Home
›
JA21
›
2021
Politiek.ai - JA21 2021
Voor plain text: voeg
/raw
toe aan de URL
Feedback over pdf→tekst fouten of Politiek.AI?
📋 Kopieer Content
💾 Download .txt
--- url: https://politiek.ai/tk/ja21/2021 --- # ═══════════════════════════════════════ # JA21 - 2021 # ═══════════════════════════════════════ --- pdf_file: "JA21_verkiezingsprogramma_TK_2021" pdf_source_url: "https://dnpprepo.ub.rug.nl/id/eprint/86186" program_title: "Het juiste antwoord" party_full: "Conservatieve Liberalen" election_date: "2021-03-17" total_pages: 75 token_count: 42090 pdf_page: 1 --- # JA21 VERKIEZINGSPROGRAMMA 2021-2025 ## Het Juiste Antwoord --- pdf_page: 2 --- # VOORWOORD Net als velen van u zou ik nergens liever willen leven dan hier. Ons mooie land heeft een gigantisch potentieel. We zijn innovatief, nuchter, hardwerkend, trots op wie we zijn en gezegend met een indrukwekkende geschiedenis en een gezonde handelsgeest. Een Nederland dat Nederland durft te zijn is tot ongekende prestaties in staat. Al sinds de komst van Pim Fortuyn in 2002 laten miljoenen kiezers weten dat het op de grote terreinen van misdaad, migratie, het functioneren van de publieke sector en Europa anders moet. Nederland zal in een uitdijend en oncontroleerbaar Europa meer voor zichzelf moeten kiezen en vertrouwen en macht moeten terugleggen bij de kiezer. Maar keer op keer krijgen rechtse kiezers geen waar voor hun stem. Wie rechts stemt krijgt daar immigratierecords, een steeds verder uitdijende overheid, stijgende lasten, een verstikkend ondernemersklimaat, afschaffing van het referendum en een onbetaalbaar en irrationeel klimaatbeleid voor terug die ten koste gaan van onze welvaart en ons woongenot. Ons programma is een realistische conservatief-liberale koers voor iedereen die de schouders onder Nederland wil zetten. Positieve keuzes voor een welvarender, veiliger en herkenbaarder land waarin we criminaliteit keihard aanpakken, behouden wat ons bindt en macht terughalen uit Europa. Met een overheid die er voor de burgers is en goed weet wat ze wel, maar ook juist niet moet doen. Een land waarin we hart hebben voor wie niet kan, maar hard zullen zijn voor wie niet wil. Wij zijn er klaar voor. Samen met onze geweldige fracties in de Eerste Kamer, het Europees Parlement en de Amsterdamse gemeenteraad én met onze vertegenwoordigers in de Provinciale Staten zullen wij na 17 maart met grote trots ook uw stem in de Tweede Kamer gaan vertegenwoordigen. Joost Eerdmans, Lijsttrekker --- pdf_page: 3 --- # INLEIDING JA21 gaat het gedachtegoed van de conservatieve liberalen direct vanaf de start stevig neerzetten in het politieke landschap. Daarvoor is een doordacht verkiezingsprogramma nodig. Onze partij is jong, maar we kunnen rekenen op de inzet van ervaren politici en medewerkers die maar wat graag hun expertise wilden delen. Zo zijn we erin geslaagd in korte tijd een programma op te stellen dat in begrijpelijke taal richting geeft. Conservatief: verbonden en liberaal, dus vrij. Sociaalrechts. Helder en duidelijk zonder ongezonde hang naar het extreme. Stellig en nuchter tegelijk. Kortom, een verkiezingsprogramma dat in balans is. Dit programma is het inhoudelijke fundament waardoor onze vertegenwoordigers zich verbonden weten. Elk verkiezingsprogramma heeft een eigen opzet. Voor iedere indeling valt iets te zeggen. JA21 kiest voor een verdeling in vier blokken: overheid, samenleving, economie en buitenland. In een vrij land ontleent de staat de soevereiniteit aan het volk. Invloed en betrokkenheid zijn onmisbaar voor het functioneren van een levende democratische rechtstaat. Eigendom vraagt respect, veiligheid dient vanzelfsprekend te zijn. Grenzen stellen wij open wanneer we willen, en we sluiten ze wanneer we dat nodig achten. De conservatief-liberale visie op de verhouding burger-overheid wordt uitgewerkt in Hoofdstuk 1, Betrouwbare Overheid. De overheid draagt zorg voor vrije burgers en een verbonden samenleving. Vanuit de conservatief-liberale kijk is het niet de overheid, maar zijn het de inwoners van Nederland die dit land vormen tot wat het is. Zaken als wonen, ontwikkelen, zorg, ontspanning, klimaat, informatieveiligheid en kunst krijgen daarop uitwerking in Hoofdstuk 2, Vitale Samenleving. Met elkaar zorgen wij ervoor dat het geld dat nodig is om de maatschappij in stand te houden, wordt verdiend. Hoe vanuit de conservatief-liberale invalshoek een krachtig verdienvermogen kan worden gewaarborgd, hoe werken lonend is en ondernemen winstgevend mag zijn en hoe onze energievoorziening kan worden gewaarborgd en vernieuwd, wordt uiteengezet in Hoofdstuk 3, Sterke Economie. Nederland heeft baat bij een sterk en betrokken buitenlandbeleid. Met landen in de EU, waarmee nauw wordt samengewerkt. Met de VS en het VK, waarmee we nauwe banden onderhouden. Met handelspartners, landen waarmee we samenwerken om hun economie en democratie te versterken. Hoe Nederland daar als soevereine --- pdf_page: 4 --- natie in staat, zet het conservatief-liberale perspectief in Hoofdstuk 4, Betrokken Buitenland uiteen. # JA21 is het juiste antwoord op rechts. Nicki Pouw-Verweij Voorzitter programmacommissie --- pdf_page: 5 --- # INHOUD BETROUWBARE OVERHEID ..... 4 1.1 De conservatief-liberale visie op burger en overheid ..... 4 1.2 Invloed en betrokkenheid ..... 4 1.3 Rechtstaat en politieke balans ..... 8 1.4 Veiligheid en criminaliteit ..... 10 1.5 Immigratie en asiel ..... 14 1.6 Integratie en Nederlandse identiteit ..... 17 VITALE SAMENLEVING ..... 20 2.1 De conservatief-liberale visie op de samenleving ..... 20 2.2 Van jong tot oud ..... 20 2.3 Onderwijs en ontwikkeling ..... 23 2.4 Wonen en bouwen ..... 28 2.5 Volksgezondheid en zorg ..... 33 2.6. Klimaat en milieu ..... 37 2.7. Informatie en privacy ..... 41 2.8 Cultuur en kunst ..... 44 STERKE ECONOMIE ..... 47 3.1. De conservatief-liberale visie op de economie ..... 47 3.2. Collectieve sector en lastendruk ..... 47 3.3 Sparen en pensioenen ..... 50 3.4 Energie en energietransitie ..... 52 3.5 Vervoer en infrastructuur ..... 56 3.6 Ondernemen en vernieuwen ..... 60 3.7 Landbouw en visserij ..... 62 BETROKKEN BUITENLAND ..... 66 1 De conservatief-liberale visie op samenwerking ..... 66 4.2 EU en euro ..... 66 4.3 Defensie en veiligheid ..... 69 4.4 Internationale handel en ontwikkeling ..... 72 --- pdf_page: 6 --- # 1. BETROUWBARE OVERHEID ### 1.1 De conservatief-liberale visie op burger en overheid In een vrij land richten inwoners zelf hun leven in, maken ze hun eigen keuzes en kiezen ze zelf hun bestemming. Onmisbaar is daarvoor de verbondenheid met gezin, familie, vrienden, clubs, verenigingen, geloofsgemeenschappen, cultuurinstellingen, sportverenigingen en nog veel meer. Het gaat om alles wat van Nederland het prachtige land maakt zoals de generaties voor ons dat in de loop van de eeuwen hebben gevormd en zoals wij dat met iedereen dag aan dag verder vormgeven. De overheid is er om het individu in dat fiere land aan de Noordzee te beschermen, om kansen te bieden en om te waarborgen dat collectieve verbanden ontplooiing mogelijk maken. Diezelfde overheid dient zeer terughoudend te zijn als het gaat om het ingrijpen in het leven van mensen. Dat is temeer het geval wanneer de inwoners van Nederland het gevoel krijgen dat de overheid op steeds meer terreinen opzichtig faalt en onthecht raakt van de samenleving. Een toenemend aantal mensen ervaart de overheid als vervreemd van hun eigen wensen en behoeften en buiten hun controle, terwijl dezelfde overheid blijft groeien en steeds dwingender optreedt in de persoonlijke levenssfeer. Intussen beperkt de invloed van gekozen vertegenwoordigingen zich steeds meer doordat een groeiend statelijk apparaat met een ondoordringbaar woud aan vertakkingen in de publieke en semipublieke sector in toenemende mate een eigen leven lijkt te gaan leiden. De coronacrisis heeft aan het licht gebracht hoezeer de overheid is verkokerd, in zichzelf is gekeerd en wordt gedomineerd door falende ambtelijke koninkrijken. JA21 wil terug naar een betrouwbare overheid die oog heeft voor de menselijke maat. Een overheid die de waarde van het individu en zijn sociaal-maatschappelijke verbanden herkent, die hun wensen en behoeften erkent en de noodzaak van vrijheid onderkent. ### 1.2 Invloed en betrokkenheid Soevereiniteit behelst de hoogste macht om onafhankelijk beslissingen en besluiten te nemen binnen de grenzen van een staat. In Nederland ontleent de staat deze macht aan het volk. De daadwerkelijke invloed en betrokkenheid van ons volk op en bij de staat vormt de toetssteen voor de legitimiteit en geloofwaardigheid van onze democratie. Die invloed is tanend, de betrokkenheid staat onder druk. Het is daarom dringend geboden onze volkssoevereiniteit aan de basis te verstevigen, in het besef dat de drang naar vrijheid een rode draad is in de geschiedenis van ons land. Het volk kiest volksvertegenwoordigers in de verschillende geledingen die ons land rijk is. In de Nederlandse traditie van coalities zijn samenwerking en compromissen onvermijdelijk. Negeren van grote groepen kiezers door het uitsluiten van partijen in de coalitievorming schaadt het aanzien van de democratie. Wat de invloed van het volk tevens uitholt, is de kennelijke neiging om wezenlijke vragen af te schilderen als te ingewikkeld voor gewone mensen. Bij gehouden referenda is gebleken dat de kiezers zich terdege inhoudelijk verdiepten in de aan hen voorgelegde vragen. Vervolgens bleek --- pdf_page: 7 --- met hun stem niets te gebeuren. Het invoeren van een referendum, waarvan de precieze opzet nader vorm kan krijgen maar dat volstrekt duidelijk maakt dat de wil van het volk in een tijdig stadium serieus wordt genomen, draagt voor JA21 bij aan een grotere invloed van het volk. Het instrument van een referendum op landelijk niveau kan provinciaal en gemeentelijk op manieren vorm krijgen die passen bij de bestuurslaag en bij de voorliggende vraag. Waar het om gaat, is dat het volk ook na de verkiezingen invloed heeft. Het is mogelijk en het is hard nodig. Wat de invloed van het volk op het bestuur betreft, valt te constateren dat Nederland in wezen nog altijd een land is van regenten. De werkelijke bestuurlijke en adviserende macht is in handen van een kleine groep mensen die in een onderling nauw verweven netwerk van personen en instellingen posten en posities verdelen. Afgezet tegen de politieke voorkeur zoals die tot uiting komt in verkiezingsuitslagen is er een aantoonbare onevenwichtigheid in de politieke voorkeur van benoemde functionarissen. Tussen de bevolking en de bestuurlijke elite ligt een kloof die om overbrugging vraagt. Ontmanteling van een hecht netwerk van personen en instituties is een haast onmogelijke opgave. Toch zal invloed van het volk niet zonder wezenlijke bijstelling kunnen van de wijze waarop de macht in dit land wordt verdeeld. Wat tot een hecht bolwerk van gevestigde partijbelangen is verworden, zal de poorten moeten openen voor buitenstaanders. JA21 vindt dat een bestuurlijk-ambtelijk stelsel geen monopolie dient te zijn van partijpolitieke netwerken en benoemingen die gevestigde belangen dienen, maar dat het toegankelijk dient te zijn voor de volle breedte van de samenleving. Ook bij instellingen die in uitvoerende en adviserende zin raakvlakken met de overheid hebben, moet de praktijk van partijpolitieke benoemingen uit een klein netwerk worden teruggedrongen. Bestuurlijk Nederland is al tientallen jaren in de ban van een nietsontziende schaalvergroting. Inmiddels is genoegzaam bekend dat hierdoor de afstand wordt vergroot, de kosten worden verhoogd en de kwaliteit wordt verkleind. Ambitieuze bestuurders hebben miljoenen verspild aan prestigieuze gebouwen, consultants en organisatietrajecten. Tegelijk verdween de eigenlijke taak naar de achtergrond, nam de bureaucratie toe en verminderde de dienstverlening. De opschaling heeft geleid tot onherkenbare kolossen die vooral een schaduw over hun omgeving werpen. De menselijke maat dient weer maatgevend te worden. In plaats van een in zichzelf gekeerde bureaucratie te voeden, moeten overheidsinstellingen als het aan JA21 ligt weer een dienende houding tegenover de samenleving innemen. De schandelijke toeslagenaffaire spreekt boekdelen over de tegenovergestelde richting waarin een onbeheersbaar uitdijend bestuurlijk-ambtelijk stelsel zich heeft ontwikkeld. In plaats van het systeem hoort datgene wat de bedoeling is het uitgangspunt te zijn. Het gaat immers om mensen en hun leefwereld. Die focus dient bij wetten en regels voorop te staan. Bij besluitvorming dient de kwaliteit en uitvoerbaarheid van wet- en regelgeving meer centraal te staan. Voor ambtenaren is inhoudelijke vakkennis belangrijker dan ideologische gedrevenheid. Ook voor de gemeenten is zichtbaar hoe invloed en betrokkenheid van de bevolking hebben moeten wijken voor de mantra 'groot, groter, grootst'. Terwijl uitgerekend de zogeheten eerste overheid dicht bij de eigen --- pdf_page: 8 --- inwoners hoort te staan. Schaalvergroting doet afbreuk aan de eigenheid van gemeenschappen die zich in hun gemeente willen herkennen. Er dient een einde te komen aan gedwongen samenvoeging van gemeenten. Gemeenten dienen meer ruimte te krijgen om op terreinen waarover zij gaan eigen keuzes te maken, ook als dat leidt tot verschillen tussen gemeenten. JA21 is voor het invoeren van een gekozen burgemeester, wat een herziening nodig maakt van de wijze waarop een gemeente worden bestuurd en bijdraagt aan het vergroten van de invloed en betrokkenheid van de inwoners. Gemeenteraden zijn geen filiaalhouders van de landelijke politieke partijen. Gemeentepolitiek hoort vooral gemeentelijk zijn. Verantwoord uitoefenen van invloed vergt verder gedegen, laagdrempelige en toegankelijke informatie. De Nederlandse Publieke Omroep (NPO) vervult daarin een wezenlijke rol door het bieden van een breed platform aan meningen en opvattingen die de hele samenleving evenwichtig vertegenwoordigen. In de praktijk is het omroepstelsel een spreekbuis geworden voor een beperkt deel van het politieke spectrum. De presentatoren, de keuze van thema's, de inhoudelijke duiding, dezelfde gasten die telkens weer worden uitgenodigd - alles wijst in één richting. Van onafhankelijkheid en objectiviteit wordt zelfs de schijn niet opgehouden. Grote groepen Nederlanders die zijn aangewezen op sociale media als tegenwicht voor de eenzijdige, op een aantal terreinen zelfs als activistisch ervaren beeldvorming door de NPO moeten zich weer thuis gaan voelen bij een publieke omroep die ook van hen is. Daarvoor vindt JA21 bijsturing van de NPO nodig. Dit kan samengaan met een beperking van de rol van het omroepstelsel tot een aantal duidelijk omschreven taken. Het publieke belang vereist een publieke omroep die deze taken waarborgt en waarvoor commerciële media geen alternatief bieden. Want invloed en betrokkenheid zijn nauw verweven met de vrijheid om deze tot uiting te brengen. Tegenover invloed en betrokkenheid staan sturing en onderwerping. Van een staatsinrichting gebaseerd op de soevereiniteit van het volk mag worden verwacht dat deze de vrijheid voor ogen houdt. Een totalitaire staat als China die de inwoners continu controleert en onder dreiging van sancties naar door de staat gewenst gedrag dirigeert, mag niet ons voorland zijn. Nederland is ontstaan uit de drang naar vrijheid, uit de behoefte van mensen om zelfstandig hun eigen fundamentele keuzes te maken in het leven. Als we er niet continu alert op zijn, dreigt ook ons land sluipend in een land te veranderen waarin de staat haar onderdanen op elk moment van de dag volgt, stuurt en controleert. Alertheid is nodig omdat het kleine stapjes zijn die naar deze weg leiden, zonder dat tegen de stapjes op zichzelf veel valt in te brengen. De vraag naar de juiste verhouding tussen de staat en het volk tekent zich scherp af tijdens de COVID-crisis. De staat heeft zich grote bevoegdheden toebemeten in pogingen om het verloop van de pandemie beheersbaar te houden. Het doorvoeren van maatregelen kan alleen wanneer er sprake is van doorzettingsmacht om deze af te dwingen. Tegelijk mag niet uit het oog worden verloren dat het bevoegdheden betreft met een tijdelijk karakter, en maatregelen die de toets van proportionaliteit moeten kunnen doorstaan. Een ongekozen bestuurder die onder het motto 'durven doorpakken' meent een vuurwerkverbod meteen permanent te mogen maken, verliest zowel de tijdelijkheid van de --- pdf_page: 9 --- bevoegdheden als de proportionaliteit van de maatregelen van het gremium dat hij vertegenwoordigt uit het oog. De reikwijdte van draagvlak voor het bestrijden van een crisis reikt tot aan de horizon van de crisis zelf. Het streven is wat JA21 betreft om verantwoord zo snel mogelijk naar het vertrouwde normaal terug te gaan. Terug naar een normaal Nederland waarin inwoners weer zeggenschap hebben over zaken waarin ze met het oog op de crisis betrokken en met gevoel voor verantwoordelijkheid een pas op de plaats maken. Uit de aanpak van de COVID-crisis kunnen lessen worden getrokken die Nederland beter voorbereiden op een volgende pandemie. Met de verworven kennis en inzichten moet het mogelijk zijn om scenario's te ontwikkelen die herhaling van een maandenlange lockdown met onoverzienbare sociaal-economische en maatschappelijke gevolgen voorkomen. ## JA21 wil $\checkmark$ Een referendum waarvan de precieze opzet nader vorm kan krijgen, maar dat volstrekt heldermaakt dat de wil van het volk in een tijdig stadium serieus wordt genomen. $\checkmark$ Overheidsinstellingen die toegankelijk worden voor kwaliteit uit de volle breedte van de samenleving, in plaats van een gesloten bolwerk te vormen van partijpolitieke benoemingen en gevestigde belangen. $\checkmark$ Een terugkeer naar de menselijke maat als richtinggevend voor overheden, zorginstellingen, woningcorporaties en het onderwijs. $\checkmark$ Gemeenten die geen filiaal zijn van landelijke partijen, wat onder meer invoeren van een gekozen burgemeester betekent. $\checkmark$ De rol van het omroepstelsel beperken tot een aantal duidelijk omschreven taken waarvan het publieke belang duidelijk is en bijsturing van de als activistisch ervaren beeldvorming door de NPO. $\checkmark$ Er continu alert op zijn dat Nederland niet sluipend in een land verandert waarin de staat haar onderdanen op elk moment van de dag volgt, stuurt en controleert. $\checkmark$ Scenario's ontwikkelen die herhaling van een maandenlange lockdown met onoverzienbare sociaal-economische en maatschappelijke gevolgen voorkomen. --- pdf_page: 10 --- # 1.3 Rechtstaat en politieke balans Zoals in veel westerse landen is de Nederlandse staatsinrichting beïnvloed door de trias politica van de Franse filosoof Montesquieu. De driemachtenleer richt de staat zo in dat de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechtsprekende macht van elkaar gescheiden zijn en elkaars functioneren bewaken. Zo krijgt niet een van deze machten de overhand. Dat voorkomt tirannie en bevordert vrijheid. In Nederland is de wetgevende macht de Staten-Generaal (Eerste Kamer en Tweede Kamer). Het parlement deelt de wetgevende taken met de uitvoerende macht, de regering. Zowel de Staten-Generaal als de rechtsprekende macht controleren de regering als uitvoerende macht. Daar waar de trias politica een zorgvuldig evenwicht veronderstelt, signaleert JA21 dat de verhouding tussen de wetgevende macht en de rechterlijke macht uit balans lijkt te raken. In verschillende rechtszaken met zwaarwegende en verstrekkende maatschappelijke en politieke gevolgen motiveren rechters hun uitspraken met overwegingen die op de keper beschouwd voor politieke argumenten kunnen doorgaan. Het benutten van een ruime interpretatiemarge wordt mogelijk door het naar eigen inzicht kunnen inkleuren van algemene regelgeving en het inroepen van allerlei bepalingen uit internationale verdragen. Het karakter van de uitspraken wekt de indruk dat rechters in wezen politieke knopen doorhakken. Dit verkleint de politieke speelruimte van de wetgevende macht en de uitvoerende macht. Om de rechterlijke macht geen speler te laten worden op het terrein dat aan de wetgevende macht en de uitvoerende macht toebehoort, is een herstel van het evenwicht geboden. Hoe dat juridisch vorm kan krijgen, is geen vooraf uitgemaakte zaak. Wel is duidelijk dat de rechterlijke macht zich niet in de richting van een Derde Kamer mag ontwikkelen. De wetgevende macht, en die van het parlement in het bijzonder, is bij een duidelijke terreinafbakening gebaat. Want politieke keuzes, daarover is JA21 helder, horen in wetten en aanverwante regelgeving thuis in plaats van in vonnissen. Deze notie van politiek primaat bij beleid betekent ook dat organisaties die enkel en alleen zijn opgericht om op grond van door hun verondersteld 'algemeen belang' overheidsbeleid aan te vechten een halt moet worden toegeroepen. Het dienen van het algemeen belang is bij uitstek een taak van de politiek. De rechter dient zich te richten op de belangen van (groepen) individuen die onrecht is aangedaan. Rechters die meegaan met activisten die beweren namens de hele samenleving te spreken, ondermijnen de democratie. Een aspect waarvoor in dit perspectief gezien aandacht is geboden, betreft de selectieprocedure van rechters. Rechters worden benoemd door de regering. In de praktijk wordt vrijwel altijd de aanbeveling gevolgd vanuit de rechterlijke macht. Deze feitelijke coöptatie is ondoorzichtig en brengt het risico met zich dat politieke en ideologische voorkeuren onuitgesproken doorwerken in een rechterlijke macht die zonder meer neutraal moet zijn. Het waarborgen van het evenwicht in de trias politica zoals deze in het Nederlandse staatsbestel vorm krijgt, maakt het onontkoombaar de procedure van de benoeming van rechters tegen het licht te houden. Onafhankelijke, onpartijdige rechtspraak vraagt ook om een balans in de achtergrond --- pdf_page: 11 --- van te benoemen rechters. JA21 vindt dat het niet zo mag zijn dat onder de dekmantel van de scheiding van machten een situatie ontstaat waarin het alleen met een in de selectieprocedure geaccepteerde politieke achtergrond mogelijk is toe te treden tot het Openbaar Ministerie of de rechtspraak. ## JA21 wil Voorkomen dat uitspraken van rechters met een ruime interpretatie van algemene regels en internationale verdragen de politieke speelruimte van ons parlement verkleinen. Dat rechters zich richten op de belangen van (groepen) individuen die onrecht is aangedaan in plaats van zich te lenen als vehikel voor activisten die beweren voor de hele samenleving te spreken. Een selectieprocedure voor rechters die behalve in theorie ook in werkelijkheid waarborgt dat de achtergrond van personen die tot de rechterlijke macht toetreden niet afhankelijk is van een bepaalde politieke voorkeur. --- pdf_page: 12 --- # 1.4 Veiligheid en criminaliteit Voor vertrouwen in de rechtstaat als institutioneel stelsel is vertrouwen in veiligheid op straat onmisbaar. Hoewel Nederland als zeer veilig bekend staat, is dat geen vanzelfsprekendheid meer. Miljoenen Nederlanders ervaren overlast, voelen zich onveilig of worden het slachtoffer van criminaliteit. Dit valt niet te wijten aan al die mensen die zich dag en nacht voor onze veiligheid inzetten, maar aan falend, naïef veiligheidsbeleid van de gevestigde politieke partijen. Beheersbaarheid van criminaliteit vraagt om een aanpak op het niveau van woonwijken. Daarom zijn wijkagenten essentieel voor veiligheid, leefbaarheid en het vroeg signaleren van criminaliteit. Wijkagenten die zijn weggesaneerd, of die elders worden ingezet vanwege capaciteitsproblemen binnen de politie, moeten weer terug in de wijken. In de wijken openen als het aan JA21 ligt weer politiebureaus de deuren. De politie is ook gebaat bij het kunnen inzetten van cameratoezicht. Voor het verbeteren van de leefbaarheid in wijken en buurten moet de overlast worden teruggedrongen. Het beleid moet zich op de hardnekkigste groep gaan richten: notoire overlastgevers. Deze groep bestaat voor een groot deel uit verslaafden, asielzoekers, daklozen, jeugdgroepen en bendes. Deze overlastgevers