Home
›
VOLTNL
›
2023
Politiek.ai - VoltNL 2023
Voor plain text: voeg
/raw
toe aan de URL
Feedback over pdf→tekst fouten of Politiek.AI?
📋 Kopieer Content
💾 Download .txt
--- partijen: [VoltNL] jaren: [2023] programmas: 2 total_token_count: 120203 programmas_lijst: - partij: VoltNL jaar: 2023 type: definitief token_count: 60096 url: https://politiek.ai/tk/voltnl/2023 - partij: VoltNL jaar: 2023 type: definitief token_count: 60107 url: https://politiek.ai/tk/voltnl/2023 --- # ═══════════════════════════════════════ # VoltNL - 2023 # ═══════════════════════════════════════ --- pdf_file: "VoltNL Verkiezingsprogramma 2023" total_pages: 68 token_count: 60096 pdf_page: 1 --- # Toekomst, nu. Een Europees verhaal van optimisme --- pdf_page: 2 --- ## De rest van je leven speelt zich af in de toekomst Het is tijd om noodzakelijke keuzes te maken. We rennen van crisis naar crisis. Klimaat, wonen, toenemende armoede, stikstof, migratie - ze hebben allemaal één ding gemeen: het zijn crises geworden omdat keuzes jarenlang vooruitgeschoven zijn. Er zijn politici die blijven volhouden dat Nederland zelf een antwoord kan vinden op de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw. Maar dat is een illusie. Als wij grip willen krijgen op onze toekomst, dan kan dat maar op één plek: in de Europese Unie (EU). Een sterke en onafhankelijke EU is de enige manier om onze veiligheid en bestaanszekerheid te behouden en een groene toekomst te bereiken. Daarom is Volt zes jaar geleden opgericht. Jongeren door heel de EU stonden op en zeiden: "Als de oude partijen het niet doen, dan doen wij het zelf wel". Want we kunnen alle uitdagingen aan en we kunnen van problemen kansen maken, als we nu wél de noodzakelijke keuzes maken. Dat kunnen geen kleine stapjes zijn: dat moeten gedurfde systeemveranderingen voor de lange termijn zijn. Systeemveranderingen die hoop geven, die een radicaal positief toekomstbeeld schetsen waarvan mensen zeggen: "Ik kan niet wachten tot het 2050 is!" Die toekomst en de systeemveranderingen om daar te komen staan in dit programma. ## Radicaal voor een Verenigd Europa Wij zijn ervan overtuigd dat 2050 groener, eerlijker en veiliger kan zijn dan 2023. Maar dat kan maar op één manier: met een Verenigd Europa, een federale en democratische EU. We hebben een politieke systeemverandering nodig: als de uitdagingen grensoverstijgend zijn, moet onze politiek dat ook zijn. De EU gebruikt haar positie als grootmacht om wereldwijd klimaatleider te zijn en landen tot een groene toekomst te bewegen. Door de begrotingsunie te realiseren, volgroeit de kracht van de euro. Zo kunnen de klimaaten defensieambities worden bekostigd met Europese belastingopbrengsten en het aangaan van gezamenlijke schulden. Met Europese belastingen voorkomen we dat multinationals belastingen ontwijken door zich over de grens te vestigen. Met een Europese krijgsmacht is onze bescherming in een onveilige wereld niet langer afhankelijk van de VS. Met een Europese spreidingswet zorgen we voor een eerlijke en humane verdeling van vluchtelingen. We schrijven een Europese grondwet om een Verenigd Europa op te richten, met daarin meer aandacht voor alle regio's. ## Radicaal voor het klimaat Volt kiest voor een radicale klimaataanpak zonder taboes: alles op alles, én-én. Nederland en de EU moeten klimaatneutraal zijn in 2040 en daarna inzetten op klimaatpositiviteit. Zo bouwen we aan een schone toekomst waarin we samenleven met de natuur. De samenleving zal de komende jaren drastisch gaan veranderen; niet alles wat vandaag kan, kan overmorgen ook nog. We moeten rigoureuze keuzes maken. We schrappen fossiele korteafstandsvluchten, stoppen vanaf 2030 met de verkoop van nieuwe fossiele automotoren, gaan privéjets verbieden en de meest vervuilende fabrieken sluiten tot ze duurzaam zijn. De uitbuiting van mens, dier en planeet kán niet doorgaan. We bouwen een Europees netwerk voor hogesnelheidstreinen, investeren in groene steden en stadskernen, schone lucht en water, en in groene banen. We schrappen de fossiele subsidies en verleggen die geldstromen naar schone energie, groene bedrijven en mensen die zonder financiële hulp niet kunnen verduurzamen. Alleen als we voor elkaar zorgen, kunnen we deze veranderingen vormgeven. We staan voor een snelle ombuiging van intensieve naar circulaire en natuurinclusieve landbouw. We maken het ov overal naar behoefte beschikbaar, ook in dunbevolkte gebieden. ## Radicaal voor gelijke kansen Volt wil bij het verdelen van gelden over regio's de spreiding van onderwijs, zorg, werk, cultuur en publieke diensten zo inrichten, dat deze voor iedereen in Nederland goed toegankelijk zijn. Volt kiest voor gelijke kansen voor alle inwoners van de EU in elke regio, in de stad en op het platteland. De overheid gaat uit van vertrouwen, iedereen mag zichzelf zijn en de overheid staat pal voor inclusiviteit. Toekomstige generaties hoeven zich geen zorgen te maken over hun bestaanszekerheid; die wordt vanzelfsprekend. We bouwen een Europese Sociale Unie, waarin naar lokale maatstaven gelijk loon voor gelijk werk, en gelijke werknemersrechten voor heel de EU gegarandeerd zijn en elke inwoner van de EU verzekerd is van fatsoenlijke levensomstandigheden. We verhogen de bijstand en het sociaal minimum: iedereen moet voldoende geld hebben voor wonen, energie, onderwijs, zorg, openbaar vervoer en digitale toegang. Volt heeft een positief mensbeeld: een mensbeeld van vertrouwen, zonder discriminatie en racisme, met de menselijke maat als standaard. We creëren gelijke kansen voor alle kinderen door kinderopvang beschikbaar te maken voor alle kinderen, ongeacht of de ouders wel of niet werken, door het onderwijs inclusief te maken en religieus onderwijs niet meer te financieren, en door studeren voor iedereen bereikbaar te maken door de basisbeurs te verhogen. Zo krijgt iedereen gelijke kansen om zich te ontwikkelen. --- pdf_page: 3 --- ## Radicaal voor een nieuw sociaal-economisch systeem Volt kiest voor een complete sociaal-economische omwenteling. We bouwen een Nieuwe Economie die gericht is op brede welvaart, waarin behoeften van maatschappij en natuur centraal staan. Welvaart moet beter verdeeld worden. Werken gaat meer lonen. Vermogen, vervuiling en bedrijven worden meer belast. Vermogenswinsten op aandelen en andere derivaten worden meer en met geschaalde tarieven belast. We zetten volledig in op circulair: het vernietigen van ongebruikte producten wordt verboden, de functionele garantie en de duur hiervan worden in het voordeel van de gebruiker uitgebreid en in Europese wetgeving vastgelegd. Fast fashion wordt verleden tijd. Het is tijd voor een grote fiscale schoonmaak. We schaffen alle toeslagen, heffingskortingen, aftrekposten, vrijstellingen en werkgevers- en werknemerspremies af. Deze worden afgedekt door een aangepaste inkomstenbelasting en een nieuwe basistoelage als opmaat naar een universeel basisinkomen. We maken creatieve woonoplossingen mogelijk en maken optimaal gebruik van de mogelijkheid tot het ombouwen van leegstaande gebouwen. Tegelijkertijd bouwen we nieuwe woningen, verduurzamen we bestaande woningen met een isolatie-offensief en bouwen we sociale huur- en koopwoningen door elkaar heen in gemengde wijken. ## Radicaal voor de democratie De democratie heeft fundamentele vernieuwing nodig. Volt kiest voor vertrouwen, meer inspraak en een stem voor iedereen vanaf 16 jaar. We gaan met elkaar door een tijd van grote veranderingen en daarin hebben we - kiezer en politiek - elkaar nodig. Volt kiest voor een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw, die zichzelf opnieuw uitvindt om beter te kunnen leveren aan haar inwoners, die inwoners grotere invloed geeft en die haar rol pakt in de snel veranderende digitale wereld. We verlagen de stemleeftijd naar 16 jaar en maken de generatietoets leidend voor nieuw beleid, waardoor de gevolgen van beleid voor toekomstige generaties gegarandeerd meegewogen worden. We richten het allereerste nationale, permanente, burgerberaad ter wereld op waarmee inwoners direct invloed op de politieke besluitvorming kunnen uitoefenen. We breiden de Tweede Kamer uit van 150 naar 250 leden, organiseren visiedebatten over de lange termijn, en verleggen de aandacht van de Kamer meer naar wetgeving. We benoemen een minister van Digitale Zaken, om regie te krijgen op bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie (AI) en daar ook juist de kansen van te benutten. ## Inhoudsopgave Een Verenigd Europa 1.1 Een federale en democratische Europese Unie ..... 10 1.1.1 De Europese Unie van iedereen ..... 11 1.1.2 Een transparante Unie ..... 12 1.2 Een rechtsstatelijke Europese Unie ..... 13 1.3 Een veilige Europese Unie ..... 14 1.3.1 Aanpak grensoverstijgende criminaliteit ..... 15 1.4 Een waardegedreven en Europees buitenlandbeleid ..... 16 1.4.1 Oorlog op ons continent ..... 17 1.4.2 Mensenrechten voorop ..... 18 1.5 Een Europese asiel- en migratieaanpak ..... 20 1.6 Een Europese economie van de toekomst ..... 22 1.7 Een sterke Europese Muntunie ..... 23 Mens en natuur in balans ..... 27 2.1 Klimaatneutraal in 2040 ..... 28 2.1.1 Europese klimaatafspraken ..... 29 2.1.2 Rechtvaardig klimaatbeleid ..... 29 2.1.3 Afschaffen van fossiel ..... 30 2.1.4 Aanpassen aan de nieuwe klimaatrealiteit ..... 31 2.2 Een Europese Energie-unie ..... 32 2.2.1 Hernieuwbare energie ..... 34 2.2.2 Kernenergie in de energiemix ..... 35 2.2.3 Waterstof in de energiemix ..... 36 2.3 Een groene economische toekomst ..... 38 2.3.1 Duurzaam innoveren ..... 40 2.4 Landbouw en natuur ..... 41 2.4.1 Een nieuwe, duurzame markt ..... 42 2.4.2 Eerlijke belastingen ..... 42 2.4.3 Bescherming van de natuur ..... 43 2.4.4 Circulaire en natuurinclusieve landbouw ..... 43 2.4.5 Biologische toekomst ..... 45 2.4.6 Dierenwelzijn staat centraal ..... 46 2.4.7 De wolf in Nederland ..... 46 2.4.8 Over grenzen heen ..... 47 2.5 Water, lucht \& bodem ..... 48 --- pdf_page: 4 --- 2.5.1 Een gezonde leefomgeving ..... 49 2.5.2 Een nationaal Deltaplan Waterland ..... 49 2.5.3 De kwaliteit van ons water ..... 51 2.6 Infrastructuur en vervoer ..... 52 2.6.1 Internationale en nationale treinen ..... 52 2.6.2 Treinen in de regio ..... 53 2.6.3 Mobiliteit voor iedereen ..... 53 2.6.4 Uitstootvrij rijden ..... 54 2.6.5 Lucht- en scheepvaart ..... 55 2.7 Wonen ..... 56 2.7.1 Een passende woning voor iedereen ..... 56 2.7.2 Een toekomstbestendige woningmarkt ..... 57 2.7.3 Een allesomvattende visie op wonen \& leven ..... 58 2.7.4 Duurzaam bouwen ..... 59 2.7.5 Nationaal isolatieplan ..... 60 2.7.6 Woonoplossingen creëren ..... 60 2.7.7 Monumenten en cultureel erfgoed ..... 61 2.7.8 De toekomst van ruimtelijke inrichting ..... 62 Gelijke kansen voor iedereen ..... 65 3.1 Bestaanszekerheid ..... 66 3.1.1 Een goede basis voor iedereen ..... 66 3.1.2 Een nationale aanpak tegen schulden ..... 67 3.1.3 Reguleren van sekswerk ..... 67 3.2 Opvang van vluchtelingen ..... 68 3.3 Gelijke kansen in het onderwijs ..... 70 3.3.1 Kinderopvang beschikbaar voor iedereen ..... 70 3.3.2 Kansrijk primair en middelbaar onderwijs voor alle leeftijden ..... 71 3.3.3 Studeren toegankelijk voor iedereen ..... 72 3.3.4 Onderwijs en wetenschap over grenzen heen ..... 73 3.4 Bestrijden van discriminatie, racisme en uitsluiting ..... 75 3.4.1 Het recht om jezelf te zijn ..... 76 3.4.2 Gendergelijkheid, nu ..... 77 3.4.3 Herstel van ons slavernijverleden ..... 77 3.5 Gezondheid en welzijn ..... 79 3.5.1 Een Europese Gezondheidsunie ..... 79 3.5.2 Aandacht voor de zorgvraag ..... 80 3.5.3 Waardering van de zorgprofessional ..... 81 3.5.4 Brede preventie ..... 81 3.5.5 Jongeren en hun omgeving ..... 82 3.5.6 Geef jonge gezinnen een goede start ..... 83 3.5.7 Mentale gezondheid ..... 83 3.5.8 Gelijke kansen voor ouderen ..... 84 3.5.9 Zelfbeschikking ..... 84 3.5.10 Inclusieve zorg ..... 84 3.5.11 Sport als basis voor gezondheid ..... 85 3.6 Gelijke kansen en welvaart in elke regio ..... 87 3.7 Kunst en cultuur ..... 88 Een nieuwe economie ..... 91 4.1 Belastingen en toeslagen ..... 92 4.1.1 Vergroening van het belastingstelsel ..... 93 4.1.2 Vermogensongelijkheid tegengaan ..... 94 4.1.3 Rechtvaardige bijdrage van iedereen ..... 94 4.1.4 Schrappen ongerichte belastingvoordelen ..... 95 4.1.5 Bestaanszekerheid voor iedereen ..... 95 4.2 Een duurzame en circulaire economie ..... 98 4.2.1 Bewust consumeren ..... 98 4.2.2 Verduurzaming van de financiële sector ..... 99 4.3 Een innovatieve economie ..... 100 4.3.1 Investeren in de toekomst ..... 100 4.3.2 Onderzoek als basis voor innovatie ..... 101 4.4 Ondernemerschap ..... 103 4.4.1 Zelfstandige ondernemers ..... 104 4.5 Arbeidsmarkt ..... 105 4.5.1 Werken over de grens ..... 105 4.5.2 Arbeidsmigratie ..... 107 4.5.3 Toegang tot de arbeidsmarkt ..... 108 4.5.4 Een toekomstbestendig pensioenstelsel ..... 108 Een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw ..... 111 5.1 Een sterke democratische rechtsorde ..... 112 5.2 Jongeren en toekomstige generaties ..... 115 5.3 Europese democratie ..... 116 5.4 Digitale democratie ..... 117 5.4.1 Digitale inclusie ..... 118 5.4.2 Waardegedreven innoveren en digitaliseren ..... 119 5.4.3 Kunstmatige intelligentie (AI) ..... 120 5.5 Een levendige democratie ..... 121 5.6 Het Koninkrijk en de Europese Unie ..... 122 5.7 Lokale democratie ..... 124 5.8 Sterke onafhankelijke media ..... 126 5.9 Demonstratierecht ..... 128 5.10 Veiligheid in de $21^{\text {ste }}$ eeuw ..... 129 Financiële paragraaf ..... 133 --- pdf_page: 5 --- # 1. Een Verenigd Europa De EU is al generaties lang het fundament van onze veiligheid en welvaart. De opkomst van het populisme zet dat fundament onder druk en Poetins invasie in Oekraïne heeft dat fundament verder aangetast. Kleine landen bleken te makkelijk tegen elkaar uit te spelen door geopolitieke grootmachten en grootkapitaal. Onze wereld verandert snel en de EU kan niet langer een bijzaak zijn waar de belangen van individuele landen de koers bepalen. Inwoners van de EU moeten direct invloed krijgen op de toekomst van de EU. Volt werkt aan een EU waarin we de grote uitdagingen van deze tijd écht aanpakken. Wij geloven in een EU die samenwerkt aan een leefbare wereld, op basis van lef, vertrouwen, wetenschap en menselijkheid. Volt kiest voor een eenduidige Europese visie. Méér samenwerking, méér inspraak en een eerlijkere, innovatievere en groenere EU. De grote uitdagingen van deze tijd lossen we alleen op als we voorbij de grenzen van de oude wereld denken. De uitdagingen waar Nederland mee te maken heeft, of het nu gaat om de hoge energieprijzen of AI, kunnen we niet alleen oplossen: dat moet samen in de EU. De EU kan dé voorloper zijn in een duurzame en technologische toekomst. De EU moet een menswaardig bestaan garanderen voor iedereen, en een democratisch en rechtsstatelijk voorbeeld zijn voor de wereld. De EU zal synoniem worden voor voorspoed, vrijheid en brede welvaart. Alles is mogelijk met een Verenigd Europa, een federale en democratische EU, waar we samen strijden voor een nieuw systeem. --- pdf_page: 6 --- ### 1.1 Een federale en democratische Europese Unie In de EU van vandaag zetten lidstaten zich nog te veel in voor hun eigen nationale belangen, in plaats van de belangen van alle inwoners van de EU. Terwijl de grote uitdagingen van nu, juist Europees aangepakt moeten worden. Daarom willen we toewerken naar een échte federale en democratische EU. Een EU waar beslissingen genomen worden in het belang van alle inwoners. Een EU waarin iedere inwoner vertegenwoordigd is en meer invloed heeft op de keuzes die in Brussel gemaakt worden. Dat is de democratische EU die we verdienen. Wij zien Nederland als de aanjager om de manier waarop we met elkaar samenwerken in de EU grondig te hervormen. We hebben een Europese grondwet nodig. Daarom roept Volt het volgende Nederlandse kabinet in de eerste honderd dagen op om tot een bijeenkomst in Brussel te komen voor wijziging van de Europese verdragen en de totstandkoming van een Europese grondwet. Er moet een Europese regering komen, met een Europese minister-president. De EU moet, net zoals de Nederlandse democratie, bestuurd worden door democratisch gekozen volksvertegenwoordigers. Als eerste stap wil Volt dat Nederland vasthoudt aan de 'Spitzenkandidaten'procedure, waarmee een topkandidaat uit het Europees Parlement wordt voorgedragen als voorzitter van de Europese Commissie. We willen dat het Europees Parlement het recht van initiatief krijgt, oftewel: zelf wetsvoorstellen kan indienen. Zo brengen we Europese wetgeving in handen van democratisch gekozen volksvertegenwoordigers. Volt wil dat onze regering in Brussel gaat lobbyen voor het toekennen van het recht van initiatief aan het Europees Parlement. We schaffen het vetorecht (ook wel: de unanimiteitsvereiste) van individuele lidstaten in de Raad van de EU af. We moeten vooruit met de EU, in het belang van al haar inwoners. Het recht van lidstaten om, uit eigenbelang, belangrijke voorstellen te blokkeren staat vooruitgang in de weg en moet wat Volt betreft tot het verleden behoren. Zonder Europese kieslijsten zijn Europese verkiezingen niet echt Europees. Bij Europese verkiezingen moet je ook op kandidaten uit andere lidstaten kunnen stemmen, ongeacht of die kandidaat Italiaans of Roemeens is. Maar dat kan nu nog niet. Daarom wil Volt werk maken van echte Europese kieslijsten. De rol van de Europese Raad van regeringsleiders wordt precies gedefinieerd. De Europese Raad zal expliciet geen beslissingsbevoegdheid hebben, en slechts adviseren over de grote politieke lijnen. De voorzitter van de Europese Commissie zal geen lid meer zijn van de Europese Raad van regeringsleiders. Volt wil dat artikel 17.5 van het Verdrag van de EU wordt uitgevoerd, zodat het aantal Eurocommissarissen in de Europese Commissie wordt verkleind tot twee derde van het aantal lidstaten. Het Europees Parlement krijgt het recht van enquête, inclusief het recht getuigen onder ede te horen en het recht op inzage in vertrouwelijke informatie. ### 1.1.1 De Europese Unie van iedereen Inwoners moeten directer invloed kunnen uitoefenen op de richting die de EU op moet gaan. Dit geldt voor alle inwoners van de EU, van nu én van de toekomst. Er moet een permanent burgerberaad op Europees niveau komen om de stem van