blijven. Zo krijgen ze de kans op een goede start en kunnen ook vrijwilligers, verenigingen en kerken meer betekenen. Voorkom het vastlopen van het systeem. Onze asielprocedures zijn op papier snel, maar door politiek wanbeheer is het hele systeem vastgelopen. IND, COA en gemeenten krijgen daarom een robuuste, vaste basisfinanciering om een minimumcapaciteit aan opvang en vlotte beoordeling van asielverzoeken te kunnen waarborgen. Beter voorbereid op brandhaarden. IND, COA en gemeenten ontwikkelen een opschaalprotocol, zodat het mogelijk is om snel 20.000 extra plekken beschikbaar te hebben. Zo zijn we voorbereid op een situatie waarin nieuwe brandhaarden aan de randen van Europa ontstaan. Bij een lage instroom kan de vrijkomende opvangcapaciteit, in een zorgvuldige afweging door de gemeente, worden benut, bijvoorbeeld als (tijdelijke) woonruimte voor spoedzoekers, studenten of arbeidsmigranten. Eerlijke spreiding opvang over gemeenten. De opvang van asielzoekers wordt veel beter verdeeld over alle gemeenten. Gemeenten kunnen zelf of samen met andere gemeenten opvang verzorgen. De spreidingswet dient ingevoerd te worden, in een vorm die recht doet aan de adviezen van de Raad van State en de VNG. Breng mensen onder op een vaste plek. Asielzoekers worden nu vaak van locatie naar locatie verplaatst, waardoor het heel moeilijk is om een netwerk op te bouwen. Voor kinderen is dit ronduit schadelijk. We willen dat gemeenten van begin tot eind verantwoordelijk blijven voor de aan hen toegewezen asielzoekers, zowel tot aan eventuele uitzetting als bij toekenning van een verblijfsvergunning. Na het verkrijgen van de verblijfsvergunning is iemand uiteraard vrij zich overal te vestigen. Nieuwkomers krijgen echter alleen recht op de toewijzing van een woning in de gemeente waarin ze zijn opgevangen. Zo wordt lokale binding en gezonde spreiding gestimuleerd. Kwetsbare wijken worden daarbij ontzien. --- pdf_page: 107 --- Naar kleinschalige opvang. In plaats van op efficiency en kostenbesparing gerichte grootschalige opvanglocaties op afgelegen terreinen, willen we kleinschalige opvang op een duurzame plek. Daardoor kunnen asielzoekers makkelijker een netwerk opbouwen via een plaatselijk kerk, sportvereniging of buurt. Voortbordurend op de spreidingswet willen we toe naar een systeem waarbij niet het COA maar gemeenten deze opvang verzorgen. Lokaal kan worden gekeken hoe zij goed kunnen worden opgevangen in de gemeenschap of kunnen worden voorbereid op vertrek. Maak extra middelen vrij voor kleinschaligheid. Kleinschalige opvang is duurder, maar heeft een positief effect op integratiemogelijkheden en draagvlak voor opvang. Daarom wordt een deel van het budget van het COA samen met aanvullende middelen hiervoor beschikbaar gesteld (eventueel via het gemeentefonds). Een extra aanmeldcentrum. Om de druk op het aanmeldcentrum en de gemeenschap in Ter Apel te verlichten komt er ten minste één extra aanmeldcentrum. Een gemeente wordt hiervoor gecompenseerd, bijvoorbeeld door een lagere taakstelling in de spreidingswet, de taakstelling statushouders of via andere investeringen. Tussenvoorzieningen voor statushouders. Gezien de landelijke woningnood en het tekort aan sociale huurwoningen worden er tussenvoorzieningen gecreëerd waar statushouders worden opgevangen in afwachting van een (sociale huur)woning, terwijl zij wel kunnen starten met inburgering in de gemeente of regio waar ze kunnen blijven. Betere begeleiding minderjarige asielzoekers. Minderjarige asielzoekers verdienen maximale bescherming door de Nederlandse staat. Dit betreft onder andere de opvang, scholing, medische zorg en dagbesteding. In de asielprocedures van niet begeleide minderjarige asielzoekers moeten de IND, maar ook DT\&V de mogelijkheid hebben om een onafhankelijke deskundige in te schakelen om het belang van het kind in kaart te brengen. Er zijn meer plekken nodig voor alleenstaande minderjarige asielzoekers. Deze plekken zijn bij voorkeur geen onderdeel van reguliere opvanglocaties. Deze jongeren krijgen zo snel mogelijk onderwijs in een Internationale Schakelklas. Deze klassen kampen met capaciteitsproblemen (leerklachten en lokalen). Hier wordt in geïnvesteerd. # Een terugkeerbeleid dat werkt Bij een rechtvaardig en barmhartig migratiebeleid hoort een werkend terugkeerbeleid. Dit beleid faalt nu. Een kleine groep, vaak uit Noord-Afrikaanse landen afkomstige, asielzoekers zorgt voor overlast en criminaliteit. En het lukt maar niet om hen naar het land van herkomst terug te sturen. Om een gastvrij land te zijn voor wie onze steun echt nodig heeft, moeten we streng zijn aan de andere kant: wie geen blijvende plaats heeft in de Nederlandse samenleving, en ook terug kan, moet terug. Wel kunnen, niet willen. Migranten uit veilige landen die op goed geluk zijn binnengekomen en geen uitzicht hebben op asiel of een verblijfsvergunning moeten terug naar het land van herkomst. Nederland onderhoudt hier contact over met de landen van herkomst. Migranten die wel terug kunnen, maar dat niet willen, kunnen in detentie gehouden worden en worden uiteindelijk uitgezet. Sobere opvang. Detentie van onschuldige migranten die meewerken en in afwachting zijn van hun uitzetting kan worden vervangen door alternatieven, zoals een meldplicht en aparte sobere opvang. Waar vreemdelingendetentie, als laatste redmiddel, onvermijdelijk is, geldt een humaan regime: zo lang mogelijk uit cel, twee op een cel alleen vrijwillig en geen eenzame opsluiting (isolatie). Er wordt, net als bij reguliere detentie, ingezet op dagbesteding. Visitatie wordt verboden, bodyscans vormen waar nodig een alternatief. --- pdf_page: 108 --- Goed toegerust personeel voor terugkeerprocedures. De Dienst Terugkeer \& Vertrek heeft een complexe opdracht, waarbij veel van regievoerders gevraagd wordt. Er wordt geïnvesteerd in het opleiden van DT\&V medewerkers, waarbij de nadruk ligt op een actieve houding die erop gericht is bijzondere omstandigheden van het individuele geval in kaart te brengen om zo een verantwoord vertrek tot stand te kunnen brengen. Bed, bad, brood en begeleiding. De Landelijke Voorziening Vreemdelingen (LVV), die bed, bad, brood en begeleiding regelt voor migranten zonder recht op verblijf, wordt uitgebreid en krijgt landelijke dekking. Deze voorziening richt zich op het krijgen van perspectief voor betrokkenen: een herhaalde asielaanvraag, remigratie of vertrek. Mensen in de LVV krijgen recht op juridische begeleiding, en er komt ook meer zorg voor (psychisch) zieke mensen in de LVV. # Gewortelden zonder status De werkelijkheid is dat ook in Nederland mensen zijn die staatloos zijn, of al heel lang in ons land verblijven, maar zonder status. We willen niet dat kinderen de dupe zijn van keuzes van hun ouders en/of van trage procedures. We kijken niet weg van deze werkelijkheid, maar werken aan rechtvaardige oplossingen. Oplossing voor staatlozen in Nederland. De wet vaststellingsprocedure staatloosheid is aangenomen. Deze wet geeft staatlozen echter nog geen verblijfsrecht. We vinden dat erkende en gewortelde staatlozen ook verblijfsrecht in Nederland moeten krijgen. Voorkom strafbaarstelling van illegaliteit. Het vraagstuk van mensen die zonder verblijfsrecht in Nederland blijven is een sociaal-maatschappelijke kwestie en mag niet in de sfeer van het strafrecht getrokken worden. Zoek een oplossing voor in Nederland geboren en/of gewortelde ongedocumenteerden. Er komt een oplossing voor kinderen die al jaren in Nederland zijn, onderwijs hebben genoten en de taal vaak uitstekend spreken, maar geen verblijfspapieren hebben (zogenoemde Dreamers). Zij kunnen als ieder kind in Nederland een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving en op de arbeidsmarkt, en moeten onder voorwaarden een verblijfsvergunning krijgen. Creëer perspectief voor werkende ongedocumenteerden. In navolging van het Duitse Duldungsbeleid willen we dat er een regeling komt voor werkende ongedocumenteerden, waarbij een tijdelijk verblijfsrecht mogelijk is en perspectief op een verblijfsvergunning door te studeren of te werken in knelpuntberoepen. Doe recht aan oudere ongedocumenteerden. We moeten recht doen aan oudere ongedocumenteerden die soms al tientallen jaren in ons land zijn, zoals de Surinaamse oud-Nederlanders. Ook is er meer aandacht nodig voor de medische zorg aan ongedocumenteerden. Maak een structurele regeling voor gewortelde kinderen. Voor kinderen die langer dan vijf jaar in Nederland hebben verbleven en altijd beschikbaar zijn gebleven voor de asielprocedure in die periode, is een oplossing nodig via een structurele verwortelingsregeling. ## Van nieuwkomers naar medeburgers Bij rechtvaardige gastvrijheid hoort een duidelijk integratiebeleid, dat van nieuwkomers medeburgers maakt. Daarvoor is een gezamenlijke inspanning nodig. Zowel van de inburgeraar als van de ontvangende gemeenschap. We geven samen vorm aan een gedeelde toekomst. Integratie vraagt van mensen dat ze niet alleen fysiek, maar ook mentaal verhuizen. Niet alleen onze taal leren, maar ook onze waarden leren kennen en respecteren. Daar moet ons integratiebeleid op gericht zijn, met begeleiding die is toegespitst op de gaven en talenten van iedere inburgeraar. Hierbij worden ook de later nareizende partner en gezinsleden op dezelfde manier onder regie van --- pdf_page: 109 --- de gemeente begeleid bij hun inburgering. De opvang van Oekraïense ontheemden leert ons dat er in ons land veel welwillendheid is om mensen op de vlucht een plek te geven in hun gemeenschap. En dat het zeer wenselijk is om hen snel aan het werk te laten gaan. Bevorder een ontzorgend en activerend stelsel van inburgering. We blijven ons inzetten voor een activerend en ontzorgend stelsel van inburgering, met begeleiding op maat van nieuwkomers. Gemeenten spelen hierin de hoofdrol. In het nieuwe inburgeringsstelsel worden statushouders, de eerste zes maanden na huisvesting financieel ontzorgd door hun woongemeente. De ChristenUnie wil dat de financiële ontzorging méér omvat dan leefgeld en vaste lasten. De focus moet liggen op begeleiding zodat de statushouder zelfredzaam wordt en tegelijkertijd wegwijs wordt in de voorzieningen die de verzorgingsstaat kent. Deze begeleiding wordt ook voortgezet na het financieel ontzorgen, met focus op zelfredzaamheid. Wijs statushouders toe aan een vaste gemeente. Bij het verkrijgen van een status worden asielzoekers in principe toegewezen aan de gemeente waar zij als asielzoeker zijn opgevangen. Zo wordt lokale binding gestimuleerd en de integratie bespoedigd. Regel taalles en meedoen vanaf het begin. Mensen die hier naartoe komen moeten zoveel mogelijk vanaf de eerste dag taallessen gaan volgen. Er wordt geïnvesteerd in taaldocenten en taalscholen om dit mogelijk te maken. Samen met asielzoekers met een reële kans op een verblijfsvergunning wordt vanaf de eerste dag gezocht naar een plek waar zij zich actief kunnen inzetten in onze samenleving (denk aan vrijwilligerswerk buiten het asielzoekerscentrum). Meedoen-balies worden standaard op alle opvanglocaties. Dit is bevorderlijk voor het geestelijk welzijn en de integratie van nieuwkomers, zoals het sneller leren van de Nederlandse taal en cultuur en het opbouwen van een netwerk. Ook krijgen vrijwilligersorganisaties ruim baan om activiteiten met nieuwkomers te ontplooien. Aan het werk tijdens de procedure. We willen dat asielzoekers tijdens hun procedure eerder mogen beginnen met werken. De 24 weken norm wordt zo spoedig mogelijk afgeschaft. Werk draagt bij aan zingeving, een waardevolle economie en kan helpen onrust te voorkomen. Organiseer meer mentale hulp. Veel vluchtelingen hebben traumatische gebeurtenissen meegemaakt. Vast onderdeel van de inburgering wordt een stevig hulpaanbod om deze trauma's en gebeurtenissen te helpen verwerken. Contactpersonen van statushouders bij de gemeenten worden getraind om trauma's te herkennen en de statushouder naar het hulpaanbod te leiden. Goed burgerschapsonderwijs bij inburgering. We helpen nieuwkomers om onderdeel te worden van onze democratische rechtsstaat en om haar kernwaarden te verinnerlijken. Nieuwkomers maken hier nu kennis mee in het participatieverklaringstraject en het examenonderdeel Kennis van de Nederlandse Maatschappij. De eindtermen van de kennisonderdelen van de inburgering worden periodiek herzien, met als doel actief burgerschap te bereiken. Schone lei voor inburgeraars. Het inburgeringstraject heeft tussen 2013 en 2021 te veel gevraagd van de zelfredzaamheid van nieuwkomers. Een deel van de inburgeraars heeft bij DUO daardoor grote schulden opgebouwd om (taal-)onderwijs te kunnen volgen. Er komt een schuldenpardon voor bedragen boven de 2000,-, zodat deze groep de kans heeft om de schuld af te betalen en met een schone lei een doorstart te maken. Stel rechtvaardige eisen aan naturalisatie. Het Nederlanderschap kan verkregen worden na het afronden van het inburgeringstraject. Van de nieuwkomer wordt verwacht een actieve bijdrage te kunnen leveren aan onze samenleving. Daar schort het nog wel eens aan. Daarom kijken we kritisch naar deze eisen en durven we deze aan te scherpen. Het recht op bescherming is niet