komen veelvuldig in aanraking met de politie. Buurtbewoners kampen met intimidatie op straat, bedreigingen, vernielingen, bedelen en (drugs) afval. Politie, handhavers en andere hulpverleners worden met name door deze groep frequent beledigd, bedreigd of zelfs aangevallen. Ook buiten deze groep gedragen teveel mensen zich asociaal tegen hulpverleners en veiligheidsprofessionals, waarbij zelfs verbaal en fysiek geweld niet wordt geschuwd. Hiertegen moet keihard worden opgetreden. Waar nu vaak taakstraffen worden opgelegd, moeten deze vaker door gevangenisstraffen worden vervangen. De georganiseerde criminaliteit, zoals drugs-, wapen-, vrouwenhandel, mensensmokkel, fraude en witwassen, ondermijnt en ontwricht de Nederlandse samenleving. Nederland is het wereldwijde doorgeefluik van harddrugs zoals cocaïne, en daarnaast de grootste producent en exporteur ter wereld van synthetische drugs. Het gevaar van beïnvloeding en infiltratie door omkoping en bedreiging ligt op de loer. Een veelgehoorde open deur is dat criminaliteit niet mag lonen. Maar criminaliteit loont wél. Veel jongeren in grote steden vallen voor de lokroep van het snelle drugsgeld. Naast een reguliere harde aanpak is het ondergraven van het eergevoel van dergelijke jongeren een effectief middel. JA21 wil dan ook actief inzetten op 'patsercontroles', het opsporen, controleren en innemen van onverklaarbare luxegoederen zoals dure auto's, merkkleding en sierraden, en 'naming and shaming'. Het publiekelijk laten uitvoeren van straffen zorgt ervoor dat foute rolmodellen verworden tot afschrikwekkend voorbeeld voor jongeren die overwegen het foute pad op te gaan. De onveiligheid in de Nederlandse samenleving wordt voor een groot deel veroorzaakt door een groep recidivisten en veelplegers. Deze relatief kleine groep is verantwoordelijk voor een groot deel van delicten als woninginbraken, overvallen, vernielingen, mishandelingen, verkrachtingen en cybercriminaliteit. Wij pleiten dan ook voor een grondige herziening van --- pdf_page: 13 --- ons strafrechtstelsel waarbij recidivisten en veelplegers langdurig worden gedetineerd. Onze veiligheidsdiensten doen wat ze kunnen, maar worden telkens weer teleurgesteld. De recidivist die zij keer op keer oppakken, staat vaak de volgende dag weer voor hun neus. Deze herhaling van zetten wordt veroorzaakt door een laag gehalte aan lik-op-stukbeleid. JA21 wil zo veel mogelijk inzetten op snelrecht. Hierdoor wordt de recidivist opgesloten totdat de rechter een uitspraak heeft gedaan. Het eindeloos heenzenden van verdachten met een dagvaarding wordt hierdoor zoveel mogelijk vermeden. Ook hoeven we onze politiemensen daarmee niet dubbel te belasten met opsporingsonderzoeken zodra een verdachte bij verstek is veroordeeld. Op deze manier wordt aan recidive een duidelijke grens gesteld en wordt overbelasting van de strafrechtketen voorkomen. De gevolgen van het eindeloos laten terugkeren van draaideurcriminelen in onze samenleving, na lage straffen, zijn schrijnend en leiden tot veel leed bij slachtoffers. We mogen zacht zijn waar het kan maar moeten hard zijn waar het moet. De belangen van criminelen mogen niet zwaarder wegen dan die van de slachtoffers. Hard optreden tegen extremistische groeperingen in Nederland beschermt onze veiligheid en voorkomt ondermijning van de democratische rechtstaat. De aanpak van radicalisering en het bestrijden van jihadisme vraagt om het wegnemen van de voedingsbodem voor radicalisering en het bestrijden van de jihadistische beweging in Nederland. Daarbij passen maatregelen als stopzetten van buitenlandse financiele steun aan gebedshuizen en actief vervolgen van geestelijke voorgangers en andere leiders die opruiende teksten verspreiden. Het vroegtijdig signaleren en herkennen van radicalisering, een complex vraagstuk, is cruciaal voor een succesvolle strijd tegen het extremisme dat in het verlengde daarvan ligt. Nauwe samenwerking tussen instanties is vereist. Het ligt voor de hand de politie een centrale rol toe te kennen in het verwerken van informatiestromen, vanwege de toegang tot expertise en informatievoorziening in de keten. Betrokken disciplines moeten daarbij ongehinderd door bureaucratische obstakels met elkaar kunnen samenwerken. In geval van dubbele nationaliteit wil JA21 dat van geradicaliseerde personen altijd de Nederlandse nationaliteit wordt ontnomen. In geval van enkel de Nederlandse nationaliteit wordt wat JA21 betreft jihadisten die naar het buitenland reizen om zich daar bij buitenlandse terreurgroepen aan te sluiten, ook de Nederlandse nationaliteit ontnomen. Zo wordt voorkomen dat ze naar Nederlands grondgebied terugkeren om daar een geradicaliseerd, extremistisch gevaar te vormen voor onze samenleving. Het spreekt verder voor zich dat ook vormen van extremisme die zich in de uitersten van het politieke spectrum voordoen, of het nu links of rechts is, onacceptabel zijn en krachtig dienen te worden bestreden. De laatste jaren zien we in heel Nederland een negatieve trend ontstaan van bezit onder minderjarigen van messen, machetes en vuurwapens. Antisociaal en agressief gedrag vindt vaak al zijn oorsprong in de kinderjaren. Naast een antisociale of criminele vriendenkring en drank- en drugsgebruik, spelen factoren als inadequate opvoeding, antisociaal gedrag van de ouders, het niet accepteren van een systeem van straffen, mishandeling, armoede en het wonen in achterstandswijken een rol bij de deelname aan een (criminele) jeugdgroep. Voor het terugdringen van --- pdf_page: 14 --- overlast en criminaliteit door jeugdigen acht JA21 vroegtijdige signalering belangrijk. Criminaliteit kan beter worden voorkomen dan genezen. Daarnaast is er veel aandacht nodig voor recidivisten, waaronder hardekernjongeren en jeugdige veelplegers, waarbij controle- en toezichtmaatregelen en sanctionering een belangrijke plaats innemen. Een nauwe samenwerking tussen instanties, controle- en toezichtmaatregelen en sanctiemogelijkheden zijn daarbij noodzakelijk. Veel te vaak wordt vergeten dat vergelding een hoeksteen van het strafrecht vormt. Sommige misdrijven zijn dermate schokkend en zorgen voor zo'n mate van maatschappelijke onrust, dat de vrijheid van rechters om tot straffen te komen die tegen het rechtvaardigheidsgevoel van de samenleving indruisen, dient te worden ingeperkt. Barmhartigheid jegens de wolven is onrecht jegens de schapen. Evenals beginnend bestuurders moeten verkeershufters sneller een rijverbod kunnen krijgen bij herhaalde verkeersmisdragingen. Drie grove verkeersovertredingen leiden tot langdurige invordering van de rijbevoegdheid. Mishandeling en uitgaansgeweld kunnen niet meer met een geldboete worden afgedaan. Bij ernstige delicten mag geen taakstraf worden opgelegd, maar volgt enkel een gevangenisstraf. Er moeten zwaardere straffen komen voor gewelds- en zedenmisdrijven en recidivisten. Voor bepaalde gewelds- en zedendelicten moeten minimumstraffen worden ingevoerd. Bij het plegen van drie ernstige gewelds- en/of zedendelicten volgt levenslange gevangenisstraf. (Georganiseerde) criminaliteit bestrijden vraagt om meer capaciteit en bevoegdheden van de opsporingsdiensten. Hiervoor vraagt JA21 extra capaciteit en de juiste middelen om (digitale) criminaliteit op te kunnen sporen en effectief tegen te kunnen gaan. Opsporingsambtenaren moeten in hun werk niet onnodig worden belemmerd door gebrekkige wetgeving of tekortschietende bevoegdheden. De komende jaren gaan er zo'n 17.000 politiemensen met pensioen. Dit zal zorgen voor een nog groter capaciteitsprobleem. Er moet fors worden geïnvesteerd in de politieacademies. Veiligheid heeft onmiskenbaar een grensoverschrijdende dimensie. Het herinvoeren van mobiele grenscontroles draagt bij aan een doeltreffender aanpak van grensoverschrijdende criminaliteit en grensoverschrijdend terrorisme. Waar mogelijk vindt berechting van niet-genaturaliseerde immigranten plaats in hun land van herkomst. Asielzoekers en statushouders die een ernstig misdrijf plegen, moeten na het uitzitten van hun straf zo snel mogelijk worden uitgezet. JA21 wil dat op het moment dat een asielzoeker of statushouder wordt veroordeeld voor een misdrijf waarop minimaal drie jaar gevangenisstraf staat, de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) tot een uitzettingsprocedure overgaat. --- pdf_page: 15 --- # JA21 wil $\checkmark$ Criminaliteit bestrijden door te beginnen met een aanpak op het niveau van buurten en wijken, onder meer door het heropenen van politiebureaus. $\checkmark$ Door het opleggen van gevangenisstraffen keihard optreden tegen degenen die het in hun hoofd halen veiligheidsdiensten en hulpverleners te belagen. $\checkmark$ Snelrecht en hardere straffen voor recidivisten en veelplegers. $\checkmark$ Met een brede aanpak en voldoende samenwerking tussen instanties, met voldoende bevoegdheden en niet gehinderd door bureaucratie, in een vroeg stadium hard optreden tegen radicalisering, extremisme en jihadisme, waarbij van terroristen de Nederlandse nationaliteit wordt ontnomen. $\checkmark$ Criminaliteit onder minderjarigen bestrijden door vroegsignalering, intensieve individuele begeleiding, nauwe samenwerking tussen instanties met gebruikmaking van een breed palet aan controlemiddelen, en toezichtmaatregelen en sanctiemogelijkheden. $\checkmark$ Zwaardere straffen invoeren voor recidivisten, gewelds- en, zedenmisdrijven, misdragingen in het verkeer en wangedrag in de gevangenis. $\checkmark$ Extra capaciteit en bevoegdheden voor opsporingsdiensten om georganiseerde criminaliteit en digitale criminaliteit doelmatig te kunnen opsporen en doeltreffend te kunnen bestrijden. $\checkmark$ De inzet van (flexibel) cameratoezicht in onveilige wijken als eenvoudig en effectief middel om overlast en criminaliteit te bestrijden. $\checkmark$ Fors investeren in politieacademies om het capaciteitsprobleem dat komende jaren, mede vanwege de pensionering van zo'n 17.000 politiemensen, te ondervangen. $\checkmark$ Mobiele grenscontroles herinvoeren om grensoverschrijdende criminaliteit en terrorisme te kunnen aanpakken. $\checkmark$ Een asielzoeker of statushouder die een ernstig misdrijf pleegt zo snel mogelijk het land uitzetten. --- pdf_page: 16 --- # 1.5 Immigratie en asiel Nederland is hard toe aan een doeltreffend asiel- en migratiebeleid. De afgelopen jaren heeft ons asielbeleid voornamelijk bestaan uit het ongericht openzetten van de slagbomen voor massale immigratie vanuit een economische achtergrond. Dat is een onverantwoord en ook onhoudbaar beleid met grote gevolgen voor Nederland. Er zijn grenzen. Na een relatief lage groei in 2020 trekt naar verwachting de groei van de bevolking weer aan. In 2063 telt Nederland 20 miljoen inwoners. De bevolking groeit per saldo alleen nog door mensen met een migratieachtergrond. Eind 2020 heeft reeds een kwart van de bevolking een migratieachtergrond, over vijftig jaar is dit naar verwachting gestegen naar twee op de vijf inwoners van Nederland. Waarom is dat een probleem? Omdat iedere samenleving een bepaald absorptievermogen heeft, wat de loop van de geschiedenis genoegzaam heeft aangetoond. Voor sociale cohesie en succesvolle integratie vindt JA21 het noodzakelijk om daarvoor oog te hebben. Nieuwkomers een eigen plaats geven en succesvol in de samenleving opnemen, vereist de weg van de geleidelijkheid. Een onbeheerste, onbeheersbare demografische ontwikkeling heeft een invloed op onze samenleving waarvan de gevolgen op termijn onoverzienbaar zijn. De voortekenen van wat ons bij ongewijzigd beleid te wachten staat, zijn er nu al. Naarmate het beroep op sociale voorzieningen toeneemt, is een drastische versobering van onze verzorgingsstaat onvermijdelijk. In het onderwijs is merkbaar hoe er een tweedeling ontstaat tussen zogenoemde zwarte scholen en witte scholen. Er zijn wijken in steden die slechts met moeite als Nederlandse wijken te herkennen vallen. Het gaat hier niet om een multiculturele omgeving met leuke restaurants en fancy winkeltjes, maar om een samenleving die zwaar in de problemen komt door grootschalige immigratie. Een gezond uitgangspunt van immigratiebeleid is de voor de hand liggende vraag wat migratie betekent voor Nederland, voor het absorptievermogen van onze samenleving en voor de financiën. De kosten van migratie zijn astronomisch hoog, wat betekent dat iedere euro die hieraan wordt uitgegeven, niet voor andere doeleinden beschikbaar is. We moeten zelf kunnen bepalen wie we toelaten. Daar waar integratie mislukt, kan remigratie een redelijke oplossing zijn. Om dat mogelijk te maken, moet worden bezien welke faciliteiten daarvoor kunnen worden geboden. Voor het terugkrijgen van zeggenschap over het eigen grondgebied en controle over de eigen grenzen dient Nederland wat JA21 betreft zeggenschap te herkrijgen over het eigen asiel- en migratiebeleid. We dienen te streven naar een opt-out regeling binnen het nieuwe Migratiepact van de EU om weer controle krijgen over de eigen grenzen. Met betrekking tot vluchtelingen is het uitgangspunt voor JA21 het organiseren van opvang van vluchtelingen in de eigen regio, zéker bij grootschalige of langdurige conflicten die grote vluchtelingenstromen opwekken. In hun eigen regio zullen vluchtelingen minder grote verschillen tegenkomen op het vlak van cultuur, taal en religie. Daarnaast kan er in de eigen regio voor hetzelfde budget aan veel meer mensen veiligheid worden geboden. Er kunnen zich omstandigheden voordoen waarin vluchtelingen tijdelijk opvang --- pdf_page: 17 --- nodig hebben in Nederland. Hun opvang betekent géén de facto verblijfsvergunning. Ongeacht de duur van het verblijf in Nederland is de opvang van meet af aan gericht op terugkeer naar het land van herkomst. Nadat de oorlog of situatie van vervolging voorbij is, kunnen vluchtelingen terugkeren om hun eigen land te helpen opbouwen, met alle mogelijke hulp vanuit Nederland. Hiermee voorkomen we meteen de zeer ongewenste 'braindrain' die plaatsvindt bij ongeremde opvang. Nederland kan niet onbeperkt mensen opvangen. Indien ons land toch asielzoekers opvangt, dient dat aan strikte quota te zijn gebonden. De toegang tot sociale voorzieningen wordt tot een sobere basis beperkt. Asielzoekers krijgen geen voorrang meer op sociale huurwoningen. JA21 wil een einde aan de zwaar gesubsidieerde asielindustrie die in de loop van de jaren rond asielzoekers is opgetuigd. Dit betekent herziening en vereenvoudiging van regelgeving, versnelling van procedures, inperking van beslistermijnen en beperking van beroepsprocedures. Asieladvocaten hebben nu belang bij het continu starten van nieuwe procedures. Zij krijgen de kans om het verblijf te rekken, vooruitlopend op weer een volgend generaal pardon. Dit moet afgelopen zijn. De overheid moet de vergoedingen aan asieladvocaten fors beperken. In 1997 verbleven er naar schatting 194.000 illegalen in Nederland. Tien jaar later is dat aantal volgens een schatting van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) gedaald naar 23.000 tot 58.000. Nog altijd faciliteert het beleid illegaliteit. JA21 wil hard optreden tegen diegenen die misbruik willen maken van onze gastvrijheid. leder mens heeft recht op bed, bad en brood. Aan illegalen moeten we daarbij de eis stellen dat zij zich melden bij een uitzetcentrum en meewerken aan hun vertrek. JA21 wil een einde aan het aanmoedigen van illegaal verblijf met uitgebreide arrangementen door gemeenten en de al even falende opvolger Landelijke Vreemdelingen Voorzieningen (LVV). Illegaliteit moet strafbaar worden. Illegalen dienen te worden uitgezet. --- pdf_page: 18 --- # JA21 wil $\checkmark$ Immigratie gericht beperken en beheersbaar maken om de gevolgen van de demografische ontwikkeling voor ons land in maatschappelijk opzicht, sociaal-economisch en cultureel beheersbaar te houden. $\checkmark$ Zeggenschap terugkrijgen over de eigen grenzen en het eigen asiel- en migratiebeleid, onder meer door een opt-out regeling binnen het nieuwe Migratiepact van de EU. $\checkmark$ Vluchtelingen opvangen in de eigen regio, zeker bij grootschalige of langdurige conflicten die grote vluchtelingenstromen opwekken. $\checkmark$ Het toelaten van asielzoekers aan strikte quota binden en terugkeer naar het eigen land altijd uitgangspunt laten zijn. $\checkmark$ De toegang tot sociale voorzieningen tot een sobere basis beperken, wat ook betekent dat asielzoekers geen voorrang meer krijgen op sociale huurwoningen. $\checkmark$ Een einde aan de zwaar gesubsidieerde asielindustrie door herziening en vereenvoudiging van regelgeving, versnelling van procedures, inperking van beslistermijnen en beperking van beroepsprocedures. $\checkmark$ Hard optreden tegen diegenen die misbruik willen maken van onze gastvrijheid, door onder andere illegaliteit strafbaar te stellen en illegalen uit te zetten. --- pdf_page: 19 --- # 1.6 Integratie en Nederlandse identiteit Respect voor de wet mag worden verwacht van iedereen die in Nederland woont en verblijft. Dat is een minimum. De basis voor succesvolle integratie is het deel willen uitmaken van de samenleving en daaraan zelf willen bijdragen. Het betekent actief aan de Nederlandse economie bijdragen. Dit veronderstelt geen monotone eenvormigheid. Wat het wel veronderstelt, is de vaste wil om te doen wat nodig is om als Nederlander in Nederland te wonen. Om deel te worden van een land met een eeuwenoude geschiedenis, een eigen identiteit, culturele tradities, gewoonten en gebruiken die Nederlanders koesteren en waar zij trots op zijn. Van nieuwkomers wordt zonder meer verwacht dat zij de Nederlandse taal leren en willen integreren in de dominante cultuur. We hebben gezien dat met name de islam en de radicale aanhangers daarvan zich slecht verhouden tot onze vrije, westerse waarden en normen. Dit uit zich in onwenselijke invloeden in onze samenleving, variërend van de weigering te integreren tot bloedige terreur. Vanzelfsprekend heeft iedereen het recht om in Nederland zijn of haar geloof te belijden, maar we stellen wel harde grenzen. Waar de islamitische leer botst met onze wetten, waarden en normen, zullen die laatste altijd prevaleren. Buitenlandse financiering van moskeeën en islamscholen moet worden verboden. Islamitische uitingen mogen het straatbeeld in onze steden niet domineren. Er komt een beperking op aantallen en hoogtes van minaretten en een verbod op versterkte gebedsoproepen. De Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding verbiedt in het openbaar vervoer, in en rond scholen, overheidsinstellingen en zorginstellingen kleding die het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of onherkenbaar maakt. JA21 wil het boerkaverbod naar alle openbare plekken uitbreiden, dus ook op de straat. Wie zich in het buitenland aansluit bij islamitische jihadbewegingen, wordt het Nederlanderschap ontnomen. Met elkaar leven in Nederland, betekent voor JA21 erkenning van het belang van onze Grondwet, die de kernwaarden waaraan onze samenleving betekenis toekent bevat. Immigratie en integratie roepen de behoefte op om te weten wat de basis van herkenning inhoudt voor leven in Nederland. In ons land geldt gelijkheid voor de wet. Vrijheden, kansen, rechten en plichten over en weer zijn voor iedereen in gelijke mate van toepassing. Dat geldt eveneens voor verschillende groepen die in de samenleving kunnen worden onderscheiden. Welke diversiteit er is ook is en mag zijn, de Nederlandse samenleving is niet ingedeeld op basis van groepskenmerken die ook nog eens flink worden uitvergroot. Een overheid die identiteitspolitiek voert, polariseert verhoudingen en splijt de samenleving. Gelijke gevallen worden gelijk behandeld. De uitwerking van het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet hoort primair van toepassing te zijn op de relatie van de staat met haar burgers. Zogenaamde positieve discriminatie aan de hand van groepskenmerken doet de waarde van individuen tekort en stigmatiseert de betreffende groep. Wat begripvol en behulpzaam is bedoeld, ondermijnt de gelijkheid voor de wet. Het afdwingen van allerlei quota en het opleggen van verondersteld --- pdf_page: 20 --- evenredige vertegenwoordigingen op basis ven groepsdenken hoort voor JA21 niet thuis in een democratische rechtstaat die de waarde van het individu onderschrijft en beschermt. Van de overheid verwacht JA21 neutraliteit. De overheid zorgt voor een gelijk speelveld waarop iedereen zich vrij kan bewegen. Van de overheid mag dan ook worden verwacht dat deze een vertrouwenwekkende neutraliteit uitstraalt. Gezagsdragers zijn herkenbaar aan hun uniform of ambtskleding. Ambtenaren stellen zich neutraal op jegens iedereen met wie zij in functie te maken krijgen. Daar waar de overheid neutraal is, zijn burgers dat per definitie niet. De Grondwet bevat rechten en vrijheden die diep zijn geworteld in de Nederlandse geschiedenis. Hierin wordt mede de Nederlandse identiteit weerspiegeld. Burgers moeten zich frank en vrij kunnen beroepen op de grondwettelijke vrijheden. Zo is een belangrijk verschil tussen een democratische rechtstaat en een dictatuur de vrijheid van meningsuiting. Uitgerekend in de westerse wereld wordt opgeroepen tot zwijgen, wegkijken en zelfcensuur. De overheid dient echter krachtig te staan voor dit grondrecht, ook als het onwelgevallige meningen betreft. De openbare ruimte is in de optiek van JA21 bij uitstek de aangewezen ruimte waar meningen haaks op elkaar mogen staan. In plaats van de grenzen van het openbaar debat aan te scherpen, hoort de overheid - zowel de wetgevende als de uitvoerende als de rechterlijke macht pal te staan voor de vrijheid van meningsuiting. De Grondwet bevat een delicaat stelsel van rechten en vrijheden. Deze kunnen met elkaar botsen en schuren. Dat is inherent aan hun karakter en hoort bij een vrije samenleving. Een overheid die de hoeder is van de rechten en vrijheden van iedere persoon, ziet er wat JA21 aangaat scherp op toe dat de waarde van grondrechten niet de speelbal wordt van politieke doelstellingen en inzichten. In lichtzinnig schuiven met fundamentele rechten om aan de wens van de meerderheid tegemoet te komen, ligt de kiem van tirannie ten opzichte van minderheden besloten. De overheid dient gepaste afstand te houden tot opportunistisch sleutelen. Grondrechten zijn geen bepalingen die lukraak kunnen worden veranderd of afgedankt omwille van de politieke populariteit van het moment. In de Grondwet ligt het wijze besef besloten dat persoonlijke individuele vrijheid een collectieve, organisatorische dimensie nodig heeft om tot bloei te komen. De waarde van de bescherming van individuen komt ook tot uiting in grondrechten die hen de vrijheid en ruimte toekennen om zich collectief te organiseren. Zonder dit maatschappelijke weefsel bestaat er een gapend gat tussen individu en staat. In dat gat zal het individu het onderspit delven tegenover een staat die steeds dwingender de neiging aan de dag zal leggen om voor te schrijven hoe het leven moet worden geleefd. De vrijheid van vereniging, de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging en de vrijheid van onderwijs zijn uitingen van de erkenning van de absolute noodzaak van een samenleving om zich vrij te kunnen organiseren. Burgers zijn vrij op basis van de grondwettelijk gegarandeerde vrijheden om met anderen om te gaan en zich te verenigen met wie zij willen. JA21 zet zich ervoor in dat daarmee zorgvuldig wordt omgegaan. De staat onthoudt zich van identiteitspolitiek zodat haar onderdanen zich in vrijheid --- pdf_page: 21 --- met elkaar kunnen verhouden zoals zij zich dat, met inachtneming van de wet en de verantwoordelijkheid tegenover elkaar als medeburgers, willen. # JA21 wil $\checkmark$ Dat nieuwkomers de Nederlandse taal leren en de vaste wil aan de dag leggen om te doen wat nodig is om als Nederlander in Nederland te wonen en te leven. $\checkmark$ Vrijheden, kansen, rechten en plichten over en weer voor iedereen op gelijke voet toepassen, waarbij de overheid geen identiteitspolitiek voert met het afdwingen van quota en opleggen van vertegenwoordigingen op basis ven groepsdenken waardoor verhoudingen op de spits worden