inwoners in Brussel te vergroten. Dit orgaan is verantwoordelijk voor het organiseren van burgerberaden over Europese thema's, waarin inwoners vanaf zestien jaar zwaarwegende aanbevelingen over allerlei zaken kunnen doen aan o.a. het Europees Parlement. Invoering van een generatietoets op Europees niveau. Europees beleid moet getoetst worden op de effecten voor de lange termijn. Voor de jonge generaties van nu én die van de toekomst. De EU voelt ver weg, maar is dat niet. Wij zijn de EU: we bepalen zelf wat er in Brussel gebeurt en welke besluiten er over ons worden genomen. Maar nog te vaak doen Nederlandse politici alsof het tegenovergestelde waar is, namelijk 'dat Brussel het allemaal besloten heeft'. Dat beeld doet geen recht aan de werkelijkheid en is zelfs schadelijk. De EU biedt ons juist kansen om problemen met elkaar op te lossen en ons leven beter te maken. Daarom is het belangrijk dat het Nederlandse kabinet de EU actiever naar de samenleving brengt. We maken van de Dag van Europa (9 mei) een nationale feestdag. Op deze dag werd in 1950 de eerste bouwsteen voor het fundament van de EU gelegd. De Europese vlag komt zo snel mogelijk in de Tweede Kamer, de Provinciale Staten en de gemeenteraden te hangen, zoals dat ook al het geval is in de Eerste Kamer én in de meeste parlementen in andere Europese lidstaten. We creëren een echte Europese publieke omroep, met Europese programmering. Zo brengen we inwoners van de EU dichter bij elkaars leefwereld. Europese media uit verschillende lidstaten werken samen om bijvoorbeeld verslag te doen van wat zich in Brussel afspeelt en maken producties die de eenheid én verscheidenheid van de EU weergeven. --- pdf_page: 7 --- ### 1.1.2 Een transparante ## Europese Unie Volt wil dat de EU transparanter en duidelijker wordt voor iedereen, en niet alleen voor grote multinationals. Bindende integriteitsregels en een aangescherpt lobbyregister voor alle Europese instellingen en Europarlementariërs. Te vaak beïnvloedt een te kleine groep mensen of bedrijven grote beslissingen over ons allemaal. De toegang tot de macht in Brussel moet eerlijker en transparanter. Het Europees Parlement stopt zo snel mogelijk met heen-en-weerverhuizen tussen Brussel en Straatsburg. Volt wil dat Nederland actief pleit voor Brussel als de vaste vergaderplaats voor het Europees Parlement. Dat scheelt 180 miljoen euro per jaar én milieuschade. We betrekken de Tweede Kamer meer bij het maken van het Europese beleid, in plaats van alleen de koers achteraf te controleren. We houden vaker gesprekken in de Tweede Kamer met Eurocommissarissen over wat er gaande is op hun beleidsterrein en voeren jaarlijkse beleidsdebatten over de koers van de EU. We leggen wettelijk vast dat de Tweede Kamer tijdig en volledig geïnformeerd wordt over alles wat op het gebied van Europese besluitvorming speelt (de Europawet). We regelen goede informatievoorziening over de EU, onder andere door vaste financiering vanuit de rijksoverheid voor bronnen als Europa-nu.nl en parlement.com. Op deze manier heeft iedere Nederlandse inwoner goede toegang tot informatie over de EU. We blijven ons hardmaken voor meer en betere ondersteuning voor Tweede Kamerleden op het gebied van EUgerelateerde zaken. ### 1.2 Een rechtsstatelijke Europese Unie De EU onderscheidt zich in de wereld door een unie te zijn die gebaseerd is op waarden. Alleen staan die waarden steeds meer onder druk. Zo is de Europese Commissie te vaak bezig met het sluiten van politieke compromissen, waardoor de bescherming van grondrechten ondergeschikt wordt gemaakt aan de politieke eenheid. Denk aan Italië waar lesbische moeders van geboorteaktes worden gehaald, aan het terugduwen en laten verdrinken van vluchtelingen in de Middellandse Zee of aan de vervolging van journalisten en rechters in Polen. Als de EU zich naar buiten toe als geloofwaardige waardengemeenschap wil presenteren, moeten we allereerst ons eigen huis op orde krijgen. We ondernemen daarom effectiever actie tegen landen in de EU die de democratische rechtsstaat afbreken en grondrechten ondermijnen. Europese subsidies aan een lidstaat moeten automatisch worden ingehouden bij ernstige schending van de Europese normen voor democratie, rechtsstaat en grondrechten door de nationale regering. Relevante voorbeelden zijn: verkleining van de vrijheid van het maatschappelijk middenveld, het vervolgen van hulpverleners, het ondermijnen van het demonstratierecht en het schenden van de rechten van vluchtelingen en irreguliere migranten. Door in de Europese Kiesakte te komen met Europese standaarden, normeren we wat vrije en eerlijke verkiezingen zijn. Wanneer lidstaten zich hier niet aan houden, stapt de Europese Commissie naar de rechter. Volt wil dat het opleggen van sancties onder artikel 7 van het Verdrag betreffende de EU (VEU), inclusief het opschorten van stemrecht van een lidstaat, moet worden besloten door het Europees Parlement en op basis van een meerderheid in de Raad van Europa. Zo voorkomen we dat de EU en de belangen van al haar inwoners gegijzeld worden door autoritaire leiders. Volt maakt zich hard voor de bescherming van organisaties en inwoners en voor de beschikbaarheid van financiële middelen om naar de rechter te (kunnen) stappen wanneer de overheid nationale, Europese of internationale verdragen of wetten schendt of deze niet naleeft. --- pdf_page: 8 --- # 1.3 Een veilige Europese Unie Om de veiligheid in eigen regio te kunnen garanderen en een belangrijke actor in een multipolaire wereld te kunnen zijn, heeft de EU een krijgsmacht nodig die snel en onafhankelijk van bondgenoten kan handelen. Dat zorgt ervoor dat de EU met één krachtige stem kan spreken op het wereldtoneel en daarmee zelfstandig de Europese veiligheid, kritieke infrastructuur en belangen kan beschermen. We kunnen onszelf niet afhankelijk maken van de VS voor het beschermen van onze Europese veiligheid. Op weg naar een Europese krijgsmacht nemen we de nodige tussenstappen. We willen een Europese defensie-industrie, zodat we niet meer afhankelijk zijn van andere landen voor ons militair materieel. De Europese Commissie stelt standaarden en normen op voor de ontwikkeling en het gebruik van militair materieel, zoals al eerder is gedaan voor de voedselveiligheid en voor dataroaming op mobiele telefoons. Dit leidt tot besparingen, betere samenwerking, betere inzetbaarheid en gemakkelijker uitwisseling van materieel tussen de krijgsmachten van de diverse EUlanden. We breiden het gezamenlijk inkopen van materieel, zoals dat nu bestaat in Benelux-verband, uit naar de hele EU. Volt wil inzetten op het overbruggen van cultuurverschillen tussen verschillende nationale krijgsmachten door een Europese doctrine te creëren. Dat doen we door Europese militairen van alle rangen te trainen in de Engelse taal en Europese curricula voor militaire opleidingen te maken. We breiden het militaire Erasmusprogramma uit naar alle rangen en werken zo aan een gemeenschappelijke Europese strategische cultuur en identiteit. We werken toe naar een Europese militaire academie. We willen een permanent operationeel hoofdkwartier in Brussel dat bestaande en nieuwe Europese missies begeleidt. Hier zetelt een permanente raad voor Europese defensieministers, die snel beslissingen neemt over de inzet van mensen en materieel. Volt wil een Europese Rapid Response Force met voldoende capaciteit zodat de EU zelfstandig in staat is grootschalige gevechtsoperaties uit te voeren in het kader van de verdediging van het EU grondgebied. Er komt een Europese permanente zetel in de VN Veiligheidsraad. Om daar te komen, vormen we de permanente zetel van Frankrijk om tot een zetel voor de EU. De NAVO leunt nu te sterk op de bijdrage van de VS, waarvan wij als EU sterk afhankelijk zijn voor onze veiligheid. De EU moet zich meer verenigen binnen de NAVO en actief beleid beïnvloeden. Om de NAVO als Verenigd Europa te kunnen sturen moet in ieder geval onze financiële bijdrage op orde zijn. In Nederland leggen we de 2\%-NAVO-norm wettelijk vast en bepleiten we in Europees verband het belang van deze norm. ### 1.3.1 Aangekgrenseverstijgende criminaliteit Georganiseerde criminaliteit houdt zich niet aan landsgrenzen. Criminaliteit is internationaal en trekt zich van landsgrenzen niets aan. Denk aan de ondermijning van onze samenleving door malafide vastgoedtransacties, het witwassen van miljarden euro's en de criminaliteit die ontstaat bij de drugsproductie en -handel. Georganiseerde criminaliteit bedreigt op die manier onze rechtsstaat. We breiden het mandaat van Europol uit tot een 'Europese FBI' met eigenstandige operationele bevoegdheden. Opsporingsdiensten kunnen daardoor veel sneller en effectiever optreden, zowel in het fysieke als in het digitale domein. Er zijn vergaande bevoegdheden voor lidstaten om persoonsgegevens te delen voor de bestrijding van criminaliteit. Maar de rechtsbescherming van inwoners en de bescherming van persoonsgegevens zijn daarbij achtergebleven. We gaan dat gat dichten. Het delen van persoonsgegevens met derde landen moet strikt worden gereguleerd en moet volledig voldoen aan de Europese normen. --- pdf_page: 9 --- # 1.4 Een waardegedreven en Europees buitenlandbeleid De EU heeft één gezamenlijk en zelfstandig Europees buitenlandbeleid nodig. Dat beleid moet gebaseerd zijn op gelijkwaardigheid, mensenrechten en duurzaamheid. In de wereld van nu is de macht steeds meer verdeeld over verschillende regionale machtsblokken, zoals China en de VS. De tijd waarin de EU haar bondgenoten blind volgt, is voorbij. Volt wil de positie van de EU in de wereld verstevigen en een succesvol buitenlandbeleid voeren dat gebaseerd is op mensenrechten, duurzaamheid en samenwerking. Er komt een Europese minister van Buitenlandse Zaken, die een volledig mandaat heeft om relaties tussen de EU en de rest van de wereld vorm te geven. Uiteindelijk hebben we in de EU geen nationale ministeries van Buitenlandse Zaken meer nodig. Als eerste stap daarnaartoe zet Nederland in op het meer ontwikkelen van samenwerking tussen lidstaten bij hun contacten met en werk in landen buiten de EU. Een gelijkwaardige relatie met landen in Afrika behoort een topprioriteit van het Europees buitenlandbeleid te zijn en het dient dan ook gericht te zijn op door henzelf vormgegeven ontwikkeling van soevereiniteit en welvaart. Instrumenten daarvoor zijn subsidies in het kader van ontwikkelingssamenwerking en Europese leningen en investeringen via internationale en lokale ontwikkelingsbanken en investeringsfondsen. De subsidies richten zich op het bijstaan van landen in Afrika bij hun eigen armoedebestrijding, maatschappijopbouw en lokale beleidsbeïnvloeding. De leningen en investeringsgelden gaan naar financieel- economisch rendabele projecten voor en door deze landen. Goed bemenste ambassades ter plaatse zijn hiervoor essentieel. We versterken multilaterale internationale organisaties zoals de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en de Verenigde Naties (VN), mede door een evenredige vertegenwoordiging voor alle geografische regio's te garanderen. We investeren in het opzetten van speciale leerstoelen (hoogleraarsposten) gericht op het vergaren van kennis over (opkomende) grootmachten in de wereld. Dit langetermijnonderzoek wordt mede gefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken. We zorgen dat voor iedere grootmacht (het Afrikaanse continent, het MiddenOosten, Centraal-Azië, Zuidoost-Azië, Latijns-Amerika en het Noordpoolgebied) een gezamenlijke Europese strategie wordt ingezet om alle verschillende uitdagingen aan te gaan en kansen optimaal te benutten. Wereldwijd stroomt er per jaar zo'n 500 miljard euro via illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden. Kapitaalvlucht berooft regeringen en samenlevingen van broodnodige inkomsten voor binnenlandse investeringen in de private sector, in de ontwikkeling van infrastructuur en de levering van vitale sociale diensten. Volt wil de illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden stoppen. Het bewust verkeerd opgeven van handelscijfers met ontwikkelingslanden door Europese multinationals wordt opgespoord en bestraft. Banken laten we binnen de antiwitwasregeling actief illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden opsporen. De belastingvoordelen voor bedrijven schrappen we uit belastingverdragen. Volt wil democratieën in de wereld versterken en de mensen beschermen die bijdragen aan versterking van de democratie, maar hiervoor in eigen land worden vervolgd. Denk hierbij aan journalisten, activisten en wetenschappers. Zo steunen we (jonge) mensen die verandering willen in eigen land, maar daar niet langer veilig zijn. We willen dat de EU (en Nederland) op grotere schaal noodvisa afgeeft aan journalisten, activisten en wetenschappers die in eigen land politiek worden vervolgd. Binnen de EU stemmen we het beleid hiervoor af, zodat voor de hele EU dezelfde voorwaarden gelden. We zorgen voor plekken in het beroepsen wetenschappelijk onderwijs voor studenten die zijn gevlucht uit landen waar democratie wordt ondermijnd, zoals Belarus en Oekraïne. Zij studeren tegen hetzelfde tarief als een inwoner van de EU. ### 1.4.1 Oorlog op ons continent Sinds de inval van Rusland in Oekraïne op 24 februari 2022 woedt er een oorlog op het Europese continent. Nederland en andere Europese landen moeten Oekraïne gezamenlijk onvoorwaardelijk steunen door het sturen van materieel en het opleggen van sancties aan Rusland. De EU is een waardenunie die verschillende samenlevingen bij elkaar brengt, beschermt en bovenal vrede garandeert. Volt wil daarom landen verwelkomen die lid willen worden van onze waardenunie. We helpen Oekraïne op weg naar het lidmaatschap van de EU en de NAVO. Daarbij moet de EU gezamenlijk werken aan een strategie die de relatie tussen Rusland en de EU vormgeeft op het moment dat Oekraïne de oorlog gewonnen heeft. Hierin moeten vrede en wederopbouw centraal staan, en het berechten van de verantwoordelijken voor de oorlog. Om de economie van Oekraïne ook tijdens de oorlog draaiende te houden, wil Volt een internationaal garantiestelsel voor verzekering tegen oorlogsrisico's. De EU moet hier gezamenlijk in investeren. De EU draagt financieel bij aan het herstel van Oekraïne op een soortgelijke manier als de faciliteit voor herstel en veerkracht is ingericht. Zo zorgen we dat Oekraïne weer een welvarend en weerbaar land wordt. --- pdf_page: 10 --- Volt wil, vanuit politiek-strategisch en veiligheidsbelang, dat Nederland zich actief inzet voor een snelle uitbreiding van de EU. Dit geldt voor alle landen op de Westelijke Balkan, Oekraïne, Moldavië en Georgië. Het actief bepleiten van hernieuwde toetreding van het VK valt daar ook onder. Om het uitbreidingsproces te kunnen versnellen zonder de criteria te verzwakken, pleit Volt voor hervorming van het toetredingsproces tot een gefaseerd proces, waarbij het lidmaatschap met bijbehorende rechten, in porties verkregen kan worden. Voorwaarde voor de kandidaat-status is het onderschrijven en uitdragen van de beginselen en waarden van de EU. De EU moet het eigen hervormingsproces, met name van het landbouwbeleid en cohesiebeleid, drastisch versnellen. Voorstellen voor B-lidmaatschap zijn geen alternatief voor hervorming. ### 1.4.2 Mensenrechten voorop De EU is een unie waarin de bescherming van mensenrechten centraal staat, waar waarden het uitgangspunt zijn. Volt wil minder mooie woorden en meer actie: Nederland koppelt de bescherming van mensenrechten en grondrechten altijd en overal aan beleid. Of het nu gaat om de bescherming van INbtiq+'ers, vrouwen en meisjes, of om het aangaan van handelsrelaties als Nederland of als EU: mensenrechten staan voorop. Natuur- en mensenrechten zijn leidend in het handelsbeleid. Dit betekent dat we als EU geen vrijhandelsverdragen sluiten waarbij deze rechten worden geschaad, zoals het Mercosur-verdrag. Hierom is Volt mede-initiatiefnemer van de wet Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Volt wil dat 1\% van het Europese (en Nederlandse) bruto nationaal inkomen (BNI) naar ontwikkelingssamenwerking gaat en dat we ontwikkelingssamenwerking in Europees verband organiseren. Deze middelen zullen in subsidievorm aangeboden worden voor projecten die wel maatschappelijk, maar niet financieel rendabel zijn en in lening/investeringsvorm via ontwikkelingsbanken voor projecten die wel financieel rendabel zijn. Voor die laatste categorie kunnen de middelen ook goed ingezet worden om private investeerders te verleiden te investeren door voor hen het risico te verlagen. Deze private investeerders zijn essentieel voor het behalen van de duurzaamheidsdoelen van de VN, omdat die met alleen publiek geld niet haalbaar zijn. Volt zet lokale experts, ngo's, banken, investeringsfondsen en bedrijven centraal in buitenlandse betrekkingen en ontwikkelingssamenwerking. Zo creëren we samenwerking op een gelijkwaardige manier, in plaats van vanuit eenzijdige afhankelijkheid. Extra nadruk wordt gelegd op het financieren van projecten in lokale valuta. Dit in tegenstelling tot de huidige praktijk waarbij financieringen door ontwikkelingsbanken meestal in harde valuta zoals de euro, de dollar, etc. verschaft worden, waardoor schulden in geval van een ontwaarding van de lokale valuta onbetaalbaar worden. Nederland steunt actief het maatschappelijk middenveld in landen buiten de EU. Om dit te doen vergroten we de capaciteit op ambassades zodat vanuit daar mensen in het veld beter ondersteund kunnen worden. We voeren de mensenrechtentoets uit op alle nieuwe beleidsmaatregelen, ook op het gebied van economie en buitenlandse zaken. --- pdf_page: 11 --- ## 1.5 Een Europese asiel- en migratieaanpak Mensen vluchten en mensen migreren. Dat is niet alleen een feit waar we mee moeten omgaan of een grondrecht om te verdedigen: de vrijheid om te overleven is een mensenrecht, een menselijk recht. Volt wil een open EU, waar plaats is voor vluchtelingen en arbeidsmigranten. Maar de EU is voor velen een dodelijk fort geworden. Vluchtelingen moeten onmenselijke en levensgevaarlijke tochten ondernemen om naar de EU te komen, en worden tijdens zo'n tocht te vaak teruggeduwd over de grens. Het kan niet zo zijn dat mensen sterven achter hekken, op zeeën en in woestijnen door beleid