automatisch na een aantal jaar het recht op Nederlanderschap. --- pdf_page: 110 --- # Perspectief op arbeidsmigratie Er is een ander perspectief nodig op arbeidsmigratie. We zijn er niet tegen dat mensen hun talenten (tijdelijk) inzetten in een ander land dan waar ze geboren zijn. Maar met lage lonen, slechte arbeidsomstandigheden en schrijnende huisvestingssituaties wordt een kwetsbare groep arbeidsmigranten in ons land nu veel onrecht aangedaan. En de gevolgen voor de samenleving in gebieden waar veel arbeidsmigranten landen, zijn groot. Onder andere omdat wijken bovenmatig belast worden met mensen die slecht gehuisvest worden en niet integreren. We zien private baten, maar publieke lasten. Dit moet veranderen. Meer grip, duidelijke richtgetallen en een einde aan de race to the bottom wat betreft arbeidsvoorwaarden. Sectoren die alleen maar kunnen draaien op te goedkope arbeid hebben in Nederland wellicht geen toekomst. De overheid moet goed nadenken welke economie we voor ogen hebben en hoe studie- en arbeidsmigratie daarin een plek heeft. Sluit een Europees pact voor arbeidsmigratie. De ChristenUnie wil dat het mogelijk wordt voor lidstaten om onderling afspraken te maken over arbeidsmigratie. Deze afspraken gaan bijvoorbeeld over maatregelen die invloed kunnen hebben op het aantal arbeidsmigranten of de duur van de arbeidsperiode. Ook valt te denken aan het gebruik van sociale voorzieningen, de export van WW, de terugkeer van arbeidsmigranten en het helpen terugdringen van werkloosheid in het land van herkomst. Ga uitbuiting van arbeidsmigranten tegen. Om misstanden met arbeidsmigranten te bestrijden, maken we werk van de aanbevelingen van de commissie Roemer. Zo voeren we een stelselwijziging door voor de uitzendmarkt en pakken we schijnconstructies aan. De cao van de inlenende onderneming wordt daarom leidend en is daardoor ook van toepassing op gecontracteerde onderaannemers. Draaideurconstructies met arbeidsmigranten, waarbij soms misbruik wordt gemaakt van WW-regelingen, worden aangepakt. Het uitgangspunt is dat er een einde moet komen aan de ongelijkheid in loonkosten. Verbied inhoudingen op het loon. Uitzendbureaus en werkgevers mogen niet langer loon inhouden voor bijvoorbeeld huisvesting. We willen een scheiding tussen bed en baan en willen dat er een einde komt aan de schrijnende situaties van de huisvesting van migranten. Regel huisvestiging voor arbeidsmigranten regionaal. De onveilige huisvesting van arbeidsmigranten leidt in bepaalde gemeenten tot veel overlast en verkamering van woningen. In de woonvisie van gemeenten en provincies moet het huisvesten van arbeidsmigranten een betere plek krijgen. Er komen betere afspraken over de voorwaarden waaraan huisvesting van tijdelijke werkers moet voldoen. Betrek bedrijfseffectrapportages. De beschikbaarheid van voldoende goede huisvesting, vervoer en zorg moeten randvoorwaarden zijn voor het ontwikkelen van nieuwe bedrijvigheid. Denk aan een nieuw distributiecentrum of tuinbouw. Daarom moeten, in navolging van het advies van de commissie Roemer, bedrijfseffectrapportages worden betrokken bij besluitvorming over nieuwe bedrijvigheid. Schaf fiscale regelingen af. We zetten in op het afschaffen van fiscale regelingen die arbeidsmigratie op een oneerlijke manier bevorderen, zoals de ETK-regeling (voor lageloon-migratie) en de 30\%-regeling (voor de hogeloon-migratie). We zetten Europees in op een gelijk speelveld. Verplicht registratie. Een deel van de arbeidsmigratie blijft nu buiten het zicht van gemeenten, door de late registratieverplichting. We willen dat ook mensen die korter dan 4 maanden werken en verblijven in een gemeente de verplichting krijgen zich in te schrijven of te registeren bij de gemeente. Laat werkgevers bijdragen aan taalles. Er komt een wettelijke verplichting voor werkgevers om bij te dragen aan toegang tot taallessen voor arbeidsmigranten. Daarnaast moeten arbeidsmigranten door gemeenten geholpen worden om aansluiting te vinden bij maatschappelijke voorzieningen, zoals bibliotheken, sportvoorzieningen, wijk- en dorpshuizen. --- pdf_page: 111 --- Betrek gemeenten bij de wet Waadi. De wet Waadi beschermt werknemers tegen uitbuiting door malafide uitzendbureaus. Omdat arbeidsmigratie een grote lokale impact heeft, is het nodig dat gemeenten veel meer betrokken worden in de Waadi. Bijvoorbeeld door hen op de hoogte te brengen van misstanden en door meldingen vanuit de gemeente ook op te nemen in het dossier. Breng mensenhandel beter in zicht. Arbeidsmigranten kunnen slachtoffer worden van mensenhandel. Verschillende rapporten van Comensha, de arbeidsinspectie en andere Ngo's laten dit herhaaldelijk zien. Tegelijkertijd wordt nog te weinig mensenhandel geconstateerd, omdat de verschillende organisaties andere criteria gebruiken voor arbeidsuitbuiting. Het is van belang dat zij hun werkwijzen en taal overeen laten komen. Definities leggen we wettelijk vast. Zorg voor meer capaciteit bij de Arbeidsinspectie. Om bovengenoemde uit te voeren, is er meer capaciteit voor de arbeidsinspectie nodig. Tegelijkertijd zorgen we voor meer slagkracht als gemeenten meer handelingsbevoegdheid krijgen bij misstanden. # 4.4 - Een veilige samenleving, die recht doet aan mensen Onze samenleving kent een duistere schaduwrand, waarin veel onrecht en onveiligheid voorkomt. Het hoort bij de kerntaak van de overheid om onze samenleving veilig te houden en onrecht te bestrijden. Nederland wordt gelukkig steeds veiliger. Maar de georganiseerde criminaliteit rukt ook op. We willen stevig ingrijpen en jongeren een ander perspectief bieden dan het pad van het kwaad. We staan op tegen het onrecht van jongeren die gevangenzitten in een gokverslaving, vrouwen die uitgebuit worden in de prostitutie en tieners in de klauwen van de drugsmaffia. De middelen in de strijd tegen het onrecht grijpen soms stevig in op maatschappelijke vrijheden en blijven daarom altijd ingebed in onze democratische rechtsstaat. We blijven de dilemma's die daarbij horen afwegen. Veiligheid kan niet alleen van de overheid komen, maar zoeken we ook in een samenleving die weerbaar is en verbonden met elkaar. ## Een drugsvrije samenleving Met het slikken van een pil of het snuiven van een lijn coke, houden drugsgebruikers een wereld van nietsontziende criminaliteit en uitbuiting in stand. Verreweg de meeste ondermijnende criminaliteit hangt samen met drugs. Drugs heeft een verwoestend effect op mensen en is de motor achter de groei van de zware criminaliteit in ons land. We worden geplaagd door drugsdumpingen in woonwijken en natuurgebieden. Decennia van gedogen hebben de problemen verdiept. De ChristenUnie wil een einde maken aan de normalisatie van drugsgebruik en aan de enorme export van drugs vanuit Nederland. De gevolgen hiervan zijn veel te weinig inzichtelijk gemaakt. Of het nu gaat om volksgezondheid, milieuproblemen, de problemen in het landelijk gebied, de kosten van opsporing of de funeste invloed op wijken, het is tijd om een reëel beeld neer te zetten van de gevolgen van drugs. Stevige preventie tegen drugsgebruik is noodzakelijk, naast een actief beleid om te voorkomen dat tieners de stap naar criminaliteit maken. De zware criminaliteit die zich steeds rücksichtsloser bovengronds manifesteert, wordt keihard aangepakt. Bestrijd normalisering en focus op drugspreventie. Er komt gerichte drugspreventie en meer aandacht voor de maatschappelijke schaduwkanten van drugsgebruik. Op scholen, onder studenten en andere specifieke doelgroepen en voor ouders. De ChristenUnie is tegen de legalisatie van drugs, omdat dat een normaliserend effect heeft. Coffeeshops worden gesloten en verdwijnen uit het straatbeeld. We stoppen met heilloze wietexperimenten. Hogere maximumstraffen voor zware drugscriminaliteit. Naar verhouding zijn de strafmaten voor zware drugsdelicten laag vergeleken met kleinere drugsdelicten. Om de 'heldenstatus' van criminelen te bestrijden, zetten we tevens in op afpakbeleid. --- pdf_page: 112 --- Vorm één front tegen drugscriminelen. We tolereren geen maffiapraktijken in Nederland. Er zijn de afgelopen jaren stappen gezet in het vormgeven van een gezamenlijke en samenhangende aanpak van de georganiseerde drugscriminaliteit. Dit zetten we met volle kracht voort. De politie vormt hierin een belangrijk front, maar de aanpak vergt brede samenwerking: van Rijk tot gemeenten, van Douane tot Belastingdienst, van buurthuizen tot onderwijsinstellingen. Bij de politie wordt verder ingezet op gespecialiseerde teams voor het opsporen en vervolgen van criminele netwerken die de samenleving ondermijnen. Vergroot de capaciteit voor langdurige onderzoeken. De strijd tegen de georganiseerde misdaad vraagt een lange adem. We willen niet alleen de loopjongens en de incidenten aanpakken, maar ook meer capaciteit voor langdurige onderzoeken om kopstukken te raken. Blowverbod in openbare ruimte. Er komt een blowverbod in openbare ruimtes om het ontmoedigingsbeleid kracht bij te zetten en ter ondersteuning van het lokale beleid. Blowverbod onder de 21. Zolang wietverkoop nog gedoogd wordt, gaat een leeftijdsgrens van 21 gelden voor gebruik van wiet. Wiet is geen souvenir. Elke gemeente moet verplicht het ingezetenencriterium handhaven. Zolang er nog coffeeshops zijn, verkopen ze alleen aan eigen inwoners. Er is geen ruimte voor verkoop aan toeristen of dagjesmensen. Tempo met uitbreiden verbod psychoactieve stoffen. De trage reactie van de wetgever op toename van lachgas-gebruik leren ons een les. De lijst van verboden psychoactieve stoffen moet continu up to date gehouden worden. Het gebruik ervan is niet onschuldig maar veroorzaakt gezondheidsschade, verkeersongelukken, maatschappelijke overlast en is slecht voor klimaat en milieu. Maak evenementen drugsvrij. Op festivals en andere evenementen worden bezit en gebruik van drugs verboden. Gemeenten krijgen de mogelijkheid hier strengere eisen over te stellen aan organisatoren van festivals. Nationaal rapporteur verslavingen. Dankzij de ChristenUnie worden maatschappelijke effecten en kosten van verslavingen sinds kort inzichtelijk gemaakt door de Nationaal Rapporteur Verslavingen. De overheid gaat actief beleid voeren om het aantal verslaafden terug te brengen. Steun kwetsbare gebieden. Alle kwetsbare regio's met veel dumpingen, leegstand en andere gevoeligheden krijgen gerichte steun. Rijk, lokale overheden, OM, politie, Belastingdienst, FIOD en RIEC werken hierbij samen naar voorbeeld van de Taskforce Zeeland Brabant. Drugsvrije havens. We willen af van de instroom van drugs in onze havens. Controles worden niet vooraf bij rederijen bekendgemaakt en enkel schepen vanuit gecertificeerde havens worden toegelaten. Bij maatregelen voor havens betrekken we ook kleinere zeehavens, en havensteden uit andere landen aan de Noordzee. # Gerechtigheid voor slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting Mensenhandel, dwang en uitbuiting zijn aan de orde van de dag in Nederland. Een onverteerbaar onrecht. Jaarlijks gaat het naar schatting om circa 5000 mensen, waarvan het merendeel onzichtbaar blijft. Daar zijn bovendien veel minderjarigen bij. Het gaat onder andere om seksuele uitbuiting, gedwongen arbeid of criminele chantage. Kinderen worden gedwongen om drugskoerier te zijn, vrouwen en mannen belanden in de prostitutie of er is sprake van arbeidsuitbuiting. Dat raakt ons in het bijzonder omdat God mensen heeft gemaakt om in vrijheid te leven, niet in systemen van gevangenschap, slavernij en uitbuiting. Deze moderne slavernij moet stoppen. Zie prostitutie als mensenhandel. Prostitutie is ongelijkwaardig, er is meestal sprake van machtsongelijkheid, economische ongelijkheid en genderongelijkheid. Daarom is de ChristenUnie tegen prostitutie en kiest voor beleid dat zo min mogelijk slachtoffers maakt. Want het --- pdf_page: 113 --- grove onrecht dat kwetsbare mensen wordt aangedaan willen we bestrijden. Door goede hulp te bieden, door goede opsporing en berechting van allen die zich schuldig maken aan dwang, uitbuiting of het sponsoren ervan, en stoppen met het legalisatiebeleid. Voer het 'Nordic model' in. Zonder klanten zou mensenhandel niet bestaan, daarom wordt het kopen van seks strafbaar voor de klant, niet voor de prostituee. Dit naar voorbeeld van Zweden, Noorwegen en Frankrijk en in navolging van het burgerinitiatief 'Ik ben onbetaalbaar'. Invoering van het 'Nordic model' moet samengaan met goede hulpverlening en uitstapprogramma's. Maak registratie en een taal-eis verplicht voor prostituees. In de aanloop naar de invoering van het 'Nordic model' komt er een registratieplicht voor prostituees. Dit voorkomt dat vrouwen onderdeel blijven van een rondreizend kartel van mensenhandelaren. Ook worden er eisen gesteld aan de beheersing van de Nederlandse taal, het zelfredzaam zijn en het kennen van de eigen rechten. Laat het ingezetenencriterium ook voor prostitutie gelden. Net als softdrugs is prostitutie geen geschikt uitje voor buitenlandse toeristen. Het ingezetenencriterium gaat ook voor prostitutie gelden. Hanteer een minimumleeftijd. De minimumleeftijd voor prostitutie van zowel prostituée als prostituant gaat naar 24 jaar. Wetgeving