gedreven en de samenleving splijt. $\checkmark$ Waar de islamitische leer botst met onze vrije, westerse waarden, normen en wetten garanderen dat die laatste altijd prevaleren. $\checkmark$ Buitenlandse financiering van moskeeën en islamscholen verbieden. $\checkmark$ Het Nederlanderschap ontnemen van wie zich in het buitenland aansluit bij jihadbewegingen. $\checkmark$ Een overheid die voor een gelijk speelveld zorgt waarop iedereen zich vrij kan bewegen, met overheidsdienaren die een vertrouwenwekkende neutraliteit uitstralen. $\checkmark$ Burgers die zich zonder vrees frank en vrij kunnen beroepen op hun grondwettelijke rechten en vrijheden, ook in de openbare ruimte. $\checkmark$ Voorkomen dat aan fundamentele grondrechten wordt gemorreld op basis van politieke overwegingen die geen recht doen aan de zorgvuldig te bewaken balans van rechten en vrijheden waarvan onze Grondwet de zorgvuldig samengestelde weerslag bevat. $\checkmark$ De vrijheid van burgers waarborgen om zich tot en met elkaar te verhouden zoals de wettelijke kaders dat mogelijk maken en zich te verenigen met wie zij willen, in plaats van als overheid dwingend de neiging aan de dag te leggen om voor te schrijven hoe het leven moet worden geleefd. --- pdf_page: 22 --- # 2. VITALE SAMENLEVING ### 2.1 De conservatief-liberale visie op de samenleving De conservatief-liberale kijk op de samenleving rust op de pijlers vrijheid en verbondenheid. Ze hebben elkaar nodig, kunnen niet zonder elkaar. Wie vrij is, wil zich kunnen verbinden met anderen. Echte verbondenheid is alleen mogelijk wanneer iedereen vrij is om het leven te leiden op grond van de keuzes die passen bij de strikt persoonlijke kenmerken en omstandigheden die voor iedereen uniek zijn. Een fundamenteel uitgangspunt voor JA21 is daarvoor dat mensen waardevol zijn. Elk leven dat vrijheid verdient, dat verbondenheid nodig heeft, is leven dat bescherming waard is. De overheid heeft de taak en plicht om van jong tot oud te waarborgen dat individuele keuzes in vrijheid kunnen worden gemaakt, terwijl de verbondenheid tegelijk een waarborg biedt tegen kille collectieve onverschilligheid. Op een aantal terreinen heeft de overheid vanuit de conservatief-liberale visie een bijzondere verantwoordelijkheid. Het gaat om een leven dat in het teken staat van onderwijs en ontwikkeling. Het gaat om wonen. De zorg voor onze gezondheid is een onderwerp waarop grote slagen kunnen worden gemaakt. Als het gaat om klimaat, legt JA21 een nadrukkelijk verband met onze groene leefomgeving. Vrijheid en verbondenheid zijn bij uitstek zaken die zwaar wegen bij een netwerkwereld waarin stromen aan informatie grote gevolgen hebben voor de persoonlijke levenssfeer. In cultuur en kunst komt tot uiting hoe het conservatief-liberale gedachtegoed aansluit bij het mooiste wat Nederland heeft voortgebracht en nog altijd voortbrengt. Een land van vrije mensen die zich met elkaar verbonden voelen. Over dat land gaat dit hoofdstuk. ### 2.2 Van jong tot oud Weinig dichtregels worden zo vaak geciteerd als die van Lucebert: 'Alles van waarde is weerloos'. Deze prachtige zinsnede geeft in een notendop weer hoe JA21 denkt over de waarde van elk leven. Al onze staatsburgers horen bij Nederland, van jong tot oud, onafhankelijk van afkomst, geslacht, seksuele oriëntatie of andere persoonlijke kenmerken. En al deze burgers verdienen het om te worden gezien en gekoesterd. Tot ons verdriet zien we dat bepaalde groepen in de knel raken. Enkele voorbeelden. Er is te weinig begeleiding voor vrouwen die met een onbedoelde zwangerschap te maken krijgen. Alleenstaande moeders in de bijstand worden gekort als zij boodschappen cadeau krijgen. Ouderen kampen in groten getale met eenzaamheid. De gehandicaptenzorg kampt al jaren met grote tekorten. Ook de weerlozen in onze samenleving zijn waardevol en verdienen onze steun. Het recht op abortus is een belangrijk vrouwenrecht waaraan wij niet willen tornen. JA21 vindt echter niet dat er te lichtvaardig mee dient te worden omgegaan. Abortus moet dan ook zo veel mogelijk worden voorkomen. Het is belangrijk om ons ervan bewust te zijn dat Nederland een zeer liberale abortuswetgeving heeft. Nederland is vrijwel het enige land waar abortus om niet-medische redenen mogelijk is tot 24 weken. --- pdf_page: 23 --- Hoe later de abortus, hoe groter ook de risico's voor de vrouw. Hoewel slechts een klein gedeelte van de zwangerschapsafbrekingen in het tweede trimester plaatsvindt, veroorzaakt het een meerderheid van complicaties als ernstig bloedverlies of zelfs een grote buikoperatie. Omdat de medische mogelijkheden steeds verder toenemen en de kans op levensvatbaarheid van het ongeboren kind ook, vinden wij het te rigoureus om 24 weken als termijn voor alle gevallen te hanteren. In buurlanden zien we een opsplitsing tussen abortussen op medische indicatie (zoals gevaar voor het leven van de moeder of een ernstige handicap bij het kind) en sociale indicatie (een verbroken relatie, financiële problemen, of om andere redenen het kind niet willen). Deze splitsing lijkt ons passend in een tijd van snelle medische vooruitgang. Wij willen graag het maatschappelijke debat hierover voeren. Daarnaast achten wij het van zeer groot belang om meer in te zetten op preventie, via goede informatie en het aanbieden van anticonceptie. Bij vrouwen die herhaaldelijk voor een abortus komen (35 procent heeft eerder een zwangerschapsafbreking ondergaan) moet een extra consult en gratis anticonceptie worden aangeboden. Daarnaast moet iedere vrouw, conform de Wet afbreking zwangerschap (Waz), worden geïnformeerd over alle mogelijke oplossingen voor de door haar ervaren noodsituatie. Mocht er sprake zijn van twijfel, dan volgt er een vervolggesprek met een andere, onafhankelijke arts. JA21 onderkent de noodzaak van goede kinderopvang om het ouders mogelijk te maken hun gezinsleven met werk te combineren. Het financieren door de overheid van instellingen voor kinderopvang in combinatie met een redelijke, inkomensafhankelijke bijdrage van ouders zorgt voor een laagdrempelige toegang tot deze voorziening. Daarbij is het van belang dat het kind ook kind mag blijven en onbekommerd mag spelen. Kinderopvang is geen op allerlei toetsen gericht onderwijs waardoor de prestatiedruk op nog jongere leeftijd wordt opgevoerd. Hoewel het een feit is dat niet iedereen hetzelfde zal bereiken in zijn of haar leven, vinden we het heel waardevol om kinderen zo veel mogelijk gelijke kansen te bieden. Naast de bijstand als vangnet voor volwassenen, moet de overheid op de bres springen voor kinderen die geen toegang hebben tot onderwijs. Onderwijs is immers een belangrijk middel om aan armoede te ontsnappen. Is er sprake van een leerachterstand bij jonge kinderen, dan moet de overheid hierbij ondersteunen. Eerder is hier al een poging toe gedaan door de zogenaamde voorscholen. Jammer genoeg lijkt de huidige aanpak veel te weinig effect te hebben; sommige hoogleraren noemen het geld dat nu in het programma wordt gestopt zelfs weggegooid geld. Dit komt doordat een peuterspeelzaal of voorschool niet de taak van de ouders kan overnemen. Als we kinderen met een achterstand écht willen ondersteunen, vindt JA21 dat we ze thuis ook een programma moeten laten volgen dat niet alleen op taal is gericht, maar ook op sociaal-emotionele ontwikkeling en gedragsmatige schoolrijpheid. De al langer bestaande tekorten in de gehandicaptenzorg verergeren door een dalende instroom vanuit beroepsopleidingen. Hierbij speelt op de achtergrond een verandering van het werk, met meer focus op stimulerenvan zelfstandigheid van cliënten, technologische veranderingen en toename van complexe zorgvragen. Hierdoor zijn hoger geschoolde zorgmedewerkers --- pdf_page: 24 --- nodig, waar ook juist in de ouderenzorg een tekort aan is. Het grootste probleem speelt bij de zeer zorgintensieve cliënten, zoals ernstig meervoudig beperkte kinderen met complexe medische problemen, maar ook verstandelijk beperkte mensen met agressief gedrag. JA21 acht het van groot belang dat er een specifieke arbeidsmarktaanpak wordt ontwikkeld voor de gehandicaptenzorg. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van zowel schoolverlaters als zij-instromers. Het doel, meer goed opgeleide krachten die de complexe problematiek het hoofd kunnen bieden, moet in ieder geval worden gehaald. Ouderen horen niet aan de rand, maar in het hart van onze samenleving thuis. Toch is de ouderenzorg steeds verder afgebroken. Bezuinigingen op vrijwel alle facetten van de ouderenzorg hebben er voor gezorgd dat inmiddels ruim de helft van alle ouderen eenzaam is. Dit vinden wij moreel onacceptabel. Dergelijke eenzaamheid kan leiden tot een gevoel dat door andere partijen 'voltooid leven' genoemd wordt en dat door uitbreiding van de euthanasiewetgeving opgelost kan worden. JA21 ziet dit anders. Uit onderzoek is gebleken dat eenzaamheid, het gevoel er niet meer toe te doen, de angst om afhankelijk te zijn van anderen (of hen tot last te zijn) en het onvermogen om zichzelf te uiten, belangrijke factoren zijn bij het gevoel van voltooid leven. Deze problemen moeten worden opgelost door in te zetten op zorg voor en waardering van ouderen, in plaats van hen buiten de samenleving te plaatsen. De zogenaamde voltooidlevenwet is geen oplossing voor dit veel existentiëlere probleem. Wij steunen de huidige euthanasiepraktijk, die door artsen en patiënten ervaren wordt als zorgvuldig. Verdere uitbreiding van deze wet naar mensen zonder uitzichtloos, medisch lijden of wilsonbekwamen, achten wij onwenselijk. ## JA21 wil $\checkmark$ Erkenning van de weerlozen in onze samenleving als waardevol, wat betekent dat zij onze steun verdienen. $\checkmark$ Met het oog op de risico's voor de vrouw en de levensvatbaarheid van het kind, in een tijd van snelle medische vooruitgang het maatschappelijke debat over de 24-wekentermijn voor abortus voeren. $\checkmark$ Kinderopvang toegankelijk maken door overheidsfinanciering van instellingen voor kinderopvang te combineren met een redelijke, inkomensafhankelijke bijdrage van ouders. $\checkmark$ Kinderen met een achterstand steunen door ze thuis een programma te laten volgen dat zich behalve op taal op sociaal-emotionele ontwikkeling en gedragsmatige schoolrijpheid richt. $\checkmark$ Een specifieke arbeidsmarktaanpak ontwikkelen voor de gehandicaptenzorg. $\checkmark$ Geen ongeremde uitbreiding van de huidige zorgvuldige euthanasiepraktijk, door meer aandacht te besteden aan eenzaamheid, angst en andere factoren die het gevoel van een zogenaamd 'voltooid' leven opwekken. --- pdf_page: 25 --- # 2.3 Onderwijs en ontwikkeling 'De keuze van een onderwijssysteem is van meer belang voor een volk dan de keuze van een regeringsstelsel', zei eens een Franse socioloog. Onderwijs is sinds ruim twee eeuwen een overheidsaangelegenheid geworden. Maar hoe komt goed onderwijs tot stand? Eén ding staat vast: een relatie waarin iemand iets van een ander leert, is een van de belangrijkste relaties die een mens kan hebben. Deze relatie staat in onze cultuur onder druk, naarmate het onderwijs bureaucratiseert. Die druk is vandaag de dag voelbaar: van primair onderwijs tot hoger onderwijs. Het hoger onderwijs is een soort procesindustrie geworden, waarbij de input, de studenten, zo snel mogelijk moet worden verwerkt, met zo weinig mogelijk lekkage en obstructie in het buizenstelsel. Goed onderwijs is een essentiële bouwsteen voor de ontwikkeling van ieder kind. De kwaliteit van het onderwijs moet daarom weer prioriteit krijgen, zodat we een drastische verbetering van het onderwijs kunnen bewerkstelligen. Hiervoor vindt JA21 het nodig dat docenten meer vrijheid en autonomie in de klas en collegezaal krijgen. Niet het aan allerlei administratieve randvoorwaarden voldoen, maar onderwijs verzorgen dient weer de corebusiness te worden van alle onderwijsinstellingen. Hierbij dient de relatie van de docent tot de student/leerling centraal te staan. Scholen dienen te beschikken over goede en ruime huisvesting, waarin het prettig werken is voor leerlingen en personeel. Basisonderwijs dient in het teken te staan van het beste uit elke leerling te halen. Daarvoor is een goede, veilige en stimulerende omgeving noodzakelijk. Toekomstige docenten moeten beter opgeleid worden om ze voor te bereiden op de uitdagingen van het lesgeven. Docenten worden beter begeleid en krijgen meer en betere toegang tot professionalisering om de kwaliteit van het onderwijs te borgen. Het salaris van docenten gaat wat JA21 betreft omhoog om het vak docent aantrekkelijker te maken en het lerarentekort aan te pakken. Daarbij acht JA21 het van belang om ook de salariskloof tussen primair onderwijs en secundair onderwijs te overbruggen. JA21 vindt dat de leerkracht meer professionele ruimte en vertrouwen en daarbij meer eigen verantwoordelijkheid voor goed onderwijs dient te krijgen. De opleidingseisen voor toekomstige leerkrachten moeten omhoog. Er moet worden ingezet op kwaliteit en niet op kwantiteit. Als het aanzien van de leerkrachten en hun beloning omhooggaan, de groepen kleiner worden, de werkdruk omlaag gaat en het passend onderwijs wordt begrensd, wordt het beroep van leerkracht weer een stuk aantrekkelijker waardoor er meer instroom plaatsvindt en het lerarentekort opgelost kan worden. Wij staan schaalverkleining in het onderwijs voor. Kleinere klassen in het primair en voortgezet onderwijs zijn noodzakelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en het welbevinden van zowel docenten als leerlingen. Te grote klassen zorgen ervoor dat leerlingen te weinig aandacht krijgen en leerlingen op elk niveau onvoldoende uitgedaagd worden. Meer ondersteuning in de groep (door onderwijsassistenten) draagt bij aan een lagere werkdruk in en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Er dient voldoende ruimte te zijn voor individuele begeleiding door docenten. De coronacrisis --- pdf_page: 26 --- heeft ons geleerd dat teveel lesuren achter een scherm docenten, leerlingen, studenten en het onderwijs niet ten goede komen. JA21 wil het passend onderwijs begrenzen. Het is een onwerkbaar gedrocht geworden dat niet door docenten wordt gesteund. Door het passend onderwijs krijgen leerkrachten te maken met problemen waarvoor ze niet zijn opgeleid en die ernstig negatieve gevolgen hebben voor de kwaliteit van de les en soms zelfs voor de veiligheid van andere kinderen. Dit gaat ten koste van de meer getalenteerde kinderen die niet de uitdagingen krijgen die ze verdienen. Tegelijkertijd investeren we meer in het speciaal onderwijs, zodat kinderen met lichamelijke of mentale beperkingen en leer- of gedragsproblemen niet (kunnen) worden gedwongen in een gewone klas te blijven zitten. Kinderen die niet kunnen meekomen, moeten thuis onderwijs krijgen of naar speciale scholen. Docenten moeten hier meer beslissingsbevoegdheid krijgen die zij nu niet hebben vanwege de administratieve rompslomp die het huidige systeem met zich meebrengt en waardoor het niet mogelijk is om snel beslissingen te nemen in het belang van de leerlingen. JA21 wil het bijzonder onderwijs volgens artikel 23 van de Grondwet behouden. Hierbij dient te worden aangetekend dat islamitisch onderwijs, zowel formeel als informeel, een problematische uitzondering vormt op de zegen van de vrijheid van onderwijs. Islamitisch onderwijs dient te worden ontmoedigd, informeel islamitisch onderwijs moet worden bestreden en formeel islamitisch onderwijs mag niet verder uitbreiden. Het basisonderwijs is, zoals het woord al zegt, de basis van het onderwijs. Wat er op basisscholen gebeurt, goed gaat of fout gaat, dreunt door tot in het voortgezet onderwijs en soms zelfs tot in de mbo's. Goed basisonderwijs waarin kinderen de fundamenten van taal, rekenen en sociale omgang meekrijgen, is essentieel voor een gezonde samenleving. De nadruk ligt teveel op het sociale element en te weinig op kennisoverdracht. Dat moet worden hersteld. Net als de algehele kwaliteit. JA21 wil uitsluitend bevoegde docenten voor de klas. Voor de onbevoegde docenten met een jarenlange staat van kwaliteit willen we het makkelijker maken om deze bevoegdheid te verwerven. Deze bevoegde docenten verdienen autonomie en vertrouwen in hún vak. Een herwaardering van het docentschap gaat gepaard met een herwaardering van de verschillende uitstroomrichtingen. JA21 acht het wenselijk dat er bij het studiekeuzeproces geen negatief waardeoordeel wordt geuit en de nadruk ligt op de best passende keuze. Er komt meer onderscheid tussen theoretisch en praktisch ingestelde leerlingen. We behouden de differentiatie op niveau in het voortgezet onderwijs. Er komen geen socialistische middenschoolexperimenten en we beschermen categorale gymnasia. Ook de ontwikkeling van het technasium dient ruim baan te krijgen. Tot slot maakt JA21 zich hard voor de versimpeling van de nodeloos complexe onderwijsorganisatie door kleinschaliger onderwijs voor te staan: scholen voor voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs met minder scholieren en met eigen schoolbesturen. De vraag naar gekwalificeerde vakmensen is groot. Er zijn tekorten in de zorg, de techniek, de bouw, het onderwijs en het ambacht. Het beroepsonderwijs zou --- pdf_page: 27 --- leerlingen moeten opleiden in overeenstemming met de behoefte op de arbeidsmarkt aan vakbekwame medewerkers en ondernemers. Wegens 'algemene vaardigheden' en de 'kenniseconomie' zijn onze beroepsopleidingen brede, algemene opleidingen geworden. Dit doet geen recht aan de praktisch ingestelde leerlingen. Daardoor zijn de uitvalpercentages hoog en verlaten veel jongeren zonder een diploma de school. De jongvolwassenen die de opleiding wél afronden zijn nauwelijks in staat een specifiek vak uit te oefenen, simpelweg omdat ze dit niet hebben geleerd. Hierdoor is een tekort ontstaan aan vakmensen. JA21 wil dat het beroepsonderwijs (vmbo en mbo) anders wordt ingericht. In het beroepsonderwijs moet een scheiding worden aangebracht tussen een theoretische en praktische leerweg. Beroepen die zich beter lenen voor een theoretische leerlijn, kunnen via die route worden aangeleerd. Leerlingen die echter het talent hebben met hun handen te werken en die gemakkelijker door middel van hun handen leren, kunnen via een praktische leerweg hun vaardigheden en vakmanschap ontwikkelen. In het mbo komt meer aandacht voor praktijklessen en ambachten. Er moet een betere aansluiting komen op de wensen vanuit de arbeidsmarkt. Ook stimuleren we differentiatie op niveau in het onderwijs. Om leerlingen te stimuleren het beste uit zichzelf te halen, moet het mogelijk worden vakken op een hoger niveau te volgen en af te ronden. Voor de invulling van de praktische onderwijsprogramma's moet een nadrukkelijke rol worden weggelegd voor ervaren leermeesters en vakmensen uit desbetreffend vakgebied. Dat betekent dat we niet langer het primaat leggen bij logge instituties en organisaties, maar dat we scholen en bedrijven (in de regio) heel praktisch samen de verantwoordelijkheid geven voor de invulling van de actuele en adequate onderwijsprogramma's. JA21 wil ruimte voor de professionaliteit van docenten en ervaren leermeesters / vakmensen die samen door uitwisseling van kennis en kunde het beroepsonderwijs vorm geven. Vakmensen hebben momenteel maar beperkte mogelijkheden voor specialisatie. De veelal theoretisch ingerichte opleidingen in het hbo sluiten niet aan bij de behoefte aan doorontwikkeling van vakbekwaamheid en ondernemerschap. Een potentieel getalenteerde (v)mbo'er die wil 'doorleren', komt daardoor op een dood spoor. JA21 vindt dat ook mensen die met hun handen werken, moeten kunnen excelleren; 'meester' moeten kunnen worden in hún vak. In veel projecten in Nederland voeren buitenlandse lassers, pijpfitters en betonvlechters al specialistische werkzaamheden uit. Nederlandse jongeren moeten trots kunnen vinden in deze banen, om zo dit gat op te vullen. Universiteiten zijn ooit bedoeld om de elite op te leiden. Kleinschalig onderwijs, gericht op leidinggevende posities in het Nederlandse politieke, culturele en bedrijfsleven. De huidige universiteiten zijn daar ver van verwijderd. De extreme internationalisering van de universiteiten, waardoor een mix van Nederlandse en Duitse studenten les krijgen in matig Engels, gedreven door niets dan financiële overwegingen - onder het mom van ideële - doet het niveau van de studenten, de docenten en de papers en scripties sterk dalen. Daarbij leren Nederlandse studenten zichzelf niet meer te verwoorden in Nederlands op een hoog niveau. Gevolg: een Nederlands dat beneden de maat is én een Engels --- pdf_page: 28 --- dat dat ook is. Ook studenten met een migratieachtergrond kiezen eerder voor een universitaire studie als Nederlands de voertaal is. Het kernelement kennis opdoen omwille van kennis en zo een elite opleiden, raakt steeds meer op de achtergrond. Universiteiten zijn bedrijven geworden, op zoek naar de meeste winst. JA21 is van mening dat universiteiten weer terug moeten naar hun kern, waarin het onderwijs centraal staat voor studenten die graag willen worden uitgedaagd. Universiteiten zijn opleidingsinstituten, geen bedrijven: ze moeten minder inzetten op vastgoedportefeuilles en winst maken, maar hun aandacht richten op het geven van onderwijs. We moeten stoppen met het betalen van scholen en universiteiten op basis van het aantal mensen dat een diploma haalt (output-financiering). Want daarmee stimuleert de overheid de daling van de kwaliteit van het onderwijs. Om de kwaliteit verder te bevorderen, dienen topdocenten en onderzoekers ook les te geven aan de propedeusefase en niet alleen aan de hoofdfase. We willen studenten vanaf het begin inspireren en motiveren. JA21 wil geen onderwijsvernieuwingen meer die door de overheid worden aangestuurd. Daarentegen staat het scholen en besturen zélf vrij om te experimenteren met nieuwe onderwijsvormen, met de Onderwijsinspectie als toezichthouder. In het kader van 'een leven lang leren' dienen opleidingen flexibel te worden ingericht, ook qua toelating en toetsing, zodat gemotiveerde mensen die op latere leeftijd willen studeren, een extra studie willen doen of hun loopbaan willen verleggen, daartoe de kans krijgen. Daarbij dient aansluiting te worden gezocht bij het bedrijfsleven. Colleges van Openbare Universiteiten komen zoveel mogelijk gratis online beschikbaar. --- pdf_page: 29 --- # JA21 wil $\checkmark$ Onderwijs met daarin centraal de relatie do-cent-leerling, in plaats van voldoen aan allerlei administratieve randvoorwaarden, als corebusiness van alle onderwijsinstellingen. $\checkmark$ De salariskloof tussen primair onderwijs en secundair onderwijs overbruggen. $\checkmark$ Uitsluitend bevoegde docenten voor de klas en het gemakkelijker maken deze bevoegdheid te behalen. $\checkmark$ Meer onderscheid tussen theoretisch en praktisch ingestelde leerlingen, behoud van de differentiatie op niveau in het voortgezet onderwijs. $\checkmark$ Géén socialistische middenschoolexperimenten, bescherming van categorale gymnasia en ruim baan voor het technasium. $\checkmark$ Beroepsonderwijs dat leerlingen praktisch opleidt naar de behoefte op de arbeidsmarkt aan vakbekwame medewerkers en ondernemers. $\checkmark$ Om leerlingen te stimuleren het beste uit zichzelf te halen, het mogelijk maken vakken op een hoger niveau te volgen en af te ronden. $\checkmark$ Versimpeling van de nodeloos complexe onderwijsorganisatie door kleinschaliger onderwijs, scholen voor voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs met minder scholieren en eigen schoolbesturen. $\checkmark$ Universiteiten die weer ware kennisinstellingen worden, in plaats van hun energie te richten op internationalisering, verengelsing en andere randzaken die het niveau van onderwijs en onderzoek verarmen. $\checkmark$ In het kader van 'een leven lang leren' opleidingen flexibel inrichten, ook qua toelating en toetsing, zodat gemotiveerde mensen die op latere leeftijd willen studeren, een extra studie willen doen of hun loopbaan willen verleggen daartoe de kans krijgen. --- pdf_page: 30 --- # 2.4 Wonen en bouwen Wonen is