dat wij als EU voeren. Volt wil een menselijk vluchtelingenbeleid en een verstandig arbeidsmigratiebeleid voor de EU als geheel. Samenwerking en solidariteit zijn randvoorwaarden om toekomstige migratiecrises in de EU te voorkomen. Volt wil dat Nederland zich inzet voor een Europees Asiel- en Migratiepact (oftewel: een Europese spreidingswet) die tot solidariteit verplicht en ervoor zorgt dat de controle van onze Europese buitengrenzen gezamenlijk wordt aangepakt. Volt streeft ernaar dat Nederland zich inzet voor de afschaffing van de Dublinverordening. In plaats daarvan pleiten wij voor een systeem waarbij mensen die asiel willen aanvragen in de EU, zelf het land kunnen kiezen waar zij hun aanvraag willen indienen. Nederland zal niet langer de Dublin-verordening handhaven en zal geen mensen meer terugsturen naar andere EU-landen. Deze aanpak zal bijdragen aan een rechtvaardiger en humaner asielbeleid in lijn met de openheid van en solidariteit binnen de EU. We sluiten niet langer dubieuze deals met dictators van landen rondom de EU, zoals Tunesië. In plaats daarvan wil Volt legale migratieroutes openen. We dwingen mensen niet langer in een gammel bootje te stappen, met het risico te verdrinken in de Middellandse Zee. We willen inspecteurs aan de grenzen, zodat landen die zich schuldig maken aan het terugduwen van vluchtelingen voor de rechter kunnen worden gebracht. Volt wil dat landen die zich schuldig maken aan de zogenoemde pushbacks geen ondersteuning meer ontvangen om hun buitengrenzen te controleren. Landen die hulpverleners vervolgen wanneer zij bijvoorbeeld mensen redden op zee of juridische bijstand verlenen, worden gesanctioneerd. In ieder (bilateraal) verdrag waarin voorwaarden over migratie worden opgenomen, moet staan dat het verdrag direct wordt opgeschort op het moment dat mensenrechten geschonden worden. Op het moment dat zo'n concrete voorwaarde ontbreekt moet Nederland tegen het sluiten van dit verdrag stemmen. De Europese grens- en kustwacht Frontex wordt grondig hervormd, komt los te staan van nationale regeringen en legt verantwoording af aan het Europees Parlement. Volt wil dat er een gemeenschappelijke EU-zoeken reddingsoperatie komt voor het Middellandse Zeegebied, in lijn met de oproepen vanuit het Europees Parlement. Terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers via Frontex moet op een humane manier plaatsvinden, onder begeleiding van onafhankelijke waarnemers. --- pdf_page: 12 --- ### 1.6 Een Europese economie van de toekomst De toekomst voor industriële en economische ontwikkeling is groen. Grote landen zoals de VS en China hebben hun industriepolitiek hierop aangepast en zijn al jaren bezig met het verzekeren van toegang tot essentiële grondstoffen en het beschermen van hun technologische voorsprong. De Europese markt is groot en belangrijk op het wereldtoneel. Dat brengt mogelijkheden, invloed maar ook verantwoordelijkheden met zich mee. Volt wil een slimme en competitieve Europese industriepolitiek waarbij strategisch gekozen wordt welke industrieën de EU wil stimuleren. Dat zijn die productieprocessen die toekomstbestendig en van levensbelang zijn. Volt wil dat niet alleen geld en materiële welvaart centraal staan, maar welvaart in de brede zin: gezondheid, onderwijs, milieu en leefomgeving, sociale cohesie, persoonlijke ontplooiing en veiligheid. Het Europese verdienmodel voor de toekomst draagt zorg voor de brede welvaart van alle mensen in én buiten de EU. Tekorten aan medische hulpmiddelen tijdens de pandemie en Russische dreigementen om gasleveringen aan de EU te stoppen vanwege onze steun aan Oekraïne, tonen de risico's van te grote economische afhankelijkheden. Om dergelijke crises in de toekomst te voorkomen, zal de EU de meest noodzakelijke middelen zelf moeten gaan produceren. Economische afhankelijkheden van landen die onze democratische waarden niet delen, moeten we zo veel mogelijk spreiden. Zo moet de EU zijn afhankelijkheid van zeldzame aardmetalen uit China, die o.a. cruciaal zijn voor de energietransitie, afbouwen door te investeren in zo duurzaam mogelijke mijnbouw in de EU en daarbuiten. De EU blijft handel voeren met de rest van de wereld, maar vanaf nu mét oog voor onze strategische belangen. We richten een Europees durfkapitaalfonds op waarmee we Europese innovaties stimuleren. We werken toe naar een echte gemeenschappelijke Europese arbeidsmarkt. Daarom wil Volt dat binnen de EU dezelfde standaarden omtrent arbeid gaan gelden. Om voor de EU digitale autonomie te bereiken richten we een EU-Tech Fund op, gericht op het aanjagen van de ontwikkeling van nieuwe, ethisch verantwoorde digitale technieken en andere technologische innovaties. We zetten Europees cohesiebeleid (oftewel: regiobeleid) doelgerichter in om verschillen tussen Europese regio's te verkleinen. In plaats van cohesiemiddelen te verschuiven naar potjes om crises op te vangen, investeren we in brede welvaart, waaronder onderwijs, training, vergroening en innovatie, sociale woningbouw en grensoverstijgende samenwerking. Voorbeelden van dit laatste zijn het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van grenswerkers en het ontwikkelen van internationale treinverbindingen. ### 1.7 Een sterke Europese Muntunie Voor een sterke EU met een sterke economie, is een sterke euro nodig. Met een sterke euro kunnen we bovendien een sterke tegenmacht zijn tegenover andere geopolitieke blokken in de wereld, zoals China of de VS. Met een gedeelde munt, begroting en economie spelen we het spel mee én bepalen we de regels, in plaats van dat er met ons gespeeld wordt. Door de begrotingsunie toe te voegen aan de monetaire unie zal de euro veel sterker zijn dan ze nu al is. Volt wil een Europese minister van Financiën, met een jaarlijkse eigen begroting. Volt wil een gezamenlijke Europese begroting, waarbij de inkomsten en uitgaven worden gecontroleerd door het Europees Parlement. Een belangrijke stap daarnaartoe is het oprichten van pan-Europese begrotingsfondsen. Dit zijn fondsen die gebruikt worden voor de grote gezamenlijke uitdagingen: het aanpakken van de klimaatcrisis, een Europese defensie en Europese digitalisering. Volt wil volledige integratie van de Europese kapitaalmarktunie en de bankenunie. Zo jagen we economische vooruitgang aan en vergroten we de stabiliteit van ons financiële systeem. Op de korte termijn willen we een herziening van het Stabiliteits- en Groeipact met een norm voor de staatsschuld van $90 \%$. De huidige norm van $60 \%$ is voor veel Europese landen onhaalbaar en daarmee zelfs schadelijk. Op de langere termijn, wanneer de begrotingsunie een feit is, zal de Europese begroting bekostigd worden vanuit Europese belastinginkomsten en het uitgeven van gezamenlijke schuld. Zo voorkomen we op de korte termijn dat landen in de EU enorm veel moeten bezuinigen en minder ruimte hebben voor investeringen. We kunnen dan op de lange termijn gebruikmaken van de toegenomen kracht van de gezamenlijke economie met ondersteuning van de toegenomen kracht van de euro. We streven verdere uitbreiding van de eurozone na door EU-ildstaten die de euro nog niet hebben, ertoe te bewegen om de euro in te voeren. Zweden en Denemarken zijn in deze context belangrijk vanwege hun relatief sterke economieën. Om de monetaire soevereiniteit van de eurozone en daarmee de financiële soevereiniteit van de landen in de eurozone te beschermen, is Volt voorstander van het invoeren van de digitale euro, met sterke waarborgen op het gebied van privacy en non-programmeerbaarheid. Om tegenwicht te bieden aan de digitale valuta van andere grootmachten, pleiten we in Europees verband voor een ambitieuze, geopolitieke strategie achter de invoering van de digitale euro. --- pdf_page: 13 --- Het heffen van belastingen wordt door iedere lidstaat apart gedaan. Hierdoor worden Europese landen tegen elkaar uitgespeeld door multinationals die dreigen met het verplaatsen van hun hoofdkantoor naar een ander land vanwege een gunstiger belastingtarief. Bedrijven ontlopen zo hun plicht om een rechtvaardige maatschappelijke bijdrage te leveren. Volt wil daarom Europese belastingen heffen. Zo kunnen Europese landen niet meer tegen elkaar uitgespeeld worden en kunnen bedrijven het betalen van belastingen niet meer ontlopen. In tijden van crises zijn er altijd bedrijven die profiteren terwijl inwoners juist geld verliezen. Volt wil daarom dat grote bedrijven maatschappelijk bijdragen wanneer zij onevenredig veel verdienen aan een crisis. We willen één Europese winstbelasting, die we heffen in de hele EU. Zo voorkomen we een race to the bottom, waarin lidstaten tegen elkaar uitgespeeld worden door grote multinationals. Dit verzekert de EU van meer belastinginkomsten, die gebruikt kunnen worden om de levens van al haar inwoners te verbeteren. We willen één Europese meevallersheffing, zodat we in een tijd van crisis bedrijven die bovenmatig profiteren van die crisis, extra kunnen belasten. Deze inkomsten komen vervolgens ten goede aan de maatschappij. We maken ons hard voor een Europese staatsburgerbelasting, waarmee iedereen tijdelijk belasting blijft betalen op de plek waar je staatsburger bent geweest. Zo voorkomen we dat mensen jarenlang gebruikmaken van publieke voorzieningen in de ene lidstaat en vervolgens de daar 'verschuldigde' belasting ontwijken door te verhuizen naar een lidstaat waar ze minder belasting betalen. Volt wil een Europese belastingautoriteit om belastingontwijking effectief tegen te gaan. We zetten in op vergaande samenwerking tussen verschillende belastingautoriteiten in de lidstaten en leggen een wettelijke definitie vast voor wat onder vermogen valt. Zo voorkomen we dat in het ene land een jacht wel wordt belast en in het andere niet. --- pdf_page: 14 --- # 2. Mens en natuur in balans Extreme hitte, droogte, overstromingen, verstoorde ecosystemen, hagelstormen en bosbranden: klimaatverandering gaat ons uiteindelijk allemaal raken. We konden de afgelopen maanden al zien op welke manieren, en vooral hoe snel het gaat. Het is daarom tijd dat Nederland én de EU de klimaatnoodtoestand uitroepen en van het bestrijden van de klimaatcrisis topprioriteit maken. We moeten nu harde en moeilijke keuzes maken, groots handelen, willen we de balans tussen mens en natuur op onze planeet herstellen. Keuzes die pijn zullen doen, omdat er direct iets moet veranderen. Dat zal niet eenvoudig zijn. Maar als we het samen doen en de lasten eerlijk verdelen, met vertrouwen in elkaar, gaat het ons lukken! Onze samenleving moet in 2040 klimaatneutraal zijn. Dat betekent: snel terugdringen van de $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot, duurzamere keuzes maken en maximaal inzetten op groene energie. Daar hoort het onderzoeken en benutten van technieken zoals kernenergie, waterstof en aardwarmte bij. Die kunnen een grotere rol spelen dan nu. Ook dat doen we samen. Omdat veel Europese landen verschillende energiebronnen hebben - zoals zonne-energie in Spanje en waterkracht in Oostenrijk - is Europese afstemming hierover cruciaal. We gaan keuzes maken. Dat moet. We gaan heel veel dingen niet meer doen en we zullen, soms pijnlijke, keuzes moeten maken. Als we deze keuzes samen maken, en de lasten en de lusten eerlijk verdelen, gaat het ons lukken om ons welzijn te verbeteren. Ons welzijn is immers onlosmakelijk verbonden met deze ene planeet waarop wij leven. Grote vervuilende bedrijven verplichten we daarom om een klimaatplan te leveren waarin staat hoe zij zo snel mogelijk toekomstbestendig worden. We maken de omslag naar natuurinclusieve landbouw. We verbieden korteafstandsvluchten en privévluchten die gebruikmaken van fossiele brandstoffen om zo ruimte te creëren voor investeringen op het gebied van duurzaam vliegen. We verbieden het om stoffen waar mensen ziek van worden in de natuur te lozen. En Volt wil een Deltaplan Waterland waarin we laten zien dat we nog altijd kampioen watermanagement zijn. Om al deze veranderingen in de samenleving mogelijk te maken, moet iedereen mee kunnen komen. Daarom zorgen we ervoor dat iedereen duurzaam en betaalbaar kan wonen en openbaar kan reizen, óók buiten stedelijke gebieden als de Randstad. De sterkste schouders dragen daarbij de zwaarste lasten. Kansen voor gezamenlijke woonoplossingen gaan we benutten. Zo creëren we nieuwe kansen en een schone en duurzame toekomst. Waar we als land, als EU in 2040, 2050 én 2180 enorm trots op kunnen zijn. --- pdf_page: 15 --- # 2.1 Klimaatneutraal in 2040 De EU kan in 2040 klimaatneutraal zijn. Een klimaatneutrale EU is een schone EU, waarin we de gezondheid van natuur, mens en dier voorop stellen en stoppen met het uitstoten van te veel schadelijke stoffen. Zo geven we een schone toekomst door aan de toekomstige generaties. Klimaatneutraliteit is niet alleen een doel op zich, maar ook een middel om de kans op natuurrampen te verlagen en watertekorten voor te zijn. Om in 2040 klimaatneutraal te zijn, hebben we sterke langetermijnoplossingen nodig. Door de huidige focus op 2030 winnen kortetermijnoplossingen het nog te vaak van échte systeemverandering. Daarom focussen wij op 2040. Zo maken we systeemverandering wél mogelijk. We leggen het $\mathrm{CO}_{2}$-reductiepercentage van $100 \%$ in 2040 vast in de wet. Zo maken we een einde aan streefpercentages en introduceren we een harde norm die ons klimaat nodig heeft. Ook maakt de focus op 2040 meer ruimte voor een haalbare en duidelijke omslag om binnen de 1,5 graad opwarming te blijven. We rekenen de vervuiling van geïmporteerde producten mee in onze nationale klimaatdoelen, zoals Zweden ook al doet. We nemen verantwoordelijkheid voor de uitstoot die plaatsvindt door ons consumptiegedrag. Er komt een ministerie van Klimaat, Energie en Circulariteit. We kunnen de omslag naar een duurzame samenleving op tijd maken, als we daarvoor alle zeilen bijzetten. De focus van dit ministerie moet daarom volledig liggen op het versnellen van de duurzaamheidstransitie en het verkleinen van de Nederlandse ecologische voetafdruk. We voeren een Europese $\mathrm{CO}_{2}$-belasting (een uitgebreider ETS II) in voor alle brandstoffen. We voeren dit ook in voor alle vluchten die van buiten de EU komen. We dichten de gaten van $\mathrm{CO}{2}$-beprijzing door het belastingstelsel te hervormen, zodat voor alle Nederlandse broeikasgasuitstoot een minimale $\mathrm{CO}{2}$-prijs geldt. Deze prijs heeft in ieder geval de hoogte van de huidige Europese belasting voor de grootste vervuilers (ETS-prijs). Volt is zich zeer bewust van de hogere kosten die dit met zich meebrengt voor verbruikers en laat de opbrengsten vloeien naar snellere verduurzaming en alternatieven voor inwoners en bedrijven. We planten veel meer bomen en planten in de EU. Zodat we in 2040 niet alleen volledig klimaatneutraal zijn, maar broeikasgassen dan ook actief uit de lucht halen. Dit doen we ook door in te zetten op $\mathrm{CO}_{2}$-opslag zolang dat nodig is. Samenleven met de natuur wordt de standaard, zodat we bij alles wat we doen iets teruggeven aan de aarde en de ecosystemen die ons gezond houden. Een voorbeeld is de stadsboswachter die zorgt voor meer ruimte voor natuur in steden, wat weer zorgt voor het vasthouden van water, schonere lucht, verkoeling en meer biodiversiteit. Volt wil een Nederlandse en Europese strategie om met $\mathrm{CO}{2}$ om te gaan. De opslag van $\mathrm{CO}{2}$ is nodig om uitstoot te verminderen en om eventueel zelfs klimaatpositief te worden. Daarnaast moet $\mathrm{CO}_{2}$ circulair hergebruikt worden om nieuwe producten te maken in de vorm van brandstoffen, chemische producten en materialen. ### 2.1.1 Europese klimaatafspraken De huidige Europese klimaatafspraken zijn niet voldoende om de EU in 2040 klimaatneutraal te maken. Daarom willen we scherpere Europese afspraken maken. We investeren in één gecoördineerde Europese aanpak om klimaatneutraliteit en energieonafhankelijkheid te bereiken in plaats van de 27 verschillende nationale aanpakken. Zo voorkomen we dat armere lidstaten achterblijven. We tuigen nieuwe Europese fondsen op, waarbij gekeken wordt waar we het snelst de meeste klimaatwinst kunnen boeken. Met die fondsen zetten we in op internationale projecten, in plaats van op nationale projecten. Zo versnellen we de Europese klimaataanpak en zorgen we dat alle lidstaten mee kunnen komen in de transitie. We hameren erop dat de nieuwe Europese Commissie, die in 2024 wordt aangesteld, een ambitieuzer klimaatplan heeft dan de huidige Green Deal. ### 2.1.2 Rechtvaardig klimaatbeleid Zonder klimaatrechtvaardigheid geen goed klimaatbeleid. De kosten van de klimaattransitie moeten door de sterkste schouders gedragen worden. Zo worden ze ook mogelijk en draaglijk gemaakt voor mensen met de kleinste portemonnee. En dat niet alleen: met de opbrengsten van de belastingen en heffingen op vervuiling maken we verduurzaming, zoals isolatie en warmtepompen, betaalbaar. Daarnaast verhogen we het minimumloon, waarbij we rekening houden met de gevolgen voor het mkb, en we verschuiven de lasten van arbeid naar de grote vermogens. De klimaat- en energietransitie levert meer banen en geld op, maar zal om ander werk vragen. Daarom willen wij dat bedrijven naast een klimaatplan ook een sociaal plan maken om werknemers te helpen met scholing en het overstappen naar een andere baan. We toetsen nieuwe klimaatmaatregelen op negatieve effecten, en daarmee op klimaatrechtvaardigheid. Nieuw klimaatbeleid dat invloed heeft op de portemonnee moet getoetst worden op het eerlijk verdelen van de lasten. Ook moet er gekeken worden naar de kosten voor de volgende generaties van het lenen van geld voor fondsen: dit wordt voorkomen door de vervuiler nu te laten betalen. --- pdf_page: 16 --- We werken toe naar een stelsel waarbij een gedeelte van de inkomsten van $\mathrm{CO}{2}$-heffingen (o.a. belasting en ETS) direct herverdeeld wordt over de inwoners als 'klimaatinkomen'. De komst van de ETS II (transport en wonen) is dé gelegenheid om dit in te voeren, aangezien nationale overheden zelf mogen beslissen hoe de inkomsten uit ETS II verdeeld gaan worden. $\mathrm{CO}{2}$-heffingen zorgen ervoor dat ondernemers en consumenten rekening gaan houden met de hoogte van hun $\mathrm{CO}{2}$-uitstoot. Het klimaatinkomen zorgt ervoor dat alle inwoners