tegen mensenhandel. De wetsvoorstellen rondom regulering van prostitutie en modernisering van de strafbaarstellingen rondom mensenhandel worden zo snel mogelijk ingevoerd. Deze wetgeving ligt al veel te lang op de plank. In actie tegen pooiers. Er komt een pooierverbod, met stevige strafrechtelijke consequenties. Versterk uitstapprogramma's voor prostituees. Uitstap- en hulpprogramma's vormen een structureel onderdeel van het prostitutiebeleid. Landelijk wordt geborgd dat er in elke regio hulp beschikbaar is. Uitstappen is één, de samenleving instappen is twee. Daarom wordt de doelstelling van de subsidies voor uitstapprogramma's verbreed, naar hulp bij het vinden van werk, huisvesting (inclusief urgentieverklaring), scholing en schuldhulpverlening. Zo worden slachtoffers uit de klauwen van handelaren gehouden. Gemeentes nemen in hun gemeentelijk prostitutiebeleid een alinea op over mannen/jongensprostitutie. Projecten als het Overweeghuis in Groningen hebben een voorbeeldfunctie. Betere bescherming van minderjarige slachtoffers. Steeds vaker worden minderjarigen ingezet door criminele (drugs)bendes. Deze jonge slachtoffers lopen het risico om als dader te worden vervolgd. Het non-punishmentbeginsel wordt wettelijke verankerd om dit tegen te gaan. Klanten die seks kopen van minderjarigen zijn verantwoordelijk en maken zich strafbaar aan een zedendelict. Er komt voldoende capaciteit voor opsporing en daadwerkelijke berechting wordt een prioriteit. Veilige opvang voor slachtoffers van loverboys, pooiers en mensenhandelaren. Jonge meisjes en jongens die weglopen uit zorginstellingen vallen nu nog te vaak in de handen van daders. Maar ook op of rondom sommige scholen met kwetsbare kinderen wordt geronseld. Kinderen moeten veilig zijn, thuis, in een instelling en ook op school. Dit vraagt betere samenwerking tussen zorginstellingen en opsporing, en meer bewustwording bij scholen. Bestrijd kinderporno. Het is onaanvaardbaar dat Nederland koploper is in het hosten van kinderporno, dat moet stoppen. De ChristenUnie wil effectieve strafwetgeving en een grotere verantwoordelijkheid voor hostingbedrijven om hier een einde aan te maken. Opstaan tegen misstanden in de porno-industrie. Ook de porno-industrie zal aan de eisen in de nieuwe prostitutiewet moeten voldoen. In navolging van Frankrijk gaat Nederland toegang van minderjarigen tot pornosites blokkeren. --- pdf_page: 114 --- Versterk de strafrechtelijke aanpak. Op dit moment worden te weinig mensenhandelaren, klanten en uitbuiters veroordeeld. De vangst blijft vaak beperkt tot het laaghangende fruit: de 'kleinere pooiers'. We investeren in gespecialiseerde politiemensen, officieren van justitie en rechters. De aangiftebereidheid van slachtoffers wordt vergroot door het strafproces bij zaken rond mensenhandel slachtoffervriendelijker te maken. Daarnaast zetten we in op vroegbescherming, zodat slachtoffers zich veilig voelen om aangifte te doen. Online mensenhandelaren aanpakken. We investeren in innovatieve middelen zoals een webcrawler en de inzet van lokprofielen, om mensenhandelaren die online actief zijn aan te pakken. We pakken daders aan, die bewust misbruik maken van kwetsbare slachtoffers, zoals de zogenaamde pro-ana coaches Arbeidsuitbuiting blijft niet onbestraft. De lat om arbeidsuitbuiting te bewijzen, ligt onevenredig hoog. Arbeidsuitbuiting blijft daardoor veel te vaak onbestraft. Daarom is intensivering van de opsporing en aanpassing van de strafwetgeving nodig. Aandacht voor mensenhandel bij asielverzoeken. Bij de beoordeling van asielverzoeken is specifieke aandacht nodig voor mensenhandel. Medewerkers van de IND die asielaanvragen beoordelen, moeten in staat zijn signalen te herkennen van mannen, vrouwen en kinderen die vastzitten in een dwanghuwelijk, onder invloed staan van een pooier of zijn geronseld voor dwangarbeid. Een multidisciplinaire commissie gaat in lijn met de succesvolle 'Pilot aannemelijkheid slachtofferschap' vaststellen of iemand slachtoffer is. Uniformeer Europese aanpak mensenhandel. Meer aansluiting van wet en regelgeving binnen Europa: nu hanteren EU-lidstaten verschillende definities over mensenhandel en uitbuiting en hebben delicten in lidstaten een andere strafmaat. Criminelen zoeken in een globaliserende wereld de plekken waar ze het makkelijkst wegkomen en waar ze tegelijkertijd veel geld kunnen verdienen: bijvoorbeeld Nederland. # Stop de gokverslavingsindustrie Gokken maakt ongelooflijk veel kapot. Het legaliseren van gokken is een grote politieke zeperd geweest. Het heeft geleid tot méér gokkers en gaat onherroepelijk ook leiden tot meer verslaving. Dat raakt niet alleen mensen met een gokverslaving, maar ook hun families, met alle financiële ellende die volgt. De ChristenUnie wil dat er een einde komt aan deze ziekmakende industrie. Stoppen met gokken. Gokken jaagt mensen in financiële problemen of zelfs naar een verslaving onder de valse belofte van een beter leven. Juist de meest kwetsbare mensen in onze samenleving worden het slachtoffer van de gokindustrie. Daarom willen we dat het niet meer wordt toegestaan in Nederland gokken aan te bieden. Dat geldt voor online gokken, gokautomaten, sportweddenschappen en casino's, maar ook voor andere vormen van gokken zoals commerciële (kras)loterijen. Logische consequentie hiervan is dat dit het einde betekent van Holland Casino en de Nederlandse Loterij, waar Nederland (vrijwel) alle aandelen van bezit. Een einde aan al die gokreclame. In aanloop naar een gokvrije samenleving komt er een totaalverbod voor gokreclame, ook voor casino's en loterijen. Dit verbod gaat ook gelden voor online reclame, geadresseerde reclamepost, nieuwsbrieven, (sport)sponsoring en zichtbare verkoop in winkels. Meer gokpreventie. We kiezen voor goede preventie, niet door de gokpartijen zelf, maar onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De verplichte afdracht aan preventie door partijen die aan gokken verdienen, wordt verhoogd. Beloof geen gouden bergen. Er komt een einde aan de beloftes van miljoenenprijzen bij de zogenaamde "goededoelenloterijen". Het verplichte percentage dat deze loterijen afdragen --- pdf_page: 115 --- aan goede doelen verhogen we tot $90 \%$ en gaat ook gelden voor andere loterijen, zoals de Staatsloterij. Gokleeftijd naar 24 jaar. Omdat jongeren tot 24 jaar kwetsbaarder zijn voor de verleidende effecten van gokspelletjes en games verhogen we de leeftijdsgrens. Gamen en gokken blijven gescheiden. We beschermen onze kinderen door gokelementen zoals loot boxes in online games te verbieden. Harder optreden door de kansspelautoriteit. Het toezicht op de gokindustrie moet steviger. De kansspelautoriteit krijgt daarvoor meer wettelijke mogelijkheden en gaat sneller over tot het beboeten van gokbedrijven die de wet overtreden. Beperk de openingstijden van casino's bij wet. Er komt in ieder geval een verbod op 24/7 openstelling. Ook krijgen gemeenten ruimte om verdere grenzen aan openingstijden van casino's te stellen. Onbeperkte openingstijden zorgen voor een extra risico op verslaving, een toename van probleemgokkers en gokschulden. # Een weerbare samenleving Samenleven in vrijheid in een democratische rechtsstaat is niet vanzelfsprekend. Die democratische rechtsstaat staat onder druk, telkens weer. Door jihadisme, nog altijd de belangrijkste terroristische dreiging in Nederland, en andere vormen van extremisme, door ongewenste inmenging van andere landen én door een samenleving die minder weerbaar lijkt te worden. Waarin jongeren makkelijker afglijden naar criminaliteit of extreem gedachtegoed, en normbesef en fatsoen geen vanzelfsprekendheid is. De spanning tussen opkomen voor wat kwetsbaar is, zoals onze veiligheid, en de rechtsstatelijk terughoudendheid ten opzichte van ingrijpend overheidsoptreden, mag steeds een dilemma blijven dat we zorgvuldig wegen. Kom op voor onze jongeren. Het raakt ons dat jongeren in de criminaliteit of in extremistisch gedachtegoed worden gezogen. Het programma Preventie met Gezag, dat grote steden helpt om op tijd in te grijpen, breiden we uit. We willen dat ook kleinere gemeenten hier gebruik van kunnen maken. Ook preventie van radicalisering begint in de wijk. Juist in wijken en buurten willen we de weerbaarheid versterken. Omdat daar ouders, wijkagenten, jongerenwerkers en zoveel anderen zicht hebben op wat er met jongeren gebeurt. Gemeenten krijgen extra geld om dit ook waar te kunnen maken. IS-strijders worden berecht, kinderen komen terug. De ChristenUnie spant zich in voor de berechting van jihadstrijders, bij voorkeur internationaal en in de regio waar de misdaden hebben plaatsgevonden. IS-kinderen met de Nederlandse nationaliteit kunnen terug, mits ze onder toezicht worden gesteld. Ouders worden uit de ouderlijke macht gezet. We investeren in speciale deradicaliserings- en re-integratietrajecten voor de kinderen. Expertise veiligheidsdiensten op peil houden. Jihadisten, extreemrechts en anti-overheidsdenkers zorgen voor aanhoudende dreiging. Het is van belang dat diensten die ons veilig houden op capaciteit blijven en opgebouwde expertise vasthouden. Nieuwe inlichtingencommissie in Tweede Kamer. We versterken de democratische controle op het werk van de diensten naar Duits model. Er komt een stevige parlementaire commissie bestaande uit een aantal gespecialiseerde parlementsleden en met een grote en kundige ondersteuningsstaf. Daarnaast wordt een parlementaire rapporteur aangesteld, die de Kamer regelmatig openbaar bericht over het toezichtwerk. --- pdf_page: 116 --- Bereid de samenleving voor op crises. De overheid kan veiligheid niet garanderen, maar zich wel samen met burgers, organisaties en bedrijven voorbereiden op rampen en crises. We blijven daar in investeren. Bescherming van vitale sectoren. Sommige bedrijven in ons land zijn essentieel voor onze dagelijkse manier van leven. Die moeten beveiligd zijn, zeker ook digitaal. Er komen Europese wettelijke veiligheidseisen waar deze bedrijven aan moeten voldoen. # Een sterke politie voor een veilige samenleving De politie is een belangrijke linie voor veiligheid en de strijd tegen onrecht. Onze samenleving heeft een sterke en professionele politie nodig, die voor iedereen zichtbaar, aanspreekbaar en benaderbaar is. Die aangiftes opneemt en daders pakt. Die op het web criminaliteit opspoort. Maar nog beter, die criminaliteit voorkomt. Dit kan alleen door de versterking van de nabijheid van de politie in de wijken en buurten. En door aanwezigheid van de politie in het digitale domein. De laatste jaren is, ondanks extra investeringen, de druk op de politie toegenomen. Voor de veiligheid van ons land blijft het dan ook nodig om te investeren. De strijd tegen zware criminaliteit moet verder worden opgevoerd. De omvang van drugscriminaliteit is groot en maakt ook de overheid en de politie zelf kwetsbaar voor ondermijning. De politie moet goed zijn toegerust, met gespecialiseerde teams, om langdurig de strijd tegen de (inter)nationale zware criminaliteit aan te kunnen gaan. Veiligheid begint echter dichtbij huis, in de wijk. Voor de ChristenUnie staat de wijkagent centraal, die vanouds goed weet wat er speelt. In de wijk kunnen problemen vroeg worden aangepakt voordat ze groter groeien. We willen voldoende wijkagenten, ook in kleinere dorpen en steden, die hun belangrijke werk kunnen doen, en samen met bewoners, jongerenwerkers en straatcoaches ons land veiliger maken. Zorg voor meer wijkagenten. Wijkagenten moeten daadwerkelijk aan hun taken toekomen en een vertrouwd gezicht in de wijk of in het dorp zijn. Dit vraagt meer beschikbaarheid en zichtbaarheid, zowel op straat als op sociale media. De wettelijke norm van 1 wijkagent op 5000 inwoners wordt overal gerealiseerd. Voor probleemwijken en het landelijk gebied komt capaciteit beschikbaar voor gerichte inzet van extra agenten. Zorg voor een slagvaardig en divers politiekorps. Er zijn nieuwe, goed opgeleide agenten nodig om de slagkracht van de politie op peil te houden. Daar willen wij in investeren. Voor het gezag en draagvlak van de politie is het belangrijk dat het personeelsbestand meer divers is, zowel qua opleiding als qua achtergrond. In een divers politiekorps is geen plek voor racisme of discriminatie. Gelet op de ontwikkelingen in de samenleving zijn er ook meer hoger opgeleide politiemedewerkers nodig. Daarom gaat Nederland net als omliggende landen politiemedewerkers op bachelor-niveau opleiden. Versterk de opsporing. Rechercheurs worden in staat gesteld hun veeleisende en ingrijpende werk goed uit te oefenen. Daarom willen we meer rechercheurs, investeren in vakmanschap en modernisering van de ICT. Investeer in digitaal kundige politie. Deze tijd vraagt een digitaal vaardige en innovatieve politie. Er wordt geïnvesteerd in digitale expertise van speciale teams tegen cybercriminaliteit, maar ook in verbreding van de kennis binnen de politie als geheel, omdat bijna alle criminaliteit een digitale component heeft. Breid het aantal politievrijwilligers uit. Het werk van de politievrijwilligers is heel waardevol. Er wordt geïnvesteerd in groei naar 5.000 politievrijwilligers die zich inzetten voor de veiligheid