een primaire levensbehoefte. De vraag naar woningen is groot in Nederland. Het tekort aan woningen is enorm. In 2024 zijn er 415.000 woningen te weinig in ons land. Tienduizenden mensen wonen in een huisje op een vakantiepark. Veel jongeren wonen nog bij hun ouders, terwijl ze het liefst een eigen huis zouden willen. Afgelopen tien jaar verdubbelde het aantal daklozen tot zo'n veertigduizend. Om aan de groeiende vraag te voldoen, moeten er komende tien jaar in totaal 845.000 woningen bij komen. Een van de oorzaken van het tekort gaat terug op de bankencrisis van 2008, die ook in de bouw diepe sporen heeft getrokken. Vooral in de koopsector liep de bouw sterk terug. Vijfduizend bouwbedrijven stopten en van de 500.000 bouwvakkers zocht 40 procent elders werk. Hun aantal is een decennium later nog steeds niet op het oude peil. Intussen bleven de prijzen van bouwmaterialen stijgen. Dit leidde ertoe dat projecten financieel minder snel rond te krijgen zijn. Een gemiddelde koopwoning kost 330.000 euro. Een hypotheek daarvoor vereist een inkomen van 75.000 euro per jaar. Volgens de Primos-bevolkingsprognose (ABF Research) kost een gemiddelde nieuwbouwwoning 411.000 euro, terwijl de helft van de toekomstige kopers een woning zoekt tot 255.000 euro. Voor middeninkomens is een koopwoning derhalve eenvoudig onbetaalbaar. Het desastreuze rentebeleid van de Europese Centrale Bank draagt bij aan de prijsopdrijving. Dit maakt het verder mogelijk om tegen steeds lagere rente steeds hogere hypotheken af te sluiten. Dit effect wordt versterkt nu particulieren meer kunnen lenen door ruimere leennormen voor hypotheken én investeren in woningen dankzij de lage rente toenemend interessant wordt voor vastgoedbeleggers. JA21 steunt het beleid om speculatie op de woningmarkt tegen te gaan. Voor particuliere kopers is een eenvoudige fiscale maatregel om de kosten te drukken het permanent verlagen van de overdrachtsbelasting over de hele linie tot 2 procent voor iedere woning en het afschaffen ervan voor starters. Wat voor kopen geldt, geldt eveneens voor de huurmarkt. Gecorrigeerd voor de inflatie stegen de huurprijzen in de laatste kwart eeuw met 21 procent. De gemiddelde cao-lonen stegen in diezelfde periode met slechts 8 procent. Veel starters, als ze al een woning vinden, betalen nu al meer dan de helft van hun inkomen aan huur. Onze hoofdstad is een exorbitant voorbeeld van de scheefgroei in woonlasten. In 1911 waren Amsterdammers gemiddeld nog 16,2 procent van hun inkomen kwijt aan een woning. In 2015 was dat gestegen naar 38,9 procent. Een ontwikkeling die veel huurders het wonen zuur maakt, is de mogelijkheid om de duur van huurcontracten sterk te verkorten tot een duur van maximaal twee jaar (Wet Doorstroming huurmarkt uit 2016). Dat moet verhuren zo aantrekkelijk mogelijk maken. Het is gelukt, want dit instrument dat slechts incidenteel zou worden ingezet, blijkt sluipend een middel te zijn geworden om reguliere huurders in onzekerheid te laten en de prijzen te kunnen verhogen. Wonen vraagt om zekerheid. Het gaat immers om huurders die in toenemende mate geen zekerheid meer hebben over werk en inkomen. De situatie waarin het verband tussen inkomen en huurprijs zoek raakt, vraagt --- pdf_page: 31 --- om correctie. Malafide verhuurders moeten worden aangepakt. Daar waar nodig, moet het wettelijk instrumentarium daartoe de mogelijkheden bieden. Nodeloos strenge regelgeving en ingewikkelde procedures werken belemmerend en drijven de prijs op. Zo is EU-regelgeving in Nederland vertaald in Bijna EnergieNeutraal Gebouw (BENG). Bij alle vergunningsaanvragen voor de omgevingsvergunning vanaf 1 januari 2021 dienen de te bouwen woningen te worden gebouwd conform de BENG-normen. Deze zijn vele malen strenger dan de 0,6 Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) waaraan nieuwbouwwoningen tot dan toe moesten voldoen. Strengere regels over geluidshinder dreigen nieuwbouw in delen van Noord-Holland en Zuid-Holland onmogelijk te maken, vanwege de geluidsnormen voor Schiphol. Ook de noodzaak van spoedwetgeving om de verlammende invloed van PFAS en stikstofnormeringen op de bouw te verlichten, toont genoegzaam aan dat bij regelgeving met omgevingseisen van uiteenlopende aard voortaan van meet af aan de gevolgen voor de bouw dienen te worden meegenomen. Een andere oorzaak van de druk op de woningmarkt is de massale immigratie. Jaarlijks komt er in Nederland een stad bij met de omvang van Zwolle of Leiden. Asielzoekers hebben met voorrang recht op een sociale huurwoning. Gemeenten zijn verplicht de voorraad huurwoningen aan de markt te onttrekken door verplichte quota voor het huisvesten van asielzoekers. Aan de gedwongen spreiding en de huisvestingsplicht, in 2021 gaat het om 27.000 statushouders, moet een einde komen. Intussen bouwen woningcorporaties veel te weinig woningen. Ze realiseren jaarlijks slechts 62 procent van hun bouwplannen. Behalve met externe oorzaken als regels en procedures heeft dit met een gebrekkige eigen prioriteitenstelling en planning te maken die corporaties afleidt van de eigenlijke doelstelling: voldoende woningen garanderen in de sociale sector. Een financieel obstakel dat kan worden weggenomen, is de verhuurdersheffing voor sociale verhuurders die in 2013 in het leven is geroepen. Deze volgde op een reeks schandalen waarin frauduleuze corporatiedirecteuren met hun risicovolle commerciële projecten het sociale bouwen in gevaar brachten. De heffing schiet haar doel voorbij, doordat de belasting van jaarlijks liefst 1,7 miljard euro de nieuwbouw van sociale woningen remt. JA21 kan zich voorstellen dat deze heffing wordt afgeschaft, maar dan gekoppeld aan dwingende prestatieverplichtingen die financieel worden gesanctioneerd bij het niet behalen van bouwdoelstellingen. Het klimaatbeleid legt verder het volle gewicht op het verduurzamen van woningen. Hierdoor is minder geld beschikbaar voor de eigenlijke taken van woningcorporaties, namelijk het bouwen van woningen. Om investeren in de bouw van huurwoningen aantrekkelijker te maken, dient te worden bezien welke belemmeringen die private marktpartijen in de weg staan uit de weg kunnen worden geruimd. Onze steden zijn feitelijk uitgegroeid. Verdere woningbouw in de bestaande urbane gebieden zal onherroepelijk leiden tot vernietiging van het al beperkte groen en afname van de leefbaarheid. JA21 wil de woningnood verder verkleinen door het stichten van een nieuwe stad. Een nieuwe stad van 100.000 tot 150.000 inwoners kan in de toekomst de plek zijn waar starters, --- pdf_page: 32 --- jonge gezinnen en ouderen hun heil kunnen vinden. Veel groen, mooie grondgebonden laagbouw, fraaie natuur, goede voorzieningen en een gezellig stadscentrum. Geen slaapstad dus met een doods stadshart. In de nieuwe stad is ruimte voor speciale starterswoningen voor een behapbaar bedrag en onder voorwaarden die doorverkoop reguleren. De keuze voor de locatie van de nieuwe stad zal worden bepaald op aanvraag vanuit de regio's en via inspraak van burgers en de provincies. De bouw van een nieuwe stad geeft een enorme impuls aan de werkgelegenheid. Doorstroming op de woningmarkt vraagt om bouwen, maar ook om verbouwen en ombouwen. Het bevorderen van flexibiliteit is daarvoor onontbeerlijk. De woningmarkt is te weinig ingericht op de specifieke behoefte van woningzoekenden, over de volle linie van student tot oudere. Het beeld varieert van onvoldoende inspelen op de vraag naar huisvesting voor eenpersoonshuishoudens tot niet tegemoetkomen aan de vraag naar ruime woningen die omzien naar elkaar mogelijk maken. Wonen dient nadrukkelijker te worden verbonden met brede maatschappelijke trends en ontwikkelingen. Mensen hebben recht op een woning die aan hun wensen en behoeften voldoet, op een woning die ze behalve als een huis herkennen als hun eigen thuis. Woningen die geen massale anonimiteit uitstralen, die worden gebouwd in een omgeving waarin aandacht is voor (groene) leefbaarheid en waar ideologisch geïnspireerde obstakels de bereikbaarheid van de woning met de auto niet afstraffen, dragen bij aan het thuisgevoel in onze samenleving. Dat vraagt om aandacht voor inbreiding, vernieuwing van buurten en wijken, transformeren van gebouwen met een andere bestemming, zoals kantoren en voormalige bedrijven, tot woningen en het zoeken van aansluiting bij bestaande straten, buurten en wijken. Het wegnemen van administratieve belemmeringen is nodig om vergunningverlening mogelijk te maken en te versnellen, daarbij gericht inspelend op behoeften die de samenleving laat zien. Daarbij is in ieder geval duidelijk dat het middensegment om een snelle toename van het aanbod vraagt. Het realiseren van voldoende betaalbare woningen voor de middenklasse bevordert de doorstroming en leidt tot een verlaging van de druk op zowel de onderkant van de koopmarkt als van de sociale huurmarkt. Eigenwoningbezit dient te worden gestimuleerd. Corporaties moeten worden gestimuleerd huurders te helpen met het kopen van hun woning. Eigendom dient te worden gerespecteerd. Dat zou een vanzelfsprekende overweging moeten zijn. Maar in navolging van de auto gaat de overheid eigen huis en haard steeds meer beschouwen als een melkkoe. We gaan ernaartoe dat iedere woning met een prijs boven het gemiddelde wordt beschouwd als onnodige luxe en derhalve vrijelijk door de staat af te romen vermogen. Het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek, waarvan het tempo in tegenstelling tot beloften wordt versneld, is een maatregel die moet leiden tot het verminderen van schulden. Dan is het bijzonder wrang en onrechtvaardig dat zodra de schulden eenmaal zijn afgelost, dezelfde woningeigenaar met een extra belasting wordt gestraft. Voor wie vanwege een kleine eigenwoningschuld geen of weinig rente betaalt, is het eigenwoningforfait meestal hoger dan de aftrekbare kosten voor de eigen woning. Op grond van de Wet Hillen bestaat er recht op een aftrek. Vanaf 2019 wordt deze aftrek echter over 30 jaar afgebouwd. De principiële reden voor deze afbouw --- pdf_page: 33 --- is onredelijk. JA21 wil de bijtelling van woningwaarde op het belastbare inkomen (eigenwoningforfait) afschaffen. Ook de villatax, een jaloeziebelasting op woningen in het hoge segment waaronder door de prijsstijging steeds meer woningen zullen vallen, dient te worden afgeschaft of in ieder geval mee te groeien met de marktprijzen, zodat alleen de werkelijke top van de woningmarkt wordt belast. Behalve naar het Rijk kijkt JA21 naar de gemeenten. De gemeentelijke woonlasten zullen in 2021 aanzienlijk sterker stijgen dan de inflatie. Volgens berekeningen van onderzoeksinstituut COELO betalen huurders 8,0 procent meer en woningeigenaren 6,2 procent. De afvalstoffenheffing stijgt het sterkst, gevolgd door de onroerende zaakbelasting (ozb). Op het niveau van gemeenten, die als 'eerste overheid' het dichtst bij de inwoners staat, dient te worden voorkomen dat de ozb met sprongen worden verhoogd om gaten in een ambitieuze begroting te dekken en dat de leges voor vergunningtrajecten in geen verhouding meer staan tot de bouwkosten. Terwijl de markt stagneert, geeft het Rijk steeds minder thuis. Met de afnemende betrokkenheid van Den Haag verdwenen de sturing op wonen en bouwen en ook de subsidies. Het afschaffen van het ministerie van Volkshuisvesting (en Ruimtelijke Ordening en Milieu) in 2010 spreekt boekdelen. Sinds 2017 bestaat er zelfs geen minister meer zonder portefeuille die wonen erbij klust. Deze situatie is een logisch gevolg van jarenlang beleid waar de politieke prioriteiten alle richtingen uitgaan, behalve naar bouwen en wonen. Om wonen en bouwen weer in de steigers te zetten, is een nationale regie nodig. Daarbij horen harde prestatieafspraken. De situatie in steden is anders dan die in de landelijke regio's. De Randstad kent andere opgaven dan krimpregio's. Centrale coördinatie van kernopgaven maakt het mogelijk de druk op de Randstad te verminderen en oog voor te hebben voor uiteenlopende ontwikkelingen in kennisregio's aan de ene kant en krimpregio's aan de andere kant. Wonen en bouwen dienen nadrukkelijk in het teken te komen staan van bereikbaarheid en goede verbindingen, zowel fysiek als digitaal. Voor een totaaloverzicht is een aparte minister van Volkshuisvesting nodig met voldoende bevoegdheden om van dit terrein weer een bedrijvige bouwput te maken in plaats van een doolhof van misgelopen kansen en gestrande mogelijkheden. --- pdf_page: 34 --- # JA21 wil $\checkmark$ Speculatie op de woningmarkt tegengaan. $\checkmark$ De overdrachtsbelasting over de hele linie tot 2 procent verlagen en deze voor starters afschaffen voor de aankoop van iedere woning. $\checkmark$ Reguliere huurders zekerheid bieden over hun woonzekerheid en een reële koppeling tussen inkomen en huurprijs bevorderen. $\checkmark$ De bouw bevorderen door doelgroepen bij bouwen, verbouwen én ombouwen voor ogen te houden en een einde te maken aan overbodige regelgeving en ingewikkelde procedures die de woningbouw belemmeren en de prijs opdrijven. $\checkmark$ De doorstroming bevorderen door voldoende betaalbare woningen te realiseren voor de middenklasse, wat leidt tot een verlaging van de druk op zowel de onderkant van de koopmarkt als van de sociale huurmarkt. $\checkmark$ Woningen die geen massale anonimiteit uitstralen, die worden gebouwd in een omgeving waarin aandacht is voor (groene) leefbaarheid, waar ideologisch geïnspireerde obstakels de bereikbaarheid van de woning met de auto niet afstraffen en die aan het thuisgevoel van onze samenleving bijdragen. $\checkmark$ De woningnood verkleinen door het stichten van een mooie, nieuwe stad van 75.000 tot 150.000 inwoners waar starters, jonge gezinnen en ouderen zich kunnen vestigen. $\checkmark$ Woningcorporaties aansporen en stimuleren zich op hun eigenlijke taak, het bouwen van woningen, te richten. $\checkmark$ Eigenwoningbezit stimuleren en eigendom respecteren, onder meer door het herinvoeren van de Wet Hillen en het afschaffen van het eigenwoningforfait (bijtelling woningwaarde op belastbaar inkomen). $\checkmark$ Voorkomen dat gemeenten de ozb met sprongen verhogen om gaten in de begroting te dekken en voorkomen dat leges voor vergunningtrajecten in geen verhouding meer staan tot de bouwkosten. $\checkmark$ Een aparte minister van Volkshuisvesting met voldoende bevoegdheden om van wonen en bouwen weer een bedrijvige bouwput te maken in plaats van een doolhof van misgelopen kansen en gestrande mogelijkheden. --- pdf_page: 35 --- # 2.5 Volksgezondheid en zorg Gezondheidszorg is meer dan mensen vrij maken van ziekte of beperkingen. Gezondheidszorg is ook kunnen studeren dankzij medicijnen voor epilepsie, sporten met behulp van een rolstoel, en je gekoesterd voelen tijdens het wassen omdat je dat zelf niet meer kan. De gezondheidszorg is weer toe aan tijdig zicht op deze menselijke maat. In de afgelopen jaren is de focus verschoven van empathie en aandacht in verzorging en behandeling naar de kostprijs en kosteneffectiviteit van zogenoemde diagnosebehandelingcombinaties (DBC's). Dit vanwege almaar oplopende zorgkosten, deels, maar niet volledig, veroorzaakt door een vergrijzende bevolking. Terwijl de kosten van operaties, stents en medicijnen opliepen, daalde het aantal minuten per cliënt in de thuiszorg. De steunkous-met-praatje werd gereduceerd tot een minuut durende technische handeling, terwijl de chirurg de operatietafel verliet voor het technische wonder van de robotchirurgie. Decennia lang zijn er grote stappen gezet in de medische zorg met levensverlenging als doel. Hoewel dit een groot goed is, is het ten koste gegaan van het persoonlijk contact tussen zorgverlener en patiënt dat zo belangrijk is voor de kwaliteit van leven. Er ligt hier ook een andere existentiële vraag voor: in welke mate zijn wij bereid om van gezondheidszorg, en dan met name zorgen voor de ander, een prioriteit te maken? JA21 keert zich af van de suggestie dat de gezondheidszorg dé grote kostenpost is waarop moet worden bezuinigd. Hoewel het budget slimmer en effectiever kan en moet worden besteed, moet bezuinigen hiervoor niet het doel zijn, maar juist toename van kwaliteit van de zorg en contact tussen patiënt en zorgverlener. Gemakkelijke bezuinigingen om snelle besparingen in te boeken, met als enkel doel het beheersbaar houden van de zorgbegroting, hebben desastreuze effecten. De huidige staat van de zorg laat zien wat een decennium aan verkeerde prioriteitenstelling, averechtse financiële prikkels en de gestage opbouw van een slopende bureaucratie heeft opgeleverd. In de huidige COVID-situatie, waarin ons zorgstelsel een centrale positie heeft in het laten functioneren van onze samenleving, moet deze uitholling van de zorg op slimme en effectieve wijze worden teruggedraaid. De recente COVID-crisis heeft ons geconfronteerd met de vlakken waarop de Nederlandse (zorg)systemen niet voorbereid zijn op een pandemie of op een ramp met vele zieken of doden als gevolg. De lessen die we hieruit hebben geleerd, moeten we inzetten om ons beter voor te bereiden op toekomstige rampen (zoals bijvoorbeeld ook terroristische aanslagen of vliegtuigrampen). Er is gebleken dat het huidige aantal IC-bedden onvoldoende is om ruimte voor snelle opschaling te bieden. Dit wordt veroorzaakt doordat Nederland zeer zuinig omgaat met de IC-capaciteit, wat geld bespaart, maar ook risico's van tekorten met zich mee brengt. Daarnaast is het problematisch dat door sluiten of fuseren van ziekenhuizen het aantal spoedeisende hulpen is afgenomen. Daarnaast verdelen fuserende ziekenhuizen specialisaties over locaties, waardoor generalistische expertise verloren gaat. Het is essentieel dat ziekenhuizen alleen fuseren bij aangetoond voordeel voor de patiënt, en dat ziekenhuizen met een --- pdf_page: 36 --- regiofunctie worden behouden. JA21 wil ziekenhuisorganisaties verplichten in het geval van voorgenomen sluiting van locaties ervoor te zorg te dragen dat kernfuncties op de betreffende locaties behouden blijven. De criteria daarvoor dienen nader te worden doordacht en uitgewerkt. Op deze wijze kan verdere verschraling van de ziekenhuiszorg een halt worden toegeroepen. Tijdens de 'lessons learned'-sessies rond COVID kwam ook pijnlijk naar voren hoe stroef de communicatie tussen medisch specialisten en ambtenaren van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) vaak verliep. Het is cruciaal dat er meer inhoudelijke expertise wordt ingebracht in de top van ministerie VWS, wat overigens ook voor andere departementen geldt, waardoor er niet alleen snellere en duidelijkere keuzes kunnen worden gemaakt, maar deze ook beter naar onze bevolking kunnen worden gecommuniceerd, met eerlijkheid en transparantie over onzekerheden. Dit belang werd overduidelijk tijdens deze gezondheidscrisis, maar is voor mensen in het medisch veld al langer zichtbaar. De gezondheidszorg in Nederland is een prachtig systeem bestaande uit verschillende lijnen, die onderling nauw verbonden zijn. Begrip voor dit systeem en al haar componenten is noodzakelijk om het ministerie VWS aan te kunnen sturen. Door de invoering van de prestatiebegroting en verscherpte controles hebben ziekenhuizen te maken met een snelle stijging van de accountantskosten. In plaats van meer management is er in de zorg behoefte aan beter leiderschap. Zorgmedewerkers zijn zelf goed in staat om de regie in eigen handen te nemen. Door het terugdringen van regeldruk, iets waarvan JA21 sterk voorstander is, nemen zowel tijd voor zorg als het werkplezier toe. Op dit moment zijn artsen en verpleegkundigen veel tijd kwijt aan indicatoren en ziekenhuisaccreditaties, waardoor ze minder bij het bed van hun patiënt staan. Terwijl nu juist dat hun roeping is. Door dit terug te dringen, nemen de kosten af en neemt de tijd voor zorg toe. Verder is het essentieel om het verplegende en ondersteunend personeel beter te belonen. De huidige tekorten, schrijnend duidelijk geworden in de COVID-crisis, zijn met name ontstaan door slechte arbeidsvoorwaarden. Wij willen een structurele salarisverhoging voor verplegend personeel. Tenslotte moeten gespecialiseerde verpleegkundigen passend worden gewaardeerd, of zij nu een mbo- of hbo-achtergrond hebben. Een baan in de zorg moet weer het aanzien terugkrijgen dat deze verdient. De huisarts is de sleutelfiguur in het Nederlandse zorgstelsel. De huisarts fungeert niet als één, maar als drie dokters: poortwachter van specialistische en tweedelijns zorg door diagnose en verwijzing, zelfstandig medisch behandelaar, en, misschien wel de belangrijkste rol, de persoonlijke dokter met wie je als patiënt een vertrouwensband hebt. Door een toename in het aantal 'waarnemers' en zzp-huisartsen bestaat dit veel minder dan vroeger normaal was. De vertrouwensband in de relatie tussen arts en patiënt komt onder druk te staan. JA21 vindt het van groot belang dat patiënten hun huisartsen als hun eerste zorgverlener blijven zien, en niet slechts als een doorverwijsloket naar het ziekenhuis. Dit vereist meer tijd voor de patiënt, wat zich uiteindelijk terugbetaalt door betere beslissingen en minder voorgeschreven medicijnen. Daarnaast moeten huisartspraktijken inzetten op primaire preventie en positieve gezondheid, onder andere met gespecialiseerde verpleegkundigen en praktijkondersteuners. Dit kost --- pdf_page: 37 --- op korte termijn geld, maar door het voorkomen van ziekten verdient dit zich op lange termijn ruimschoots terug. Waar de huisartsenzorg essentieel is voor de eerstelijns behandeling van lichamelijke klachten, is onze geestelijke gezondheidzorg (GGZ) onmisbaar voor psychische klachten. Helaas zien we daar lange wachtlijsten en grote personeelstekorten, wat de toegankelijkheid van deze essentiële zorg vermindert. Medewerkers raken overspoeld met administratieve taken als de minutenregistratie en ze zijn hier meer tijd aan kwijt dan aan contact met de patiënt zelf. De Wet Verplichte GGZ, die begin 2020 ondanks protesten vanuit de beroepsvereniging is ingevoerd, heeft sterk bijgedragen aan deze administratieve last. Absurde administratieve regels dragen niet bij aan het welzijn van de patiënt of het beter functioneren van een zorginstelling, en moeten dan ook drastisch worden verminderd. JA21 wil daarom een evaluatie en herziening van de Wet Verplichte GGZ. Volle aandacht verdient ook de wijze waarop de jeugdzorg functioneert. Het toekennen van een coördinerende rol aan samenwerkende gemeenten verenigd in jeugdzorgregio's in de organisatie en financiering van de jeugdzorg zou moeten leiden tot een goedkopere en betere jeugdzorg. Het eerste blijkt beter te realiseren dan het tweede. Toch zijn tijdige passende ondersteuning, zorg op maat en betere samenwerking rond jongeren en gezinnen cruciaal om ervoor te zorgen dat geen kind of jeugdige tussen wal en schip valt. De beoogde transformatie van de jeugdzorg stagneert door een aantal knelpunten als het ontbreken aan deskundigheid bij gemeenten, gebrek aan samenwerking, geldtekort, administratieve rompslomp en aanbieders van zorg die in zwaar weer verkeren. Wat JA21 betreft, wordt de samenwerking in de jeugdzorgregio's minder vrijblijvend en steviger aangezet. De lokale democratie is meer gebaat bij scherp toezicht op een kwalitatief goede uitvoering van de jeugdzorg door het college in de eigen gemeente dan in het uitvinden van een wiel dat net iets ronder is dat het exemplaar waar de buurgemeente aan schaaft. De transformatie daadwerkelijk naar een hoger plan tillen vraagt behalve om lokale nuances, die altijd mogelijk moeten blijven, vooral om het vastberaden voornemen om als jeugdzorgregio gezamenlijk op te trekken. Ook voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang is regionale samenwerking noodzakelijk. De landelijke toegang van hulpvragers tot deze voorzieningen moet blijven gehandhaafd. Voorkomen moet worden dat gemeenten elkaar de bal toespelen en dat de hulpvrager het nakijken heeft. De structurele bezuinigen hebben alle takken van de zorg geraakt, maar geen een zo sterk als de ouderenzorg. Onder de mantra dat ouderen zelf langer thuis wilden wonen is een derde van de verzorgingshuizen