gelijkwaardig gecompenseerd worden voor het toegenomen klimaatrisico en de toegenomen $\mathrm{CO}{2}$-kosten. Dit systeem werkt nivellerend: hogere inkomens betalen meer doordat ze een groter aandeel hebben in de $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot en lagere inkomens gaan er netto op vooruit. In Oostenrijk is dit systeem al ingevoerd. De zogeheten 'Klimabonus' heeft daar de populariteit van klimaatmaatregelen vergroot. ### 2.1.3 Afschaffen van fossiel Om als EU klimaatneutraal te worden, moeten we fossiele brandstoffen zo snel mogelijk uitbannen. Daarmee creëren we de ruimte om onze eigen, zo veel mogelijk zelfstandige, Europese energievoorziening op te zetten. Zo zorgen we ervoor dat de afhankelijkheid van omstreden regimes buiten de EU verleden tijd wordt. We starten direct met het beëindigen van fossiele subsidies, in Nederland én in de EU. Op dit moment besteedt Nederland miljarden aan fossiele vrijstellingen en subsidies aan vervuilers. We verplichten het bijmengen en afnemen van duurzame producten, zoals duurzaam staal, groene waterstof of duurzame plastics. Hiermee creëren we de innovatieve, groene markt van de toekomst en geven we duidelijkheid aan investeerders en bedrijven. Het gebruik van bruin- en steenkool wordt snel afgebouwd en uiteindelijk helemaal gestopt. Dit doen we onder andere door een verhoging van de belasting op kolen naar $€ 25$ per ton, een Europees verbod op bruinkool vanaf 2025 en op steenkool vanaf 2030. In 2030 zijn we volledig gestopt met de verkoop van verbrandingsmotoren. Op deze manier maakt de industrie op tijd de transitie naar dat wat nodig is voor de nieuwe Europese economie. Er worden geen nieuwe vergunningen meer afgegeven voor olie- en gasboringen en het openen van nieuwe kolenmijnen. Dit betekent ook dat er geen nieuwe boringen in de Noordzee en Waddenzee toegestaan worden. Reclame voor het gebruik van fossiele brandstoffen moet verboden worden. We schaffen alle uitzonderingen op de energiebelasting af - zoals de verlaging van de belasting op aardgas en elektriciteit voor grootverbruikers. De enige uitzondering is de duurzame stadsverwarmingsregeling. ### 2.1.4 Aanpassen aan de nieuwe klimaatrealiteit Klimaatverandering zal meer droogte en rampen gaan veroorzaken. Daarom moet de EU beter samenwerken bij het bestrijden van rampen en het leveren van hulp. De Europese samenleving past zich aan met klimaatadaptieve systemen. Bijvoorbeeld door het creëren van robuustere ecosystemen door de natuur uit te breiden, of door het klimaatbestendiger maken van onze infrastructuur. Een voorbeeld hiervan is het stimuleren van de waterdoorlaatbaarheid van wegen, waardoor we het $\mathrm{CO}_{2}$ - en waterabsorberend vermogen van de bodem herstellen. We nemen de gevolgen van klimaatverandering mee in overheidsplannen via een klimaattoets bij nieuwe projecten. Bij het maken van beleid wegen we de kosten mee die we maken als we niets doen. Denk bijvoorbeeld aan overstromingen door klimaatverandering of misoogsten door biodiversiteitsverlies. Door deze kosten mee te nemen, komen we tot een evenwichtiger en verstandiger beleid. We willen bovendien duidelijker monitoren wat de gevolgen zijn van klimaatverandering, zodat we daarop kunnen inspelen. Er worden scenario's opgesteld hoe de EU beter kan samenwerken bij het tegengaan van schade door overstromingen en droogte. We moeten ons weerbaarder maken tegen extreem weer, zoals stormen of overstromingen. Volt wil op Europees niveau en in Nederland een klimaatadaptatiefonds voor de noodzakelijke investeringen opzetten. Daarnaast willen we ook een klimaatnoodfonds opzetten om inwoners en bedrijven bij klimaatrampen te ondersteunen. --- pdf_page: 17 --- # 2.2 Een Europese Energie-unie We zijn goed op weg om fossiele energie te vervangen door hernieuwbare energie. Green Energy Day, de dag in het jaar waarop duurzame energie 'op' is, viel in 2021 nog op 16 februari en dit jaar al op 2 maart. Daarom willen we een Europese Energie-unie; voor een rechtvaardige en snelle energietransitie in de EU. In deze unie zijn leveringszekerheid, betaalbaarheid en zelfvoorzienendheid kernwaarden. We zorgen dat iedereen zich eigenaar kan voelen van deze verandering, door iedereen mee te laten doen. Bijvoorbeeld via eigen energieopwekking. Zo creëren we de energiemix van de toekomst, die 100\% uit hernieuwbare en kernenergie bestaat. Voor die energiemix van de toekomst moeten we ons huidige systeem compleet omgooien. We zetten in op ambitieuze en innovatieve Europese projecten, waarmee we de bestaande infrastructuur voor opwekking en opslag van fossiele brandstoffen aanpassen en gaan gebruiken voor hernieuwbare energie. Nederland kan bijvoorbeeld waterstof gaan maken met windenergie op de Noordzee voor export naar Duitsland. Verder staan we niet toe dat energieleveranciers extreem hoge winsten boeken voor het leveren van een basisvoorziening: we stellen een maximum aan de winstmarges in de energiesector. We breiden de al bestaande koppeling van elektriciteitsnetwerken binnen de EU verder uit. We nemen barrières weg van ingewikkelde regelgeving voor uitwisseling van energie over grenzen heen. We werken aan het afstemmen van, soms nog tegenstrijdig, energiebeleid in de verschillende landen. Om tot een soepele, gezamenlijke, energietransitie te kunnen komen is het van belang dat er op Europees niveau effectief toezicht komt op de productie, opslag en afname van elektriciteit en op de capaciteit van de elektriciteitsnetten. Het elektriciteitsnet is vol en moet verzwaard worden. Daarom helpen we netbeheerders om sneller uit te breiden door te sturen op innovatie en automatisering, samenwerking en snellere vergunningverlening. Daarnaast stimuleren we netbeheerders om de bestaande infrastructuur optimaal te benutten door aan te sturen op dynamisch belasten, flexibele contracten en energieopslag. Verder moeten er pilots komen om te onderzoeken welke impact het heeft als de bestaande infrastructuur structureel hoger belast wordt. We kopen gezamenlijk Europees waterstof en gas in. Daarmee voorkomen we onnodige concurrentie in de EU. We sluiten de voor waterstof relevante Europese infrastructuur, zoals pijpleidingen, op elkaar aan om de Europese waterstofeconomie zo snel mogelijk werkelijkheid te maken. De EU werkt hard aan het bouwen van nieuwe infrastructuur. Nederland wil een belangrijke rol spelen in de opslag en doorvoer van waterstof. In 2035 wordt Nederlandse elektriciteit zonder aardgas opgewekt. We zorgen dat het verbruik van aardgas in Nederlandse elektriciteitscentrales tussen nu en 2035 elk jaar afneemt. Dat doen we door met onze buurlanden daadkrachtig in te zetten op een daling van het energiegebruik en meer zonne-energie, windenergie en door opslag te regelen. Gasverbruik in huishoudens daalt doordat we vol inzetten op isolatie, slimme apparaten en de hybride warmtepomp. Voor de rest wordt in 2035 in de gebouwde omgeving alleen nog groen gas verbruikt. Aangezien gas in 2035 niet meer de prijs van elektriciteit op de markt bepaalt, is het risico veel lager dat toekomstige geopolitieke conflicten, zoals de oorlog in Oekraïne, gaan zorgen voor extreme elektriciteitsprijzen. We zorgen ervoor dat juridische obstakels, om grensoverstijgende energieprojecten uit te rollen in de grensregio's, weggenomen worden. Juist voor inwoners en bedrijven die energie willen uitwisselen en opslaan om daarmee het net te ontlasten. We stabiliseren het elektriciteitsnet door meer gebruik te maken van kernenergie, naast hernieuwbare energie. We verlagen zo bovendien de systeemkosten. Het is daarbij belangrijk dat kerncentrales in publieke handen komen, met een meerderheidsaandeel voor de staat. We geven inwoners een belangrijke stem bij de uitvoering van projecten die te maken hebben met de energievoorziening in hun regio. Daarvoor stellen we middelen beschikbaar via gemeenten, provincies en regionale energiestrategieën (RES). Hiermee kan de communicatie met inwoners inclusiever en proactiever worden. Volt bepleit 50\% lokaal eigendom van regionale energievoorzieningen. De energietransitie maken we natuurinclusief door hiervoor de juiste normen op te leggen. Ook blijft Volt onderzoek naar de ecologische impact van de winning van windenergie op zee steunen. Er moet een Europese aanpak komen om de energienetten in de EU meer vermogen te geven. Daarvoor moet de industrie haar productie afstemmen op de beschikbaarheid van energie. De EU moet de optimale situatie uitwerken voor de toekomstige Europese Energie-unie. We versterken onze uitvoeringsorganisaties zodat de doorlooptijden voor vergunningverlening korter worden. Zo lopen bedrijven geen onnodige vertraging op door de overheid wanneer zij willen verduurzamen. Belangrijke projecten voor het versnellen van de energietransitie lopen in Nederland een groot risico op vertraging door de stikstofproblematiek, terwijl deze projecten --- pdf_page: 18 --- uitstoot van schadelijke stoffen op de lange termijn voorkomen. Daarom moeten deze projecten een juridisch haalbaar alternatief krijgen voor de bouwvrijstelling. We zetten in op het snel stimuleren van innovatieve, duurzame energieopslag. In Nederland werken meerdere bedrijven en ondernemers aan baanbrekende ideeën om met de inzet van batterijen de verdere elektrificatie van ons energiesysteem te stimuleren. Vaak zijn hun oplossingen dermate vernieuwend, en dus financieel risicovol, dat opschaling en financiering lastig zijn. Het is belangrijk om als overheid de onrendabele top van de benodigde investeringen over te nemen en innovatie te stimuleren. Er zijn steeds meer batterijen in ontwikkeling die zonder zeldzame, vervuilende grondstoffen worden ontwikkeld. Hiervoor willen we de Nederlandse subsidies aanpassen, maar juist ook Europese initiatieven zoals Joint European Disruptive Initiative (JEDI) stimuleren. Daarmee krijgt de EU weer een leidende innovatieve rol in de wereld. Het Nederlands hoogspanningsnet dient op zo kort mogelijke termijn aanzienlijk in capaciteit uitgebreid te worden, onder andere door vergunningprocedures zeer sterk te versnellen. ### 2.2.1 Hernieuwbare energie Hernieuwbare energie zoals zonne- en windenergie en stromend (rivier)water zijn cruciaal om de EU klimaatneutraal te maken. Nederland heeft zich in rap tempo opgewerkt tot een van de koplopers in de EU op het gebied van zonne-energie. We willen zorgen dat Nederland deze positie niet alleen behoudt, maar ook dat we andere landen kunnen helpen om hun aandeel zonne-energie zo snel mogelijk te vergroten. Ook windenergie op land en op zee hebben we hard nodig om de klimaatdoelstellingen te halen. Op land ligt de bevoegdheid nu vooral bij gemeenten, met weinig waarborgen voor bewoners en daardoor met vertragingen en rechtszaken tot gevolg. Dit heeft weer effect op de klimaatdoelen die op provinciaal niveau worden uitgevoerd. Windenergie winnen op land is van groot belang om de klimaatdoelen te halen en te zorgen dat er genoeg energie is in de toekomst. Maar verduurzaming geeft soms overlast. Daarom willen we landelijke normen voor overlast door zogenaamd laagfrequent geluid (zoals bij windmolens) en slagschaduw. We voeren getrapt een verplichting van zonnepanelen op alle oppervlaktedaken in. Zo worden de grote daken van distributiecentra, kantoren en overheidsgebouwen volgelegd met zonnepanelen, in plaats van de groene weilanden. De salderingsregeling bouwen we zo snel mogelijk af. Teruggeleverde stroom wordt voor een eerlijke marktprijs teruggekocht door de elektriciteitsleverancier. Volt streeft naar financiële ondersteuning van bedrijven bij het versterken van dakconstructies waardoor plaatsing van zonnepanelen mogelijk wordt. We zorgen dat de overheid de regie neemt bij het door de markt uitrollen van alle vormen van energieopslag. Energieopslag is cruciaal bij een mix van zonne- en windenergie. Voorbeelden zijn opslag in batterijen, warmte en waterstof, zowel voor de korte termijn als voor seizoensopslag. De rol van de overheid is de voortgang in de gaten houden en belemmeringen proactief wegnemen. We stimuleren mogelijkheden om goedkope eigen energie op te slaan in woonwijken door middel van buurtbatterijen en energiecoöperaties. We passen huidige knellende wet- en regelgeving hierop aan. Volt steunt initiatieven van eigenaren van zonnepanelen om de door hen zelf opgewekte energie te verkopen aan particulieren (buren, etc.). We zorgen dat bedrijven ook zo snel mogelijk gebruik kunnen maken van slimme batterijen, waarmee hun productieprocessen afgestemd kunnen worden op de hoeveelheid hernieuwbare energie die op dat moment beschikbaar is. Daarvoor moeten we wet- en regelgeving aanpassen, met name zodat bedrijven energiegemeenschappen kunnen opzetten met omliggende bewoners of flexibele contractvormen kunnen organiseren met elektriciteitsleveranciers. Energiegemeenschappen waarin inwoners die dat willen en kunnen alle ruimte krijgen om volop mee te doen op de lokale energiemarkt. Waarbij 'volop' wil zeggen: met dezelfde rechten en verplichtingen als andere partijen op die markt. Dit wordt in een energiewet vastgelegd. In deze energiewet zullen tevens speciale regels worden opgenomen met betrekking tot energiegemeenschappen die zich bezighouden met toepassingen op het gebied van hernieuwbare energie. ### 2.2.2 Kernenergie in de energiemix Met kernenergie vergroten we in eerste instantie de leveringszekerheid van energie, kunnen we meer stroom op minder oppervlak produceren, én stabiliseren we het energienet. De discussie die nu gevoerd wordt over kernenergie is verouderd: er wordt ontzettend veel geënnoveerd in de kernenergiesector en er worden nieuwe soorten kerncentrales ontwikkeld. Deze zijn veilig en draaien op bijvoorbeeld oud kernafval. Daarom willen we ons, net als een groot deel van de Europese lidstaten, inzetten voor een rol van kernenergie in de energiemix van de toekomst. We maken de bouw van meerdere nieuwe, kleine kerncentrales verspreid over het land juridisch mogelijk. Deze kunnen grote industrieterreinen continu voorzien van $\mathrm{CO}_{2}$-neutrale stroom. Daarnaast steunen we de plannen voor twee grote kerncentrales die nu in Borssele worden gebouwd. Er komen ambitieuze, Europese afspraken over goede, definitieve opslag van kernafval. Met de uitbreiding van kerncentrales in de EU wordt de vraag naar opslag groter. Als elk land dit voor zichzelf gaat doen, brengt dit enorme en onnodige kosten met zich mee. Maatschappelijk draagvlak voor kernenergie is belangrijk. We willen niet investeren in deze technologie zonder de maatschappij daar actief bij te betrekken. Volt wil een uitgebreide maatschappelijke dialoog en objectieve informatiecampagnes. Belangrijk daarbij zijn de feiten, maar ook de gevoelens en percepties van de bevolking. --- pdf_page: 19 --- Volt wil meer Europees onderzoek naar kernenergie in de brede zin. We stimuleren onderzoek naar de ontwikkeling van kleine kerncentrales. Ook komt er meer aandacht voor de veilige verwerking van kernafval. Volt wil meer Europees onderzoek naar kernfusie. Kernfusie produceert geen kernafval en geeft ons een enorme kans om onze energieproblemen op te lossen. We gaan Europees samenwerken voor het werven, opleiden en bijscholen van personeel in de kernenergiesector. We kijken hier specifiek naar de regio's waar de kerncentrales staan, om deze regio's te laten profiteren van de werkgelegenheid en scholing. We maken het recyclen van energiestaven tot Europese standaard. Dit gebeurt nu alleen in Nederland en Frankrijk. Dit bespaart ons heel veel kernafval, omdat $95 \%$ van een gebruikte energiestaaf uit een kerncentrale nog bruikbaar is. Er komt meer financiële steun voor kernenergie. Daarbij zetten we ons in voor een groot Europees kernenergiekenniscentrum, nu een groot deel van de EU nieuwe centrales gaat bouwen. ### 2.2.3 Waterstof in de energiemix Naast hernieuwbare energie en kernenergie is waterstof een belangrijke energiedrager in de $\mathrm{CO}_{2}$-neutrale energiemix waar Volt naar streeft. Veel processen in de industrie of mobiliteit die met (groene) elektriciteit niet haalbaar zijn, kunnen worden opgevangen met waterstof. We zetten de kostbare waterstof dus daar in waar elektrificatie geen redelijk alternatief is. Investeren in en Europees afstemmen voor een optimale versnelling van de waterstofeconomie is hierbij cruciaal. Volt zet in op groene waterstof en wil daarom de financiering van transport en productie daarvan uitbreiden. We zetten in op een Europese aanpak zodat investeringen in andere EU-landen, in het bijzonder onze buurlanden, op elkaar afgestemd zijn. Waterstof is belangrijk in de verduurzaming van Nederland en de EU. Om subsidies efficiënt in te zetten, is het nodig dat bepaald wordt in welke sectoren de nu nog schaarse waterstof het beste ingezet kan worden. Volt wil hiervoor een 'waterstofladder' opstellen waarin de prioriteiten worden vastgelegd. Volt vindt dat de industrie en scheepvaart voorrang hebben op bijvoorbeeld het verwarmen van huizen en gebruik van waterstof voor treinen. Groene waterstof wordt op steeds meer plaatsen in de EU beschikbaar, en natuurlijke waterstof wordt op steeds meer plekken in de EU ontdekt. Het is cruciaal om zo snel mogelijk te zorgen dat alle randvoorwaarden op Europees niveau in wetgeving, maar ook budgettair, worden voorbereid om op deze nieuwe bron in te zetten. Volt wil Europese wettelijke veiligheidsnormen voor het gebruik van waterstof. Het gebruik van biomassa zal zorgvuldig en klein moeten zijn. We kappen geen hele bossen voor het opwekken van elektriciteit. Die elektriciteit wekken we op met hernieuwbare middelen en kernenergie. We gebruiken alleen de biomassa die als reststof van bestaande processen overblijft, en uitsluitend voor zaken waar nog geen alternatief voor is, zoals biokerosine. De $\mathrm{CO}_{2}$ die hierbij vrijkomt, vangen we af en slaan we op. We importeren geen biomassa van buiten de EU. Aardwarmte wordt op dit moment voornamelijk toegepast in de glastuinbouw in gebieden waar minder mensen wonen. De mogelijkheden van deze duurzame warmtebron voor andere gebouwen en woonwijken komen steeds meer in beeld. Volt zet in op de ontwikkeling van aardwarmte via subsidies voor innovatie, kennisuitwisseling en proefboringen. Daarnaast is Volt voorstander van het stimuleren