van onze samenleving. --- pdf_page: 117 --- Laat evenementen zelf betalen. Grootschalige commerciële evenementen met een veiligheidsrisico krijgen alleen een vergunning als ze zelf voor de veiligheid zorgen. Als buitenproportionele politie-inzet noodzakelijk is, wordt dit in rekening gebracht. Fatsoen in het voetbalstadion. De ChristenUnie is klaar met het geweld in en om voetbalstadions. Er komt een vergunningplicht voor alle wedstrijden van betaaldvoetbalclubs en bij geweldsincidenten worden volgende wedstrijden zonder uit- en/of thuispubliek gespeeld. Dat geldt ook bij antisemitische, racistische of homofobe spreekkoren. Voetbalclubs gaan meebetalen aan politieinzet. Verbied consumentenvuurwerk. De vuurwerktraditie in Nederland kost mensenlevens, veel inzet van hulpdiensten, miljoenen aan schade en is een enorme aanslag op de luchtkwaliteit en het milieu. Consumentenvuurwerk wordt vervangen door gemeentelijk georganiseerde drone-, lichten lasershows of vuurwerkshows met plasticvrij vuurwerk. # 4.5 - Verbondenheid met Caribisch Nederland en de landen van het Koninkrijk Er is een diepe verbondenheid tussen Europees Nederland, Caribisch Nederland en de andere landen in ons Koninkrijk. We willen meer recht doen aan deze bijzondere relatie en vanuit onderlinge betrokkenheid, solidariteit en wederkerig respect met elkaar werken aan goede oplossingen voor de specifieke sociale problemen op de eilanden. Daarbij dragen we met name voor de drie bijzondere Nederlandse gemeenten een bijzondere verantwoordelijkheid. ## Dienstbaar aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn onderdeel van Nederland. Maar de inwoners van deze drie eilanden, die samen Caribisch Nederland vormen, worden niet altijd hetzelfde behandeld als inwoners van Europees Nederland. Er is een minder sterk sociaal vangnet voor inwoners op de BES, meer armoede en basale zaken als een BSN-nummer zijn niet goed geregeld. Te vaak worden de inwoners van Caribisch Nederland vergeten bij nieuwe wetten of nieuw beleid. De overheid moet dienstbaar zijn aan de hele samenleving, ook op de BES-eilanden, dat begint bij een toereikend sociaal minimum. Geef mensen genoeg om van rond te komen. De inkomens van werkenden, bijstandsgerechtigden en gepensioneerden moeten omhoog zodat mensen eten kunnen kopen en in hun levensonderhoud kunnen voorzien. We introduceren ook een WW-uitkering op de BES en streven ernaar de onderstand (bijstand) en AOV (AOW) in lijn te brengen met de regelingen zoals die in Europees Nederland gelden. Verlaag de kosten van het levensonderhoud. Het is duur om op een eiland te leven. Daarom maakt Nederland werk van verlaging van de kosten voor voedsel en voor het gebruik van elektriciteit, internet en water, ook door het ondersteunen bij het opwekken van lokale energie, lokale voedselvoorziening en lokaal ondernemerschap. We kijken daarbij ook kritisch naar dubbele importtarieven die de kosten van levensonderhoud onnodig opvoeren. Kiezen voor kinderen. De zorg voor kinderen en de ondersteuning voor ouders is niet altijd goed geregeld. Bestrijding van kinderarmoede heeft ook op de BES prioriteit. Er komt betere zorg voor kinderen met een handicap en er komt een Jeugdwet voor de BES. Kinderopvang op de BES wordt volledig gratis. Vaders hebben recht op hetzelfde ouderschapsverlof als in Nederland. --- pdf_page: 118 --- Help jonge ouders. Op de BES-eilanden worden veel zwangerschappen voortijdig afgebroken met een abortus. Het is verdrietig dat veel vrouwen dit als enige uitweg zien. De ChristenUnie wil betere ondersteuning van jonge ouders en een divers hulpaanbod voor vrouwen die zwanger zijn. Ook seksuele voorlichting, passend bij de context van gemeenschappen, kan helpen om het aantal onbedoeld zwangerschappen terug te dringen. Gelijkwaardigheid als uitgangspunt. Nieuw beleid en nieuwe wetten moeten ook gelden in Caribisch Nederland. Enkel als dit in lijn is met de wens van de eilandsbesturen zelf, wordt hier van afgeweken. Bijvoorbeeld als wetgeving minder passend is voor de schaal of culturele context van de eilanden. Daarom krijgen de eilanden meer inspraak bij de totstandkoming van wetgeving. Geef inwoners van Caribisch Nederland een BSN-nummer. Een BSN-nummer is belangrijk om deel te nemen aan de Nederlandse maatschappij. Er moet vaart worden gemaakt met wetgeving om ook inwoners van de BES een BSN-nummer te geven. Help de BES om weerbaar te zijn tegen klimaatverandering. De inwoners van de BES-eilanden en de natuur zijn zeer kwetsbaar voor de gevolgen van klimaatverandering. Nederland investeert daarom in klimaatadaptatie en natuurherstel. Natuurbehoud. Het behoud van de schepping op en rondom de eilanden is een gezamenlijke taak. Het koraal moet beter beschermd worden. Rioolwater en chemisch afvalwater mag niet ongezuiverd in de zee terechtkomen. Daarom moet de bouw- en milieuwetgeving op de BES eilanden worden herzien en waar nodig aangescherpt. Ook zal de handhaving moeten worden aangescherpt. Tbs-voorziening in het Caribisch deel van het Koninkrijk. De forensische zorg in het Caribische deel van het Koninkrijk is niet op orde. Dat leidt tot gevaarlijke situaties op de eilanden en in sommige gevallen ook in Europees Nederland. Nederland maakt werk van betere forensische voorzieningen, bijvoorbeeld door het instellen van een tbs-kliniek voor het Caribisch deel van het Koninkrijk. # Verbonden met Curaçao, Aruba en Sint Maarten Curaçao, Aruba en Sint Maarten - de CAS-landen - zijn een bijzonder deel van het Koninkrijk der Nederlanden. Als landen binnen het Koninkrijk zijn zij autonoom, maar wel verbonden met Nederland. Wederzijdse verbondenheid in het Koninkrijk betekent dat landen elkaar bijstaan, met respect voor de eigen taal, cultuur en tradities, en blijven investeren in wederzijds vertrouwen en invoelingsvermogen. Daarin zal ook oog moeten zijn voor de wonden die de koloniale band en het slavernijverleden hebben achtergelaten. Werk aan gelijkwaardige verhoudingen. De verhoudingen tussen landen in het Koninkrijk zijn niet altijd gelijkwaardig, bijvoorbeeld bij nieuwe wetten die voor het hele Koninkrijk gelden. Nederland gaat samen met de CAS-landen in overleg om dit democratisch tekort op te lossen. Maak samen een Canon van het Koninkrijk. Nederland, Curaçao, Aruba, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba hebben een complexe geschiedenis waarin eeuwenlang sprake was van ongelijkwaardigheid en onderdrukking. Om deze gezamenlijke geschiedenis een plek te geven en te blijven herinneren komt er in gezamenlijkheid een Canon van het Koninkrijk. Versterk de democratische rechtsstaat op de eilanden. In het Koninkrijk trekken de landen samen op om de menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van het bestuur te versterken. Bij afspraken over begrotingen en financiële steun blijft het waarborgen en versterken van de democratische rechtsstaat een belangrijk uitgangspunt. Strijd tegen de gokmaffia. De gokindustrie op met name Curaçao is ondermijnend voor de rechtsstaat en het openbaar bestuur. Bij financiële steun aan de CAS-landen is daarom in het bijzonder aandacht voor het terugdringen van malafide gokbedrijven dat via de eilanden opereert en voor het aanpakken van Russische brievenbusfirma's. --- pdf_page: 119 --- Samen sterk tegen mensenhandel. Nederland werkt samen met de eilanden in het Caribisch deel van het Koninkrijk om een gezamenlijke aanpak te ontwikkelen tegen mensenhandel. Het mandaat van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel wordt daarvoor uitgebreid, in ieder geval naar de BES-eilanden. Nederland ondersteunt de CAS-landen ook bij het verbeteren van de opvang van slachtoffers van mensenhandel. # 4.5 - Terug naar solide overheidsfinanciën Toen in 2020 het coronavirus pandemische vormen aannam, waren de rente en de inflatie al jaren laag, en stonden de overheidsfinanciën er goed voor. Terwijl de economie als gevolg van lockdowns razendsnel kromp, deden de automatische stabilisatoren en ruimhartige steunpakketten hun werk. Mede daardoor veerde de economie in de jaren daarna weer op en bleef de economische schade voor ons land als geheel binnen de perken. Net na het aantreden van het kabinet Rutte IV, pakten nieuwe donkere wolken zich samen boven het Europese continent. De brute aanval van de Russische Federatie op Oekraïne en de Europese reactie daarop veroorzaakte een grote neerwaartse schok op de gasmarkt, waardoor de daarvoor reeds gestegen gasprijzen recordhoogten bereikten. Bij de voedselbanken namen de rijen zichtbaar toe, en ook uit de koopkrachtramingen bleek dat de armoede in rap tempo toenam. Het kabinet reageerde met een koopkrachtpakket van historische omvang, waarmee de armoede in crisistijd niet opliep, maar zelfs iets afnam. De inkt van de Miljoenennota met dit pakket was nog niet droog, of er werd een prijsplafond aangekondigd om alle huishoudens - niet alleen die met een kleine beurs - te compenseren voor hoge energieprijzen. Tegelijkertijd liep de kerninflatie flink op, en poogden de centrale banken om deze beginnende veenbrand te doven door het al jaren veel te monetaire beleid fors terug te schroeven en de beleidsrentes te verhogen. De politiek staat nu voor een lastige taak. We moeten terug naar normaal en voorzichtig begrotingsbeleid, waarbij we ons houden aan begrotingsafspraken en we de staatsschuld duidelijk onder de $60 \%$ van het bbp houden, zonder dat de gezinnen en alleenstaanden met een kleine portemonnee daar de dupe van worden en zonder dat noodzakelijke investeringen in woningbouw, openbaar vervoer en de energietransitie tot stilstand komen. Daarbij is het zaak om het veel te complexe belasting- en toeslagenstelsel grondig te hervormen en het minimumloon te verhogen, om de armoede onder volwassenen en kinderen terug te dringen. Werk moet genoeg lonen om goed van te leven, en als je onverhoopt aan de kant bent komen te staan moet er een ruimhartig vangnet zijn. Tegelijkertijd geldt dat niet alles kan, en zeker niet tegelijkertijd. Dat betekent dat we kritisch zijn op het gegroeide gebruik om politieke verschillen maar af te kopen met het ertegenaan gooien van heel veel belastinggeld. En in het besef dat eenieder voor alle tegenslag en prijsstijgingen compenseren financieel niet kan en de inflatie alleen maar verder aanwakkert. De ChristenUnie kiest er daarom voor om de zwakste schouders het meest te ontzien. Meet succes of aan brede welvaartsindicatoren. BBP-groei als heilige graal ontneemt het zicht op wat echt telt voor mensen en wordt daarom minder leidend. Er komt een brede welvaartsindicator, zoals de door het CBS ontwikkelde brede welvaartsmonitor - waarbij niet alleen rekening wordt gehouden met economische impact, maar ook met ecologische en sociaal-maatschappelijke impact hier en nu én daar en later. Deze monitor krijgt een gelijkwaardige positie naast de puur economische analyses bij het ramen, opstellen en evalueren van begrotingen en beleid. Dat betekent dat de Monitor Brede Welvaart een centrale rol gaat vervullen bij het opstellen en doorrekenen van de Miljoenennota, de Rijksbegroting, regeerakkoorden en verkiezingsprogramma's. --- pdf_page: 120 --- Koester de publieke zaak. Publieke sectoren zijn geen kostenpost, maar een belangrijke randvoorwaarde voor een goed functionerende samenleving en bloeiende economie. Bezuinigen op toezicht, handhaving, veiligheid en uitvoering, zoals na de kredietcrisis is gebeurd, is een no go. Tegelijk bewaken we dat de snelle groei van de zorguitgaven noodzakelijke investeringen niet wegdrukken. Naast het nemen van concrete maatregelen, zoals het in loondienst brengen van medisch specialisten, gaat het hierbij om de manier waarop besluitvorming tot stand komt. Op dit moment vergen extra investeringen in bijvoorbeeld de kwaliteit van het onderwijs expliciete politieke besluiten, terwijl extra uitgaven die de kwaliteit van de zorg verhogen automatisch tot stand komen. Dat trekken we gelijk, voortaan vergen beide politieke besluitvorming. Gemeenten verdienen beter. De in 2015 gedecentraliseerde taken op het gebied van jeugd, maatschappelijke ondersteuning en zorg hebben een gat geslagen in de gemeentelijke begrotingen. Het Rijk is de afgelopen jaren vooral met incidentele steun bijgesprongen. Deze bijdragen moeten structureel worden. De opschalingskorting wordt geschrapt. De bijdragen vanuit het Gemeentefonds voor gemeenten moeten stabiel en voorspelbaar gaan groeien, zodat er ruimte is om de komende jaren extra te investeren in betaalbare woningbouw en het met grote urgentie isoleren van slecht geïsoleerde huizen van mensen met lagere inkomens. Belastingverschuiving naar lokaal. Passend bij de grotere verantwoordelijkheden die gemeenten de afgelopen jaren hebben gekregen, vindt een verschuiving plaats van rijksbelastingen naar lokale belastingen. Gemeenten krijgen zo meer ruimte om eigen belastingen te heffen, terwijl het Rijk tegelijkertijd de inkomstenbelasting verlaagt. Zie ook ons kader over belastingen onder hoofdstuk 2. --- pdf_page: 121 --- # Kader 2: ## ELKE REGIO TELT Voor de ChristenUnie is het van belang dat buurten tot bloei komen, gemeenschappen hun identiteit kunnen behouden en dorpen en