gesloten en werden de eisen voor verpleeghuizen verhoogd. Desondanks zijn er gemiddeld 20.000 wachtenden, een schrijnend getal, waarvoor thuis blijven al langere tijd onhaalbaar is. In de praktijk zorgt dit echter voor een vrijwel niet te overbruggen gat tussen alleen thuis wonen en opname in een verpleeghuis. Dit gat wil JA21 opvullen door toereikende thuiszorg en mantelzorg. Hierdoor komt de band met de patiënt weer centraal te staan. Ook moet er een halt worden toegeroepen aan zorg als lopendebandwerk, waarbij er slechts minuten zijn om een steunkous aan of uit te trekken en --- pdf_page: 38 --- een gesprek voeren niet meer binnen de berekende tijd kan. Ook moeten mantelzorgers beter worden begeleid en moeten de mogelijkheden voor respijtzorg tussen gemeenten gelijk worden getrokken. Dit alles zal echter onvoldoende zijn om de ouderenzorg weer toereikend te maken. Het is noodzakelijk bejaardentehuizen, met naast een medische ook zeer belangrijke sociale functie, te herintroduceren. Deze hebben altijd een centrale functie gehad in de huisvesting en zorg voor ouderen. Het sluiten of ombouwen van verzorgingshuizen moet per direct stoppen, en ouderen met een lage zorgindicatie moeten hier weer terecht kunnen. Hiermee wordt het gat tussen thuis wonen en het verpleeghuis weer gedicht, en kunnen deze organisaties ook weer dagactiviteiten organiseren voor nog thuis wonende eenzame ouderen. # JA21 wil $\checkmark$ De uitholling van de zorg na decennia van verkeerde prioriteitenstelling, averechtse financiële prikkels en de gestage opbouw van een slopende bureaucratie op slimme en effectieve wijze ongedaan maken. $\checkmark$ Meer inhoudelijke expertise inbrengen in het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), om zodoende beleid beter te laten aansluiten op datgene wat 'het veld' nodig heeft. $\checkmark$ Nederland beter voorbereiden op crises en pandemieën, onder andere door uitbreiding van de IC-capaciteit. $\checkmark$ Ziekenhuisorganisaties verplichten in het geval van voorgenomen sluiting van locaties ervoor te zorg te dragen dat kernfuncties op de betreffende locaties behouden blijven. $\checkmark$ Huisartspraktijken sterker inzetten op primaire preventie en positieve gezondheid, onder andere met gespecialiseerde verpleegkundigen en praktijkondersteuners, en een herwaardering van het belang van de arts-patiëntrelatie. $\checkmark$ Kappen in het woud aan regels in de geestelijke gezondheidszorg om wachtlijsten in te korten, procedures te vereenvoudigen en zodoende bij te dragen aan beter functionerende instellingen die hun eigenlijke doelstellingen kunnen nastreven in plaats van de weg kwijt te raken in randverschijnselen. $\checkmark$ De samenwerking in de jeugdzorgregio's steviger aanzetten en minder vrijblijvend maken. $\checkmark$ Het gat tussen alleen thuis wonen en opname in een verpleeghuis opvullen met thuiszorg, mantelzorg en de herintroductie van bejaardenhuizen. --- pdf_page: 39 --- # 2.6. Klimaat en milieu JA21 wil verstandig zorgdragen voor de omgang met klimaat en milieu. Een noodtoestand voor het klimaat, zoals in 2019 uitgeroepen door het Europees Parlement, is daarvoor bepaald niet nodig. Het Nederlandse klimaatbeleid kenmerkt zich door consequent foute keuzes die bovendien vaak averechts werken. De besluitvorming over klimaatdoelen staat in het teken van buigen voor belangen en eisen van actiegroepen, gebrek aan draagvlak, onrealistische en onhaalbare doelen met een onbetaalbaar prijskaartje. Het effect is vooral dat ons landschap grondig wordt aangetast. Economische grootmachten die voor een substantieel deel van de CO2-uitstoot verantwoordelijk zijn, hebben zich niet gebonden aan het Akkoord van Parijs als onderdeel van het Klimaatverdrag dat de opwarming van de aarde marginaal wil intomen. Alleen al de groei van de wereldbevolking doet alle veronderstelde winst die Nederland kan boeken teniet. Er bestaat meer dan voldoende reden om ons te richten op aanpassing aan het klimaat in plaats van het klimaat aan te passen. Laat klimaatadaptatie nu uitgerekend een terrein zijn waarin Nederland tot de wereldtop behoort. Klimaatadaptatie om de gevolgen van klimaatverandering te ondervangen brengt ontkoppeling mee van klimaatbeleid aan energiedoelstellingen. In plaats van het terugdringen van de uitstoot van CO2 wordt het doel omgaan met veranderingen die we niet betekenisvol kunnen tegenhouden (zelfs niet met een paar nullen achter de komma), in plaats van er vruchteloos strijd tegen te voeren. Maatregelen nemen die bewust en doordacht op deze veranderingen in het klimaat inspelen, maken ons minder kwetsbaar en bieden nieuwe kansen voor de ruimtelijke inrichting van Nederland. Zo kijkt JA21 hier tegenaan. In plaats van de onhaalbare ambitie om het klimaat aan te passen kan het geld beter nuttig worden besteed. Met een ervaring van eeuwen als basis, resulterend in polders, dammen, waterkeringen, dijken en Deltawerken, heeft Nederland de kennis en deskundigheid in huis om in te zetten op aanpassing. Het treffen van maatregelen tegen wateroverlast, bescherming tegen hoog water, inspelen op droogte en hitte, de ruimtelijke ordening inrichten op klimaataanpassing vergt miljarden euro's aan investeringen. Kortom, de aangewezen route voor Nederland is geen mitigatie, maar adaptatie. Bijstelling van het klimaatbeleid is vereist om deze richting in te slaan. Als we ons aanpassingsvermogen verder vergroten, zijn we nóg beter in staat met opwarming of afkoeling om te gaan. Het geld voor adaptatie wordt nuttig besteed aan onderzoek en innovatie in onze kenniseconomie, niet weggegooid aan subsidie voor te dure en inefficiënte energiebronnen. Blijft het terugdringen van CO2 overigens toch een doelstelling, dan graag praktisch verantwoord, stap voor stap, voorzien van draagvlak, haalbaar en betaalbaar. Niet door star vasthouden aan theoretische modellen, maar door openstaan voor innovatie en nieuwe ontwikkelingen. Want ons land is door mensenhanden gevormd. Er is geen ongerepte natuur in Nederland. Zo zijn onze bossen aangelegd, door afplaggen ontstonden heidegebieden en door nog extremere natuurvernietiging ontstonden zandverstuivingen. Zelfs de Veluwe is eerst volledig ontbost voor de lokale --- pdf_page: 40 --- ijzerproductie, daarna afgeplagd tot er weinig meer groeide, en ten slotte weer beplant met bomen om hout te leveren aan de Limburgse mijnen. Als de mens niets zou doen, zou al deze 'natuur' na verloop van tijd weer in een boslandschap veranderen. Dat is het resultaat van het natuurlijke verloop van de groeiprocessen op onze breedtegraad. Het Nederlandse landschap is een cultuurlandschap. Een mooi en geliefd landschap, dat steeds verder wordt aangetast door pressiegroepen met deelbelangen. Een van de oorzaken daarvan is in de visie van JA21 dat het Nederlandse landschap niet meer integraal wordt bekeken, maar is verkaveld in 'natuur' en 'landbouw'. En dat terwijl het landschap bestaat uit beide categorieën. Een integrale visie op landschap is daarom noodzakelijk. Daarvoor vindt JA21 ontkoppeling van klimaatbeleid en energiedoelstellingen nodig. De industrialisering van het landschap door windturbines en zonnevlaktes staat in geen verhouding tot de veronderstelde opbrengsten in duurzaam rendement en afname van broeikasgassen. Er komen duizenden windturbines groter dan de Euromast op land en ter grootte van de Eiffeltoren op zee. Windturbines zorgen voor horizonvervuiling en voor gezondheidsproblemen door slagschaduw en laagfrequente tonen. Na de levensduur zorgt ontmanteling en verwerking van schroot voor een volgend en nog niet opgelost milieuprobleem. Ook in zee gaat het de verkeerde kant op. Het geplande grootschalige netwerk van windturbineparken in de Noordzee belooft in tegenstelling tot de voorgespiegelde fata morgana van blauwe paradijzen een funeste uitwerking te gaan hebben op het onderwaterleven, onder meer door trillingen en geluiden die zich over grote afstanden voortplanten en het zeeleven verstoren. Uit het oogpunt van landschap en milieu is de noodzaak van het stoppen van zich als schimmels uitbreidende zonnevlaktes, veelal op vruchtbare landbouwgronden, voor JA21 onontkoombaar. De overheid dient erin te voorzien dat windturbines en zonnevlaktes na de economische levensduur van vijftien tot twintig jaar worden ontmanteld, waarbij het terrein waarop ze zijn geplaatst in de oorspronkelijke staat met de oorspronkelijke bestemming wordt teruggebracht. Er zijn in Nederland voldoende grote daken beschikbaar om gebruik te maken van zonne-energie zonder dat ons landschap verder wordt aangetast. Wellicht nog het meest aansprekende voorbeeld van de fnuikende gevolgen voor het milieu van het koppelen van klimaat en energie is het bizarre verdienmodel van biomassa. Activisten hebben verzonnen dat het kaalkappen van bossen en wouden om deze te verbranden in industriële installaties bijdraagt aan 'het klimaat'. Flora en fauna kreunen en steunen onder deze brute aanslag op de biodiversiteit terwijl de stijging van de zeespiegel geen centimeter wordt beïnvloed. Het ontkoppelen van klimaat en energie neemt de zware hypotheek op natuur en landschap weg. De groene leefomgeving draagt bij aan het geestelijk en lichamelijk welbevinden. Goede zorg voor natuur en landschap is cruciaal. Dat kunnen wij. Het Nederlandse landschap, bossen, heide en ook natuurgebieden, zijn in de loop van de eeuwen door mensenhanden gevormd. Wij willen nauwe samenwerking tussen alle huidige gebruikers van het landschap, van agrariërs tot natuurbeheerders, omdat we de gezamenlijke plicht hebben dit te beschermen. Uiteraard kan er een spanning bestaan tussen landbouwareaal en natuur, en tussen agrarische belangen en die van de natuurbeheerder. In --- pdf_page: 41 --- dit spanningsveld wil JA21 verstandig opereren en de belanghebbenden met elkaar in gesprek brengen om op die manier niet eenzijdig voor bepaalde activistische belangen te kiezen. Dat doen we door hen samen te laten werken voor behoud en verbetering van karakteristieke Nederlandse landschappen. In dit kader zien we bijvoorbeeld hoe eigenaren van landgoederen zich inzetten om de groene leefomgeving in goede staat te houden en het landschap te verbeteren. Natuur en landschap dienen toegankelijk te zijn voor bezoekers daar waar het kan. Daarbij moet worden aangetekend dat ruimte moet blijven voor rustgebieden voor flora en fauna. We moeten doordacht omgaan met openstelling, aangezien niet alle gebieden zich daarvoor lenen. Met de tijd veranderen de inzichten en daarmee ook de wijze waarop met natuur en landschap wordt omgegaan. Het modelleren van de groene leefomgeving zal nooit ophouden. Het beschermen en bevorderen van landschappelijke waarden en natuur staan in het teken van het gegeven dat Nederland een dichtbevolkt land is met een relatief klein oppervlak. Omgaan met de groene buitenruimte vraagt om verstandige keuzes. Wat ons bindt, is dat het landschap van ons allemaal is. De waarde van landschap strekt volgens JA21 veel verder dan dat van geïsoleerde stukken grond beschermd door straffe regels en omgeven met hoge hekken. Landschap is met de omgeving verweven, wat betekent dat natuurbeschermers het koesteren, dat boeren er oog voor hebben in hun bedrijfsvoering, dat recreanten baat hebben bij het groen, dat er aansluiting is met terreinen die een andere bestemming hebben. Door het hanteren van dit brede perspectief voorkomen we een tunnelvisie. Besluitvorming over ons landschap vraagt een belangenafweging die rekening houdt met het totaalplaatje. Zo wordt het groen onlosmakelijk deel van onze leefomgeving. De zorg voor deze groene leefomgeving betekent ook zorg voor het milieu. Tot vijftig jaar geleden was Nederland sterk vervuild: oppervlaktewater werd standaard als riool gebruikt en fabrieken en energiecentrales bliezen hun vieze rook ongezuiverd de lucht in. Kraanwater in Rotterdam smaakte ronduit smerig. Alle aandacht was gericht op het opbouwen van onze economie en hopelijk daarmee een beter leven: met andere woorden op het opbouwen van de welvaart die we nu als volslagen vanzelfsprekend en onaantastbaar beschouwen. Sindsdien zijn er steeds op basis van voortschrijdende inzichten nieuwe milieueisen opgesteld en zijn onze rivieren en onze lucht een heel stuk schoner geworden. JA21 is voor het voortzetten van een strikt milieubeleid: onze lucht, water en bodem moeten schoon en gezond blijven. --- pdf_page: 42 --- # JA21 wil Klimaatadaptatie, dus aanpassing aan het klimaat, om de gevolgen van klimaatverandering te ondervangen in plaats van vruchteloos strijd voeren tegen het klimaat zelf. Het ontkoppelen van klimaatdoelstellingen en energiebeleid, zodat ons landschap blijft gespaard en we een nuchter energiebeleid kunnen voeren. Stoppen met windturbines op land en in zee, met zonnevlaktes en met biomassacentrales. Windturbines en zonnevlaktes na de economische levensduur van vijftien tot twintig jaar laten ontmantelen, waarbij het terrein waarop ze zijn geplaatst in de oorspronkelijke staat met de oorspronkelijke bestemming wordt teruggebracht. Zorgvuldig omgaan met ons landschap zonder daarbij eenzijdig voor activistische deelbelangen te kiezen. Het voortzetten van een strikt milieubeleid om lucht, water en bodem schoon en gezond te houden. --- pdf_page: 43 --- # 2.7. Informatie en privacy Het leven begeeft zich meer en meer online. In het afgelopen jaar is dat onder invloed van de coronamaatregelen in een stroomversnelling geraakt. Zowel de nieuwsgaring als het publieke debat vinden momenteel grotendeels plaats op een select aantal sociale online platformen. Deze platformen willen zo veel mogelijk mensen binden die zo veel mogelijk tijd besteden op hun platform. De algoritmes die zij ontwikkelen hebben bovenstaande als doel, met als gevolg een zorgwekkende ontwikkeling waarbij gebruikers steeds extremere content voorgeschoteld krijgen, omdat dat is wat gebruikers bindt. Het gevolg is een vicieuze cirkel waarbij media steeds extremere content (met clickbaittitels) moeten maken om te kunnen overleven en gebruikers in steeds extremere zogeheten filterbubbels terecht komen. Het gevolg is alsmaar toenemende polarisatie met steeds heftigere demonstraties en geweld als gevolg. Door platforms verantwoordelijk te maken voor de content op hun platform hebben ze niet alleen het recht maar nu ook de plicht om te modereren. Van een commercieel platform kan niet worden verwacht dat het rechtspreekt op een evenwichtige en objectieve manier zoals onze rechters dat kunnen aan de hand van een door de eeuwen heen zorgvuldig en gebalanceerd opgebouwde wetgeving en jarenlange opleiding en ervaring. Bovendien hebben deze platformen tegenstrijdige belangen, omdat ze bovenal geld willen verdienen. Een oplossing voor de censuur van big tech zou kunnen zijn om de plicht het toezien op toelaatbaarheid van de inhoud op het platform weg te halen bij platformen en deze terug te brengen bij de plek waar die volgens JA21 hoort: de rechter die individuen beoordeelt op zaken als opruiing, haatzaaien, aanzetten tot geweld. Het platform zou niet verantwoordelijk moeten worden gehouden voor de acties van individuen op hun platform. Wellicht zouden platformen wel verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor het ontwikkelen van algoritmes met ontwrichtende elementen voor de samenleving. Dit is wellicht te sturen met privacywetgeving. Als platformen weinig tot geen persoonlijke data kunnen gebruiken om hun algoritmes te voeden, zullen ze ook lastiger filterbubbels kunnen creëren. Door de technologische ontwikkelingen van de afgelopen jaren is het verzamelen van onze gegevens nooit zo makkelijk geweest als nu. Daarom is ook het opkomen voor privacy belangrijker dan ooit. Door het op grote schaal verzamelen van data groeit de macht van de overheden en grote bedrijven ten opzichte van de individu. Omdat deze macht kan worden misbruikt, is het belangrijk om hieraan grenzen te stellen. De verzameling van gegevens gebeurt op verschillende manieren, het is daarom belangrijk om op verschillende fronten die grens te trekken en de machtsbalans weer in de richting van de burger te verschuiven. Minder dataverzameling staat gelijk aan een kleiner risico voor de burger. Wij zetten ons daarom in voor minimale dataverzameling vanuit de overheid en bedrijven. De minimale data die vervolgens wel aan een organisatie zijn toevertrouwd, moeten veilig worden opgeslagen. Te vaak blijven bij geconstateerde datalekken serieuze consequenties voor de nalatige partij achterwege. Consequente handhaving in combinatie met sancties bij overtreding moet organisaties een prikkel geven om te verbeteren. Dat is onverminderd van toepassing op --- pdf_page: 44 --- de overheid. Zo bleek in januari 2021 dat ambtenaren in het hele land persoonsgegevens van miljoenen (voormalige) klanten bij uitkeringsinstantie UWV kunnen opvragen. IT-systeem Sonar bij UWV dat klantgegevens bewaart, voldoet aan géén van de beginselen uit de privacywet AVG. Uit een onderzoek van KMPG blijkt opnieuw hoe de overheid systemen vóór mensen stelt. 'Het interesseert ze niet bij UWV. Ook omdat ingrijpen als een groter risico wordt gezien. Als er dan iets fout gaat, kunnen drieduizend mensen die dagelijks gebruikmaken van Sonar hun werk niet doen. Dat willen ze te allen tijde voorkomen,' vat een IT-deskundige het onderzoek samen. Een betere bescherming van persoonsgegevens is hoognodig en kan wat JA21 betreft worden bereikt door de overheid en bedrijven verantwoordelijk te stellen voor datalekken. Falen wordt gesanctioneerd met financiële compensatie aan getroffen personen, organisaties en bedrijven. Het totalitaire Chinese model, waarbij sommige steden compleet volhangen met camera's die ook over gezichtsherkenning beschikken, is het perfecte voorbeeld van welke kant het in Nederland vooral niet moet uitgaan. Er zijn genoeg historische en actuele voorbeelden te noemen van dergelijke overheden die niet altijd even goedwillend zijn. Buitenlandse bedrijven, zoals producenten van mobiele telefoons, die zich aan spionage schuldig maken, dienen strenge sancties tegemoet te zien. Ook in eigen land worden grenzen overschreden door onze eigen overheid. Waarvoor twee jaar geleden bij de invoering van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 ('Sleepwet') al werd gevreesd, is realiteit geworden. De Nederlandse veiligheids- en inlichtingendiensten AIVD en MIVD houden zich niet aan de wet, concludeert toezichthouder CTIVD. Daardoor wordt de persoonlijke levenssfeer van burgers geschonden. Een van de knelpunten is dat zogenoemde bulkdata van burgers te lang worden bewaard. Het komt erop neer dat inlichtingendiensten uit verworven gegevens, na bijvoorbeeld een hack van een telecomprovider, relevante gegevens mogen halen, terwijl ze de rest van de data moeten vernietigen. Door de hele dataset als 'relevant' te beoordelen, inclusief de gegevens van duizenden mensen die geen doelwit zijn, verlengen de diensten 'kunstmatig' de bewaartermijn. ledere burger wordt zo een verdachte. Anders dan bij big tech wordt verondersteld, vindt JA21 dat wij zelf de eigenaar zijn van onze data. Als we het niet zijn, is het hoog tijd dat we het zo snel mogelijk worden. Bedrijven moeten het mogelijk maken om te verzoeken persoonlijke gegevens met één druk op de knop te verwijderen. Bescherming van de persoonlijke levenssfeer heeft ook betrekking op de wijze van betalen. Cash betalen raakt langzamerhand in onbruik. Toch verdient de mogelijkheid om contant te betalen bescherming. Het biedt een waarborg om anoniem, nergens geregistreerd aankopen te doen. De mogelijkheid om met cash te betalen, verdient bescherming. Bitcoin en andere digitale munten vergroten de keuzevrijheid. Innovatie uit deze sector moeten we daarom omarmen en niet wegreguleren. --- pdf_page: 45 --- # JA21 wil $\checkmark$ Het beoordelen van de toelaatbaarheid van de inhoud van sociale online platformen overlaten aan de rechter in plaats van big tech te laten censureren. $\checkmark$ Een grens stellen aan het verzamelen en verhandelen van data van burgers om paal en perk te stellen aan machtsmisbruik door bedrijven en de overheid. $\checkmark$ Overheid en bedrijven verantwoordelijk stellen voor datalekken. $\checkmark$ Cash betalen in stand houden. --- pdf_page: 46 --- # 2.8 Cultuur en kunst Onze Nederlandse muziek, schilderkunst, literatuur, toneel, poëzie en beeldhouwkunst zijn het mooiste dat we als land in de loop der eeuwen hebben voortgebracht. JA21 vindt dat we weer trots mogen zijn op onze vaderlandse kunst en cultuur en dat die weer overal zichtbaar mag zijn. Een belangrijke taak van de overheid is het Nederlandse culturele erfgoed te behouden en actief te ontsluiten voor een breed publiek. Nederlandse musea, kunstinstellingen en scholen spelen daarin een essentiële rol. Op dit moment subsidieert de Nederlandse overheid op basis van subjectieve factoren zoals kleur, gender en afkomst in plaats van kwaliteit. Standbeelden worden weggehaald en straatnamen veranderd. JA21 gaat dit beleid stoppen. Voor een beter cultuurbeleid hoeft niet meer geld te worden uitgegeven. Het huidige budget moet anders en beter worden besteed. Kwaliteit zal daarbij het enige criterium zijn bij het toekennen van kunst- en cultuursubsidies. Ook wordt er een actief beleid gevoerd om subsidiegelden primair te laten gaan naar culturele instellingen die zich richten op Nederlandse culturele uitingen en tradities. Codes inzake diversiteit en inclusiviteit, convenanten en afspraken die een ander criterium hanteren dan kwaliteit om kunst- en cultuursubsidies toe te kennen, worden afgeschaft. Om kunst breder toegankelijk te maken, zullen rijksmusea die met belastinggeld worden onderhouden vrij toegankelijk dienen te worden voor alle Nederlanders. Leerlingen in het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs bezoeken minimaal eenmaal per jaar een Nederlands museum. Kunst- en cultuurlessen in het onderwijs richten zich primair op Nederlandse kunst en cultuur. Dit hoort wat JA21 betreft weer een belangrijk onderdeel te zijn van het curriculum van scholen. JA21 is trots op onze geschiedenis en op de mensen die Nederland hebben gemaakt tot wat het vandaag de dag is. Deze geschiedenis moet aanwezig zijn in ons straatbeeld; in standbeelden en straatnamen en overheidsinstellingen en instituten die naar ze genoemd worden. Op school moet iedereen leren over deze vaderlandse geschiedenis, iets waarvoor momenteel te weinig aandacht en waardering voor is. In de laatste jaren ontstaat er steeds meer een tendens om met de huidige bril en modieuze morele standaarden naar de geschiedenis te kijken en historische personen en gebeurtenissen de maat te nemen. Dit zorgt voor onhaalbare en zelfs schadelijke eisen, zoals het willen 'dekoloniseren' van Nederlandse steden door straatnamen te veranderen of standbeelden en afbeeldingen te verwijderen en de geschiedenisboekjes te zuiveren. Ook zouden er excuses moeten worden gemaakt voor gebeurtenissen uit het verleden die in onze huidige maatschappij als laakbaar worden gekwalificeerd, maar die in het verleden in de context van de toenmalige tijd als normaal werden gezien. De wereld verandert, en hoe we met elkaar omgaan en wat als normaal wordt ervaren, verandert mee. Hier mag wat JA21 betreft elke discussie over worden gevoerd. Maar dit betekent niet dat met terugwerkende kracht de geschiedenis gaat worden herschreven of dat links en rechts excuses worden aangeboden. --- pdf_page: 47 --- Door zijn lange geschiedenis staat Nederland vol met monumentaal erfgoed, waaronder gebouwen en standbeelden van personen die in onze geschiedenis van onschatbare waarde zijn geweest en die moeten worden beschermd. Een standbeeld is een stille sprekende getuige van onze historie, met al zijn hoogtepunten en schaduwkanten. Daarmee overstijgt een standbeeld de verbeelding van heersende normatieve opvattingen. De esthetiek van onze historische binnensteden is in de loop van eeuwen opgebouwd en is essentieel voor de schoonheid van ons land. Ook met nieuwe ontwikkelingen dient hiermee zorgvuldig te worden omgegaan. De primaire taak van