van warmtenetten die draaien op aardwarmte en restwarmte van de industrie. De overheid neemt onzekerheid over de kosten voor huishoudens weg. --- pdf_page: 20 --- # 2.3 Een groene economische toekomst De toekomst voor industriële en economische ontwikkeling is groen. Grootmachten als China en de VS hebben hun industriepolitiek hierop aangepast en zijn al jaren bezig hun toegang tot essentiële grondstoffen te verzekeren en zo hun technologische voorsprong te behouden. Volt pleit daarom voor een echte Europese industriepolitiek die duurzaam en extreem innovatief is. We beschermen de markt door het heffen van Europese heffingen op dezelfde producten die niet duurzaam worden geproduceerd. Volt wil deze grensbescherming uitbreiden naar andere markten die weggeconcurreerd worden in de huidige handelsoorlogen met de VS en China. In deze Europese industriepolitiek staat de nul-uitstoot-samenleving centraal. Dit is goed voor de volksgezondheid én onze concurrentiepositie op de lange termijn. We verplichten de meest vervuilende bedrijven uit de oude economie zich zo snel mogelijk aan te passen aan de nieuwe strengere vergunningen. Met als uiterste middel het intrekken van de vergunningen en vervolgens stopzetten van bedrijfsactiviteiten van de onderneming. Bedrijven waarvoor dit al lang zou moeten gelden zijn Tata Steel in Limoiden en Chemours in Dordrecht. Tegelijkertijd willen wij in een Verenigd Europa onderzoeken welke maakindustrie mogelijk is zonder mens, dier en natuur ziek te maken. Daarom willen we onderzoeken of de vervuilende staalproductie in de IJmond verplaatst kan worden naar NoordZweden, waar met behulp van waterkracht het groenste staal kan worden gemaakt. De voor Tata Steel gereserveerde directe en indirecte subsidies verplaatsen we naar Zweden, om daar ruw, groen staal af te nemen, dat we in de IJmond tot hoogwaardig staal vermaken. Een andere optie is onderzoeken of aan de Maasvlakte, met behulp van waterstof, ruw staal gemaakt kan worden. Volt wil een Europese industrievisie initiëren, waarin we afscheid nemen van oude industrie die schade aanricht aan de volksgezondheid, het klimaat, water en de natuur. We nemen alle uitzonderingen binnen de $\mathrm{CO}_{2}$-heffing voor de industrie weg. Zo wordt alle industrie in gelijke mate gevraagd te verduurzamen. We pakken dit Europees aan en geven als Nederland het goede voorbeeld. We onderzoeken hoe de omgevingsdiensten versterkt kunnen worden, zodat zij hun controlerende en vergunningverlenende taken goed kunnen uitvoeren. Tijdige toegang tot alle relevante informatie is daarbij een eerste vereiste en wordt door de rijksoverheid gefaciliteerd en gewaarborgd. We maken budget beschikbaar voor uitvoeringsorganisaties om de energiebesparingsplicht te handhaven. Daarnaast bieden we gratis verduurzamingsadvies aan om het middenen kleinbedrijf te helpen bij het besparen van energie. Grote bedrijven worden verplicht om een klimaatplan op te stellen, waaruit blijkt hoe zij zo snel mogelijk klimaatneutraal willen worden. Dit klimaatplan is nodig om verduurzamings- en innovatiesubsidies aan te vragen. Wanneer het klimaatplan niet wordt nageleefd, moeten verstrekte subsidies worden terugbetaald. Voor fossiele bedrijven die simpelweg niet kunnen vergroenen en geen cruciale rol vervullen voor de samenleving moet een afbouwpad komen. Door het doel naar 2040 te verplaatsen zullen veel sectoren sneller alternatieven voor productie of grondstoffen gaan gebruiken. Het uitkeren van bonussen aan de top of winstuitkeringen aan aandeelhouders wordt verboden wanneer bedrijven subsidie van de overheid ontvangen. Om bedrijven te helpen bij de transities worden de innovatiesubsidies en -fondsen in stand gehouden. Zo verlagen we de drempel voor innovatie en investeringen in cruciale processen en infrastructuur zoals batterijen, waterstofproductie en de grondstoffentransitie. Het mkb is de motor van elke economie. Bovendien is het mkb vaak in de haarvaten van de samenleving verankerd. Het mkb behoeft extra steun voor verduurzaming. Zo kan het mkb mee in de transitie en wordt ze niet weggeconcurreerd door grote bedrijven. Er zijn al veel regelingen en subsidies voor het mkb, maar deze zijn vaak moeilijk te vinden of aan te vragen. De duurzaamheidstransitie voor het mkb moet eenvoudiger worden en de bestaande overheidsinvesteringsinitiatieven gaan specifieke mkb-financieringen leveren. Er komen 'groene fixteams' die het mkb via gemeentelijke loketten ondersteunen bij het vinden van de juiste regelingen. Energyhubs leggen slimme verbindingen tussen producenten en afnemers van verschillende soorten duurzame energie. Daarmee vermindert de druk op het bestaande elektriciteitsnet, en zijn bedrijventerreinen in staat om verder te groeien en te verduurzamen, ook in gebieden met (dreigende) netcongestie. Daarvoor moet er versneld uitvoering worden gegeven aan de overheidsplannen die hiervoor klaarliggen. In onze EU voorzien bedrijven niet alleen in een marktbehoefte, maar vervullen zij ook een sociale functie. Voor Volt is de ondergrens dat bedrijfsactiviteiten niet mogen leiden tot verdere aftakeling van de natuur en het klimaat, of het schenden van mensenrechten. Er vinden steeds meer innovaties plaats die kritieke grondstoffen, de ontbossing en kinderarbeid overbodig maken. Die worden wat Volt betreft de standaard. Er komt Europese wetgeving om het klimaat en mensenrechten te waarborgen bij productieprocessen. Ook buiten de EU hebben bedrijven zich hieraan te houden als ze in de EU willen handelen. We pleiten voor duidelijke richtlijnen omtrent uitbuiting van mensen, ontbossing --- pdf_page: 21 --- en milieubescherming. Niet alleen in de EU, maar vooral ook daarbuiten. Zodra er nieuwe technieken en innovaties beschikbaar zijn die deze problemen tegengaan, worden ze wettelijk de norm; met Nederland als voorloper in de EU en met het doel om Europese afspraken te maken. ### 2.3.1 Duurzaam innoveren Voor Volt is innovatie ook echt innoveren. Dat betekent dat we innoveren op een manier die bijdraagt aan een duurzamere wereld, op een eerlijke manier, zodat nieuwe technologieën gelijkelijk gedeeld worden in de samenleving. Op deze manier kan innovatie ons vooruitbrengen. Onderdeel van de nieuwe economie zijn technieken die nu nog niet of niet volledig ontwikkeld zijn, zoals grootschalige waterstofproductie en het afvangen van $\mathrm{CO}_{2}$. De EU ontwikkelt een kennishub waarin de beste innovaties op het gebied van groene en duurzame technologie gedeeld worden met inwoners, bedrijven en lidstaten. Het afgelopen halfjaar werd in de EU ruim een derde minder durfkapitaal in startups geïnvesteerd dan de zes maanden ervoor. De EU moet de wet- en regelgeving versoepelen. Daarnaast moeten we een groot Europees durfkapitaalfonds oprichten waarmee we nieuwe, pan-Europese innovaties op het gebied van klimaat en duurzaamheid stimuleren. Nederland moet nieuwe technologieën delen met andere EU-landen wanneer gebruikgemaakt is van publiek geld bij de ontwikkeling van die technologieën. We zetten ons ervoor in dat dit EU-breed beleid wordt. We zetten ons in dat dit EU-breed beleid wordt. We nemen de tijdrovende en complexe regelgeving bij investeringen van de European Investment Bank (EIB) weg zodat start-ups en scale-ups hier eerder voor in aanmerking komen. Nieuwe technologieën en de inzet van digitalisering bieden kansen voor het versnellen van de klimaattransitie, maar we zien ook dat de inzet van digitale middelen enorm veel energie kost. We onderzoeken de mogelijkheden van het inzetten van AI en andere technologieën bij het tegengaan van klimaatverandering, bijvoorbeeld op het gebied van handhaving en toezicht. Het water- en energieverbruik van cloudinfrastructuur en datacenters moet omlaag. Door verduurzaming van hardware en efficiëntere (inzet van) software kan het energieverbruik omlaag worden gebracht. Daarvoor willen we wettelijk concrete, afdwingbare doelstellingen vaststellen. Er komt meer transparantie over het energieverbruik en de grondstofketens van de digitale infrastructuur die wij gebruiken. ### 2.4 Landbouw en natuur Volt ziet een toekomst voor biologische en natuurinclusieve landbouw waarin de boer en de natuur elkaar versterken. Het huidige systeem legt een te grote druk op de natuur, de gezondheid van omwonenden en de boer zelf. Nederland produceert voedsel voor de wereldmarkt, met een overschot aan fijnstof en stikstof, en een vergroot risico op zoönosen als gevolg. Dat gaat ten koste van onze gezondheid, en die van de natuur. Daarom moet de toekomst van de landbouw eerlijker - voor natuur én mens. We redden de bij en andere bestuivers met meer biodiversiteit en minder bestrijdingsmiddelen. We zorgen dat de banken die hebben verdiend aan het huidige schadelijke systeem, ook meebetalen aan de transitie naar biologische en natuurinclusieve landbouw. We produceren en exporteren dat wat we op een duurzame manier kunnen verbouwen. Dat is de toekomst van landbouw in Nederland. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vormen we om tot het ministerie van Voedsel, Natuur en Biodiversiteit. Volt wil de onterechte tegenstelling tussen landbouw en natuur opheffen door de ecologie en ons voedselsysteem centraal te stellen. We werken aan grondgebonden veehouderij, waar geproduceerd wordt in balans met wat het land en omwonenden aan kunnen. Deze nieuwe vorm van boeren, garanderen we met een eerlijke prijs voor hun product, voornamelijk door Europese prijsafspraken. Er komt geen soja meer uit het regenwoud en er komt een maximaal aantal dieren per hectare. Dit getal ligt lager in de buurt van natuurgebieden. De intensieve veehouderij past niet in een milieu- en diervriendelijke landbouw. Verschillende Europese landen hebben veel strengere normen voor het te houden aantal dieren dan Nederland. Volt wil een verbod op megastallen. Daarnaast wil Volt voorkomen dat investeringen in technologie leiden tot verdere intensivering van de veehouderij. We bevorderen innovatie zoals precisielandbouw. We willen dat die nieuwe kennis maximaal gedeeld wordt in heel de EU. We zetten niet in op innovaties die de omschakeling naar biologische en natuurinclusieve landbouw tegenwerken. Denk hierbij aan emissiearme stalsystemen. Deze stalsystemen zijn geen betrouwbare investering voor ammoniakreductie en houden huidige bedrijfsvormen in stand. --- pdf_page: 22 --- We verhogen het waterpeil in stappen, daar waar het nodig is om de natuur te beschermen en $\mathrm{CO}_{2}$ op te slaan in het veen. Stikstofverbindingen onderscheiden zich in $\mathrm{NO}{x}$ (stikstofoxiden) en $\mathrm{NH}{3}$ (ammoniak). Volt wil dat in de maatregelen voor stikstofreductie rekening wordt gehouden met dit onderscheid. Dit omdat beide soorten stoffen zich anders gedragen en een eigen aanpak nodig hebben. $\mathrm{NO}{x}$ - en $\mathrm{NH}{3}$-uitstoot worden afzonderlijk gemeten en bewaakt. Nieuwe ontwikkelingen die aantoonbaar bijdragen aan het in kaart brengen van de uitstoot van stikstofverbindingen en het meten van het effect van maatregelen zullen gestimuleerd worden. ### 2.4.1 Een nieuwe duurzame markt Veel boeren zitten vast in een economisch systeem met kleine marges. Voor succesvolle verandering van de landbouw zullen boeren eerlijk betaald moeten worden voor duurzaam produceren. Een nieuwe markt voor duurzame producten ontstaat niet zomaar; daar hebben we de overheid bij nodig. Het bijmengen van duurzame melk wordt verplicht. Zo kunnen veel veehouders de omslag maken met hun bedrijf en wordt er een markt gecreëerd voor duurzame melk. We stellen een percentage van $20 \%$ voor, met een jaarlijkse verhoging. Dit geldt voor alle melk die in Nederland wordt verkocht, dus ook voor geïmporteerde melk. We passen Europese subsidies aan om duurzame diensten zoals agrarisch natuurbeheer te stimuleren; we stoppen met het stimuleren van voedselproductie per hectare. Het aanleggen van houtwallen, stroken met kruiden in plaats van grasland, koolstofvastlegging op boerenland en de uitvoering van het Aanvalsplan Grutto dragen bij aan een nieuw verdienmodel voor (jonge) boeren. Hierin is een gelijk speelveld nodig en dus zijn Europese prijsafspraken belangrijk, zodat boeren een eerlijke prijs krijgen voor hun producten. Hiermee garanderen we een duurzaam verdienmodel voor de boeren. Bijkomende voorwaarde is dat ook alle ketenpartners - zoals banken, veevoederbedrijven, slachterijen, supermarkten - hun verantwoordelijkheid hierin nemen. Er komt een Europees ecolabel dat duurzaamheidseisen meeneemt en bepaalt wat een eerlijke prijs is voor een product. ### 2.4.2 Eerlijke belastingen Naast aanpassing van de zogenoemde Europese hectaresteun, richten we ons op het afschaffen van andere belastingvoordelen die de onhoudbare productiemodellen nu in stand houden. We komen daarnaast met nieuwe heffingen die de kosten van vervuiling op een eerlijke manier doorberekenen in de prijzen van landbouwproducten. Het is eerlijk als elke persoon en elk bedrijf belasting betaalt over de gemaakte winst. Er wordt nu geen belasting betaald over winst op verkoop van landbouwgrond. Volt wil de landbouwvrijstelling afschaffen, zodat de landbouw net als de rest van Nederland belasting betaalt over winst. We stimuleren zuiniger gebruik van kunstmest en krachtvoer door de kostprijs te verhogen, door middel van een kunstmestheffing en krachtvoerheffing. Via deze maatregel wordt de stikstofuitstoot verminderd en worden duurzame producten in de supermarkt aantrekkelijker om te kopen. Ons doel is om een toekomstbestendige landbouw te creëren waar kunstmest en krachtvoer niet of nauwelijks meer een rol spelen. De afbouw van kunstmest en krachtvoer willen we wettelijk en via belastingmaatregelen realiseren. Bij lage grondwaterstand eroderen bepaalde (landbouw)gronden; ze stoten dan meer $\mathrm{CO}{2}$ uit dan normaal. Grondeigenaren, zoals bijvoorbeeld boeren, zouden ook voor deze extra $\mathrm{CO}{2}$ voldoende uitstootvergunningen/-rechten moeten aanvragen. Zo willen we ook deze vervuiling van de natuur in rekening brengen bij de eigenaren/beheerders van de gronden. ### 2.4.3 Bescherming van de natuur De natuur verliest het keer op keer van het systeem dat door de mens is opgezet. En dat terwijl de natuur onze levensader is. Een systeem gefocust op economische groei en economische groei alleen. Dat kan zo niet langer. Om dat speelveld eerlijker te maken is het belangrijk dat de natuur ook een stem krijgt. Daarom willen wij dat de natuur rechten krijgt, zoals in Spanje. We kunnen bijvoorbeeld rechten geven aan de Waddenzee, zodat daar niet meer naar gas geboord mag worden. We willen dat er een wettelijke status en bescherming komt voor unieke en cruciale natuurgebieden, zoals de Waddenzee. Hiervoor nemen we het Spaanse beleid als voorbeeld en maken we afspraken binnen de EU. We zetten in op een grensoverstijgende aanpak om onze rivieren te beschermen en schoner te maken. We stellen ecocide strafbaar (het op grote schaal vernietigen van de natuur) en geven een juridische status aan rivieren en de natuur, zoals 25 andere landen al vóór ons deden. Veel bedrijven in verschillende landen lozen nu schadelijke stoffen in dezelfde rivieren. We willen dat Nederland voorop gaat lopen in het strafbaar stellen van ecocide en hebben als doel om dit Europees uit te rollen. ### 2.4.4 Circulaire en natuurinclusieve landbouw We dringen de uitstoot van stikstof en methaan in de landbouw sterk terug. Deze stoffen veroorzaken enorme schade aan natuur en milieu. Onderdeel van de oplossing? De natuur zelf. Volt gaat voor het zorgvuldig omgaan met stoffen en uitstoot in de landbouw. Denk aan uitstoot van stikstof of methaan en goed gebruik van water. Volt ziet circulair en natuurinclusief boeren als deel van de oplossing. Volt wil toe naar een belasting op bepaalde broeikasgassen (zoals onder meer $\mathrm{CO}_{2}$ en methaan) en op het gebruik van (schadelijke) chemicaliën. Veel schade wordt nu nog niet belast, zoals het gebruik van pesticiden. Dit veroorzaakt schade aan de biodiversiteit en zou zo veel mogelijk moeten worden teruggebracht. --- pdf_page: 23 --- In Denemarken wordt dit al gedaan. We voeren een algemene stoffenbalans in, waarmee de boer kan kijken welke stoffen er worden aangevoerd op zijn bedrijf en de boer zelf de ruimte krijgt de stoffenbalans van het bedrijf binnen de grenzen van de natuur te krijgen. De circulaire landbouw wordt naast voedselvoorziening, ook belangrijk voor de bouw- en industriesector. We moeten toewerken naar een zo veel mogelijk natuurinclusieve en grondgebonden landbouwcyclus, waarin gewassen zo efficiënt mogelijk verwerkt worden in de keten. Dit doen we door kennis te delen en financiële ondersteuning te bieden. De schaal en functie van veehouderij passen daar goed in voor het verwerken van reststromen en voor het beheer van blijvend grasland, dat niet geschikt is voor akkerbouw. Daarnaast richten we een grondbank op en zorgen we ervoor dat de overheid het recht op eerste koop van grond heeft. Zo kan grond van boeren die met hun bedrijf stoppen, worden opgekocht, en tegen een lagere prijs en met voorwaarden voor een natuurvriendelijke bedrijfsvoering uitgegeven worden aan boeren die willen extensiveren. Volt wil van precisiebemesting en van dierlijke mest de standaard maken. We zetten ons in voor regionale kringlooplandbouw, waarbij bedrijven onderling zorgen dat er binnen de grenzen van de natuur mest wordt gebruikt en op het moment dat dit nodig is. Door overtollige mestproductie en -gebruik tegen te gaan, wordt het stikstofprobleem verder opgelost. We maken het makkelijker voor boeren om hun huidige vergunning om te zetten van intensief naar extensief, zodat ze nu al kunnen starten met verduurzamen. Daarmee versnellen we de transitie naar extensieve landbouw. Volt biedt de bedrijven die niet in staat zijn te verduurzamen een uitkoopregeling. We hanteren daarbij het principe: een vrijwillige uitkoopregeling daar waar mogelijk, een verplichte uitkoopregeling als het echt niet anders kan. We streven ernaar om z.s.m. duidelijkheid te scheppen voor de agrarische ondernemers. We nemen een beslissing zodra dat kan en zijn daar duidelijk over. De overheid heeft de afgelopen jaren tegenstrijdig gehandeld. Landbouwbedrijven werd de ruimte gegeven uit te breiden zonder dat