streken bereikbaar zijn. De afgelopen jaren is de vinger op de zere plek gelegd: Den Haag heeft te weinig oog voor de belangen en behoeften van de verschillende regio's van ons land. Omdat in de modellen van de overheid een investering in de Randstad bijna altijd meer oplevert dan een investering elders in het land. Doordat in nieuwe wetten en regels te weinig rekening werd gehouden met regionale verschillen. En misschien ook wel doordat we de waarde van gemeenschappen uit het oog hebben verloren. Het is tijd voor een wending, een nieuwe verbondenheid. Een beleid waarin élke regio telt. In ons programma stellen we onder andere voor: Elke regio telt. We nemen de aanbevelingen uit het rapport Elke regio telt over. Dat betekent dat aandacht voor sterke regio's een vaste plek krijgt in de reguliere beleids- en investeringslogica van het Rijk, een langjarig programma voor regionale economische ontwikkeling en blijven werken aan een vitale relatie tussen regio en Rijk. Er is onder meer aandacht voor regionale cultuur(historie), bereikbaarheid, leefbaarheid, krimp en het bijzondere karakter van grensregio's. Een basisvoorzieningenniveau voor elke regio. We stellen naar Duits voorbeeld een basisniveau van collectieve voorzieningen vast dat nodig is om gebieden leefbaar te houden. Dat gaat bijvoorbeeld om voldoende openbaar vervoer en aanbod van zorg en onderwijs. Deze norm is een belangrijke indicator bij verdeling van fondsen en subsidies. Bevorder Regiodeals. Met regiodeals blijft er geld naar regio's gaan om regionale samenwerking tussen onderwijs en onderzoek, ondernemers en overheid en brede welvaart te bevorderen. Daar gaan we mee door. Twee miljard voor sterke dorpen en steden. Om te voorkomen dat gemeenten in 2026 massaal moeten bezuinigen op de (jeugd)zorg, infrastructuur of belangrijke voorzieningen in de wijk, stoppen we 2 miljard euro extra in het gemeentefonds. Zo kunnen gemeenten hun belangrijke rol blijven waarmaken voor burgers. Solidariteit tussen regio's. In regio's zoals Zeeuws-Vlaanderen, de Kop van Noord-Holland, de Veenkoloniën, Twente en Parkstad Limburg is al langere tijd sprake van forse achterstanden, zoals een lagere levensverwachting, slechter bereikbare banen of onderwijs. Dat vraagt om geld en aandacht zoals dat ook al gebeurt in onze grote steden. De Wet Bijzondere Maatregelen Grootstedelijke Problematiek, wordt daarom verruimd naar een Wet Bijzondere Maatregelen Regionale en Grootstedelijke problematiek. Gebrek aan visie houdt de kloof tussen stad en regio in stand. Er komt daarom een visie op het belang van en verbinding tussen stad en regio. Regiocheck voor overheidsbeleid. Ministerie moeten de gevolgen van nieuwe wetten en beleid voor krimp- en grensregio's vooraf in kaart brengen. Bij negatieve effecten betekent dit dat er maatwerk nodig is. --- pdf_page: 122 --- 1,2 miljard naar bereikbare regio's. Als een buslijn uit een dorp verdwijnt, verdwijnt er al snel meer. Daarom investeren we ieder jaar 1,2 miljard in bereikbare en veilige OV-, fiets- en autoverbindingen. Cruciale spoorverbindingen zoals de Lelylijn en de Nedersaksenlijn komen er. Extra geld voor spoedeisende zorg in de regio. We houden posten voor spoedeisende hulp en andere vormen van acute zorg open en beschikbaar door het hele land. Ziekenhuizen in minder dichtbevolkte gebieden krijgen daarvoor extra geld. Ruimte voor ontmoeting voor ouderen. In elk dorp of elke buurt komt er een fysieke ontmoetingsplek voor ouderen. Daar kunnen zorg- en welzijnsactiviteiten op een laagdrempelige manier worden aangeboden. Toekomst voor kleine scholen. We behouden de toeslag voor kleine scholen. Die is van belang om bijzondere scholen in onder meer krimpregio's open te houden. Hoger onderwijs in krimpregio's. Hogescholen krijgen aanvullende middelen om kleine en kwetsbare opleidingen in stand te houden. Het is voor de regionale ontwikkeling en de vitaliteit van krimpregio's essentieel dat hogescholen bepaalde opleidingen met lage studentenaantallen toch kunnen aanbieden, omdat hiervoor een maatschappelijke vraag bestaat. Meer wijkagenten in dunbevolkte gebieden. De norm van 1 wijkagent op 5.000 inwoners volstaat niet voor dunbevolkte gebieden. Daarom zorgen we dat binnen de politieverdeling meer capaciteit beschikbaar komt voor deze gebieden. Sterke regionale industrieclusters. Ons land kent vijf regio's waar de energie-intensieve basisindustrie is geclusterd: Rotterdam/Moerdijk, Zeeland (Terneuzen en omstreken), Noordzeekanaalgebied, Noord-Nederland (Eemshaven-Delfzijl en Emmen) en Chemelot (regio Geleen, Limburg). Deze regio's zijn de plekken waar de ontwikkeling naar een circulaire en klimaatneutrale industrie daadwerkelijk vorm kan en moet krijgen. We versterken de regionale samenwerking tussen bedrijfsleven, overheid, kennisinstellingen en het beroepsonderwijs. Bijvoorbeeld door via het Nationale Programma Regionale Energiestrategieën (RES) de rol die deze industriële clusters kunnen hebben in de energietransitie te coördineren. Regionale spreiding cultuur. Bij de verdeling van overheidssubsidies voor culturele instellingen willen we een eerlijker verdeling over het land, zodat mensen in en buiten de Randstad kunnen genieten van de rijkdom van het culturele leven. Ondersteun streektalen. De ChristenUnie heeft aandacht voor het Fries als tweede Rijkstaal en beschermt regionale streektalen en dialecten, ook voor volgende generaties. Het Fries komt, net als het Nederlands in de grondwet. Investeren in lokale en regionale omroepen. Lokale en regionale media zijn cruciaal voor de lokale nieuwsvoorziening en de lokale democratie. De samenwerking tussen regionale omroepen en de landelijke publieke omroep wordt verder geïntensiveerd. Onderzocht wordt of ook bij regionale omroepen met een ledenmodel kan worden gewerkt om bekostiging toe te wijzen. Rijksoverheid ook buiten de Randstad. Ook het Rijk voert de daad bij het woord. De Rijksoverheid neemt haar verantwoordelijkheid voor een betere spreiding van de uitvoering van rijksoverheidstaken over verschillende regio's, door deze gespreid over het land te vestigen. --- pdf_page: 123 --- # Hoofdstuk 5 <br> GERECHTIGHEID IN EEN GEBROKEN WERELD Vanuit de ruimte ziet de aarde eruit als een groene planeet. Dat moet een bijzonder vreedzaam beeld geven, ook ecologisch. De werkelijkheid is anders. We leven in een bijzonder onrustige wereld. Rusland is de agressor aan de Oostflank. In Oekraïne gaan enorme aantallen mensenlevens verloren door brute machtspolitiek. China eist een dominante hoofdrol op het wereldtoneel. Samen met andere landen verzetten zij zich tegen de 'westerse wereldorde'. De inzet voor mensenrechten en democratie is niet het project van dictatoriale landen. De ChristenUnie zet zich daar wel voor in. Internationale vrede en gerechtigheid zijn onopgeefbaar en vormen het hart van onze inzet voor ieder mens op aarde. Mensen hebben niet alleen op hun eigen belang te letten, maar ook op dat van anderen, zegt de Bijbel. Dat is ook waar in een internationale context. De mensheid leeft in de verbanden van naties en volken, maar is wezenlijk één. We zijn met elkaar verbonden als medeschepselen en Gods zon schijnt over ons allemaal. We zetten ons in voor gerechtigheid, zoals de Bijbel daarover spreekt, voor iedere wereldburger. Een stabiele wereldorde is dienstbaar aan een veilige wereldsamenleving. We zien graag dat volken en naties in veilige omstandigheden kunnen leven en zich inzetten voor hun eigen bloei. Waar macht boven recht gaat gelden, groeit onveiligheid. In Midden-Afrika volgt de ene staatsgreep op de andere, zuchten bevolkingen onder armoede en slecht bestuur. In Midden-Amerika ontwrichten drugsbendes hele samenlevingen. Ook in het Midden-Oosten en Azië is de situatie op veel plekken onveilig. Bevolkingsgroepen worden onderdrukt, mensen om hun godsdienst vervolgd, weer anderen uitgebuit omdat ze horen tot een geminachte groep. Miljoenen mensen in de wereld leven in slavernij, ze worden uitgebuit en tegen hun wil vastgehouden. In onder andere Noord-Korea worden christenen zonder proces gevangengezet en gemarteld. Bij alle internationale inspanningen voor vrede en veiligheid, moet het lot van onschuldige mensen leidend zijn. Diplomatieke en economische druk op landen, en overleg in multilaterale organisaties zoals de VN heeft onze volledige steun. Helaas moeten we ons steeds weer opnieuw bewapenen om vrede en veiligheid te beschermen. We weten ons verbonden met de wereld om ons heen, hoe gebroken en kapotgeschoten ook. Met mensen, culturen, regeringen, landschappen en leefomstandigheden voor mens en dier. We leven allemaal op Gods wereld. Onze christelijk-sociale kijk op de wereld eindigt niet bij onze landsgrenzen. Er is terecht veel oog voor wat de westerse samenlevingen hebben bijgedragen aan onderdrukking, armoede en milieuschade in de niet-westerse wereld. Niet zelden zijn erbarmelijke leefomstandigheden in niet-westerse landen het gevolg van westers marktdenken. We denken dan aan slechte arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie of in de prostitutie. Westerse overconsumptie trekt een zware wissel op natuur en milieu. Klimaatverandering heeft ongelijke effecten op de wereld, waardoor sommige delen van de aarde onleefbaar worden. Ontwikkelingssamenwerking en eerlijke handel, waarin het gaat om werkelijke prijzen, zijn belangrijke instrumenten. Daarnaast is het belangrijk oog te hebben voor wat nodig is voor het herstel van de schepping, voor biodiversiteit, voor het leven op aarde en in de zee, en voor het behoud van een groene planeet. --- pdf_page: 124 --- # 5.1 - Vrede en veiligheid ## Vrede op het Europese continent Vrijheid in Europa is niet vanzelfsprekend. Dat heeft de Russische inval in Oekraïne pijnlijk duidelijk gemaakt. De ChristenUnie veroordeelt de Russische agressie op de meest scherpe wijze. De inval is op geen enkele wijze te legitimeren, is een grove schending van de soevereiniteit van Oekraïne en veroorzaakt onnoemelijk veel menselijk leed. Oekraïne verdient onvoorwaardelijke steun, ook vanuit Nederland, onder meer in de vorm van Europese sancties tegen Rusland. Blijf Oekraïne steunen ook met militaire middelen. Soevereine staten moeten hun eigen keuzes kunnen maken over hun staatsvorm, bondgenootschappen en buitenlandse relaties. Tegelijkertijd moeten kansen op een vreedzame beëindiging van de oorlog worden gezocht en aangegrepen. Als Oekraïne hiertoe wil overgaan, moet het vanuit een positie van kracht onderhandelingen kunnen voeren. Steun de Europese sancties tegen Rusland en Belarus (voormalig Wit-Rusland). Nederland zoekt actief naar manieren om met nieuwe sancties de druk op beide landen verder te verhogen, bijvoorbeeld door bevroren Russische tegoeden in te zetten voor de wederopbouw van Oekraïne. Oekraïne en de NAVO. Ook in NAVO-verband steunen we Oekraïne in de strijd tegen Rusland. De oorlog brengt daarnaast nadrukkelijk de vraag naar voren of Oekraïne na de oorlog kan aansluiten bij de NAVO. Oekraïne kan aansluiten bij de NAVO wanneer het aan de voorwaarden daartoe voldoet en wordt hierbij ook actief door Nederland en Europa ondersteund. Oekraïne en de Europese Unie. Oekraïne kan in de strijd tegen Russische agressie rekenen op financiële, economische en humanitaire steun vanuit de EU. Ook faciliteert de EU de wapenleveranties aan Oekraïne via de Europese Vredesfaciliteit. Wanneer lidmaatschap aan de orde is, moet worden voldaan aan het geheel van Europese wet- en regelgeving, het aanpakken van corruptie en het versterken van de rechtsstaat. Steun voor internationale berechting. Vrede kan niet zonder gerechtigheid. Daarom ondersteunt Nederland als goede gastheer de werkzaamheden van het Internationaal Centrum voor de Vervolging van de misdaad van Agressie tegen Oekraïne (ICPA) en het Internationaal Strafhof (ICC). Eis erkenning van misdaden door Rusland. Terugkeer van enige vorm van partnerschap met Rusland is op korte termijn uitgesloten. De toekomstige relatie met Rusland is afhankelijk van de uitkomst van de oorlog. Rusland moet in ieder geval de soevereiniteit van landen erkennen en zich voor (mis)daden verantwoorden. ## Toekomstbestendige defensie Vrijheid kan niet zonder bescherming. Het leger heeft een duidelijke taak bij het bewaken van die vrijheid, door het grondgebied van Nederland en onze bondgenoten te beschermen en door het bevorderen van de internationale rechtsorde. Ook levert defensie bijstand bij nationale rampen en crises. Dat kan alleen met goede zorg en erkenning voor onze militairen en met voldoende geld. Daarom moet Nederland structureel aan de NAVO-norm voor de defensiebegroting voldoen. Defensie moet altijd onderdeel zijn van integraal buitenlands- en veiligheidsbeleid. Juist omdat het bij defensie om een ultiem machtsmiddel gaat, de inzet van wapens en militairen, is het belangrijk dat defensie onderdeel is van een integraal veiligheidsbeleid met voldoende politieke controle. Blijven investeren in defensie. Ook na 2025 blijven we voldoen aan de NAVO-norm door jaarlijks $2 \%$ van het binnenlands product (BBP) te investeren in defensie. Wij willen dat deze norm én --- pdf_page: 125 --- de norm van $0,7 \%$ van het bruto nationaal inkomen voor ontwikkelingssamenwerking in de wet worden vastgelegd. Militairen verdienen een beter salaris. Investeren in defensie betekent ook dat het salarisgebouw van militairen wordt verbeterd. Diensttijd bij defensie naar Zweeds model. We breiden het dienjaar bij defensie uit naar Zweeds voorbeeld. In Zweden doen alle achttienjarigen mee aan een enquête. Op basis van die uitkomsten worden gemotiveerde jongeren uitgenodigd voor een dienjaar. Het Zweeds model verlaagt de drempel voor jongeren om voor defensie te kiezen. Samen met defensie onderzoeken we hoe en wanneer deze diensttijd exact wordt ingevuld. We blijven ook op andere manieren inzetten op de werving van defensiepersoneel. Goede zorg aan militairen, veteranen en het thuisfront. Militairen en hun naasten brengen persoonlijke offers voor onze veiligheid. Dit verplicht de samenleving om militairen, hun thuisfront en veteranen goede ondersteuning te bieden in de vorm van goed personeelsbeleid en goed(e) veteranenzorg en -beleid. Behoud de geestelijke verzorging voor militairen. Militairen zijn belast met het hanteren van dodelijke wapens en moeten daarin ingrijpende keuzes maken. Geestelijke verzorging is niet alleen van belang vanuit het oogpunt van (na)zorg voor militairen, maar behoort ook tot de ethische en morele vorming van militairen. Daarom blijft deze in stand. Investeer in basisgereedheid en unieke taken. De basisgereedheid van onze krijgsmacht moet op orde zijn. Daarnaast zet Nederland in op hoogtechnologische capaciteiten, om te kunnen optreden tegen dreigingen vanuit het cyberdomein en hybride dreigingen. Hiermee beschikt onze krijgsmacht over unieke capaciteiten die het verschil maken bij bondgenootschappelijke optredens. Naast deze specialisatie is er oog voor dat het leger aan de grondwettelijke hoofdtaken, zoals het vermogen tot nationale bijstand bij rampen en crises, kan blijven voldoen. Bescherm de infrastructuur op de Noordzee. De veiligheid op de Noordzee staat onder druk. Er komt een strategie om met bondgenoten de vitale onderdelen van de infrastructuur, zoals zeekabels, te beschermen. Versterk de Europese samenwerking in de NAVO. De eenzijdige afhankelijkheidsrelatie van Europa van de VS in de NAVO is niet gezond. We versterken daarom de Europese pijler (inclusief het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen) binnen de NAVO door investeringen, werkwijze en strategieën beter op elkaar aan te laten sluiten, Nederland sluit hiervoor nadrukkelijker aan bij het NAVO Defensieplanningsproces (NDPP) waarin de bondgenoten de capaciteitendoelstellingen onderling verdelen. Beter samenwerken in de Europese Unie. In Europees verband kan efficiënter gebruik worden gemaakt van nationale defensiebudgetten door gemeenschappelijke ontwikkel- en inkoopprogramma's. We willen de EU-commandostructuur uitbreiden om daadkrachtig Europees optreden en een snelle operationele inzet mogelijk te maken. Voor de inzet van Nederlandse troepen is altijd expliciete Nederlandse instemming vereist. Maak Defensie duurzaam. Een toekomstbestendig defensieapparaat is een duurzaam defensieapparaat. Daarom zetten we de initiatieven binnen defensie op dat gebied door en moedigen we versnelling aan waar dat kan. Weerbaar tegen digitale oorlog. Nederland moet zich goed blijven beschermen tegen spionage, diefstal van militaire technologie, ontwrichting door desinformatie en het hacken van wapensystemen en vitale infrastructuur (zoals waterkering) en wapensystemen. Nederland is goed in cyberveiligheid en dat willen we zo houden. Extra geld voor defensie gebruiken we daarom ook voor het verbeteren van cyberveiligheid. --- pdf_page: 126 --- Begrens autonome wapensystemen. Autonome wapensystemen die het zelflerend vermogen hebben om steeds meer te vernietigen, zijn potentieel onbegrensd in het aanleren van vernietiging en daarmee extreem risicovol. We willen dat er internationaal bindende regelgeving komt of en onder welke voorwaarden autonome wapensystemen kunnen worden ontwikkeld en ingezet. Heldere uitgangspunten bij missies. Aan de inzet van de krijgsmacht ten behoeve van missies moet een adequaat volkenrechtelijk mandaat ten grondslag liggen. Kernvraag in de besluitvorming over deelname aan internationale missies is hoe deze daadwerkelijk in de praktijk bijdragen aan vrede, veiligheid en herstel van de rechtsorde in lijn met de principes van de rechtvaardige oorlog. Nederland moet zich inzetten om de effectiviteit van VN-missies te verhogen. Voorkom militarisering van veiligheid. Veiligheid wordt niet slechts bereikt met militaire middelen. Internationale inzet van de krijgsmacht is onderdeel van een doordachte integrale benadering, in nauwe samenwerking met Buitenlandse Zaken, Justitie en Ontwikkelingssamenwerking, gericht op een lange termijn commitment, (weder)opbouw, conflictpreventie en civiel-militaire samenwerking. Naar een einde aan massavernietigingswapens. Nederland streeft in onze bondgenootschappen naar beperking van kernwapens wereldwijd, ook binnen Europa. Doel is dat kernwapenmachten tot afspraken komen over wederzijdse ontwapening. Nederland steunt het Treaty on the Prohobition of Nuclear Weapons, dit doen we door ons in Europees verband in te zetten voor een gezamenlijke ondertekening van het verdrag. Beperk de wapenexport. Nederland moet voldoen aan de bestaande regels voor wapenexport. We beperken de wapenexport tot bondgenoten en zetten ons in voor het beperken van de internationale wapenhandel, te beginnen door EU-lidstaten. Behoud onze kazernes. Meer geld naar defensie betekent dat er geen militaire kazernes verdwijnen. Bij nieuwe kazernes kijken we met nadruk naar gebieden waar deze een bijdrage kunnen leveren aan economische ontwikkeling en werkgelegenheid. Defensie blijft een overheidstaak. Er zijn steeds meer private actoren actief in het veiligheidsdomein, bijvoorbeeld bij de beveiliging van koopvaardijschepen, met als gevolg dat er ook meer commerciële belangen meespelen. Nederland streeft in Europees verband naar vermindering van wapenbezit door private partijen. Overheden blijven zo aanspreekbaar en houden het alleenrecht op de inzet van het geweldsinstrument. Voorkomen van conflicten. Ter voorkoming van gewelddadige conflicten, steunen wij, naast militaire inzet, ook maatschappelijke organisaties en burgerbewegingen die werken aan de preventie van gewelddadig conflict, vredesdialoog en geweldloos verzet tegen repressieve regimes. Specifiek steunen we vrouwen en jongeren die structureel worden uitgesloten van deelname aan en zeggenschap over vrede- en veiligheidsprocessen, conform VN Veiligheidsraad Resolutie 1325. # 5.2 - Internationale gerechtigheid ## Vrede en recht in de wereld Wereldwijd staan mensenrechten anno 2023 enorm onder druk. Slechts 20 procent van de mensen woont in een open en vrije samenleving. Mensenrechten en het beschermen van de menselijke waardigheid moeten de kern vormen van het Nederlands buitenlands beleid. Ieder mens is immers geschapen naar beeld van God en is daarmee kostbaar en waardevol. Gerechtigheid kan groeien, het is het zaad van vrede en verzoening. Dat is de hoop van de wereld en daar zet de ChristenUnie zich voor in. In ons buitenlandbeleid blijven we het naleven van mensenrechten (onder meer vastgelegd in de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens) bevorderen en straffeloosheid bij internationale misdaden bestrijden. --- pdf_page: 127 --- Kom op voor mensenrechten en menselijke waardigheid. Dit moet de kern zijn van ons buitenlands beleid. Nederland blijft een actieve en betrouwbare partner in de internationale gemeenschap en multilaterale fora. Nederland neemt hierin een leidende rol in het adresseren van mensenrechtenschendingen en het tegengaan van straffeloosheid. Idealiter in samenwerking met landen binnen en buiten de Europese Unie om meer draagkracht te creëren voor instrumenten die mensenrechtenschendingen onderzoeken en berechten. Bevorder godsdienstvrijheid wereldwijd. Nederland zet zich hier internationaal voor in. We blijven wegen zoeken om schending van deze vrijheid en christenvervolging in landen als NoordKorea, India, Afghanistan, China, Nigeria en Pakistan aan de orde te stellen en tegen te gaan. Er komt een permanent mandaat voor de speciaal gezant voor godsdienstvrijheid, in Nederland en de EU. Zij moeten beiden verslag kunnen doen van hun activiteiten, adequaat worden ondersteund en binnen het mensenrechtenbeleid aandacht vragen voor godsdienstvrijheid. Niet-erkende staten. Waar sprake is van grove onderdrukking en bewuste assimilatiepolitiek om hun bestaan uit te wissen verzoekt Nederland om sancties tegen de daders. Hierbij wordt het recht op zelfbeschikking zorgvuldig afgewogen tegen territoriale integriteit van de erkende staat waarbinnen de ambitie tot zelfbeschikking bestaat. Geen delegatie bij mensenrechtenschendingen. Nederland stopt met het sturen van afvaardigingen op hoog diplomatiek niveau naar grote sportevenementen in landen waar grove mensenrechtenschendingen plaatsvinden. Ook sportbonden vragen we om een rol van betekenis te vervullen, bijvoorbeeld door af te zien van deelname. Versterk de positie van Den Haag als internationale hoofdstad van vrede en recht. Nederland betuigt zich een goed gastland voor het Internationaal Gerechtshof en Internationaal Strafhof en bouwt aan coalities om deze steun te vergroten. Nederland zet zich ook in voor het versterken van elders gevestigde instituties zoals het Europese Hof voor de Rechten van de Mens en de Raad van Europa. Gerechtigheid voor aanslag MH17. Nederland blijft zich inspannen om de daders van de aanslag op de MH17 hun straf te laten uitzitten en steunt de procedure tot staatsaansprakelijkheid van Rusland. Erken de Armeense genocide. De ChristenUnie wil dat het nieuwe kabinet de Armeense genocide erkent en dringt er, in EU-verband, ook bij Turkije op aan om hetzelfde te doen, als begin van de verzoening tussen de volken van Armenië en Turkije. Daarbij gaat het ook over de Assyriërs/ Arameeërs en de Pontische Grieken die eveneens slachtoffer waren van de genocide. Bescherm de Armeense bevolking. Nederland zet zich, ook in Europees verband, in voor een einde aan het conflict tussen Armenië en Azerbeidzjan. Inzet is gebruik van geweld tegen te gaan en om tot een duurzame oplossing te komen. We hebben daarbij in het bijzonder oog voor de Armeense bevolking in Artsakh (Nagorno-Karabach). Erken de genocide onder Jezidi's. De genocide op de Jezidi's door IS verdient erkenning, daar moet Nederland zich voor blijven inspannen. Die inspanning gaat hand in hand met goede zorg voor Jezidi-slachtoffers van de terreurdaden van IS. Steun de bevolking van Iran in hun strijd voor een democratische rechtsstaat. Nederland moet zich maximaal inspannen om het regime te isoleren en de Revolutionaire Garde op de Europese terreurlijst te plaatsen. Daarnaast komt er een exportverbod op Europese goederen, met uitzondering van consumentengoederen, medicijnen en medische apparatuur. Zorgen over China. Nederland blijft aandacht vragen voor het hartverscheurende lot van minderheden in China, zoals Oeigoeren. Dat geldt ook voor de discriminatie en onderdrukking van andere etnische en religieuze minderheden, zoals christenen. Daarom scherpen we de politieke sancties aan. De zorgen over China zien ook op de positie van Taiwan. Nederland moet --- pdf_page: 128 --- daarom de banden met Taiwan versterken. China speelt een ondermijnende rol in de multilaterale fora door te stellen dat economische groei en ontwikkeling boven de naleving van mensenrechten gaan. Nederland blijft hier scherp op en zal dit in samenwerking met gelijkgezinde landen tegengaan. Het lot van de Rohingya. De situatie van de Rohingya-minderheid in Myanmar en Bangladesh vraagt eveneens blijvende aandacht. Nederland draagt bij aan pogingen om de verantwoordelijke militaire gezaghebbers wegens misdrijven te berechten onder internationaal recht en komt ook in brede zin op voor de bevolking van Myanmar die lijdt onder de coup die in 2021 plaatsvond. Verbonden met Bosnië en Herzegovina. De tienduizenden overlevenden van de genocide in Bosnië en Herzegovina (met name uit Srebrenica) hebben een vriend aan Nederland. Door de verweving van onze geschiedenis met die van Bosnië en Herzegovina houdt Nederland met een monument de herinnering aan de genocide in leven. We vragen aandacht voor gewelddadig separatisme en stellen in de Europese Unie dat er niet getornd mag worden aan de federale eenheid van Bosnië en Herzegovina. Verbonden met Suriname. Nederland heeft historisch gezien een bijzondere band met Suriname en zet zich daarom actief in om deze betrekkingen te onderhouden en te versterken. Dit uit zich onder andere in de samenwerking voor uitwisseling van kennis en ondersteuning op bijvoorbeeld het gebied van de rechtsstaat, gezondheidszorg, energievraagstukken, bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit, duurzaamheid en landbouwinnovatie. Ook wordt ingezet op het vergroten van wederzijdse economische kansen voor het MKB. Nederland zet zich tevens, in Europees verband, in om Surinamers visumvrij te laten reizen naar