monumentenzorg is het behoud van ons erfgoed in een zo oorspronkelijk mogelijke staat en omgeving. In de afgelopen tientallen jaren zijn zeer veel gebouwen en erfgoed van onschatbare culturele waarde aangetast. Maar ook het willen 'verduurzamen' van historische monumenten die niet daarop zijn ingericht, vormt een wezenlijk probleem. Voorbeelden van ongelukkige ingrepen aan monumenten zijn onder andere het Concertgebouw in Amsterdam en museum De Fundatie in Zwolle. Wij pleiten voor het behoud van ons erfgoed. Bij restauratie van rijksmonumenten dient in de ogen van JA21 de originele uitstraling in te worden behouden. Moderniseringen mogen worden doorgevoerd, zolang ze het karakter van het gebouw onaangetast laten. Nederland kent ongelofelijk veel prachtige kerkgebouwen. Ze hebben in de loop van de eeuwen aan de karakteristieke uitstraling van dorpen en steden bijgedragen. Vele zijn beschermde monumenten. Kerken moeten zoveel mogelijk hun functie behouden. Als dat niet mogelijk is, wordt een functie gezocht in lijn met de aard van het kerkgebouw. Kunst en cultuur vragen om maatwerk. De overheid dient bij te dragen aan het onderhoud van kerkgebouwen met een monumentale status waarvan de bekostiging niet uit functionele bronnen, zoals kerkelijke activiteiten, kan worden opgebracht. --- pdf_page: 48 --- # JA21 wil $\checkmark$ Dat de overheid het Nederlandse culturele erfgoed behoudt en actief ontsluit voor een breed publiek. $\checkmark$ Codes inzake diversiteit en inclusiviteit, convenanten en afspraken die een ander criterium hanteren dan kwaliteit om kunst- en cultuursubsidies toe te kennen, afschaffen. $\checkmark$ Leerlingen in het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs minimaal eenmaal per jaar een Nederlands museum laten bezoeken. $\checkmark$ Bij restauratie van rijksmonumenten de originele uitstraling behouden. $\checkmark$ Een streep door onhaalbare en zelfs schadelijke eisen, zoals Nederlandse steden willen 'dekoloniseren' door het veranderen van straatnamen en verwijderen van standbeelden en afbeeldingen zuiveren van de geschiedenisboeken. $\checkmark$ Bijdragen aan het onderhoud van kerkgebouwen met een monumentale status waarvan het belang van het gebouw verder gaat dan met de bekostiging uit functionele bronnen, zoals kerkelijke activiteiten, kan worden opgebracht. --- pdf_page: 49 --- # 3. STERKE ECONOMIE ### 3.1. De conservatief-liberale visie op de economie JA21 bekijkt de economie vanuit een samenhangend totaalperspectief. Een economie staat altijd ten dienste van de gemeenschap, niet andersom. De bevolking is niet alleen maar voor de staat of (buitenlandse) eigenaren werkzaam, maar ook voor zichzelf en daarmee voor de Nederlandse samenleving als geheel. Een land waarin onderlinge betrokkenheid en verbondenheid wezenlijke waarden zijn, is een land dat eigendom respecteert. Een overheid die werken en ondernemen wil stimuleren, is een overheid die ervoor zorgt dat werken en ondernemen lonend zijn in plaats van iedere verworven euro maximaal af te romen. Op deze basis kan de samenleving welvaart en welzijn nastreven. In een sterke economie dient de staat vooral de basisvoorwaarden te scheppen die noodzakelijk zijn voor de start, groei en voortgang van bedrijvigheid voor ondernemers, agrariërs en andere werkenden. In een sterke economie wordt de inspanning van werkenden gewaardeerd, worden ambitieuze mensen uitgedaagd een eigen onderneming te starten en gedijt het mid-den- en kleinbedrijf ( $m k b$ ). Een gezonde Nederlandse economie weet zijn landbouw en visserij naar waarde te schatten. Wij steunen een markteconomie, maar geen volledig geglobaliseerde economie die zich aan alle regels behalve die van de multinationals zelf onttrekt. Wanneer veel mensen werkloos thuis zitten terwijl werkenden uit andere landen het goederenvervoer verzorgen, het werk in de kassen doen, pakketten rondbrengen en op het land werken, is er iets mis met de prikkels die werken lonend maken. Dat is het geval in Nederland, waar de collectieve sector steeds groter wordt, de overheid zich steeds dwingender laat gelden en de inwoners van dit land steeds zwaardere lasten krijgen opgelegd om dit te bekostigen. JA21 wil weer naar een economie toegroeien die kansen de moeite waard maakt om te benutten. ### 3.2. Collectieve sector en lastendruk Een democratische rechtstaat gedijt bij een goed gereguleerde vrije markt. In een dynamische samenleving krijgen mensen ruimte om zich werkend en ondernemend te ontplooien. De vruchten van harde arbeid en zakelijke inspanningen verdienen een beloning. Mensen weten zelf hoe ze hun werkzame leven willen inrichten. Daarbij past het streven naar een kleine overheid. Terwijl de economie in zwaar weer verkeert, groeit de omvang van de collectieve sector als deel van het BBP echter. Bedroeg de omvang van de collectieve sector in 2001 nog 35 procent, in 2019 steeg deze naar 39 procent en in 2020 maakte de collectieve sector 46 procent van het BBP uit. Daarmee drukken de collectieve lasten nog zwaarder op dat deel van de economie dat de crisis doorstaat. Oneindig stapelen van lastenverzwaringen kan alleen een halt worden toegeroepen als de ongeremde groei van de collectieve sector stopt. De overheidsbemoeienis met de Nederlandse samenleving is gigantisch geworden. De overheid met aanverwante instellingen is verreweg de grootste werkgever in Nederland. Er is een enorm apparaat opgetuigd dat --- pdf_page: 50 --- het land overstelpt met regels, procedures, commissies, programma's, rondetafelgesprekken, procesbegeleiders, controleurs, risicomanagers en andere officers die value moeten toevoegen. JA21 signaleert een dreigende tweedeling tussen enerzijds mensen met vast werk en anderzijds mensen die maar moeten zien hoe ze iedere maand een inkomen verwerven. De coronacrisis toont schrijnend aan hoe de maatregelen vooral de tweede groep treffen. Je zult's middags maar te horen krijgen dat's avonds je bedrijf voor een paar weken moet sluiten. Structureel vergroten van de economische dynamiek vraagt om het systematisch verkleinen van de overheidsbemoeienis. Geld dat de overheid verdeelt, is geld dat elders is verdiend. Werken hoort te lonen in plaats van te worden afgestraft. Ondernemen hoort te worden gestimuleerd in plaats van te worden tegengewerkt. Een overheid hoort eigendom te respecteren in plaats van af te pakken en over te hevelen. In Nederland raken we steeds verder van deze vanzelfsprekende noties verwijderd. Inmiddels is de belasting op inkomen uit arbeid zo immens gestegen, dat het verder opschroeven van belastingen geen reële optie meer is. In 2005 maakte de inkomstenbelasting een kwart uit van de totale belastinginkomsten. Inmiddels is dat een derde. Hoe problematisch ons belastingstelsel is, wijst het bestaan van een armoedeval uit, waardoor mensen die de stap zetten van uitkering naar betaald werk er financieel op achteruit gaan doordat lastenverzwaringen in de plaats komen van tegemoetkomingen. Het Rijk zoekt naar nieuwe bronnen van inkomsten. De BTW steeg van 19 naar 21 procent. In Duitsland werd, om de klappen van de coronacrisis op te vangen, de BTW tijdelijk van 19 naar 16 procent verlaagd. Zo kan het ook. Een eenvoudig voorbeeld van een overheid die met zorgvuldig sparen verworven eigendom naar zich toe trekt, is de erf- en schenkbelasting. Waarom zouden ouders nog sparen voor hun kinderen, als ze weten dat de Belastingdienst na hun overlijden direct op de stoep staat om een flinke portie van de erfenis naar binnen te slepen? De belastingvrije grens voor schenkingen moet wat JA21 betreft flink omhoog en de tarieven omlaag. In de nota Bouwstenen voor een beter belastingstelsel staat dat een efficiënt belastingvoorstel de keuzes van burgers en bedrijven zo min mogelijk beïnvloedt. Duidelijk mag zijn dat voorstellen die aan dat criterium voldoen, welhaast een unicum zijn. De aaneenschakeling van drama's rond de Belastingdienst, uiteenlopend van haperende systemen en een ontstellende bureaucratie tot aan onbegrijpelijke regelingen met als dieptepunt het menselijke drama rond de toeslagen, maakt hard ingrijpen onvermijdelijk. Zware lasten verzachten met een steeds ingewikkelder systeem van toeslagen en andere bypasses is voor JA21 het paard achter de wagen spannen. In plaats van geld herverdelen door steeds zwaardere belastingen te heffen en de euro's vervolgens door de samenleving te gaan rondpompen, zorgt daadwerkelijke, rechtstreekse verlaging van lasten voor een directe stijging van de koopkracht. Een hogere belastingvrije voet in de inkomstenbelasting is een stap in de goede richting met een onmiddellijk positief effect door de stijging van (met name lagere) besteedbare inkomens. Het stelsel als zodanig is aan een grondige herziening toe. JA21 wil toewerken naar een fiscaal systeem dat gezinnen ondersteunt. Vaste lasten worden betaald via een broninhouding voor mensen in de bijstand. Er moet een betere --- pdf_page: 51 --- # JA21 wil koppeling komen tussen inkomsten, kredietwaardigheid en schuld. Het faillissementsrecht wordt aangepast. Doorlooptijd van schuldsanering wordt verkort. De Wet verbetering poortwachter, die als doel heeft het aantal langdurig zieke werknemers terug te dringen, heeft een sterke vereenvoudiging nodig. Het leenstelsel wordt afgeschaft ten gunste van een studiebeurs, met terugwerkende kracht, dus compensatie, voor alle studenten die vanaf 2015 een lening hebben afgesloten. JA21 bepleit een herinvoering van een studiebeurs (bedrag gebaseerd op levensonderhoud), gerelateerd aan het inkomen van de ouders en een variabel collegegeld (bedrag gebaseerd op type studie). Er bestaat een indicator voor het succes van de Nederlandse economie. Stijgen reële netto-inkomens en nemen privévermogens weer toe? Een bevestiging van deze vraag is voor JA21 het juiste antwoord voor werk en inkomen. Dat maakt een verlaging van de tarieven van de inkomstenbelasting nodig, alsmede het afschaffen van vermogensbelasting voor particulieren en het verruimen van de vrijstellingen voor schenkingen en erfbelasting. De BTW-tarieven worden verlaagd tot de percentages die in Duitsland worden gehanteerd, derhalve van 21 naar 19 procent en van 9 naar 7 procent, alsmede een tijdelijke verlaging naar 16 respectievelijk 5 procent om ondernemers te helpen de COVID-19-crisis door te komen. Ook de brandstofaccijnzen worden verlaagd. Deze correcties schelen de schatkist inkomsten. Deze worden gecompenseerd door het instellen van plafonds in de rijksbegroting die bij de jaarlijkse (meerjaren)begroting dwingen tot scherpere keuzes in plaats van de publieke en financiële sector te laten uitdijen op rekening van de inwoners van dit land. ## $\checkmark$ Een einde aan de onbeheerste groei van de collectieve sector. $\checkmark$ Een hogere belastingvrije voet voor de inkomstenbelasting. Directe koopkrachtstijging door lagere lasten, in plaats van geld herverdelen met steeds zwaardere belastingen en de opbrengst met toeslagen door de samenleving rondpompen. Een drastische herziening en vereenvoudiging van het belastingstelsel. Toewerken naar een fiscaal stelsel dat gezinnen ondersteunt. Een hogere belastingvrije grens voor schenkingen. Afschaffen van het leenstelsel met compensatie voor studenten die vanaf 2015 een lening hebben afgesloten. Permanente verlaging BTW-tarieven, alsmede een tijdelijke verlaging om ondernemers te helpen de COVID-19-crisis door te komen. --- pdf_page: 52 --- # 3.3 Sparen en pensioenen Respect voor eigendom en vermogen is onvermijdelijk met een vrije samenleving verbonden. Dat maakt het mogelijk een eigen leven te leiden en in vrijheid keuzes te maken, in plaats van steeds sterker te worden gestuurd door een (herverdelende) overheid. Vanuit een conservatief-liberale invalshoek bezien, werkt de economie ten dienste van de gemeenschap, van de burgerij, van de kiezers. In die opvatting is er volgens JA21 minder ruimte voor een enorme, uitdijende staat of een gigantische financiële sector waarin alles en iedereen aan het infuus ligt. 'De beste bank ben je zelf', drukt dat beginsel goed uit. Wij stimuleren én beschermen de vorming van eigendom en vermogen bij de Nederlandse bevolking zelf. Alleen dát maakt een samenleving schokbestendig. Fiscale belasting dient zich te richten op met name transacties en inkomens. Privévermogens dienen voor het overgrote deel te worden ontzien. Sparen hoort te worden aangemoedigd in plaats van te worden ontmoedigd. Door de prijsstijging van woningen zijn er nu al rijtjeshuizen die sluipend onder de jaloeziebelasting 'villatax' vallen. A21 beschouwt het ontmoedigen van sparen als een straf van de staat voor het verwerven van vermogen. Het Nederlands pensioenstelsel is een gestapeld geheel van inkomensverzekeringen. Elke pensioengerechtigde krijgt per zogenoemd gewoond jaar in Nederland een staatspensioen (AOW). Werknemers betalen daarnaast verplicht premie in een sectoraal bedrijfspensioenfonds. ledereen kan zich tenslotte individueel bijverzekeren of kan 'gewoon' sparen. Het voordeel van een verzekering is de betaalbaarheid van het stelsel. Het nadeel is dat een leven lang afstaan van inkomen door middel van premies niet leidt tot individueel bezit. JA21 steunt het compromis dat geresulteerd heeft in de nieuwe pensioenwet. JA21 wil naar een variabele pensioenleeftijd toewerken. Zeker voor zware beroepen weegt het aantal gewerkte arbeidsjaren voor JA21 zwaar voor het moment waarop de AOW-leeftijd wordt bereikt. Het moet voor ouderen mogelijk worden om het werkzame leven flexibeler af te bouwen tot het moment waarop de arbeidsproces definitief ten einde is. Voor JA21 is het belangrijk dat de pensioenleeftijd het mogelijk maakt voor (nog) vitale grootouders om hun kinderen en kleinkinderen enigszins te ontlasten. Een te hoge pensioenleeftijd leidt tot het omgekeerde. Het bedrijfspensioen verschilt per pensioenfonds, waarvan de deelname overigens verplicht is. Persoonlijke omstandigheden, mogelijkheden én onmogelijkheden vragen om maatwerk en een vergroting van de individuele invloed op de pensioenvorming. Bedrijfspensioenen mogen wat JA21 betreft in de nieuwe wetgeving meebewegen met de economie zoals in de nieuwe systematiek is vastgelegd. Maar een uitkering dient in ieder geval gelijk te zijn aan alle historische inleg plus de gehanteerde rente(s). Duikt de uitkering onder dit niveau, dan vult de overheid dit aan ten koste van afdrachten en garantstellingen aan de EU. De ECB is immers de hoofdveroorzaker van de jarenlange reële waardevermindering van onze bedrijfspensioenen op basis van besluiten waar ze destijds niet eens voor is opgericht. --- pdf_page: 53 --- # JA21 wil $\checkmark$ De vorming van eigendom en vermogen bij de Nederlandse bevolking stimuleren én beschermen. $\checkmark$ Een variabele pensioenleeftijd bewerkstelligen. $\checkmark$ Maatwerk op basis van persoonlijke omstandigheden en een vergroting van de individuele invloed op de pensioenvorming. --- pdf_page: 54 --- # 3.4 Energie en energietransitie Ondanks alle ambities van de Europese Unie en ons eigen Klimaatakkoord zal door opkomende economieen de mondiale energiebehoefte blijven stijgen. Dat gaat zodanig snel dat het onmogelijk is om die groei alleen met zon en wind bij te houden: ondanks de enorme investeringen in duurzame energie is het aandeel fossiel al decennia lang ongeveer gelijk gebleven, en zitten zon en wind rond de 1 procent van de wereldwijde energieproductie. Zelfs in de meest optimistische scenario's (vanuit het oogpunt van een spectaculaire toename van duurzame energie) is in 2050 nog steeds meer dan de helft van het wereldwijde energiegebruik fossiel. In de meer realistische scenario's is het fossiele energiegebruik wereldwijd in 2050 zelfs flink hoger dan nu, ondanks de enorme uitgaven aan klimaatbeleid in een paar West-Europese landen: de echt grote uitstoters China en India zullen namelijk de komende decennia veel meer CO2 gaan uitstoten. Dat mag gewoon van het Akkoord van Parijs. Het Nederlandse klimaatbeleid dreigt energie onbetaalbaar te maken. Nederland kan volgens het KNMI door de CO2-uitstoot met 49 procent te verlagen de temperatuurstijging tot ongeveer 0,00007 graden Celsius terugdringen. Het realiseren van de klimaatdoelstelling van Parijs voor 2030 (40 procent minder CO2) kost ieder huishouden zeker 350 euro bovenop de kosten van het Energieakkoord. Dat is nog zonder de extra inspanningen die linkse politieke partijen verlangen. Ook dan zijn we er nog lang niet, want in de Klimaatwet is vastgelegd dat Nederland al in 2050 minder CO2-neutraal moet zijn. De kosten daarvan zijn astronomisch hoog, volgens de Volkskrant voor Nederland zo'n 700 miljard euro. De energierekening begint al met meer dan honderd euro per jaar op te lopen. Aardgas zal de komende decennia wereldwijd steeds meer de leidende schone en betaalbare energievorm worden. Niet toevallig beschikt Nederland over een van de beste netwerken ter wereld voor aardgas. Veel huishoudens krijgen binnenkort te maken met het verplicht gasloos maken van de woning. Dat kost per woning 15.000 tot meer dan 100.000 euro. We moeten stoppen met het gedwongen CO2-vrij maken van alle bestaande woningen en gebouwen. Het beleid om alle huizen geforceerd vóór 2050 van het gas te halen is volgens JA21 onbetaalbaar en onhaalbaar. Van de kosten is slechts een fractie ooit terug te verdienen op bespaard gas. Ook is het sowieso totaal onmogelijk om 240.000 woningen per jaar zodanig te verbouwen dat ze van het gas af kunnen. De Wet Voortgang Energietransitie (Wet VET) die een streep haalt door aardgas in nieuwbouw, dient te worden herzien. Aardgas is immers een energiebron waarvoor Nederland in de loop van de jaren een uitstekende, goed onderhouden infrastructuur van wereldklasse heeft opgebouwd. JA21 vindt het onverantwoord om als een van de weinige landen in de wereld onze welvaart op te offeren aan een utopisch plan om in 2050 met de wereld van fossiel af te zijn. Daarom moeten we terug naar energiebeleid dat alleen is gericht op onze energievoorziening, met als criteria: betrouwbaar, schoon, haalbaar, met draagvlak en betaalbaar. We moeten in ieder geval geen CO2-maatregelen nemen die nog verder gaan dan de --- pdf_page: 55 --- EU-regelgeving, want dat zal de welvaart in Nederland onevenredig hard treffen doordat de zware industrie ons land zal verlaten. In de klimaatplannen van de regering voor 2030 blijkt van de duurzame energie 60 procent te zijn gebaseerd op biomassa. Er bestaat wetenschappelijk geen twijfel over dat houtige biomassa onterecht als duurzaam en CO2-reducerend beschouwd wordt: de CO2-reductie volgt pas over honderd jaar en de verbranding produceert naast aanzienlijk meer luchtvervuiling ook meer dan twee maal zoveel CO2 als het huidige aardgas. Biomassa is dus geen duurzame energie en verhoogt sterk de CO2-emissies. Dat er geen alternatief zou zijn dat wél duurzaam is, kan daarom nooit reden zijn om met biomassa door te gaan tot 2030 en daar vele miljarden subsidie aan te besteden. Toch is dit wel de redenering in Den Haag. Kappen dus met biomassa. Tot slot speelt ook nog het ruimtegebruik mee: Nederland zou bijna alle resterende open gebieden op land en zee vol moeten zetten met zon- en windparken om daarmee aan zijn energiebehoefte in 2050 te voldoen. Ook zou de stabiliteit en betrouwbaarheid van ons elektriciteitsnet ernstig worden aangetast door deze wisselvallige bronnen. JA21 wil daarom stoppen met het huidige klimaatbeleid (subsidiëren van onder andere zon, wind, biobrandstoffen en met name met het biomassabeleid) onder het juk van de Klimaatwet. De onrealistische doelen voor duurzame energie en CO2-reductie in 2023, 2030 en 2050 moeten worden afgeschaft. We moeten stoppen met de plannen voor een extra hoge CO2-belasting voor bedrijven. Wat wel dringend nodig is, is dat Nederland naar een degelijk energiebeleid terugkeert met de focus op betrouwbare, schone en betaalbare energie. We moeten voortdurend zoeken naar betere energiebronnen. En 'beter' wil dus zeggen: schoon, betrouwbaar, haalbaar en betaalbaar. Transities naar dure, onbetrouwbare en inefficiëntere systemen zijn immers gedoemd te mislukken omdat ze stuklopen op economische problemen, het landschap aantasten en een bedreiging vormen voor het milieu. Daarom moet bij de overheidsuitgaven aan de energietransitie de focus wat JA21 betreft geheel verschuiven van het subsidiëren van onrendabele duurzame bronnen naar energieonderzoek en innovatie. JA21 is voorstander van kernenergie. Kernenergie is betrouwbaar en veilig, beschikbaar naar behoefte, schoon en betaalbaar en neemt nog minder ruimte in dan fossiele centrales. Daardoor kan kernenergie op termijn fossiele energie vervangen en daarbij welvaart versterken in plaats van afbreken. Kernenergiecentrales dragen bovendien op ieder moment van de dag bij aan het regelvermogen van het elektriciteitssysteem en garanderen beschikbaarheid ook als er geen wind en/of zon is; tijdens periodes van laag verbruik kan daarnaast op efficiënte wijze de elektriciteit worden gebruikt voor het produceren van waterstof. Het enige wat hiervoor nodig is, is een langdurig commitment van de Nederlandse overheid. Dan kunnen voorwaarden geschapen worden waarop commercieel rendabele kerncentrales gebouwd kunnen worden die voor 60 tot 80 jaar betrouwbare en voordelige stroom kunnen leveren en kan snel met de bouw begonnen worden. De vergunning voor de kerncentrale in Borssele dient te worden verlengd. Nederland kan met het vergroten van het aandeel kernenergie in de energiemix beginnen door het aanbesteden van een aantal nieuwe kerncentrales in Borssele, de Eemshaven en de Maasvlakte. --- pdf_page: 56 --- Goedkope en betrouwbare kernenergie kan op lange termijn ook via waterstof synthetische alternatieven produceren voor diesel en kerosine en voor industriële grondstoffen. JA21 is overigens tegen het substantieel subsidiëren van de productie van kernenergie, waterstof of welke energievorm dan ook. Alleen concurrerende kernenergie is een betere optie dan fossiel. In afwachting van een groot aandeel kernenergie kunnen we blijven vertrouwen op geïmporteerd aardgas, en op de schone en efficiënte gloednieuwe kolencentrales die we kortgeleden hebben geopend, maar die de overheid alweer aan het sluiten is. Het sluitingsbesluit voor onze gloednieuwe en schone kolencentrales moet worden ongedaan gemaakt. Voor energievoorziening op lange termijn wil JA21 mede inzetten op gesmoltenzoutreactoren (MSR). Deze nieuwe vorm van kernenergie is absoluut veilig, produceert nauwelijks langlevend afval en vooral: wordt zelfs flink goedkoper dan steenkool en aardgas. In Nederland is bij Technische Universiteit Delft, NRG (HFR-reactor Petten) en EPZ (kerncentrale Borssele) unieke knowhow op dit gebied aanwezig. Veelbelovende MSR-startups laten hier al onderzoek doen of willen zich graag in Nederland vestigen. De plannen daarvoor liggen klaar. JA21 wil het onderzoek opschalen en de vestiging van startups faciliteren. --- pdf_page: 57 --- # JA21 wil Stoppen met het gedwongen CO2-vrij maken van alle bestaande woningen en gebouwen. Geen CO2-maatregelen nemen die nog verder gaan dan EU-regelgeving verplicht. Niet alle huizen geforceerd vóór 2050 van het gas halen, omdat het onbetaalbaar en onhaalbaar is. De Wet Voortgang Energietransitie (Wet VET), die een streep haalt door aardgas in nieuwbouw, herzien omdat aardgas een goedkope schone bron van energie is waarvoor Nederland in de loop van de jaren een uitstekende, goed onderhouden infrastructuur van wereldklasse heeft opgebouwd. Voortdurend zoeken naar betere energiebronnen met als kenmerk schoon, betrouwbaar, haalbaar en betaalbaar. Bij overheidsuitgaven aan de energietransitie de focus geheel verschuiven van het subsidiëren van onrendabele duurzame bronnen naar energieonderzoek en innovatie. Het sluitingsbesluit voor onze gloednieuwe en schone kolencentrales ongedaan maken. Het aandeel kernenergie in de energiemix vergroten door het aanbesteden van een aantal nieuwe kerncentrales in Borssele, de Eemshaven en de Maasvlakte. Inzetten op energievoorziening door middel van gesmoltenzoutreactoren (MSR) en het onderzoek daarvoor opschalen. Geen bossen kappen om biomassacentrales van brandstof te voorzien. We respecteren het besluit dat er na 2022 niet meer geboord zal worden in Groningen. Wel blijven een aantal locaties stand-by voor noodsituaties als extreme kou of problemen met gasimport uit het buitenland. *De compensatie voor geleden schade aan Groningers dient snel en ruimhartig te worden afgehandeld --- pdf_page: 58 --- # 3.5 Vervoer en infrastructuur Een gezonde economie in Nederland is geen vanzelfsprekendheid. Nederland heeft zijn welvaart te danken aan decennialange investeringen in onze economie en onze internationale concurrentiekracht. JA21 signaleert dat onze infrastructuur een cruciale rol speelt. Met name de efficiëntie van het zee- en luchttransport en de kwaliteit van de wegen scoort internationaal hoog. Hoge scores zijn mooi, maar om in de top te blijven mogen we niet achterover gaan leunen, en zeker niet de kip met de gouden eieren gaan slachten, door vervoer onbetaalbaar te maken of zodanig te verwaarlozen dat het onze economie gaat schaden. Net zoals een boer zijn land bemest, moet Nederland blijven investeren in zijn infrastructuur om het land vruchtbaar te houden. Daarnaast is onderhoud aan infrastructurele werken een belangrijke factor die de afgelopen decennia is verwaarloosd. Zo dient onze overheid blijvend te investeren in goed bereikbare zeehavens, waarin continu schaalvergroting en technische vernieuwing plaatsvindt, zodat containerladingen en bulkgoederen tegen zo laag mogelijke verhandelingskosten en met zo weinig mogelijk tijdsverlies hun weg vinden naar hun volgende bestemming. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van wegtransport, spoor en binnenvaart. Om in de toekomst ook een economische hoofdrolspeler te zijn, moeten we in Nederland de infrastructuur van de komende decennia nu goed op de kaart zetten. De prestaties van het wegennet moeten integraal worden bekeken, met aandacht voor het op elkaar aansluiten van verschillende vervoersmodaliteiten. De Randstad is de economische motor van Nederland. De verstedelijking daar brengt ook op infrastructuurgebied, in relatie met ruimtelijke ordening, geluidshinder, congestie en luchtvervuiling, vraagstukken voort die integraal moeten worden aangepakt. Bestuurlijk is de Randstad echter versnipperd. Voor de aanpak van integrale problemen dient het mogelijk te zijn om bestuurlijk mechanismen te creëren die het mogelijk maken bestuurlijk slagvaardiger op te treden. Tegelijk tonen kennisregio Eindhoven en economische topregio Zwolle, om twee voorbeelden van buiten het Westen te noemen, aan hoe samenwerking de kracht van de regio ook in andere delen van ons land kan bundelen en bevorderen. JA21 staat positief tegenover de komst van de Lelylijn, die volgens onderzoeken kostendekkend valt te exploiteren en kan bijdragen aan de economische groei van de noordelijk provincies en de onbalans tussen stad en platteland kan verkleinen. Noord-Nederland dient qua infrastructuur verder te worden ontwikkeld middels snelle treinverbindingen die West-Nederland met Noord-Duitsland (Bremen/ Hamburg) verbinden om daarmee de economie te stimuleren en ruimte te creëren voor uitbreiding van bedrijvigheid waar in het Westen het gebrek aan ruimte steeds knellender wordt. Noord-Nederland heeft voldoende mogelijkheden (havens, universiteit, ruimte) om een belangrijke bijdrage te leveren aan de Nederlandse economie. JA21 wijst ook op het belang in het Oosten van ons land van de Nedersaksenlijn tussen Enschede en Groningen. Er moet werk worden gemaakt van een snelle treinverbinding tussen Amsterdam en Aken. Realisatie van dit soort projecten vergt versimpeling en verkorting van bureaucratische trajecten die de aanleg van nieuwe infrastructuur vertragen. --- pdf_page: 59 --- Om in de komende decennia een topspeler te zijn in logistiek, dienen knelpunten in het Nederlandse weggennet te worden aangepakt, zoals de verbinding A8-A9 en het ombouwen van de N35 naar de A35. JA21 is voor een tolvrije Westerscheldetunnel. Zo wordt ZeeuwsVlaanderen vrij bereikbaar, ontstaat een gelijk economisch speelveld en wordt een krachtige impuls gegeven aan verdere economische samenwerking met het Vlaamse achterland. Limburg is gebaat bij een betere doorstroming op de A2 en A67. In de onwil om dergelijke knelpunten voortvarend uit de weg te ruimen, liggen de grootste oorzaken van vertraging. In de moderne bedrijfsvoering is punctualiteit steeds belangrijker geworden. Daarom pleit JA21 voor een herinvoering van een maximumsnelheid van 130 kilometer per uur overdag op onze snelwegen, wat alleen al mogelijk is doordat de invloed van de verlaging naar maximaal 100 kilometer per uur overdag op de stikstofuitstoot nihil is. De belangrijkste slagader voor vrachtwagens is de A15. Ten opzichte van Antwerpen, Hamburg en Bremen levert deze snelweg de minste vertraging op, wijst de TomTom Traffic index 2019 uit. De volledig geëlektrificeerde havenspoorlijn en de Betuweroute vormen een steeds belangrijkere verbinding met ZuidwestDuitsland. Voor de Rotterdamse haven is hier nog meer groeipotentieel, maar dan moet er wat JA21 betreft vaart worden gezet achter een tijdige vergroting van de spoorcapaciteit, waaronder het tijdig opleveren van de spoorverbreding. Recent onderzoek van ProRail ('non-conformiteiten' Rotterdamse havenspoorlijn) toont aan dat onverwachte stremmingen op de havenspoorlijn vooral werden veroorzaakt door achterstand in onderhoud, het niet adequaat aanpakken hiervan, en disproportionele weerstand uit de omgeving. Dit onderzoek leert ons dat niet alleen het spoor op orde dient te zijn, maar dat ook overheden hun prioriteiten op orde dienen te hebben. Voor de groei van het containervervoer via binnenvaart is JA21 voorstander van een verdere optimalisatie van de gehele keten van overslag en transport. Dit is meer dan alleen het bouwen van meer overslag. Het gaat immers om de volledige doorlooptijd van haven tot eindbestemming. Er valt echter ook veel te winnen, als men nagaat dat een binnenvaartschip de capaciteit heeft van tientallen vrachtwagens. Veel gezinnen wonen buiten de regio waar ze werken en forenzen. Dagelijks stappen miljoenen Nederlanders de voordeur uit om zich via fiets, auto of openbaar vervoer naar hun werk en school te begeven. JA21 zet in op een combinatie van deze transportmiddelen (multimodaliteit), in plaats van ze als concurrenten te zien. Treinstations als overstapplek voor automobilisten met volop voorzieningen tussen perron en parkeerplaats, bussen als luxe transitcoaches voor mensen die verder van hun werk wonen en geen treinstation in de buurt hebben. Daarnaast ziet JA21 meer in hoogfrequente snelle (lightrail) spoorverbindingen die ook minder dichtbevolkte gebieden kunnen ontsluiten en het woon-werk verkeer voorspelbaar en betrouwbaar maken. Dit is een beter alternatief dan het subsidiëren van elektrische auto's, omdat het fileprobleem daarmee niet wordt opgelost, en nieuwe problemen worden veroorzaakt zoals het winnen van de benodigde schaarse metalen en de belasting van het elektriciteitsnetwerk. JA21 heeft dan ook met de verfijning van het spoornetwerk een verdere verbetering van het personenvervoer voor ogen, met volop kansen voor ondernemerschap. --- pdf_page: 60 --- Niet alleen de capaciteit van onze infrastructuur is van belang, maar ook de kwaliteit en vooral de (verkeers-) veiligheid. ledereen wil immers dat zijn of haar geliefde weer veilig thuis komt. De verkeersveiligheidsdoelen van 2020 werden door de huidige regering niet gehaald. De afgelopen tien jaar steeg het aantal verkeersdoden vooral onder fietsers, ouderen en scootmobielrijders. Om het tij te keren zijn er op korte termijn effectieve maatregelen op grote schaal nodig, gericht op het duurzaam veilig inrichten van wegen, inclusief de infrastructuur voor fietsers. Zo wil JA21 extra gaan investeren in separate fietspaden en snelfietsroutes voor onder andere scooters en elektrische fietsen. Fietsers kunnen ook zelf bijdragen aan hun eigen veiligheid, bijvoorbeeld door het dragen van een fietshelm en reflecterende kleding/door een fietshelm en reflecterende kleding te dragen en extra verlichting te voeren. Volgens het SWOV scheelt dit maar liefst 85 verkeersdoden per jaar. JA21 is hier zeker voorstander van, maar ziet het gebruik ervan als eigen verantwoordelijkheid. Handhaving van maximumsnelheden dient te zijn gericht op het bevorderen van de veiligheid. Waar weggebruikers niet zelf kunnen kiezen, dient de overheid voor veiligheid te zorgen. Onveilige, gelijkvloerse spoorwegkruisingen zijn niet meer van deze tijd, daarom willen wij extra investeren in ongelijkvloerse spoorwegkruisingen in het hele land. De kosten hiervan kunnen drastisch omlaag indien deze onderdoorgangen worden gestandaardiseerd. Onze schoolgaande jeugd moet veilig op de fiets naar school kunnen gaan. Naast de klassieke logistiek van personen en goederen is Nederland ideaal voor die derde distributiesoort: data. Een modern, robuust en 100 procent veilige infrastructuur voor het transport en de opslag van bits \& bytes geeft ons land een geweldige voorsprong en past heel goed in onze economische traditie. In een dichtbevolkt land zijn de aanlegkosten relatief laag. Zo ontwikkelt zich rond de Eemshaven inmiddels een van de grootste datacentra van Europa. De interneteconomie is uitermate geschikt voor krappe binnensteden en meer afgelegen krimpgebieden. Distributie tast het landschap niet aan en voor opslag zou de overheid kunnen investeren om thans vrijstaande of vrijkomende productiehallen op bedrijventerreinen kabelmatig met elkaar te verbinden. De ICT-economie trekt heel veel kapitaal en hoogopgeleide mensen aan, is een échte economie (anders dan bijvoorbeeld windturbines of zonnevlaktes) en geneert heel goede inkomens. Net als bij de klassieke infrastructuur is het belangrijk dat de digitale infrastructuur nationaal bezit is of nationaal toezicht kent. Dus in plaats van een woud van private 5G-masten liever een eigen ondergronds netwerk van hightech bekabeling. Misschien moet daar, analoog aan wegen en vaarwegen, een 'Rijksdigistaat' voor opgericht worden. Verlekkerd zal de staat de mogelijkheid van een dataverbruiksbelasting gaan onderzoeken. JA21 zegt: niet doen. Dit alles is wellicht wat duurder, maar het zal een enorme boost geven aan allerlei nieuwe mkb-bedrijven die afhankelijk zijn van deze topfaciliteit. In combinatie met het aantrekkelijk maken van ICT-opleidingen is de ICT-economie het allerbeste paard waar ons land op kan wedden. Kortom, ook in de economie geldt: conservatief-liberaal is het nieuwe progressief. Overheidsfinanciering van technologische ontwikkelingen is volgens JA21 alleen verantwoord indien deze --- pdf_page: 61 --- ontwikkeling te langdurig is om louter door bedrijven te laten trekken, of als ze een samenwerking tussen bedrijven vergt die door de overheid kan worden gefaciliteerd. In alle gevallen gaat het om een tijdelijke duw in de rug, waarna bedrijven weer volop winstgevend zijn en op eigen kracht door kunnen. Daarbij moet de overheid opletten dat de opbrengsten weer ten goede komen aan onze maatschappij. ## JA21 wil $\checkmark$ Voorkomen dat onderhoud aan infrastructuur wordt verwaarloosd. $\checkmark$ Investeren in infrastructuur zoals de Lelylijn, de Nedersaksenlijn en goede treinverbindingen tussen het Westen van het land met Noord-Duitsland en Aken. $\checkmark$ Optimalisatie van de transportketen van containervervoer over water. $\checkmark$ Knelpunten in het wegennet aanpakken, zoals het ombouwen van N35 naar A35, het realiseren van de verbinding A8-A9 of het verbeteren van de doorstroming op de A2. $\checkmark$ Een tolvrije tunnel onder de Westerschelde. $\checkmark$ Inzetten op multimodaliteit, zodat verschillende vormen van vervoer elkaar versterken. $\checkmark$ Terug naar een maximumsnelheid van 130 kilometer per uur overdag op onze snelwegen. $\checkmark$ Duurzaam en veilig inrichten van wegen, inclusief de infrastructuur voor fietsers. $\checkmark$ Onveilige, gelijkvloerse spoorwegkruisingen vervangen door ongelijkvloerse kruisingen. $\checkmark$ Investeren in de digitale infrastructuur om de ICT-economie en het transport van data te stimuleren. --- pdf_page: 62 --- # 3.6 Ondernemen en vernieuwen Sinds 2011 daalt het aantal nieuw gestichte mkbbedrijven met personeel tussen de 60 procent ('klein' mkb) en 80 procent ('groot' mkb). Net als de bevolking vergrijst het mkb dus. Dit is de situatie van vóór de COVID-crisis. Het starten van een mkb-onderneming is daarom helemaal niet populair. Dit ondergraaft al vrij snel de traditionele banenmotor die het mkb nu nog is. Tevens is het huidige mkb-bedrijf een kleine onderneming: er werkt gemiddeld een handvol mensen, inclusief de ondernemer zelf. Een toename van het aantal nieuwe mkb-bedrijven met (!) personeel is een eenvoudige indicator voor de staat van het Nederlandse bedrijfsleven. Een 'geboortegolf' van nieuwe mkbondernemingen is voor ons land van levensbelang. Zzp'ers zijn van enorm belang voor onze economie. Ze belichamen de Nederlandse ondernemersgeest en behoefte aan vrijheid als geen ander. We zien echter steeds vaker dat mensen er niet bewust voor kiezen om eigen baas te zijn, maar hiertoe worden gedwongen als gevolg van de doorgeschoten flexibilisering van de arbeidsmarkt en het bureaucratische woud dat het verder uitbouwen van een onderneming nagenoeg onmogelijk maakt. JA21 wil behoud van fiscale voordelen voor de klassieke ondernemer en de fiscale regels vereenvoudigen. Als mkb-vriendelijke partij wil JA21 een fiscaal systeem dat zzp'ers ondersteunt om samen een nieuwe mkb-onderneming te starten. Het moet weer aantrekkelijk worden voor ondernemers om werknemers aan te trekken in loondienstverband, of om samen met andere zzp'ers een volwaardige mkbonderneming te starten. Door een soepeler ontslagrecht voor het mkb kunnen er weer sneller werknemers worden aangenomen. Wij vinden dat de eerste WWmaanden nog wel een hoger percentage mogen kennen ( 90 in plaats van 75 procent loonpercentage). Tevens moet de doorbetalingsverplichting bij ziekte van werknemers (nu 2 jaar) aanzienlijk worden verkort. Daarbij geldt de regel: hoe kleiner het mkb-bedrijf, hoe korter de doorbetalingsverplichting. JA21 wil de wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelatie) afschaffen met behoud van een verplichte veronderstelde dienstbetrekking voor de lage tarieven, bijvoorbeeld bij gedwongen ondernemerschap. Met een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) prijst de overheid onze eigen mensen uit de markt. De verplichting moet eraf, zodat zzp'ers hun eigen inschatting en afweging kunnen maken. Behalve het mkb is ook de overheid als werkgever uit balans geraakt. Aan beleidsdeskundigen is geen gebrek. Op het niveau van de werkvloer is de publieke sector de afgelopen decennia echter verregaand verschraald, tot op het onverantwoordelijke af. Dat zien we nu goed bij het bestrijden van COVID-19, dat in de kern gewoon neerkomt op een tekort aan mensen en middelen. De COVID-crisis is in wezen een capaciteitscrisis. JA21 wil in de omvang en samenstelling van het ambtelijk apparaat een herschikking ten gunste van de vakmensen en ten koste van procesbegeleiders. Ook wil JA21 dat ondernemers bij overheden en instellingen in de publieke sector met hun vragen terechtkunnen bij een eigen ondernemersloket. Financieel ligt momenteel het verantwoorde plafond van de overheid op zo'n 35 procent van het bruto binnenlands product (BBP). --- pdf_page: 63 --- # JA21 wil Het MKB kent niet de luxe van allerlei stafafdelingen die voor hen de immer groeiende berg aan overheidsbepalingen kan bijhouden. De overheid dient zich voor hen verregaand te vereenvoudigen en daarbij helpt het stimuleren van een state-of-the-art digitale overheid die op zijn beurt doe-het-zelf gedrag bij burgers en bedrijven bevordert. Een concurrerende Nederlandse economie is een economie die innoveert. Op internationale ranglijsten scoort Nederland hoog als het gaat om deze aspecten. Een kenniseconomie kan niet zonder maakbedrijven. JA21 is pleitbezorger van een innovatiebeleid dat te verwerven kennis en inzichten koppelt aan maakindustrie in eigen land. Middelgrote ondernemingen en kleine bedrijven vormen de ruggengraat van onze economie. De politiek legt echter graag het volle gewicht op grote, multinationale ondernemingen met klinkende namen, zoals de poging om de dividendbelasting af te schaffen laat zien. JA21 wil geen beleid voor alleen een beperkt deel van de Nederlandse economie, hoe waardevol grote bedrijven ook zijn. Een eenzijdige focus op multinationals leidt tot vernieuwing en verbetering van producten en diensten waarmee buitenlandse ondernemingen voordeel doen, maar onvoldoende tot werkgelegenheid in Nederland. JA21 staat dan ook kritisch tegenover het ongelimiteerd vestigen van buitenlandse bedrijven. Liever richten wij onze energie op de terugkeer van een moderne maakindustrie binnen onze grenzen. Het fiscaal shoppen van ondernemingen wordt sterk ontmoedigd. Bij het verlenen van een vergunning aan een buitenlands bedrijf dient er een welvaartstoets te komen. Fiscale regels en het arbeidsrecht dusdanig aanpassen en versoepelen dat het weer aantrekkelijk wordt om personeel aan te nemen en een mkb-onderneming te starten. Dat ondernemers bij overheden en instellingen in de publieke sector met hun vragen terechtkunnen bij een eigen ondernemersloket. De eenzijdige focus op multinationals ombuigen naar een beleid dat ook het belang van middelgrote en kleine ondernemingen voor de Nederlandse economie onderkent. Een innovatiebeleid dat te verwerven kennis en inzichten koppelt aan maakindustrie in eigen land, omdat kennis en het vervaardigen van producten onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Fiscaal shoppen van ondernemingen ontmoedigen. Een welvaartstoets bij het vestigen van buitenlandse bedrijven. --- pdf_page: 64 --- # 3.7 Landbouw en visserij De agrarische sector is onlosmakelijk met Nederland verbonden. Goed opgeleide (!) vakmensen en bedrijven in deze technologisch hoogwaardige bedrijfstakken leveren wereldklasse. Tegelijk zorgen ontwikkelingen voor zware druk. Boeren voelen zich klemgezet door steeds knellender wetgeving. Vissers voelen zich in hun bestaan bedreigd. Wij willen landbouw en visserij behouden en versterken, robuust duurzaam en met oog voor dierenwelzijn. Boeren en vissers verdienen waardering en respect. Voedsel is en blijft een wereldmarkt. Agrarische producten van Nederlandse herkomst worden in bijna alle landen ter wereld verkocht en geconsumeerd. In een aantal sectoren zal productie voor nabijgelegen markten belangrijker zijn dan die voor verafgelegen markten. Tegelijk is er internationaal een sterk toenemende vraag naar voedsel, zaden en pootgoed, sierteelt producten en genetica. In toenemende mate spitst de productie van levensmiddelen zich daarbij toe op kwaliteit in plaats van kwantiteit. Agrarisch ondernemen in de 21e eeuw vraagt om aansluiting bij deze ontwikkeling. Door het stikstofdossier, het klimaatakkoord en ambities op het vlak van biodiversiteit staan sommige agrarische verdienmodellen onder druk. Agrarische ondernemers willen graag innoveren, maar dat vergt tijd, inzicht, financiering en begeleiding. Uiteindelijk dient de hele keten (dus ook de consument) verantwoordelijkheid te nemen. Het inkomen van ondernemers wordt bepaald door het verschil tussen opbrengsten en kosten. Dat geldt ook voor agrariërs. Aan de opbrengsten kan een overheid weinig doen, behalve sturen met subsidies. Aan de kant van de kosten valt er een wereld te winnen. Doordachte regelgeving met oog voor eenvoudige uitvoerbaarheid en beheersbare kosten, bijvoorbeeld ten aanzien van fosfaat, maakt het verschil tussen winst of verlies. JA21 is er voorstander van dat de overheid innovatie stimuleert, onder meer door groen licht, mét respect voor soortgrenzen, voor de introductie van moderne innovatieve technieken van plantveredeling zoals CRISPRCas, een methode waarmee erfelijk materiaal met ongekende precisie kan worden gemodificeerd. Het stimuleren van weidevogels kan beter worden gestimuleerd door boeren en terreinbeheerders te betalen dan door adviseurs in te huren en projecten te draaien. Trouwens, het beschermen van weidevogels vraagt om het onder controle houden van het aantal predatoren. De landbouwsubsidie van de EU is in feite een soort compensatie voor buitengewoon strenge EUregelgeving voor de agrarische sector ten opzichte van niet EU-lidstaten. Het subsidiebeleid verandert steeds meer in een sturingsinstrument om politieke wensen in de landbouw door te drukken. JA21 streeft naar een vermindering van de EU-regelgeving. Dring door bureaucraten bedachte landbouwsystemen terug. Laat de markt binnen maatschappelijk aanvaarde kaders zijn werk doen zonder dwang door marktverstorende sturing en regelgeving. Niet alleen in Brussel valt nog veel te verbeteren wat betreft knellende regelgeving. Hetzelfde geldt voor Den Haag. Zo is een herijking van het Natura 2000-beleid nodig. Voor de agrarische sector is het belang van een --- pdf_page: 65 --- zorgvuldige omgang met de omgeving, ook bij gebruik van diergeneesmiddelen, gewasbeschermingsmiddelen en andere chemicaliën, een belang dat zorgvuldig in de bedrijfsvoering dient te zijn ingebed. Standaarden voor dierenwelzijn in Nederland zijn hoog. Misstanden moeten sneller worden opgespoord en aangepakt. Van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) mag worden verwacht dat deze de focus bij de kerntaken toezicht en handhaving legt en deze efficiënt en kostenbewust uitvoert. Regelgeving die een verbetering in dierenwelzijn of milieuvriendelijke innovatie tegenhoudt, dient wat JA21 betreft te worden aangepast. De koe in de wei is al eeuwen een belangrijk kenmerk van het Nederlandse landschap. Versterk de kansen voor de weidende koe in het landschap en geef boeren die robuust duurzaam produceren de ruimte. Deze robuust grondgebonden veehouders die in geschikte jaargetijden onder passende weersomstandigheden voor weidegang gaan, dienen in de optiek van JA21 met minder strenge mestwetgeving en regelgeving te maken te krijgen dan niet grondgebonden veehouders, die om hen moverende redenen een andere keuze maken en het hele jaar door stalling geven. Van een zorgvuldige weidegang is in natuurgebieden bepaald geen sprake. De afgelopen jaren zijn er veelvuldig situaties ontstaan bij natuurbeherende organisaties waarbij zogenaamde grote grazers werden (en nog steeds worden) ingezet bij het beheer van gebieden. Dat heeft tot schrijnende toestanden geleid. Een scherpere controle op het dierenwelzijn is nodig. Het opzetten van een team vrijwilligers die ondersteund door professionals regelmatig toezicht houden op het welzijn van de grote grazers in natuurgebieden, maakt verbetering van het beheer en het niveau van dierenwelzijn van deze grote grazers mogelijk. Na de uitspraak van de Raad van State in 2019 over het toepassen van de stikstofwetgeving dreigde heel Nederland op slot te gaan. De bouw lag plat, de snelheid op snelwegen werd overdag begrensd en boeren kwamen in de knel. Op een kwart van de gebieden is de norm zelfs zo streng dat deze nog zou worden overschreden als alle menselijke activiteit in ons land zou worden gestopt, omdat de stikstofnorm daar strenger is dan de achtergrondwaarde. Op het stikstofdossier wil JA21 een nuchter, redelijk en proportioneel beleid waarin alle relevante belangen evenwichtig worden afgewogen. Onbekommerd naar visgronden varen is er voor onze vissers niet bij. Met name het EU-beleid is schadelijk voor onze vissers. Keer op keer wordt hen de voet dwars gezet, zoals in het dossier over de pulskorvisserij pijnlijk blijkt. De EU houdt vast aan achterhaalde, traditionele brandstof verslindende en zeebodem-aantastende vangstmethoden. Dit komt omdat met name Frankrijk en de zuidelijke EU-lidstaten niet willen investeren in innovatie en voortschrijdende kennis inzake milieu en betere vangstmethoden negeren. Zaken waarin Nederland en de Nederlandse visserij juist vooroplopen. De