de stikstofnormen dit op dat moment toelieten (uitspraak Raad van State 2019). Het gevolg is landbouwbedrijven zonder vergunning voor hun huidige bedrijfsvoering: zogenaamde PAS-melders, interimmers en niet-melders. Volt vindt dat de overheid hier fout heeft gehandeld en wil voorkomen dat er opnieuw een fout besluit wordt genomen: het nu alsnog uitgeven van nieuwe vergunningen voor landbouwactiviteiten die schadelijk zijn voor de natuur. Volt wil gericht en rechtvaardig toewerken naar een toekomstbestendige landbouw, met een duidelijke en eerlijke afhandeling voor deze boeren, binnen de stikstofnormen. Dat betekent legaliseren als dat kan, en ruimhartig compenseren als legaliseren niet mogelijk is. Volt wil PAS-melders, interimmers en nietmelders die een plan hebben uitgewerkt om binnen een reële termijn over te gaan op natuurinclusieve, circulaire landbouw legaliseren. Landbouwers voor wie dit niet mogelijk is, worden ruimhartig financieel gecompenseerd voor de eerdere, onuitvoerbare, beloftes van de overheid. Op dit moment worden stikstofrechten door private partijen opgekocht en doorverkocht aan de hoogste bieders. Volt wil dit verbieden, want het staat een goed georganiseerde afname van stikstof in de weg. Daarnaast worden hierbij verschillende vormen van stikstof door elkaar vervangen, die totaal verschillende effecten hebben op de natuur en verschillen in hoever ze van de bron neerslaan. We zien een grote noodzaak, dat Nederland zich zo snel mogelijk gaat houden aan bestaande Europese richtlijnen wat betreft stikstof- en nitraatdepositie, de Habitatrichtlijnen en de natuurherstelwetgeving. We willen boeren helpen te innoveren, te diversificeren, te extensiveren, of desnoods te stoppen. We willen tevens door regionale samenwerking over grenzen, voorkomen dat bedrijven zich aan de andere kant van de grens naast dezelfde natuurgebieden vestigen. Als een boerenbedrijf groot en intensief wil blijven boeren, dan zijn er verder landinwaarts in de EU nog voldoende gebieden waar zo'n type boerenbedrijf, ook op lange termijn, wél past. Volt ondersteunt internationaal groen ondernemerschap met een rol voor de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het daaronder vallende Landbouw Attaché Netwerk (LAN). We stoppen verspilling van voedsel aan de voorkant van de markt, door supermarkten en leveranciers alle natuurlijke producten af te laten nemen die aan de eisen voor voedselveiligheid en voedselkwaliteit voldoen. Veel van deze producten worden nu nog afgekeurd omdat ze niet voldoen aan de hoge eisen van supermarkten ten aanzien van gaafheid en kleur van de schil, gewicht, grootte en vorm, uitlopers, bloemvorming, etc. Geïntegreerde bestrijding van ziekten en plagen (integrated pest management) maakt de teelt van gezonde gewassen zo duurzaam mogelijk en wordt daarom de norm. De voordelen voor mens en natuur zijn talrijk: geen, of een minimale, afhankelijkheid van chemische gewasbeschermingsmiddelen, verbetering van natuur en biodiversiteit, vermindering van pesticidenresten op voedsel, minder kans op resistentie van ziekteverwekkers tegen pesticiden en lagere teeltkosten. Volt zet in op het verduurzamen en vergroenen van de Europese visserij en werkt samen met andere Europese landen op het gebied van onderzoek naar, en ontwikkeling van, een duurzame en natuurvriendelijke vistechniek. ### 2.4.5 Biologische toekomst Dierlijke producten hebben een enorme rol in klimaatverandering. De veehouderij is wereldwijd verantwoordelijk voor bijna $15 \%$ van de uitstoot van broeikasgassen. Vooral de methaanuitstoot en ontbossing voor veevoer zijn een groot probleem. Daarnaast zorgen grote hoeveelheden dieren op elkaar voor ziektes, fijnstof en andere overlast. Volt wil --- pdf_page: 24 --- vegetarische opties aantrekkelijker maken. Daarom wil Volt investeren in de ontwikkeling van kweekvlees, het niet-duurzaam geproduceerd vlees uitfaseren, en eisen op het gebied van dierenwelzijn verzwaren. Biologisch geproduceerd vlees wordt de norm. Hierbij wil Volt garanderen dat kwetsbare gezinnen gezond kunnen blijven eten, indien nodig door middel van project- en/of financiële ondersteuning. De toekomst is biologisch. Daarom wil Volt dat 30\% van de landbouw in 2030 biologisch is. De wetgeving moet makkelijker en daarvoor is er versimpeling gekomen in de Europese wet. Door dit streefgetal op te nemen geeft de overheid de sector perspectief. We willen één Europees voedsellabel dat laat zien hoe duurzaam een product daadwerkelijk is. Hier hoort ook een Europese waakhond met een strikte monitoring- en regelgeving bij, zodat een gelijk speelveld gewaarborgd blijft. Er komt een verbod op supermarktaanbiedingen op vlees. We geven meer aandacht aan de ontwikkeling van kweekvlees en meer plantaardige vormen van proteïnerijke producten, door meer geld beschikbaar te stellen voor onderzoek en ontwikkeling op dit vlak. Binnen overheidsorganisaties wordt het gebruik van vegetarische en biologische producten de standaard. Zo ondersteunen we deze markten en is afzet in de eerste periode gegarandeerd. ### 2.4.6 Dierenwelzijn staat centraal Dierenwelzijn komt centraal te staan in de landbouw en de veehouderij van de toekomst. Dieren zijn levende wezens, met een bewustzijn. Daarom krijgen de belangen van dieren een volwaardige plek in het landbouwbeleid. We zorgen ervoor dat de bio-industrie uiteindelijk wordt afgeschaft en we maken op die manier plaats voor een grondgebonden veehouderij. Innovatie en technische middelen mogen het dierenwelzijn niet nadelig beïnvloeden. We beperken het transport van levende dieren en we vervangen deze zo veel mogelijk door enkel het vervoer van vlees of zaad/embryo's. Er komt betere bescherming voor dieren die toch levend vervoerd worden. Dit doen we door de maximale vervoersduur verder te verlagen en lang transport van buiten de EU te verbieden. ### 2.4.7 De wolf in Nederland De wolf heeft zijn plek in Nederland teruggevonden. Om een veilige situatie te creëren voor de wolf en de mens leren we van landen als Duitsland, die al langer ervaring hebben met de terugkeer van de wolf. We helpen boeren met vee om de wolf op een veilige manier te weren. Daarbij zetten we in op natuurlijke oplossingen zoals de inzet van honden en ezels. Daarnaast blijven we via de provincie hekken vergoeden om dieren te beschermen. We verenigen natuurgebieden over grenzen heen zodat er voldoende ruimte komt voor de wolf. ### 2.4.8 Over grenzen heen De natuur kent geen landsgrenzen. Daarom willen we de Europese natuur weer verenigen. Dit zorgt voor robuuste ecosystemen die niet alleen weerbaarder zijn tegen klimaatverandering, maar ook onze bevolkingen gezond houden. Internationaal is afgesproken dat in 2030 dertig procent van het land- en wateroppervlak op aarde beschermd natuurgebied moet zijn. We zetten als Volt in op 30\% natuurfunctie van het land. Dit bestaat uit natuurgebieden, koppelgebieden en bufferstroken met natuurinclusieve landbouw of recreatie. Hiervoor is 150.000 hectare extra natuur nodig en moet het Natuurnetwerk Nederland met 34.000 hectare worden uitgebreid. Er komt een lijst met kwetsbare natuurgebieden die prioriteit krijgen bij de vermindering van stikstof daaromheen. In combinatie met de andere maatregelen omtrent stikstof en droogte kan op die manier snel natuurherstel plaatsvinden op de plekken die het als eerste nodig hebben. We zetten in op ecosystemen die ooit in Nederland bestonden (wetlands) die veel $\mathrm{CO}_{2}$ opslaan. Deze willen we herstellen. --- pdf_page: 25 --- ## 2.5 Water, lucht \& bodem Volksgezondheid begint bij een gezonde bodem, schone lucht en zuiver water. Door de ontwikkeling van moderne meettechnieken zijn we beter dan ooit in staat om in beeld te krijgen hoe het gesteld is met onze bodem-, lucht- en waterkwaliteit. De huidige koers van beleid is symptoombestrijding: zwemwater wordt steeds vaker gesloten en ziekmakend roet wordt weggeveegd in speeltuinen, terwijl de biodiversiteit en vruchtbaarheid van de bodem achteruitgaan. Om ons land veilig, schoon en klaar voor de toekomst door te geven aan onze kinderen hebben we een nieuwe richting nodig. We versterken de aanpak van milieucriminaliteit en nemen maatregelen om een toekomstbestendige en leefbare omgeving te garanderen. We maken volksgezondheid de eerste prioriteit bij het stellen van grenzen aan vervuilende, schadelijke stoffen. Daarom herzien we het vergunningenstelsel op het gebied van water-, lucht- en bodemkwaliteit. Niet alleen in Nederland, maar ook in de EU. Het nieuwe vergunningenstelsel wordt gebaseerd op WHO-normen, die in sommige gevallen veel strenger zijn dan huidige richtlijnen. Daarnaast zorgen we dat de Europese zeropollution ambition naar 2040 wordt gehaald, zodat we in 2040 in een klimaatneutrale en vervuilingsvrije EU leven. De veiligheid van boeren en tuinders en de bodem- en waterkwaliteit moeten leidend zijn. Volt is daarom tegen het gebruik van glyfosaat en andere giftige bestrijdingsmiddelen. We willen dat Nederland tegen het afgeven van een Europese vergunning stemt. Daarnaast zijn we voorstander van het toepassen van een voorzorgsprincipe (eerst moet iets veilig zijn, dan mag het de markt op) voor alle stoffen. Niet alleen bij het op de markt brengen van, maar ook voor de huidige loos- en uitstootvergunningen. Dit geldt ook voor bestrijdingsmiddelen. De oude industrie, zoals bijvoorbeeld Chemours, beschadigt op te veel plekken in ons land de volksgezondheid, het klimaat, het water en de natuur. Dat kan niet meer. Daarom willen we een Europese industrievisie initiëren. Op verschillende plekken in ons land kan de oude, fossiele industrie ten koste van gezondheid en welzijn doorgaan met ondernemen. We willen dat Nederlandse omgevingsdiensten - in lijn met andere landen - toegerust worden om overtredingen van de vergunningsnormen met behulp van nieuwe technologie te monitoren en conform te beboeten. De tijd dat multinationals ten koste van mens, dier, natuur en klimaat mogen ondernemen, eindigt wat Volt betreft per direct. De rijksoverheid helpt boeren en tuinders door het delen van kennis, innovatie en het opzetten van coöperaties op het gebied van alternatieven voor bestrijdingsmiddelen zoals natuurlijke gewasbescherming en groene middelen, en op het gebied van bezuinigende innovaties zoals precisielandbouw, robotica en strokenteelt. Hierbij is van belang dat het aanbod van natuurlijke alternatieven wordt vergroot door een snelle afhandeling, beoordeling en toelating van aanvragen op Europees en nationaal niveau. We zetten in op meer AI en burgerwetenschap om de lucht- en waterkwaliteit te meten en te monitoren, zodat we ontwikkelingen en trends kunnen ontdekken. Door inzet van burgerwetenschap willen we zorgen dat meer mensen zich bewust worden van de staat van hun omgeving en hoe die zou kunnen worden. ### 2.5.1 Een gezonde leefomgeving Gezonde lucht en goede bodemkwaliteit zijn onzichtbaar maar essentieel voor een goede leefomgeving. De bodem is de basis: een gezonde bodem levert niet alleen gezond voedsel, maar zorgt ook voor een biodiverse natuur die in balans is. Vooral in de buurt van zware industrie (zoals PFAS-producenten) en megastallen zorgt vervuilde bodem voor overlast en gezondheidsklachten, soms met zeer ernstige gevolgen. Vergunningen worden nu uitgegeven terwijl ze niet voldoen aan de WHO-standaarden. Volt wil dat bedrijven zich houden aan de WHO-standaarden en wil dus alleen nog vergunningen uitgeven die voldoen aan de WHO-standaarden. We voeren voor de industrie een belasting in voor luchtvervuiling ( $\mathrm{NO}_{x}$, fijnstof, zwaveldioxide). De hoogte van de belasting komt overeen met de omvang van de milieuschade. We zorgen voor strengere eisen rondom bodemkwaliteit en mest en voldoen aan de Europese bodemmonitoringwet. Nederland moet, net zoals Vlaanderen, de normen uit deze nieuwe wet overnemen, ook wanneer deze nog niet in werking is getreden. We verbieden vervuilende en giftige PFAS in de EU. Volt wil dat de regering met andere lidstaten aan principeafspraken werkt over het verbod op en de gevolgen van de bestaande ophoping van PFAS in onze gedeelde wateren. Bijvoorbeeld met Duitsland over de PFAS-ophoping in de Rijn en de Maas. Voor de productie van PFAS, die schadelijk is voor bodem, water en lucht, is in Nederland alleen nog plaats als een oplossing gevonden wordt voor het schadelijke afval. Fabrieken moeten dan ook vergroenen door te innoveren op het gebied van veilige afvalverwerking om hun vergunning te behouden. ### 2.5.2 Een nationaal Deltaplan ## Waterland De ligging van ons deltaland is al eeuwen een bron van welvaart en ontwikkeling. Maar leven met het water is niet vanzelfsprekend: Nederland moest de getijden beteugelen. Uit de bouw van dijken, het inpolderen van meren en de wereldberoemde Deltawerken sprak visie, innovatiekracht en een blik op --- pdf_page: 26 --- de lange termijn. Wat Volt betreft, staan we nu op een soortgelijk kruispunt. Zonder maatregelen zullen er in 2030 in heel Nederland tekorten aan zoetwater ontstaan. Een ramp voor onze voedselzekerheid en onze manier van leven. Wereldwijd verwachten de VN dat alleen al het aantal mensen in steden met regelmatige zoetwatertekorten zal stijgen van 930 miljoen naar 1,7 tot 2,4 miljard. De huidige koers is onhoudbaar. Volt wil daarom een Deltaplan Waterland waarin we ambitieus de strijd aangaan met deze toekomstige klimaatcatastrofe. Nederland was lang kampioen watermanagement. Als het aan Volt ligt, worden we dat weer. Nederland is als laaggelegen land voor haar drinkwatervoorziening nog afhankelijk van smeltwater dat vanuit de Alpen in onze rivieren eindigt. Volt wil harde afspraken maken met hoger gelegen Europese landen als Zwitserland en Duitsland over de opslag, distributie en eerlijke verdeling van smeltwater. Nederland is een echt deltagebied. Lange tijd was het afvoeren van water de basis van ons waterbeheer. Door klimaatverandering hebben we steeds vaker periodes van droogte. Hierdoor moeten we nu ook steeds meer water vasthouden; om de drinkwatervoorziening te garanderen en ervoor te zorgen, dat de natuur, de landbouw, de binnenvaart en de industrie over voldoende water beschikken. Volt wil het onderzoek naar wateropslag en het verbeteren van de sponswerking van de bodem dringend stimuleren. We stimuleren grootgebruikers van water om zuiniger om te gaan met water, door de belasting op het verbruik van leidingwater te verhogen. We schaffen de vrijstellingen en verlagingen van belasting voor grootverbruikers van leidingwater, afvalstoffen, kolen, CNG en grondwater af. We voeren een wettelijke verplichting voor het hergebruik van koelwater van datacentra in. We zorgen voor meer regie vanuit de rijksoverheid op het gebied van klimaatadaptatie. De rijksoverheid en de waterschappen moeten de provincies en gemeenten helpen met maatregelen voor waterbeheer en weerbaarheid tegen wateroverlast, zoals meer groen in de gebouwde omgeving en meer groenblauwe daken en opslag van water. We benutten binnen het Deltaplan de grootste waterbron die we hebben: de zee. We gaan op grote schaal zeewater ontzitten en doen dat volledig fossielvrij en zo circulair mogelijk. Volt wil dat de rijksoverheid een zoetwaterinnovatiehub creëert en financiert die in hoog tempo verder zoekt naar de meest veelbelovende grootschalige innovaties om de dreigende watertekorten op te lossen, zoals het ontzouten van zeewater. De overheid investeert in de ontwikkeling en bouw van ontzittingsinstallaties die volledig fossielvrij draaien op (overtollige pieken van) groene kern-, wind- en zonneenergie. Naar verwachting is er al in 2025 een wereldwijd tekort aan lithium voor de productie van batterijen voor elektrische auto's. De innovatiehub doet onderzoek naar het winnen van lithium en andere grondstoffen en mineralen uit het afval van ontzilt water (pekelwater). Zo maken we ontzitten circulair. Ontzout water is heel zuiver en daardoor geschikt als drinkwater, maar ook voor de waterstofeconomie. We investeren in infrastructuur en installaties die ontzout water opslaan en slim herverdelen, zodat het in droge perioden naar drinkwaterreserves gaat en, bij voldoende reserves, naar waterstofproductie. Volt streeft naar een circulair watersysteem. We willen (drink-)water zoveel mogelijk gaan hergebruiken en inzetten op de opvang en het gebruik van regenwater in de bebouwde omgeving. ### 2.5.3 De kwaliteit van ons water Een goede waterkwaliteit is voor ons land cruciaal. Als tweede landbouwexporteur ter wereld zijn we afhankelijk van genoeg schoon water, net als voor recreatie en transport. Toch is Nederland in de EU hekkensluiter als het gaat om waterkwaliteit. En dit terwijl we al in 2027 verplicht zijn om de minimale standaarden voor waterkwaliteit te halen. We willen een nieuwe 'stikstofcrisis' voor water voorkomen en schoon water behouden. Als onderdeel van het Deltaplan Waterland wil Volt breed investeren in een innovatieecosysteem waar ook filtratie van PFAS en andere schadelijke stoffen deel van uitmaakt. We verankeren de inspraak van inwoners en een strengere doelstelling voor de kwaliteit van oppervlaktewater in het Nationaal Programma Landelijk Gebied. We zorgen voor een strengere vergunningsverplichting voor alle onttrekkingen en lozingen in water die voldoet aan WHO-normen. Het Kievprotocol moet, inclusief het Europese vervuilendestoffenregister (E-PRTR), volledig geïmplementeerd worden. Wederom wil Volt werken vanuit het voorzorgsprincipe. We verplichten lagere overheden om lozingsmeldingen en -vergunningen in openbare databases toegankelijk te maken. We versimpelen de afgifte van vergunningen en de handhaving door alles - behalve toezicht op het riool - onder te brengen bij de provinciale omgevingsdiensten. --- pdf_page: 27 --- # 2.6 Infrastructuur en vervoer De vervoersmix van de toekomst is eindeloos. Regionale en internationale treinverbindingen voor grote afstanden, de fiets, het openbaar vervoer, de elektrische scooter pakken of een deelauto voor kleinere afstanden: op centrale plekken komen al deze vervoersmiddelen samen waardoor je makkelijk kunt overstappen. Rijden doen we alleen nog maar elektrisch, en vliegen alleen op langere afstanden. Een robuuste en flexibele infrastructuur moet deze vervoersmix van de toekomst mogelijk maken. We benutten