Nederland. Molukkers en Papoea's. Nederland heeft een bijzondere verplichting ten opzichte van de Molukkers en Papoea's in Nederland en de bevolking van West-Papoea. Nederland zet zich in voor onafhankelijk toezicht op mensenrechten in West-Papoea. Bestrijd ecocide. Ecocide (het ernstig beschadigen of vernietigen van een ecosysteem in zodanige mate dat het vreedzaam gebruik van dit gebied door de inwoners ernstig verminderd is of zal worden) wordt opgenomen in het internationaal strafrecht, door het als vijfde pijler toe te voegen aan het Statuut van Rome. Geef rekenschap van verleden. Om geloofwaardig op te kunnen treden tegen mensenrechtenschendingen is het van belang dat Nederland de zwarte bladzijdes uit het eigen verleden onder ogen ziet. De excuses voor het slavernijverleden en de kabinetsreactie naar aanleiding van het onderzoek naar de onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië zijn hierin een voorbeeld. # Rechtvaardige vrede in het Midden-Oosten Vrede in het Midden-Oosten is een diepgevoelde wens van velen. Christenen weten zich op Bijbelse gronden met het Joodse volk verbonden. Voor de veiligheid in een regio die gekenmerkt wordt door instabiliteit, autoritaire regimes en bloedige conflicten is vrede van groot belang. De staat Israël is voor Joden de laatste hoop op een veilige plek in een wereld waarin het giftige antisemitisme onuitroeibaar blijkt. Gelet hierop en op de instabiliteit van de regio staat de ChristenUnie voor politieke steun aan de staat Israël, met inachtneming van internationale rechtsbeginselen. Onderdeel daarvan is de vestiging van de Nederlandse ambassade in Jeruzalem, de ongedeelde hoofdstad van Israël. We maken ons grote zorgen over de spiraal van geweld tussen Israëliërs en Palestijnen maar houden hoop op verzoening tussen Israël en de Palestijnen. Kleinschalige verzoeningsprojecten laten op een goede manier zien hoe Israëliërs en Palestijnen elkaar echt kunnen ontmoeten en kunnen samenleven. Hoopvol zijn ook de verbeterde betrekkingen tussen Israël en enkele Arabische landen in de regio. Een vredesregeling kan pas standhouden met veilige en erkende grenzen voor Israël en de erkenning van het recht op zelfbeschikking voor de Palestijnen. --- pdf_page: 129 --- Verzoening en samenwerking van onderop in Israël. Om vrede 'van onderop' te bevorderen, investeren we in verzoeningsprojecten, economische en humanitaire samenwerking en een duurzame water- en energievoorziening. Processen van vrede, verzoening en samenwerking worden gestimuleerd en niet met boycots gefrustreerd. Er gaat geen Nederlands belastinggeld naar organisaties die een (economische) boycot van Israël nastreven. Er kan geen sprake zijn van eenzijdige labeling van producten afkomstig uit de West Bank en de Golanvlakte. Versterk mensenrechten en de rechtsstaat. Het Nederlandse beleid is gericht op respect voor mensenrechten en het versterken van de democratische rechtsstaat, zowel in de Palestijnse gebieden als in Israël. We ondersteunen Palestijnse christenen die in een benarde situatie zitten. Heropen vredesonderhandelingen. Het vredesproces is helaas op een dood spoor geraakt. Alles moet in het werk worden gesteld om rechtstreekse Israëlisch-Palestijnse onderhandelingen heropend te krijgen. Toezicht op hulpgelden. Hulpgelden aan de Palestijnse Autoriteit moeten ten goede komen aan de Palestijnse burgers. Directe financiële hulp aan de Palestijnse Autoriteit wordt gestopt als deze wordt aangewend voor zaken die het vredesproces belemmeren, zoals het belonen van veroordeelde Palestijnse terroristen en het verheerlijken van terreurdaden. Israël eerlijk behandelen. Nederland zet zich in voor een eerlijke behandeling van Israël binnen de EU en in internationale samenwerkingsverbanden. # Oog voor de allerarmsten wereldwijd Meer dan 700 miljoen mensen leven wereldwijd in extreme armoede. Daar zijn 466 miljoen kinderen en jongvolwassenen bij. Dat raakt ons. Juist ook omdat onze welvaart en consumptiepatroon dikwijls ten koste gaan van de landen en gemeenschappen waar deze mensen leven. Het is daarom de diepste overtuiging van de ChristenUnie dat Nederland naar kracht dient bij te dragen aan het verlichten van tekort en lijden in de wereld door hulp te geven op die plekken waar dat een verschil maakt en gemeenschappen versterkt. Daarvoor is het belangrijk om samen te werken met (lokale) maatschappelijke en religieuze organisaties die mensen en gemeenschappen in een kwetsbare of minderheidspositie kunnen bereiken. Omdat we het belangrijk vinden oog te hebben voor de allerarmsten, is Nederland er ook scherp op dat inspanningen op andere beleidsterreinen niet strijdig zijn met de inzet op ontwikkelingssamenwerking. Reserveer meer geld voor ontwikkelingssamenwerking. Nederland moet 0,7\% van het bruto nationaal inkomen (BNI) gaan uitgeven uit aan ontwikkelingssamenwerking. In Europees verband is de ChristenUnie er alert op dat ontwikkelingsfondsen niet worden aangewend voor militaire uitgaven. Uitgaven voor de opvang van asielzoekers of het stimuleren van de Nederlandse handel zouden niet meer ten koste moeten gaan van het budget voor ontwikkelingssamenwerking. Geef prioriteit aan de armste landen. De ChristenUnie wil dat in elk geval 50\% van het ontwikkelingsbudget wordt besteed aan verbetering van de leefomstandigheden in landen met de grootste armoede en achterstanden. Dat betekent een duurzaam commitment met die landen en het ondersteunen bij het opzetten of vormgeven van sociale vangnetten in deze landen, met speciale aandacht voor de meest gemarginaliseerde groepen, zoals mensen met een beperking. Om deze groepen te bereiken kijken we nadrukkelijk ook naar religieuze actoren die in die gemeenschappen een belangrijke rol spelen. Versterk het maatschappelijk middenveld. Minstens een derde van het ontwikkelingsbudget moet worden besteed via maatschappelijke organisaties, met de nadruk op het versterken van het maatschappelijk middenveld in de ontwikkelingslanden. Om Nederlandse organisaties niet te afhankelijk te maken van de Nederlandse overheid en om het draagvlak in de Nederlandse --- pdf_page: 130 --- maatschappij te versterken, geldt het uitgangspunt dat organisaties stapsgewijs toewerken naar het inzetten van 50\% particuliere, anders dan door een overheid verkregen, gelden. Laat noodhulp samengaan met wederopbouw. Noodhulp wordt waar mogelijk gekoppeld aan duurzame wederopbouw en een langdurig commitment. Dat kan door het voortzetten van de structurele meerjarenfinanciering van de Dutch Relief Alliance (DRA). Investeringen vanuit de internationale gemeenschap blijfen de laatste jaren ver achter bij de noodzakelijke bedragen voor hulp aan slachtoffers van oorlog en conflict. Nederland gebruikt haar diplomatieke gewicht om statelijke donoren te bewegen richting grotere investeringen in acute noodhulp en wederopbouw en geeft zelf het goede voorbeeld. Investeer in gezondheid en weerbaarheid. Nederland zet in op de verbetering van de eerstelijnsgezondheidszorg, in het bijzonder voor vrouwen, jongeren en kinderen. Nederland blijft zich inspannen voor kennisoverdracht, voorlichting over en preventie van ongewenste zwangerschappen en seksueel overdraagbare aandoeningen, en ook voor goede, toegankelijke moeder-kind zorg. Daarbij wordt rekening gehouden met de sociale, culturele en religieuze perspectieven en de context van de lokale gemeenschap. Versterk mondiale gezondheidssystemen. De ChristenUnie wil investeren in mondiale gezondheid, onder andere om beter voorbereid te zijn op een volgende pandemie. We werken aan brede toegankelijkheid van kennis en technologie, versterken internationale samenwerkingsverbanden als de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en hebben oog voor de wensen en belangen van het Mondiale Zuiden. Ga geweld tegen vrouwen en kinderen tegen. Wereldwijd is er veel (seksueel) geweld tegen vrouwen en kinderen, zoals vrouwenbesnijdenis, kindhuwelijken en (online seksuele uitbuiting). Nederland blijft zich inspannen om geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld tegen te gaan. Ga kinderarbeid tegen. Bestrijding van kinderarbeid betekent versterken van kinderrechten. Nederland investeert in child labour free zones en sociale vangnetten voor weeskinderen. Bied perspectief voor jongeren. Veel jongeren groeien op zonder perspectief op een menswaardig bestaan en toekomst. Daarom blijft de ChristenUnie zich inzetten voor onderwijs en werkgelegenheid, met name voor meisjes, in die landen waar de toekomst voor jongeren onzeker is. Wereldwijde klimaatrechtvaardigheid. De ChristenUnie zet in op een eerlijke verdeling van internationale klimaatfinanciering. Nederland draagt met additionele middelen bij aan het op de klimaattop van 2022 opgerichte klimaatschadefonds. Klimaatadaptatie. Naast onze verantwoordelijkheid om de klimaatcrisis een halt toe te roepen zet Nederland ook in op internationale klimaatadaptatie, de weerbaarheid van mensen en landen om met veranderende klimaatomstandigheden om te gaan. Gerechtigheid voor de natuur en haar beschermers. Nederland maakt zich sterk voor de bescherming van milieuactivisten en natuurbeschermers wereldwijd. We steunen hun strijd tegen ontbossing en milieuvervuiling door in te zetten op het behoud van ecosystemen, natuur, herbebossing en de leefomgeving van de inheemse en lokale bevolking. Investeer in internationale preventie van de klimaatcrisis. Nederland neemt een voorbeeldrol in het aanpakken van de klimaatcrisis en gebruikt haar internationale gewicht om wereldwijd landen actief aan te moedigen effectieve klimaatdoelen te stellen en zich te houden aan hierover gemaakte afspraken. Investeer in lokaal ondernemerschap. Met ontwikkelingsgeld moeten we niet investeren in Nederlandse handel maar in lokaal ondernemerschap en werkgelegenheid. Dus minder nadruk op export, meer nadruk op inclusieve en duurzame economische ontwikkeling (circulaire economie), ondersteuning van lokaal ondernemerschap en stoppen met aan handelsvoorwaarden gebonden hulp. --- pdf_page: 131 --- Voorkom tegenstrijdig beleid. Overheidsbeleid op andere terreinen mag niet haaks staan op de inspanningen vanuit ontwikkelingssamenwerking. Toets nieuw beleid, wet- en regelgeving op de bijdrage aan het behalen van de Sustainable Development Goals (SDGs) en op mogelijk onbedoelde negatieve effecten op ontwikkelingslanden. Investeer in expertise op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Er komt naast de diplomatieke opleiding van ambtenaren een speciaal opleidingstraject om specifieke expertise te verwerven op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Dit zorgt voor een evenwichtig personeelsbestand en expertise op de juiste dossiers. In de opleidingen moet aandacht zijn voor de rol van religie en gemarginaliseerde groepen in samenlevingen. Bescherm het recht om hulp te bieden. Het bieden van hulp is niet altijd zonder gevaar. Nederland treedt met andere landen in woord en daad op wanneer humanitaire hulpverlening wordt belemmerd en bedreigd. De ChristenUnie is tegenstander van wet- en regelgeving die humanitaire hulpverlening criminaliseert. Sterke rechtsstaat en democratie. Nederland zet zich, met gelijkgezinde landen, wereldwijd in voor het bevorderen van democratie en rechtsstaat en goed bestuur. Dat betekent ook dat we er op toezien dat op een verantwoorde manier wordt omgegaan met Nederlandse ontwikkelingsgelden. # Eerlijke buitenlandse handel Als we kiezen voor nieuw rentmeesterschap, kiezen we ook voor eerlijke handel. En dat is nodig. Van alle Europese landen heeft Nederland de slechtste papieren als het gaat om de impact van ons handelen op de kansen voor andere landen om zich duurzaam te ontwikkelen. Als onze manier van produceren en consumeren gaat veranderen, gaat dat ook iets betekenen voor onze omgang met handel. Duidelijke normen voor eerlijke en duurzame productieketens zijn nodig. We wachten niet meer tot andere landen die keuzes voor ons maken. We moeten voorop gaan in het normeren van ons gedrag en het beschermen van wat kwetsbaar is. Dichtbij én ver weg. Verplicht maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. We willen dat iedereen beter wordt van internationale handel. Daarom voert het nieuwe kabinet de Wet verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen (Wvedio) in. De wet komt voort uit een initiatiefwetsvoorstel van de ChristenUnie en vijf andere partijen. Deze wet verplicht bedrijven om zorg te dragen voor de naleving van mensenrechten en de bescherming van het milieu, ook door de buitenlandse bedrijven waarmee zij zakendoen. Maak OESO-richtlijnen ook de norm voor Europese IMVO-wetgeving. Ook Europese wetgeving die internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) verplicht stelt, dient volledig in lijn te zijn met de richtlijnen voor gepaste zorgvuldigheid die binnen de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) zijn afgesproken. Geef als overheid het goede voorbeeld. Het kabinet brengt in 2024 het Maatschappelijk Verantwoord Inkoopbeleid (MVI) van de Nederlandse overheid in lijn met de OESO-richtlijnen. Stel Europese standaarden als norm. Standaarden die binnen de EU gelden