EU staat nieuwe en voor het milieu betere vangstmethoden niet toe. JA21 wil bijvoorbeeld pulskorvisserij echter niet alleen toestaan, maar juist aanmoedigen in de hele sector. Het streven moet erop gericht zijn dat buitenlandse vissersschepen die vissen in het Nederlandse deel van de Noordzee verplicht gebruik maken van een pulskortuig. --- pdf_page: 66 --- Ontwikkelingen in de verkeerde richting maken het verleggen van de koers volgens JA21 noodzakelijk. De aanlandplicht, die vissers dwingt ongewenste bijvangsten en ondermaatse vissen aan land te brengen terwijl die nog een overlevingskans hebben als ze tijdig overboord worden gezet, moet worden afgeschaft. Visquota moeten zijn gebaseerd op wetenschappelijk vastgestelde reële duurzaamheid, waarop alle EU-landen zich dienen vast te leggen. De schelpdiervisserij in de Zeeuwse Delta en garnalenvisserij langs de Nederlandse kust en de Waddenzee is een traditioneel Nederlandse bedrijvigheid die eerlijke, lokale Nederlandse producten levert. Bij infrastructurele projecten moeten ook de gevolgen voor de lokale schelpdier- en garnalenvissers worden meegenomen. Onze vissers worden verder klemgezet doordat grote windturbineparken op de visgronden worden aangelegd. Visgronden trekken zich niets aan van menselijke planning. Door de industrialisatie van de Noordzee worden vissers gedwongen om steeds verder te gaan en steeds meer te vissen in kleinere, onrendabele visgebiedjes met lokale overbevissing tot gevolg. Eerlijke, werkbare en rechtvaardige afspraken in EUverband zijn cruciaal om perspectief te bieden aan de sector. Dit is zeker het geval in het licht van de brexit, die onze vissers honderden miljoenen euro's gaat kosten vanwege de overgang van een kwart van de EU-vangstrechten naar het Verenigd Koninkrijk. Na de overgangsperiode van 5,5 jaar vanaf 1 januari 2021 zal opnieuw moeten worden onderhandeld over visgronden en quota. Omdat onze regering in Brussel halfbakken onderhandelt, wordt onze vissers ernstig te kort gedaan. Om het tij te keren, zal Nederland harder moeten opkomen voor de belangen van de visserij, waarbij de sector als het aan JA21 ligt onder meer een zwaarder belang wordt toegekend bij de ruimtelijke ordening van de Noordzee. --- pdf_page: 67 --- # JA21 wil $\checkmark$ De verantwoordelijkheid voor het inkomen van boeren tuinders en de ontwikkeling van bijbehorende bij de gehele keten neerleggen, in plaats van deze eenzijdig bij de primaire agrarische sector neer te leggen. $\checkmark$ Innovatie stimuleren, onder meer door groen licht, mét respect voor soortgrenzen, voor de introductie van moderne innovatieve technieken van plantveredeling. $\checkmark$ Snellere en meer controle op dierenwelzijn gecombineerd met zware sancties bij gebleken overtredingen van regelgeving terzake. $\checkmark$ De markt binnen maatschappelijk aanvaarde kaders zijn werk laten doen zonder dwang door EU-regelgeving en sturing die door bureaucraten bedachte landbouwsystemen willen opdringen. $\checkmark$ Een herijking van het Natura 2000-beleid. $\checkmark$ Koeien in de wei en regelgeving die boeren die zich inzetten voor weidegang faciliteert in plaats van beperkt. $\checkmark$ Pulskorvisserij niet alleen toetaan maar juist/zelfs? stimuleren in de hele sector, evenals anders innovaties in de visserij die nu met oneigenlijke voorwendselen op weerstand stuiten in Brussel. $\checkmark$ Visquota baseren op wetenschappelijk vastgestelde reële duurzaamheid, waarop alle EU-landen zich dienen vast te leggen. $\checkmark$ Een gedegen voorbereiding en lobby om de onderhandelingen met het Verenigd Koninkrijk na de overgangsperiode van 5,5 jaar vanaf 1 januari 2021 over visgronden en quota geen drama te laten worden voor onze vissers. --- pdf_page: 68 --- # 4. BETROKKEN BUITENLAND ### 4.1 De conservatief-liberale visie op samenwerking Nederland is een soevereine natie met een open economie die een wereldspeler van belang is. Internationale samenwerking is daarvoor essentieel, waarbij onafhankelijke keuzes die duidelijk meerwaarde opleveren vooropstaan. Samenwerking in de Europese Unie richt zich op economische samenwerking in plaats van op het nastreven van een steeds hechtere politieke eenwording. Nederland hoort niet de pinautomaat van Europa te zijn, een proces dat zich door de euro en de transferunie steeds meer aftekent. JA21 hecht waarde aan de trans-Atlantische oriëntatie die ons land in de loop van de eeuwen heeft gekenmerkt. Samenwerking in de NAVO blijft een hoeksteen van onze internationale veiligheid. Het Nederlandse buitenlandbeleid stond afgelopen decennia in het teken van de zogenaamd 'heilzame werking' van globalisme en multilateralisme. Zo werd China in 2001 toegelaten tot de Wereldhandelsorganisatie in de veronderstelling dat dit communistische land zich zou schikken of zelfs omvormen naar westerse waarden. De oude politiek denkt nog altijd vanuit een naïef wereldbeeld waarin iedereen zich keurig aan papieren spelregels houdt. Maar de machtsverhoudingen in de wereld lenen zich daar niet toe. De geopolitieke machtsverhoudingen, zowel militair als economisch, verschuiven constant. Denk aan de opkomst van China, de moeizame relatie van het Westen met Rusland, de politieke polarisatie in de VS, de licht ontvlambare situatie in het Midden-Oosten en de explosieve bevolkingsgroei in Afrika. In die wereld moet Nederland haar plek vinden en opeisen. JA21 staat voor een buitenlands beleid dat is gebaseerd op realpolitik. Daarin staat het Nederlands belang centraal. Machtsverhoudingen worden benoemd en geduid zoals ze zijn. Het ministerie van Buitenlandse Zaken richt zich op de kerntaken: bevorderen van handel, inperken van illegale en kansarme immigratie, versterken van politieke en militaire allianties en een beleid van culturele diplomatie gericht op het versterken van de Nederlandse taal en cultuur. ### 4.2 EU en euro De Europese Unie wil een federale staat worden, met een EU-regering, EU-belastingen en een eigen leger. Veel beleidsterreinen kwamen sluipenderwijs in Brussel terecht. Nederland, wat betreft het aantal inwoners de zevende van de 27 EU-lidstaten en in omvang de vijfde van de EU-economieën, heeft daar steeds minder over te zeggen. JA21 wil deze trend keren. De Europese Unie moet dus terug naar de tekentafel. JA21 staat een afgeslankte, meer flexibele samenwerking voor ogen met een focus op vooral economische samenwerking. In plaats van machtsconcentratie bij de EU dient de koers te worden verlegd naar een lossere Gemeenschap van Europese Staten waarin soevereiniteit behouden blijft. Dat is beter voor Nederland als soeverein handelsland. Van een politieke unie onder Frans-Duitse leiding, het opengrenzenbeleid en de euro als eenheidsmunt die ongelijke economieën in een wurggreep houdt, moeten we af. Een land mag zelf beslissen of en wanneer grenzen worden geopend --- pdf_page: 69 --- en gesloten. leder nieuw EU-verdrag brengt een uitbreiding van bevoegdheden van EU-instellingen en bureaucraten uit Brussel teweeg en zet nationale parlementen en regeringen verder buiten spel. Het recht voor een opt-out te kiezen, verschaft Denemarken een fantastische positie. Dat hebben wij ook nodig om onze vitale belangen te dienen. Een gemeenschappelijke markt heeft geen gemeenschappelijke munt nodig. Wat zeker niet nodig is en zelfs averechts werkt, is een munt die verschillen tussen landen vergroot en economische en politieke spanningen teweegbrengt. De euro is zo'n munt die voor onhoudbare verhoudingen zorgt. De Europese Centrale Bank (ECB) interpreteert het mandaat steeds ruimer, zodat er geen enkele nationale grip meer is op het monetair beleid. Het grootste probleem van de eurozone is de euro zelf. Daarom moet de euro voor EUlidstaten een optie zijn in plaats van een verplichting. De euro duwt Nederland steeds dieper een Europese transferunie in, met een permanente geldstroom van Noord naar Zuid. Nederland staat in het eurosysteem inmiddels al garant voor 245 miljard euro. Op deze manier is ons land de pinautomaat voor Zuid-Europa. Onze bevolking dient zich volgens JA21 hierover te kunnen uitspreken. Daarom moet er een referendum over de euro komen. Schragende EU-verdragen zoals die van Maastricht, Amsterdam, Nice en Lissabon dienen te worden herzien om macht terug te brengen van Brussel naar de lidstaten. Ondanks dat de Europese Unie ongecontroleerd lijkt te zijn doorgegroeid, ligt de uiteindelijke beslissingsmacht nog steeds bij de lidstaten. In 2020 is de EU begonnen met de Conferentie over Toekomst van Europa. Nederland moet er wat JA21 betreft proactief op aansturen dat de EU weer een lossere Gemeenschap van Europese Staten wordt. Nederland is geen onbeduidende provincie in een centralistisch gedirigeerde federale EU-staat. Daarom is het van belang dat het vetorecht in de Europese Raad behouden blijft. Het is voor Nederland een belangrijk wapen bij het tegenhouden van ongewenst Brussels beleid en geeft de regering de mogelijkheid om bevoegdheden van de EU terug te draaien. JA21 wil ook afdwingen dat de EU per direct stopt met uitbreiding. Lidmaatschap van bijvoorbeeld Albanië, Noord-Macedonië en Servië zijn niet in het belang van Nederland. Turkije mag nooit en te nimmer lid worden van de EU. De EU moet dan ook onmiddellijk stoppen met de onderhandelingen over voorwaarden voor toetreding. Het Europees Parlement moet vergaderen op één locatie. De functie Europarlementariër wordt een dubbelmandaat vanuit de nationale parlementen. Ook wil JA21 een streep zetten door de Groene Deal van de EU. In plaats daarvan moet Nederland zelf investeren in kernenergie, aardgas en een schoon milieu zonder windturbineparken, zonnevlaktes en vernietigende biomassacentrales. Om de ongecontroleerde immigratie, mede mogelijk gemaakt door EU-beleid, tegen te houden, wil JA21 dat een EU-migratiepact met verplichte opname van asielzoekers niet wordt ondertekend. Tegelijk is een herziening van het Verdrag van Schengen noodzakelijk. Het moet voor EU-lidstaten weer mogelijk zijn om - desnoods in samenwerking met gelijkgestemde buurlan-den- naar eigen inzicht grenscontroles in te voeren. --- pdf_page: 70 --- # JA21 wil $\checkmark$ Een afgeslankte, meer flexibele samenwerking tussen EU-lidstaten met een focus op vooral economische samenwerking. $\checkmark$ Schragende EU-verdragen zoals die van Maastricht, Amsterdam, Nice, Lissabon en Schengen herzien om macht terug te brengen van Brussel naar de lidstaten en Nederland mogelijkheden te bieden voor opting-out op terreinen die vitaal nationaal raken. $\checkmark$ Voorkomen dat Nederland steeds dieper de transferunie wordt ingezogen en zodoende de pinautomaat van Zuid-Europa wordt. $\checkmark$ Een referendum over de toekomst van de euro. $\checkmark$ Behalve stoppen met de immer verdergaande politieke verdieping van de EU ook ophouden met de onophoudelijke uitbreiding met nieuwe lidstaten, omdat het Nederlandse belang daarmee niet is gediend. $\checkmark$ Behoud vetorecht in de Europese Raad. $\checkmark$ Nooit en te nimmer toetreding van Turkije tot de EU, wat het onmiddellijk staken van de toetredingsonderhandelingen met dit land betekent. $\checkmark$ Dat het Europees Parlement op één locatie vergadert, waarbij de functie europarlementariër een dubbelmandaat wordt vanuit het nationale parlement. $\checkmark$ Een streep door de Groene Deal van de EU. $\checkmark$ Afzien van ondertekening van een EUimmigratiepact dat tot verplichte opname van asielzoekers verplicht. --- pdf_page: 71 --- # 4.3 Defensie en veiligheid Wij leven in een snel veranderende wereld waarin dreigingen steeds complexer worden. De internationale bedreiging van de Nederlandse belangen door terrorisme, ondermijning en cybercriminaliteit vergt een robuuste, innovatieve en wendbare krijgsmacht, die altijd en overal inzetbaar is. Samenwerking op internationaal niveau is aan de orde wanneer dat in Nederlands belang is en meerwaarde oplevert. De strijd speelt zich af op het land, op zee en in de lucht, in de ruimte en in de cyberspace. Onze belangrijkste verzekeringspolis is een krachtige krijgsmacht die robuust, innovatief en wendbaar aan al onze grondwettelijke eisen kan voldoen. Nu en in de toekomst. De staat van onze krijgsmacht is echter ronduit slecht. Decennialange bezuinigingen hebben onze verdediging uitgehold. Wij willen investeren in onze veiligheid. JA21 is ervan overtuigd dat Nederland na decennia van ontoelaatbare verwaarlozing de eigen krijgsmacht in snel tempo op peil hoort te brengen. Daarvoor zijn veel maatregelen nodig, op zowel materieel gebied als op het vlak van arbeidsvoorwaarden. Zo moeten budgetten voor materieel, oefeningen en voorraden op peil worden gebracht. Concreet betekent dit uitbreiding en vernieuwing van maritieme middelen. Om de marine effectief te kunnen laten optreden, moet de vloot in aantallen en in capaciteit tegen lucht- en onderwater dreiging worden uitgebreid. De maritieme patrouillecapaciteit vraagt om uitbreiding. Door de onverantwoorde bezuinigingen mist de marine nu een capaciteit van vitaal belang. Maritieme patrouillevliegtuigen zijn nodig om oppervlakte- en onderzeebootbestrijding, contradrugsoperaties en kustwachttaken uit te kunnen voeren. Drie brigades van de Koninklijke Landmacht dienen volledig operationeel uitgerust inzetbaar te worden gemaakt. Uitbreiding van de Koninklijke Marechaussee is nodig om de grenzen beter te bewaken. De Nederlandse defensie-industrie wordt wat JA21 betreft meer betrokken bij de aanschaf, het onderhoud en de ontwikkeling van materieel. Ook de arbeidsvoorwaarden moeten worden verbeterd. Hierdoor kunnen we gerichter informatiegestuurd optreden en ontwikkelingen op het vlak van digitale oorlogvoering beter bijbenen. De door Defensie te betalen boete ingevolge de Regeling Vroegtijdige Uittreding (RVU-boete) moet worden ingetrokken, onder restitutie van de reeds door Defensie tot op heden betaalde boetes. Reparatie is nodig van het AOW-gat voor de gedwongen met functioneel leeftijdsontslag gegane militairen. Om de krijgsmacht te versterken wil JA21 een grotere en breder inzetbare nationale reserve vormgeven. Zo wordt het mogelijk zelfstandig deel te nemen aan missies die Nederland zelf uitkiest en die in het belang zijn van ons land, op een manier die Nederland zelf bepaalt. JA21 wil Defensie alleen inzetten op een manier waarop wij voldoende zeggenschap houden over onze eigen mensen en taken. Teneinde een snelle en juiste noodhulp op 24-uur-basis te kunnen verlenen bij allerlei rampen, wil JA21 een interdepartementaal Noodhulpverkenningsteam in het leven roepen. Dit interdepartementale team zal bestaan uit specialisten vanuit onder andere de nationale politie, brandweer, veiligheidsregio's en defensie. Het team zal, onder aansturing van Defensie, op een korte reactietijd snel overal waar een ramp heeft plaatsgevonden snel een --- pdf_page: 72 --- inschatting kunnen maken over wat ter plekke nodig is maar ook zelf direct steun verlenen (bergen en zoeken van slachtoffers etcetera). De NAVO blijft een belangrijke hoeksteen van onze internationale veiligheid. JA21 wil flink investeren in de trans-Atlantische samenwerking door in 2024 te voldoen aan de 2 procentnorm. Nederland moet waakzaam zijn voor betrokkenheid bij internationale militaire operaties. De afgelopen decennia is Nederland, ook onder de NAVO-vlag, betrokken geraakt bij regime change-oorlogen en in naam vredesmissies, waardoor in de praktijk de situatie in de betreffende landen verre van stabiel werd. JA21 wil een einde aan de betrokkenheid bij zulk soort missies. Een EU-leger naar Frans ideaal onder Duits bevel doet vanuit het perspectief van JA21 afbreuk aan onze soevereiniteit, is politiek onwenselijk, duur en overbodig. Nederland moet wereldwijd kordaat opkomen voor de nationale belangen en veiligheid. Een goede verhouding met de buren is iets anders dan de buren de baas laten spelen in eigen huis. De relatie met grootmacht China vergt een proactieve houding. Het land treedt politiek, economisch en óók militair vaker en assertiever op. De coronacrisis heeft aangetoond dat Nederland kwetsbaar is als het zo afhankelijk is van deze wereldmacht. De relatie met China moet dus anders. Oneerlijke handel moet worden aangepakt. Evenals de toenemende mate van cybercriminaliteit en technologieroof. Investeringen waarbij gevoelige data is gemoeid, zoals 5G, mogen niet aan Chinese partijen worden uitbesteed. JA21 respecteert de soevereiniteit en cultuurhistorische context van landen en de mogelijkheid te kiezen voor hun eigen politieke systeem en keuzes. Er kunnen zich omstandigheden voordoen waarin het in de internationale arena nodig is beleid af te dwingen met machtsmiddelen zoals economische sancties. Die dienen dusdanig te worden toegepast dat er daadwerkelijk politieke doelen worden bereikt. Voorkomen dient te worden dat sancties alleen de bevolking straffen. Wij pleiten voor een zorgvuldig, doelgericht gebruik van het machtsmiddel sancties. Nederland en Israël zijn vrienden. JA21 wil investeren in de relatie met Israël. De ambassade van Nederland dient - net als die van de Verenigde Staten - te verhuizen naar Jeruzalem, de hoofdstad van Israël. Vrijheid en verbondenheid hebben ook betekenis wanneer we kijken naar de positie van minderheden in veel landen. De jaarlijkse publicatie van de ranglijst christenvervolging van Open Doors is een jaarlijkse schokkende herinnering aan de verdrukking en vervolging van christenen omwille van hun geloof. Het lot van de Jezidi's, slachtoffers van islamitische terreur, is schrijnend. De bejegening van Oeigoeren in China laat zien hoe een complete bevolkingsgroep systematisch wordt onderdrukt. JA21 wil in het buitenlandbeleid van Nederland nadrukkelijk aandacht voor de verbetering van de positie van achtergestelde en vervolgde minderheden. --- pdf_page: 73 --- # JA21 wil $\checkmark$ Een krachtige krijgsmacht die robuust, innovatief en wendbaar aan al onze grondwettelijke eisen kan voldoen en waarin na decennia verwaarlozing stevig wordt geïnvesteerd, zowel in materieel en inzetbare capaciteit als in arbeidsvoorwaarden. $\checkmark$ Innovatie stimuleren waardoor ons land op defensiegebied gerichter informatiegestuurd kan optreden en ontwikkelingen op het vlak van digitale oorlogvoering beter kan bijbenen. $\checkmark$ Samenwerking op internationaal niveau wanneer dat in Nederlands belang is en meerwaarde oplevert. $\checkmark$ Teneinde een snelle en juiste noodhulp op 24-uur-basis te kunnen verlenen bij allerlei rampen een interdepartementaal Noodhulpverkenningsteam in het leven roepen. $\checkmark$ De NAVO als belangrijke hoeksteen van onze internationale veiligheid houden, waarvoor nodig is dat Nederland flink investeert in de trans-Atlantische samenwerking door in 2024 te voldoen aan de 2 procentnorm. $\checkmark$ Geen EU-krijgsmacht naar Frans ideaal onder Duits bevel. $\checkmark$ Geen betrokkenheid van Nederland bij regime change-oorlogen. $\checkmark$ Een proactieve houding om onze relatie met de opmars van wereldmacht China vorm te geven en onze nationale belangen en veiligheid daarbij te bewaken. $\checkmark$ De positie van verdrukte christenen en andere achtergestelde bevolkingsgroepen een nadrukkelijke plaats toekennen in het Nederlandse buitenlandbeleid. --- pdf_page: 74 --- # 4.4 Internationale handel en ontwikkeling JA21 is voorstander van internationale vrijhandelsverdragen. Met grensoverschrijdende handel verdienen we ons geld. Maar handelsverdragen moeten wel eerlijk zijn voor Nederland. Bij EU-handelsverdragen worden de Nederlandse belangen echter vaak ondergeschikt gesteld. JA21 vindt dat behalve multinationals ook het Nederlandse mkb van vrijhandelsverdragen moet profiteren. Onze boeren moeten er hun voordeel mee doen. Bij afspraken over vrijhandel zijn verder voedselveiligheid en internationale arbitragehoven een zorg. Als een vrijhandelsverdrag onder de streep niet in het belang is van Nederland, moet de regering een veto durven uit te spreken. Internationale organisaties zoals VN, WHO, IMF en Wereldbank zijn immense bureaucratieën met de neiging tot in het oneindige uit te dijen. Wat JA21 betreft, gaan zij terug naar de kerntaken waarvoor zij ooit zijn opgericht. Artikel 120 van de Grondwet verbiedt de rechter om de grondwettigheid van wetten en verdragen te beoordelen. De democratische rechtstaat, in het licht ook van het nationaal belang, kan worden versterkt door het toetsingsverbod af te schaffen. Het oprichten van een constitutioneel hof, zoals in Duitsland, biedt de mogelijkheid om scherper toe te zien op de verenigbaarheid van wetten en verdragen met onze Grondwet dan in de huidige situatie, waarin dit aan de wetgever is overgelaten. Ontwikkeling en economische groei van landen zijn gebaat bij beschermen van eigendom, bestrijden van corruptie, stimuleren van kennis en bouwen aan een infrastructuur die vooruitgang mogelijk maakt. Nederland kan duurzame groei stimuleren door vrije handel te bevorderen en handelsbelemmeringen weg te nemen. Ontwikkelingshulp dient te zijn gerelateerd aan concrete projecten, waarbij bestedingen en realisatie aan Nederland dienen te worden gerapporteerd. Bij meerdere mislukkingen wordt de ontwikkelingshulp gestopt. Tenslotte werken we op deze wijze ook met binnenlandse subsidies. De centrale thema's voor JA21 zijn goed bestuur, watermanagement en onderwijs. Door tientallen jaren naïef ontwikkelingsbeleid met de beste bedoelingen, vage doelstellingen en geen verantwoording zijn echter miljarden euro's in een bodemloze put gestort. De huidige vorm van ontwikkelingshulp houdt landen gevangen in een relatie van blijvende afhankelijkheid van donaties in plaats van dat ze werkelijk zelfstandig worden. Nederland kan deze zinloze exercitie zonder problemen stoppen. JA21 wil daarom de Nederlandse ontwikkelingshulp verminderen naar maximaal het gemiddelde van de EU-landen. Het budget wat overblijft, dient primair te zijn bestemd voor het verlenen van noodhulp. JA21 wil daarnaast inzetten op effectievere noodhulp en het indammen van migratiestromen vanuit het Midden-Oosten en Afrika. Om stromen van kansarme migranten te stoppen, is het van belang te investeren in de relaties met landen die kampen met een uitstroom van inwoners. De terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers moet door het land van herkomst worden geaccepteerd. Als een land daar niet aan wil meewerken, zoals onlangs Marokko, moeten er wat JA21 aangaat stevige tegenmaatregelen komen, zoals het intrekken van financiële steun of landingsrechten. --- pdf_page: 75 --- # JA21 wil Om zeggenschap te krijgen over eigen beleid, dient Nederland het VN-Migratiepact op te zeggen en het EU-Migratiepact af te keuren. Non-gouvernementele organisaties moeten voor hun eigen financiering zorgen. De inzet dient te zijn gericht op het verlenen van noodhulp in geval van ernstige rampen en het verlenen van assistentie aan landen in geval van crises. JA21 wil in Caribisch Nederland vanuit het nationaal groeifonds investeren in betere infrastructuur, havenfaciliteiten en het stimuleren van de landbouw. Handelsverdragen afsluiten die de belangen van Nederland behartigen en die evident in het voordeel zijn van ons land, waarbij een veto dient te worden uitgesproken als aan deze voorwaarden niet wordt voldaan. Ontwikkelingshulp afbouwen tot maximaal het gemiddelde niveau van de EU-lidstaten. Ontwikkelingshulp relateren aan concrete projecten, waarbij bestedingen en realisatie aan Nederland te worden gerapporteerd en bij meerdere mislukkingen de ontwikkelingshulp wordt gestopt. Effectievere noodhulp en het indammen van migratiestromen vanuit het Midden-Oosten en Afrika. Dat landen van herkomst de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers accepteren en als ze dat niet doen, zoals onlangs Marokko, Nederland stevige tegenmaatregelen treft zoals het intrekken van financiële steun of landingsrechten. In Caribisch Nederland vanuit het nationaal groeifonds investeren in betere infrastructuur, havenfaciliteiten en het stimuleren van de landbouw.
⚠️ Voor AI gebruikers:
Kopieer de content hierboven en plak in je AI chat voor analyse.