de bestaande infrastructuur zo goed mogelijk, beheren en onderhouden wat we hebben, en leggen nieuwe infrastructuur aan voor trein, openbaar vervoer en fiets. ### 2.6.1 Internationale en nationale treinen Volt wil dat in heel de EU een snel, betrouwbaar en uitstootvrij netwerk voor hogesnelheidstreinen, nachttreinen en snelbussen wordt aangelegd. In de toekomst is niet het vliegtuig maar de (nacht)trein of snelbus hét comfortabele en betaalbare vervoersmiddel voor de korte en middellange afstanden. Dan rijden er hogesnelheidstreinen en snelbussen die Nederlandse steden en dorpen verbinden met elkaar en met andere Europese steden. We willen zo snel mogelijk betrouwbaar en duurzaam treinverkeer realiseren tussen Europese steden. We leggen daarom nieuwe spoorlijnen aan tussen veelgebruikte routes zoals Den Haag-Frankfurt, Rotterdam-Berlijn, Breda-Kopenhagen en verbeteren de spoorverbindingen Amsterdam-Londen en Groningen-Bremen. Binnen Nederland verbeteren we het treinsysteem, met het aanleggen van de Lelylijn als prioriteit. Onderhoud van bestaande infrastructuur, aanleg van nieuwe lijnen betalen en stimuleren we uit de heffingen voor autorijden en luchtvaart en door middel van besparing op het wegennet. We voeren voor reizigers in de hele EU, voor al het ov, één pan-Europees (reis)plannings-, boekings-, betalings- en ticketsysteem in. Daarnaast wil Volt investeren in onderzoek naar veelbelovende technologieën en innovaties voor het vervoer van de toekomst. ### 2.6.2 Treinen in de regio Beschikbaarheid van treinen in de regio loopt al jaren achter op die in de steden, terwijl juist de (grens)regio's ons verbinden met de rest van de EU. Daarom wil Volt de Nederlandse Intercity's in de grensregio's doortrekken, zoals in de Euregio's van Limburg en Enschede, de Nijmegen-Kleve-verbinding en de Wunderline bij Groningen. Ook zorgen we voor extra goede treinverbindingen tussen onze grenssteden en hoofdsteden, zodat we heel Nederland aansluiten op een Europees treinennet. We investeren in de aanleg en reparatie van infrastructuur in de grensregio's, zodat woon- en werkverkeer, familiebezoek en studeren over de grens makkelijker wordt. We geven in toekomstige concessies of aanbestedingen, op meer trajecten de mogelijkheid om regionaal aan te besteden, zodat in meer (grens)regio's treinen rijden. Vaak gaan treinen over de grens niet vaker dan één keer per uur en rijden ze niet tot laat. Volt wil inzetten op meer directe treinverbindingen die vaker tussen grenssteden rijden, zodat de trein ook in de grensregio de auto kan vervangen. ### 2.6.3 Mobiliteit voor iedereen Mobiliteit is voor iedereen cruciaal om te kunnen deelnemen aan de samenleving. Het openbaar vervoer moet breed beschikbaar zijn, niet alleen in dichtbewoonde gebieden of voor mensen met een hoger inkomen. In de toekomst combineer je daarnaast in een reis van deur-tot-deur verschillende (deel) vervoermiddelen, die naadloos op elkaar aansluiten en je brengen waar je moet zijn. Op strategische knooppunten in wijken en regio's creëren we mobiliteitshubs waar regionale treinen, bussen, deelauto's, deelscooters en deelfietsen samenkomen met vervoer op aanvraag, comfortabele wachtruimtes en andere services. Mobiliteit begint vaak met lopen en (elektrisch) fietsen op korte en middellange afstanden. Daarom investeren we in een betere fietsinfrastructuur met de aanleg van meer doorfietsroutes om langere afstanden snel en veilig te kunnen overbruggen. We voeren stapsgewijs een nieuw tarievenstelsel in voor openbaar vervoer. Volt wil dat het dubbele instaptarief bij wisselen van trein naar ander ov vervalt, zodat het combineren van vervoermiddelen goedkoper wordt. Ook gaan we voor het hele ov tariefdifferentiatie toepassen, zoals een dalurenkorting, een tarief dat progressief daalt op langere stukken en korting in regio's. Ook in minder dichtbewoonde gebieden moet goed openbaar vervoer binnen handbereik zijn. Volt wil nieuwe oplossingen voor deur-tot-deurvervoer subsidiëren die voor meer bereikbaarheid zorgen op plekken met te weinig haltes of dienstregelingen. Denk aan openbaar vervoer op aanvraag, deelvervoer of kortere shuttlebusdiensten naar comfortabele mobiliteitshubs waar je makkelijk overstapt. Op trajecten waar veel woon-/werkverkeer rijdt en de trein geen goed alternatief biedt, wil Volt investeren in de aanleg van busstroken op de snelweg. Daar kan de hele dag - en in de spits extra vaak - een snelbus --- pdf_page: 28 --- rijden. Dit zou bijvoorbeeld uitgevoerd kunnen worden op de A50 tussen Eindhoven en Nijmegen. We spreiden het ov-verkeer beter over de dag en de week. Dit doen we door een dalkorting op het ov-tarief (tijdelijk) te subsidiëren. Ook passen we de thuiswerken kilometervergoeding aan op spits/dal en verschillende werkdagen, en maken we afspraken met maatschappelijke partners, bijvoorbeeld over hybride werken. ### 2.6.4 Uitstootvrij rijden Autorijden ziet er in de toekomst anders uit. We pakken veel vaker dan nu de trein, bus of (elektrische) fiets. Als we toch autorijden, bijvoorbeeld omdat er op een specifiek traject (nog) geen goede alternatieven zijn, dan rijden we elektrisch of in een deelauto. Wie de (elektrische) auto voor langere stukken blijft gebruiken, betaalt daar ook meer voor. Er moeten meer kleine en betaalbare elektrische auto's op de markt komen. Om de omslag naar uitstootvrij te stimuleren, zorgen we dat particulieren nog tot 2030 een subsidie kunnen krijgen voor de aanschaf of private lease van een nieuwe en tweedehands elektrische auto. De maximumcatalogusprijs van auto's die met subsidie mogen worden gekocht gaat vanaf 2025 wel flink omlaag en wordt steeds verder afgebouwd. We willen dat alle zakelijke leaseauto's vanaf 2026 uitstootvrij zijn. Zo stimuleren we ook de tweedehandsmarkt in emissieloze voertuigen. Daarnaast wil Volt dat er vanaf 2030 geen nieuwe fossiele motoren meer worden verkocht. We halen daarmee het huidige doel van 2035 uit de Europese klimaatmaatregelen met vijf jaar naar voren. We vervangen, naar Zweeds voorbeeld, de motorrijtuigenbelasting op auto's, bestelbusjes en vrachtwagens door 'betalen-naar-gebruik'. Wat je gaat betalen hangt af van het aantal kilometers dat je rijdt, maar ook van het tijdstip (spits/ dal), het traject (regio/stad) en de voor vervuiling relevante eigenschappen van het voertuig (gewicht/uitstoot). Zolang we nog niet naar gebruik betalen, willen we alvast op de wegenbelasting een gewichtscorrectie toepassen voor elektrische auto's, bestelbusjes en vrachtwagens omdat deze nu vaak zwaarder zijn dan vergelijkbare voertuigen op fossiele brandstof. We belasten de volledige vervuiling van een auto. Daarom verrekenen we de uitstoot en grondstoffen die nodig zijn om een auto te maken door de BPM te heffen met een $\mathrm{CO}_{2}$ grondslag. Als je weinig rijdt en een zuinige, kleine auto hebt, kan het beter zijn voor het klimaat om je huidige auto eerst op te rijden. We investeren in onderzoek naar het omslagpunt en in een platform/tool die rijders inzicht geeft in wat voor hun persoonlijke situatie de beste keuze is. We gaan op meer plekken binnen de bebouwde kom 30 kilometer per uur rijden. Zo verbeteren we de verkeersveiligheid en verminderen we de uitstoot in dichtbewoonde gebieden. Op snelwegen verlagen we de maximumsnelheid als dit nodig is om op korte termijn de klimaatdoelen te halen. Daarnaast onderzoeken we welke effecten dit heeft op de verkeersveiligheid. Als het merendeel van het verkeer elektrisch is, kunnen we deze maatregel weer aanpassen. ### 2.6.5 Lucht- en scheepvaart Ook de luchtvaart moet een bijdrage leveren aan het afremmen van klimaatverandering. Daarom schaffen we korteafstandsvluchten af, werken we in nationaal en Europees verband aan het terugdringen van privévluchten en gaan we vliegen meer belasten. Schiphol moet op een andere manier gaan werken; het moet meer een centrale plek worden voor verschillende soorten vervoer en beter rekening houden met de gezondheid van mens en natuur in de omgeving. We willen dat Schiphol vanaf 2026 maximaal 400.000 vluchten per jaar faciliteert en Luchthaven Lelystad gesloten blijft. Volt staat achter het verbod op privévluchten op Schiphol. De rijksoverheid ondersteunt onderzoek naar duurzamere luchtvaart, zoals elektrisch vliegen als in IJsland of vliegen op basis van duurzame luchtvaartbrandstof, e-fuels of waterstof. Door heldere bijmengverplichtingen kan de luchtvaart sneller verduurzamen. We zorgen dat overstappers - die nu worden vrijgesteld van belasting - een eerlijke bijdrage gaan leveren voor de vervuilende belasting van het Nederlandse en Europese luchtruim. We verbieden fossiele korteafstandsvluchten (tot 650 km ). We zetten in op samenwerkingen met België, Frankrijk en Duitsland om het aanbod van alternatief vervoer te versnellen. We verhogen de vliegbelasting aanzienlijk. Hierin maken we onderscheid tussen korte, middellange en lange afstanden (hoe langer de afstand, hoe hoger de belasting). Daarnaast doen we onderzoek naar hoe we deze belasting kunnen aanpassen, zodat deze hoger wordt als men vaker en verder vliegt. We voeren een scheepvaartbelasting in op basis van $\mathrm{NO}{2}$ - en $\mathrm{CO}{2}$-uitstoot. Hiervoor zetten we ons in om de Akte van Mannheim aan te passen in Europees verband. We schaffen de tonnagewinstregeling en de afdrachtvermindering voor de zeescheepvaart af. --- pdf_page: 29 --- ### 2.7 Wonen Wonen is een recht, geen luxe. Maar de woningmarkt is een markt van hyperschaarste geworden. Veel mensen zitten daardoor zonder woning of in een woning die niet bij hun situatie past. Denk aan studenten die graag in hun studentenstad willen wonen, jongvolwassenen die graag op eigen benen willen staan, aan een gezin dat niet groter kan gaan wonen, en aan een alleenwonende die moeite heeft om zijn huis te blijven betalen. Momenteel lijkt wonen wél een luxe te zijn. Dat moet anders. ### 2.7.1 Een passende woning voor iedereen Iedereen moet kunnen wonen in een koopof huurwoning die past bij diens situatie. Dat betekent dat er zo'n 1 miljoen nieuwe woningen bij moeten komen. Volt wil dat de rijksoverheid waarborgt dat er voldoende en divers gebouwd wordt. Met in iedere gemeente een toereikend aanbod sociale woningen voor wie dat nodig heeft en een sterk middensegment (huur en koop), waarin je ook kunt doorstromen afhankelijk van je levensfase. In plaatsen met veel middenwoningen moeten daarom vooral meer sociale huurwoningen worden bijgebouwd; in gemeenten met een groter aandeel sociale woningen juist meer middenhuur - en koopwoningen. Volt wil dat de rijksoverheid, provincies en gemeenten een actieve rol oppakken en intensief samenwerken met elkaar en met (maatschappelijke) partners om de bouw te laten slagen. Volt wil een volwaardig ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De minister moet een eigen portefeuille krijgen en een structureel budget waarmee het doel van 1 miljoen woningen bouwen ook echt gehaald kan worden. De provincies krijgen meer inspraak en een aanjagende rol in het gemeentelijke bouwbeleid. Provincies zetten onder andere hun kennis en kunde in, bijvoorbeeld om gemeenten te helpen bouwplannen en vergunningsaanvragen te beoordelen. Ook gemeenten pakken een actieve rol in het versnellen van de woningbouw, door samen met woningcorporaties, rijksoverheid en andere partners deel te nemen in publiekprivate samenwerkingen om nieuwe wijken en gebieden te ontwikkelen. Gemeenten worden financieel in staat gesteld om actiever grondbeleid te voeren, door vaker grond aan te kopen en meer gebruik te maken van hun voorkeursrecht. Rijksoverheid, provincie en gemeenten werken nauw samen op het gebied van ruimtelijke ordening om te bepalen waar (flex)woningen en nieuwe wijken kunnen worden ontwikkeld. ### 2.7.2 Een toekomstbestendige woningmarkt We stoppen met pleisters plakken op de woningmarkt, maar gaan letterlijk bouwen aan een toekomst waarin iedereen kan wonen. Voor zo'n 350.000 woningen zijn de bouwplannen klaar en de vergunningen verleend. Toch wordt er nog niet gebouwd, bijvoorbeeld door tegenvallers in de bouwkosten of financiering, strategische keuzes van grondeigenaren en ontwikkelaars, of weerstand van omwonenden. Ook plannen voor nieuwbouw of herontwikkeling komen vaak niet rond door obstakels en onzekerheden in het bouwtraject. Volt wil dat de rijksoverheid zich opstelt als het 'bouwbreekijzer' dat deze impasse op de bouwmarkt doorbreekt. Om te zorgen dat woningbouwprojecten in de overbelaste markt vaker rondkomen, wordt een nieuw volkshuisvestingfonds ingericht. Vanuit dit fonds verstrekt de rijksoverheid extra subsidies aan gemeenten en woningcorporaties voor de bouw van betaalbare huurwoningen. Zo kan de gemeente een lagere grondprijs accepteren of in een aanbesteding een tekort zelf bijleggen. De rijksoverheid treedt ook vaker op als medefinancier van bouwprojecten voor betaalbare woningen, bijvoorbeeld door leningen of garanties te verstrekken. Omdat er vooral ook grote tekorten aan middenwoningen zijn, onderzoekt de rijksoverheid of de WSM-garantstelling kan worden uitgebreid naar het middensegment en toegankelijk kan worden gemaakt voor alle marktpartijen. Wanneer de rijksoverheid geld beschikbaar stelt om vastgoedprojecten van de grond te krijgen, dan moet daar tegenoverstaan dat vastgoedontwikkelaars in vertrouwen inzicht geven in hun kosten-batenanalyses. Volt wil bij vastgoedprojecten een (vertrouwelijke) 'openboekverplichting', zodat de minister controle houdt op de besteding van publiek geld. De overheid financiert onder de voorwaarde dat gerealiseerde betaalbare (midden) woningen voor onbepaalde tijd ook echt betaalbaar blijven. De rijksoverheid en gemeenten moeten hiervoor duidelijke, afdwingbare afspraken vastleggen in contracten met projectontwikkelaars. Volt wil meer betaalbare koopwoningen voor starters met een middeninkomen, door versnelde uitbreiding van het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen. We stellen woningcorporaties wettelijk in staat om meer te bouwen. Volt wil dat corporaties meer woningen in het middensegment kunnen bouwen (koop of huur), door de vrijstelling van de toestemmingsvereisten (de markttoets) te verlengen. Ook moeten corporaties weer makkelijker en eerder grond kunnen aankopen, door het laten vervallen van het vereiste dat binnen vijf jaar na aankoop de bouw moet zijn begonnen. We bevorderen doorstroom op de huizenmarkt, zoals met afspraken in nieuwbouwprojecten, om voor een deel van de middenhuur- en koopwoningen voorrang te geven aan doorstromers vanuit de sociale huursector. --- pdf_page: 30 --- Ook zetten we terugkoopregelingen vaker in om meer betaalbare koopwoningen en doorstroom te realiseren. Met corporaties en ontwikkelaars spreken we af dat zij een deel van de woningen voor koop beschikbaar maken en ook weer gegarandeerd zonder winstoogmerk terug en doorverkopen als een bewoner verhuist. We zorgen voor meer capaciteit en budget bij gemeenten, om hen te helpen de grote stroom aan bouwvergunningsaanvragen en bestemmingsplanwijzigingen sneller te kunnen behandelen, ingevoerd te raken in de omgevingswet en actiever grond- en bouwbeleid te voeren. Op korte termijn detacheren we personeel, bijvoorbeeld vanuit de provincie. Rijksoverheid en provincie maken een plan voor een structurele oplossing, zoals de uitrol van traineeships en een 'flexibele schil' van overheidspersoneel dat inzetbaar is in de hele provincie. We blijven zoeken naar manieren om bouwtrajecten te versnellen, bijvoorbeeld door te experimenteren met gestandaardiseerde concepten voor socialewoningbouw. De corporatie kan kiezen uit vooraf goedgekeurde typen woningen, die daardoor ook sneller kunnen worden vergund. We bouwen de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait af tussen nu en 2030. Dit verlaagt ook de grond- en huizenprijzen. ### 2.7.3 Een allesomvattende visie op wonen \& leven Een goede oplossing voor de woningcrisis is te lang vooruitgeschoven. Daardoor staan we inmiddels voor meerdere crises tegelijkertijd. We hebben niet alleen zo snel mogelijk veel woonruimte nodig, maar we moeten ook nú verduurzamen, onze natuur herstellen en onze gezondheid verbeteren. Wonen is dus geen losstaand probleem, maar verbonden aan andere grote uitdagingen, zoals klimaatverandering, vervuiling en sociale cohesie. Dat vraagt om een visie op wonen die al deze uitdagingen integraal aanpakt en naar de lange termijn kijkt. Waarin de balans tussen mens en natuur centraal staat en mensen meer inspraak en eigenaarschap hebben op hoe ze wonen. Dat is geen makkelijke opgave in de huidige woningmarkt. Daarom moeten we vandaag beginnen. Als we de kansen benutten, dan wonen we in 2040 niet alleen in een woning die bij ons past, maar ook in veelzijdige en gezonde wijken waar wonen, groen, voorzieningen zoals winkels, scholen en gezondheidscentra, bereikbaarheid en natuurtoerisme elkaar aanvullen. We stellen de Omgevingswet niet verder uit. Gemeenten en het bedrijfsleven moeten nu weten waar ze aan toe zijn en van start kunnen gaan met nieuwe integrale plannen voor gebiedsontwikkeling en multifunctionele wijken. Het ministerie van Volkshuisvesting harmoniseert waar mogelijk gemeentelijke bouw- en omgevingsregels om transities te versnellen, of stelt samen met gemeenten kaders daarvoor op. Zo wil Volt waar het kan $25 \%$ groen in de wijken, meer groenblauwe daken, participatie in burgerberaden, innovatieve duurzame bouw en meer functievrije of gemengde bestemmingen. We willen dat de rijksoverheid aan gemeenten handvatten meegeeft om bij vaststelling van de omgevings- en beleidsvisies inspraak van mensen te versterken en naar voren te halen. Zo nemen we wensen en ideeën van belanghebbenden eerder mee en verkleinen we de kans op weerstand later bij bouwprojecten in het gebied. We zetten meer in op coöperatief wonen, zoals het Zaanse of Weense woonmodel. Woningcorporaties krijgen meer mogelijkheden om een deel van hun bestaande en nieuwbouwwoningen over te dragen aan wooncoöperaties waar leden zich hebben ingeschreven om te kopen of huren. We versterken de regelgeving voor wooncoöperaties met kwaliteitsbewaking, toezicht en kaders voor de huur, net zoals in Duitsland. Ook wil Volt dat we gaan experimenteren met nieuwe manieren van woningbezit, bijvoorbeeld door gronden onder