op het gebied van klimaat, volksgezondheid, dierenwelzijn, voedselveiligheid, milieu, privacy en de positie van werknemers moeten ook gelden voor producten die door de EU worden geïmporteerd. Het gaat hierbij zowel om product- als productiestandaarden. We pleiten in Europees verband voor een systeem waarbij niet alleen op $\mathrm{CO}_{2}$, maar op alle planetaire grenzen waar we in Europa beleid op maken, aan de grens een heffing getroffen mag worden. --- pdf_page: 132 --- Gooi onze uitstoot niet over de schutting. Bij de maatregelen die we nemen om te verduurzamen en onze consumptie te matigen is het cruciaal dat we zogenaamde weglekeffecten voorkomen. Vermindering van onze $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot mag niet leiden tot meer broeikasuitstoot en vervuiling in andere delen van de wereld. Geen exportkredietverzekering fossiele industrie. Ook bedrijven die een exportkredietverzekering willen afsluiten, moeten voldoen aan IMVO-normen. De beschikbaarheid van exportkredietverzekeringen voor de fossiele energie worden beperkt. Kritisch zijn op handelsverdragen. De ChristenUnie is kritisch op de gevolgen van handelsverdragen voor mens en natuur en voor de voedselzekerheid en voedselveiligheid. Daarmee kan er geen steun zijn voor het huidige Mercosurverdrag tussen de Europese Unie en Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay. Monitor het effect van vrijhandelsakkoorden. Monitoring van de effecten van vrijhandelsakkoorden voor ontwikkelingslanden is cruciaal om te waarborgen dat vrijhandel duurzame en inclusieve ontwikkeling stimuleert. Er moet een robuust monitoringsmechanisme komen dat directe belanghebbenden de mogelijkheid tot inspraak biedt. Geen speciale arbitrage voor multinationals. Multinationals mogen geen exclusieve juridische rechten krijgen ten opzichte van burgers en mkb-bedrijven. Dus geen afzonderlijke juridische arbitrage voor multinationals. Pak belastingontwijking aan. Belastingontwijking leidt tot sociale onrechtvaardigheid. Belasting hoort te worden betaald waar winst en inkomen worden verkregen. De ChristenUnie wil dat Nederland meer doet om belastingontwijking tegen te gaan, ook in eigen land. Bedrijven moeten openbaar maken waar zij belasting betalen. Dit geldt ook voor buitenlandse bedrijven die in Europa opereren, met de nadruk op multinationals. Zie ook ons kader over belastingen onder hoofdstuk 2. Voorkom afhankelijkheid van China. Op economisch vlak zijn we te veel afhankelijk van China. Daarom moet Nederland in Europa afspraken maken om zeggenschap of eigendom te behouden van cruciale bedrijven of infrastructuur, zoals banken en zeehavens. # 5.3. Dienstbaar in Europa ## Koester de Europese waardengemeenschap De Europese Unie is een waardengemeenschap. Eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van mensenrechten vormen de basis voor Europese samenwerking. Die samenwerking heeft de afgelopen decennia bijgedragen aan vrede en welvaart op ons continent en dus ook in Nederland. Dat is bijzonder, wie kijkt naar de geschiedenis, en de wereld om ons heen ziet dat samenwerking en vrede eerder een uitzondering dan de norm zijn. De ChristenUnie wil onze Europese waardengemeenschap koesteren. Dat doen we door ons uit te spreken wanneer Europa, of lidstaten niet naar die waarden handelen maar ook door de parlementaire controle op Europese besluitvorming te verbeteren. Voor verdere samenwerking is en blijft voor de ChristenUnie het uitgangspunt dat politieke besluiten zo dicht mogelijk bij de mensen genomen moeten worden. Versterk de Europese samenwerking. De ChristenUnie wil meer Europese samenwerking op de grote, grensoverschrijdende uitdagingen van onze tijd: klimaatverandering, migratiebeleid, belastingontwijking een eerlijke (digitale)economie en geopolitiek beleid. --- pdf_page: 133 --- Oog voor nationale soevereiniteit. Voor goede Europese samenwerking is ook belangrijk dat helder is waar de lidstaten aan zet zijn en de Unie niet direct over gaat. Uitgangspunt voor de ChristenUnie is hierbij subsidiariteit: besluiten worden zo dicht mogelijk bij mensen genomen waar dat kan en effectief is, zoals bijvoorbeeld de zorg of het onderwijs. Ook wanneer op onderwerpen wel Europese besluitvorming het beste is, willen we dat er ruimte is voor eigenheid van en verschillen tussen lidstaten, regio's en gemeenschappen. Werk samen voor strategische autonomie. Europa moet minder afhankelijk worden van anderen waar het gaat om essentiële producten. Bijvoorbeeld door cruciale productieketens beter te spreiden over verschillende landen of productieketens deels terug te halen naar Europa. Ook als het gaat om energie moet de EU haar afhankelijkheid van externe leveranciers verminderen. Sterker Europees leiderschap. Geopolitieke ontwikkelingen dichtbij en ver weg eisen een Unie die daadkrachtig optreedt. Het vetorecht van een enkele lidstaat op Europees buitenlands beleid verzwakt die daadkracht. Daarom is de ChristenUnie voorstander van het invoeren van besluitvorming met gekwalificeerde meerderheid voor het Europese buitenlandbeleid. Nederland blijft wel altijd zelf besluiten over de inzet van haar troepen. Scherp de nationale controle op Europese besluitvorming aan. Het Nederlandse parlementaire stelsel is onvoldoende ingesteld op de intensieve Europese samenwerking die is ontstaan. Daardoor schiet de nationale parlementaire controle op Europese besluitvormingsprocessen tekort. De bevoegdheden en afspraken over de controle van Europese besluitvorming leggen we vast in een Europawet. Er komt een gezamenlijke Europacommissie, samengesteld uit leden van de Eerste en Tweede Kamer, die tot taak heeft het handelen van de Nederlandse regering in Europa intensiever te controleren. Tweederde meerderheid bij wijzigingen in de verdeling van bevoegdheden. Bij een wijziging van het verdrag betreffende de Europese Unie besluit ons nationale parlement met twee derde meerderheid. Een transparantere Unie. Een transparante Unie is een voorwaarde voor draagvlak en duurzame acceptatie van Europese besluiten. Dit vraagt een beter lobbyregister en meer transparantie over de onderhandelingen tussen Europees Parlement en de Raad, bijvoorbeeld over agenda's en deelnemers van onderhandelingen. Verder moeten Europese Wob-verzoeken sneller worden behandeld en moet het bereik worden uitgebreid naar onder meer SMS- en Whatsappverkeer. Stoppen met Straatsburg. Het Europees Parlement vergadert alleen nog in Brussel. Zolang Frankrijk dit blokkeert betalen zij, als het aan de ChristenUnie ligt, de rekening voor de extra kosten. Bescherm de rechtsstaat in Europa. De EU heeft politieke, juridische en financiële instrumenten nodig om de rechtsstaat in Europa te beschermen. Nederland trekt hierin op met gelijkgestemde landen en steunt voorwaardelijkheid van financiële fondsen om de rechtsstaat te beschermen. Bij ernstige bedreiging van de rechtsstaat of ernstige corruptie wil de ChristenUnie dat de Europese Raad niet meer alleen unaniem, maar ook met een vier vijfde meerderheid kan beslissen dat een land in aanmerking komt voor stevige sancties. Er komt een versnelde procedure voor inbreukprocedures wanneer het de rechtsstaat betreft. Investeer in belangrijke buren. Nederland en de EU blijven werk maken van goede relaties met het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, IJsland en Zwitserland, bijvoorbeeld op het gebied van defensie en energie. De positie van Noord-Ierland verdient hierbij bijzondere aandacht. Voor toegang tot de EU-markt moeten deze landen blijven voldoen aan de hoge standaarden die ook gelden voor de lidstaten van de EU. Grenzen aan de Unie. Nieuwe landen die willen toetreden tot de Europese Unie moeten voldoen aan de eisen die bij onze waardengemeenschap horen. Daarbij heeft de ChristenUnie in het bijzonder oog voor de criteria voor de rechtsstaat, democratie en het borgen van mensenrechten. --- pdf_page: 134 --- Ook moet een land op economisch niveau geloofwaardig kunnen aansluiten. Als op basis van die criteria toetreding in de nabije toekomst niet in de rede ligt, is de Europese Unie daar helder over en zoekt ze naar andere betekenisvolle vormen van samenwerking. Geen lidmaatschap voor Turkije. Turkije kwalificeert zich door zijn buitenlands en binnenlands optreden niet als mogelijke lidstaat van de Europese Unie. Daarom worden de toetredingsonderhandelingen met Turkije gestaakt. # De toekomst van de euro De euro heeft veel dingen makkelijker gemaakt voor inwoners en ondernemers. Het is makkelijker om in Europa op vakantie te gaan en het is eenvoudiger handel te drijven op ons continent. Maar daarmee is niet alles gezegd, er zijn ook zorgen. De euro is voor het noorden te goedkoop, maar voor Zuid-Europa te duur. Waar de export van het noorden door de euro de laatste tijd floreerde, kwam die van het zuiden juist op achterstand te staan. Dat dit tot grote problemen en politieke spanning over begrotingsbeleid en omgang met schulden kan leiden, is gebleken uit de crises van de afgelopen jaren. En dat is begrijpelijk: hoe een oudedagsvoorziening of sociaal vangnet moet worden vormgegeven moeten landen zelf beslissen, met oog voor de eigen culturele en sociale context. Maar kan dat wel, als dit leidt tot slechter wordende overheidsfinanciën, wat - doordat sprake is van een muntunie - een financieel risico voor álle lidstaten vormt? De muntunie is dus niet noodzakelijkerwijs stabiel of te allen tijde houdbaar. Eenduidige begrotingsregels en de daadwerkelijke handhaving daarvan en afstemming van het macro-economisch beleid moet de stabiliteit zo veel als mogelijk waarborgen, maar wel in het besef dat het intact blijven van de eurozone niet ten koste van alles kan en mag gaan. Moderniseer de begrotingsregels. Het stabiliteits- en groeipact (SGP) moet worden herzien. Het voorstel van de Europese Commissie daartoe is een goede aanzet. Belangrijker dan al te gedetailleerde regels is daadwerkelijke handhaving. Liever iets minder complexe en vergaande begrotingsregels die wel worden afgedwongen, dan ingewikkelde en verstrekkende maatregelen die dermate strenge eisen stellen op het gebied van schuldafbouw dat de verleiding op de loer ligt om niet te handhaven. Er moet een onafhankelijke Europese budgettaire handhavingsautoriteit mét (sanctie-)bevoegdheden komen. Gedwongen exit-optie én schuldkwijtschelding. Wij zijn er voorstander van dat een land dat stelselmatig niet voldoet aan de criteria voor de gemeenschappelijke munt uit de eurozone kan worden gezet. Dat is ook in het belang van het betreffende land zelf omdat er dan een socialer aanpassingsproces kan worden gevolgd dan bij eurozone-deelname. Daarbij blijven we een helpende hand reiken, in de vorm van een economisch herstelprogramma, inclusief schuldverlichting én blijvend lidmaatschap van de EU. Ook krijgt het land desgewenst uitzicht op hernieuwde toetreding tot de eurozone in de toekomst, mits duurzaam aan de criteria kan worden voldaan. Institutioneel moet dit alles goed worden ingebed om domino-effecten bij uittreding te beperken. Solidair, maar geen eurobonds. In tijden van nood willen we bij uitstek solidair zijn binnen de Europese Unie. Toch mag dit geen aanleiding zijn om de door sommigen lang gekoesterde wens voor eurobonds te vervullen en daarmee een volgende stap richting federalisering te zetten. --- pdf_page: 135 --- Niet verplicht de euro. De ChristenUnie wil dat de automatische koppeling tussen de Europese Monetaire Unie en de EU wordt losgelaten. Van bankenunie naar kapitaalmarktunie. De komst van het Europees Stabiliteits Mechanisme (ESM) en toezicht op Europees niveau helpen voorkomen dat banken en nationale overheden elkaar meetrekken in een neerwaartse spiraal, zoals tijdens de kredietcrisis gebeurde. Het resolutiemechanisme helpt daarnaast te voorkomen dat banken, als het mis gaat, moeten worden gered met belastinggeld. Het is nu zaak de bankenunie af te ronden en werk te maken van de kapitaalmarktunie, die overheden bijvoorbeeld kan helpen om geld op te halen voor de transitie naar een duurzame economie, met green bonds. Stop met het opkopen van schulden en negatieve rentes. Het opkopen van schulden door de Europese Centrale Bank (ECB) is de laatste jaren van een crisisinstrument verworden tot een regulier monetair instrument. Inmiddels voert de ECB een verkrappend monetair beleid om de inflatie te temperen. Wij willen dat de ECB niet terugkeert naar het beleid van de laatste jaren, maar zich richt op zijn kerntaak: het bewaken van de prijsstabiliteit. Daarbij moet niet koste wat kost de inflatie 'net onder, maar dichtbij' de 2\% worden gehouden. Dat heeft geleid tot onverantwoorde kunstgrepen als negatieve rentes. Beter is om voortaan met een bandbreedte te werken van bijvoorbeeld 1 à $2 \%$ op middellange termijn. Geen digitale euro als nut en noodzaak voor burger niet aantoonbaar is. In het huidige voorstel is de digitale euro een oplossing op zoek naar een probleem. Dit terwijl onwenselijke eigenschappen als programmeerbaarheid niet categorisch uit te sluiten zijn. --- pdf_page: 136 --- # Christen Unie
⚠️ Voor AI gebruikers:
Kopieer de content hierboven en plak in je AI chat voor analyse.