te brengen in onafhankelijke coöperaties en mensen de kans te geven om alleen het daarop gebouwde huis te kopen. Zo kunnen zij sneller tot de woningmarkt toetreden. De minister van Volkshuisvesting stimuleert ook de ontwikkeling en bouw van innovatieve woonvoorzieningen die voor specifieke/kwetsbare groepen wonen combineren met zorg. Bijvoorbeeld door het financieren of aangaan van publiekprivate samenwerkingen tussen gemeenten en zorgpartners die seniorenwoningen (ver) bouwen waar ook thuiszorg wordt verleend. We investeren in innovatieve en coöperatieve leef- en woonvormen. Niet alleen voor studenten en senioren, maar voor iedereen die in meer sociale samenhang wil leven. Bij het inrichten van de publieke ruimte ondersteunt Volt met subsidies initiatieven die gezond gedrag stimuleren, zoals (educatieve) fiets- en wandelpaden, natuurtoerisme en groene schoolpleinen. Dit geeft inwoners ruimte om sociale en duurzame buurtinitiatieven te ontwikkelen en buurtcoöperaties te starten. ### 2.7.4 Duurzaam bouwen Nederland moet in 2040 klimaatneutraal zijn. Daarom willen we hoge duurzaamheidseisen stellen aan woningen en gebouwen. We zetten in op kansen in de markt om de bouwopgave en verduurzaming hand in hand te laten gaan. We sluiten waar mogelijk aan bij natuurlijke transitiemomenten zoals renovatie of end-oflife. We passen bouwstandaarden aan zodat vanaf 2030 alle nieuwbouw voldoet aan net-zero emissie. Verduurzaming van bestaande woningen leidt tot net-zero emissie, door vanaf 2028 onder andere isolerend meerlaags glas ( $\mathrm{HR}++/ \mathrm{HR}++$ ) te verplichten en te investeren in isolatie, ventilatie en schone warmte. Er zijn al meer dan 10.000 klimaatneutrale huizen in de EU en dat aantal blijft stijgen. Volt wil gebouwgebonden leningen met lage rentes voor mensen die hun huis willen verduurzamen door onder andere --- pdf_page: 31 --- de regeling Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) uit te breiden. We bouwen circulair, duurzaam en snel. Dit doen we door vol in te zetten op biobased bouwen met lokaal geproduceerde bouwmaterialen. Waar mogelijk bouwen we modulair en prefab. We stimuleren en creëren ruimte voor innovatie en lokale initiatieven om de revolutie naar biobased bouwen en het gebruik van $\mathrm{CO}_{2}$-negatieve materialen te versnellen. We promoten het toepassen van vrijwillige standaarden en methoden voor energieefficiëntie in de bouw, zoals de Affordable Zero Energy Buildings (AZEB)-methode en de Duitse Passivhaus-standaard. We willen dat de rijksoverheid regie neemt op de aanleg van warmtenetten. Gemeenten moeten bevoegd worden om te besluiten wanneer aardgas in de wijk wordt uitgefaseerd, met een planning voor het beoogde duurzame alternatief. ${ }^{1}$ We onderzoeken hoe de waarde van verduurzaming beter kan worden opgenomen in de waarde van een woning. We werken samen met taxateurs aan ideeën om duurzaamheid te kwantificeren. ### 2.7.5 Nationaal isolatieplan Door de oorlog in Oekraïne stegen de gasen olieprijzen flink. Deze klappen werden opgevangen door de mensen die het al zwaar hadden. Volt zet daarom in op isolatie van huizen en gebouwen, en stelt zichzelf als doel om in 2040 de helft van ons energieverbruik omlaag gebracht te hebben via isolatie. Tegenover het verhogen van de prijs voor het gebruik van fossiele brandstoffen zet Volt alternatieven voor iedereen die wil verduurzamen. We hervormen de subsidies voor verduurzaming. Niet de bewoner, maar de overheid moet de kosten voor isolatie voorschieten. Dit gebeurt nu in de gemeente Groningen. Hier helpt de gemeente via energiecoaches met het aanvragen van subsidies. Voor het overige bedrag biedt de gemeente zeer gunstige leningen aan. Deze aanpak maakt Volt tot standaard voor Nederland. De energiebesparingsplicht die nu al geldt voor bedrijven wordt uitgebreid naar verhuurders van woningen. We brengen de grote verhuurders en woningcorporaties nu al onder de verplichting, op termijn worden ook kleinere verhuurders toegevoegd. Traditionele isolatiematerialen hebben een grotere impact op het milieu dan andere bouwmaterialen. Daarom spreken we in het Nationaal isolatieplan af enkel te investeren in duurzame isolatiematerialen, zoals vlas of hennep. ### 2.7.6 Woonoplossingen creëren We hebben op korte termijn veel woonoplossingen nodig. Voor verschillende groepen, die anders in acute woningnood komen of daar al in zitten. En het liefst voor iedereen die nu niet woont op een manier die bij hen past. En niemand zou op straat moeten slapen. We willen voor 'spoedzoekers' zo snel mogelijk een volwaardige woonoplossing. Dit moet ook zo vaak mogelijk een permanente oplossing zijn. In de tussentijd benutten we de bestaande vastgoedruimte zo efficiënt mogelijk. We schaffen de kostendelersnorm in de participatiewet volledig af, zodat ook boven de 27 jaar inwonen niet meer tot korting op de bijstand leidt. Een adres is de toegangspoort naar andere voorzieningen en het opbouwen van een volwaardig leven. Volt wil daarom de regels voor het verkrijgen van een briefadres versoepelen en loketten oprichten waar een briefadres wordt aangeboden aan groepen woningzoekenden, zoals statushouders, zodat zij eerder aan hun opleiding of baan kunnen beginnen. We willen een verplichte spreiding voor spoedzoekers. Alle gemeenten nemen een eerlijk deel van de woonvoorziening op zich en stellen een urgentieregeling vast voor spoedzoekers. Voor tijdelijke woningbouw, die we nodig hebben om aan de acute vraag te voldoen, zetten we in op duurzame en circulaire flexibele woningbouw, zoals prefab- en modulaire flexwoningen. Om afval tegen te gaan onderzoeken we de mogelijkheden om tijdelijke woningen langer dan tien jaar te mogen plaatsen of subsidies te verstrekken om de gedemonteerde bouwelementen op te slaan. Woningdelen maken we makkelijker en aantrekkelijker, bijvoorbeeld door gemeenten te helpen om hospitaverhuur te stimuleren. Door te grote woningen te splitsen, creëren we extra woningvoorraad. De rijksoverheid bekijkt samen met gemeenten waar woningsplitsen meer kan worden gepromoot en gesubsidieerd en waar welke extra voorzieningen nodig zijn (zoals parkeren of ov). We moeten niet alleen betaalbaar bouwen, maar wonen ook betaalbaar houden. Volt is voorstander van de uitbreiding van de huurregulering naar het middensegment. Volt wil meer controles op eerlijke huurprijzen, ook als er wordt gewisseld van huurder. De gemeente moet proactief controles uitvoeren en boetes uitdelen als verhuurders de maximale huurprijzen niet respecteren. Volt wil zorgen dat woningen beschikbaar komen of blijven voor wie zij bedoeld zijn. We kijken gericht in welke gevallen we het opkopen van of beleggen in woningen door partijen die daar niet zelf willen wonen, moeten ontmoedigen. ### 2.7.7 Monumenten en cultureel erfgoed Behoud van cultuurhistorische waarde en beschermde stadsgezichten is een groot goed. Wel moeten we monumentenzorg en de behoefte aan versnelling van de bouw van duurzaam vastgoed met elkaar verenigen. Volt wil een aanpak waarin cultuurhistorische en esthetische waarden en duurzaamheid elkaar juist versterken. We vereenvoudigen de procedures rond het verkrijgen van vergunningen door een 'quickscan monumentale waarde' te laten uitvoeren en deze in het gebouwarchief vast te leggen. --- pdf_page: 32 --- Naar voorbeeld van de Europese methode 3ENCULT stellen we regels op die betrekking hebben op de herontwikkeling van monumentaal of historisch erfgoed, zoals het na-isoleren van historische gebouwen. ### 2.7.8 De toekomst van ruimtelijke inrichting Doordat we tegelijkertijd voor een klimaat-, woningaanbod- en biodiversiteitscrisis staan, moeten we in allerlei opzichten snel meer ruimte creëren. Meer natuurgebieden en meer grondgebonden landbouw, maar ook meer woningen en dus meer ruimte voor openbaar vervoer, meer ruimte voor een groenere industrie en volop aandacht voor water- en bodemkwaliteit. Ondertussen is Nederland één van de meest dichtbevolkte landen van de EU en is onze ruimte beperkt. We zullen slim moeten omgaan met onze ruimte om iedereen in Nederland een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving te kunnen bieden. Daarvoor moeten we voorbij de grenzen van provincies kijken, en zelfs voorbij die van ons land. We moeten ruimtelijke ordening weer centraliseren en als geheel bekijken. Provincies krijgen nu te veel losse ruimtelijkeordeningsopgaven, zonder dat wordt gekeken wat er in een provincie past, of wat de beste plek in Nederland is voor bijvoorbeeld natuur, meer woningen of industrie. De minister voor Volkshuisvesting \& Ruimtelijke Ordening moet weer de verantwoordelijkheid krijgen om samen met provincies alle verschillende ruimtelijkeordeningsopgaven in Nederland een plekje te geven. Dit omvat ook een haalbaarheidstoets van alle opgaven die aan de provincies worden opgelegd. Klimaat en stikstof houden zich niet aan landsgrenzen. Volt wil dat Nederland aanjager wordt van Europese samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening. Door samen te werken binnen de EU kunnen we meer ruimte vinden voor bijvoorbeeld beschermde natuurgebieden, afvalverwerking of groene industrie. Volt gaat ervoor zorgen dat infrastructurele investeringen passen binnen een langetermijnvisie op de inrichting van Nederland en de omliggende landen, rekeninghoudend met demografische en klimatologische veranderingen. Mobiliteit en woningbouw zijn nauw verwant, omdat bij nieuwe woonwijken ook wegen en openbaar vervoer moeten worden gerealiseerd. De woningbouwopgave wordt dan ook deels uit het Mobiliteitsfonds gefinancierd. We onderzoeken of het voordelen heeft om deze samen te voegen in een op te richten ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit. Alle uitdagingen van deze tijd hangen met elkaar samen. Bij aanbestedingen en besluitvorming op landelijk niveau m.b.t. ruimtelijke ordening, mobiliteit, water, groen, energietransitie, klimaatadaptatie, sport en (her)ontwikkeling van gebieden moet de rijksoverheid ook fysieke en mentale gezondheidsaspecten en een gezond leefklimaat in de criteria betrekken. Volt vindt dat iedere regio meetelt. Maar het rijksbeleid 'sterker maken wat al sterk is' heeft juist tot zwakkere omliggende regio's geleid. De praktijk wijst uit dat het niet werkt om vooral in sterke gebieden te investeren en te hopen dat de omliggende gebieden daarop meeliften. Volt legt de focus weer op de regio en wil de regionale ongelijkheid in bereikbaarheid en toegankelijkheid van onderwijs, zorg, werk, cultuuraanbod en publieke ontmoetingsruimten aanpakken, zodat ook buiten de grote steden sterke en aantrekkelijke regio's ontstaan met volop voorzieningen en bereikbaarheid. We implementeren een regiotoets. Bij elke beleidsafweging wordt het regioperspectief meegenomen en stellen we de vraag of het beleid wel evenwichtig uitpakt voor alle regio's. We hervormen de EU-subsidies uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en gaan aan de slag met het juridische instrument voor grensoverstijgende samenwerking. De provincie Limburg loopt hierin voorop en is wat Volt betreft een voorbeeld voor andere grensregio's. --- pdf_page: 33 --- # 3. Gelijke kansen voor iedereen In een gelijkwaardige samenleving wordt iedereen behandeld met respect en waardigheid. Dat is de samenleving waar wij naar streven. Een samenleving waar iedereen gelijke toegang heeft tot woningen, onderwijs, zorg en openbaar vervoer. Een samenleving waarin iedereen gelijke kansen heeft op werk. Een samenleving waar niet gediscrimineerd wordt, op welke manier dan ook. Deze samenleving hebben we nog niet, zelfs totaal niet. Er moet in Nederland en in de EU veel gebeuren om gelijke kansen voor iedereen te garanderen. Er zijn nog te veel zichtbare en onzichtbare systemen die voortrekken en buitensluiten. Er is te veel ongelijkheid, en te veel armoede. Die armoede neemt zelfs toe in Nederland: in 2024 zal een miljoen mensen in armoede leven, waaronder 230.000 kinderen. Daarom werkt Volt aan gelijke kansen en het bestrijden van armoede. Wij willen een samenleving garanderen waarin alle kinderen dezelfde kansen krijgen, iedereen dezelfde kans maakt op een bepaalde carrière of functie, en mensen zich kunnen ontwikkelen op een manier die bij hen past. We willen een arbeidsmarkt die past bij deze tijd, waarin zekerheid en flexibiliteit, ontwikkeling en ondernemerschap naast elkaar bestaan. Een systeem waarin mensen - in welke vorm ze ook willen werken - controle, vertrouwen en uitdaging voelen. --- pdf_page: 34 --- # 3.1 Bestaanszekerheid We bouwen een Europese Sociale Unie waarin gelijk loon voor gelijk werk en de bescherming van werknemersrechten in heel de EU gegarandeerd is en elke inwoner van de EU verzekerd is van fatsoenlijke levensomstandigheden. We zetten een Europees Sociaal Fonds op dat investeert in opleiding, werkgelegenheid en sociale inclusie. ### 3.1.1 Een goede basis voor iedereen Opgroeien in armoede zorgt ervoor dat je niet dezelfde kansen hebt als iemand die niet opgroeit in armoede. Volt wil dat de participatiewet vernieuwd wordt op basis van vertrouwen: de bijstand wordt verhoogd en de menselijke maat is de standaard. Daarnaast moet je erop vooruitgaan als je vanuit de bijstand gaat werken of wanneer je meer gaat werken. Om dit te bereiken wil Volt dat er werk wordt gemaakt van het basisinkomen, zodat toeslagen niet meer nodig zijn. En niemand meer afhankelijk hoeft te zijn van voedselhulp, fondsen, passen, stichtingen en de spaghetti aan regels in de participatiewet. Dit vraagt om een radicaal ander belastingsysteem en dat kost tijd. Om daar niet op te wachten, willen we dat gelijktijdig ook al op korte termijn stappen worden ondernomen. Het sociaal minimum moet omhoog, zodat het voldoende is om bestaanszekerheid te garanderen. Dat moet in ieder geval hoog genoeg zijn om de eigen bijdrage in de zorg te kunnen betalen, je huis te verwarmen, je energierekening te betalen en een laptop en smartphone te betalen. We werken toe naar een basisinkomen dat een structurele oplossing biedt in de strijd tegen armoede. We willen toe naar tegoedbonnen in plaats van voedselpakketten, zodat mensen net als ieder ander zelf de door hen gewenste boodschappen kunnen doen. Iedereen moet toegang hebben tot goed en betaalbaar openbaar vervoer om onder andere naar werk, dokter, school en sociale contacten te komen. We zorgen op korte termijn voor meer (tijdelijke) woningen. Ook moet het delen van een woning financieel aantrekkelijker gemaakt worden, onder andere door de kostendelersnorm af te schaffen. Een gebrek aan betaalbare woningen mag nooit een reden zijn om in een onveilige situatie te blijven. Senioren moeten naar een veilige aanleunwoning kunnen, aan huiselijk geweld moet je kunnen ontsnappen en jongeren moeten op kamers kunnen wonen. ### 3.1.2 Een nationale aanpak tegen schulden Wanneer mensen eenmaal in armoede zitten, komen ze er moeilijk weer uit. Dit weten we al lang, maar er wordt onvoldoende gedaan om dit probleem op te lossen. Daarbij is armoede een verdienmodel geworden voor bedrijven die schulden innen. Door de bezuinigingen die zijn gedaan op preventie raken mensen te makkelijk in armoede. We willen een nationaal schuldenpardon voor mensen die in armoede leven én mensen met problematische schulden. We willen goede nazorg voor mensen die door problematische schulden last hebben van stress en een slechtere gezondheid. Het achteraf betalen moet zo veel mogelijk aan banden worden gelegd. Volt wil dat het verplicht aanbieden van achterafbetalen door winkels uit de wet wordt gehaald en dat voor achterafbetalen dezelfde regels gelden als voor andere leningen en kredieten. We willen af van het verdienmodel van de schuldenindustrie. We plaatsen een verbod op gokreclames. Volt wil een maximum verlieslimiet invoeren voor alle gokwebsites. We willen dat de hersteloperatie naar aanleiding van de toeslagenaffaire snel wordt afgerond, in samenspraak met gedupeerden en gemeenten. Vooral door minder ambtelijke bureaucratie en te werken op basis van vertrouwen. Fors investeren in preventie van schulden door middel van scholing over financiën, door samenwerking te bevorderen bij vroegsignalering en door als overheid te zorgen voor duidelijke hulp en nazorg bij problematische schulden. ### 3.1.3 Reguleren van sekswerk Werken moet veilig zijn én werken moet lonen. Dit geldt voor alle vormen van werk, óók voor sekswerk. Zolang we de beroepsgroep niet als gelijkwaardig onderdeel van de arbeidsmarkt zien, blijven de omstandigheden waaronder sekswerkers werken onveilig en hun positie benadeeld. We voeren een inclusief beleid, waarin sekswerkers als experts worden betrokken bij het formuleren van beleid en ze als primaire belanghebbenden een prominente rol spelen in het vaststellen van de doelen. We zijn tegen de Wet Regulering Sekswerk. In plaats daarvan moeten maatregelen worden getroffen om sekswerkers tegen de gevolgen van stigma te beschermen en sekswerk te destigmatiseren. Volt ziet sekswerk als een gelijkwaardig onderdeel van de dienstverlenende sector. We verbeteren de positie van sekswerkers door hen dezelfde rechtspositie toe te kennen als andere zelfstandige ondernemers in deze sector. Sekswerkers krijgen daadwerkelijk toegang tot essentiële diensten voor hun bedrijfsvoering, zoals een zakelijke bankrekening, verzekering of hypotheek. --- pdf_page: 35 --- ## 3.2 Opvang van vluchtelingen Nederland kan als welvarend land veel mensen opvangen die gevlucht zijn. Door slecht beleid van de laatste jaren, waarin bewust gekozen is om te weinig middelen en mensen in te zetten, zijn we als Nederland door een ondergrens gezakt, met als dieptepunt mensen die in het gras moesten slapen voor het aanmeldcentrum in Ter Apel in de zomer van 2022. De opvang van vluchtelingen kan en moet veel beter. Op het moment dat een mens asiel heeft aangevraagd is Nederland verantwoordelijk voor diens veiligheid en welzijn. Volt wil een eerlijk, doelmatig en snel asielbeleid dat direct recht geeft op sociale, juridische en psychologische bijstand. Hiermee zorgen we direct voor succesvolle integratie en dragen we bij aan het oplossen van het arbeidskrachtentekort in Nederland. Volt wil een evenredige spreiding van opvang van vluchtelingen in Nederland, via een wettelijke verplichting. De wet die hiervoor zorgt moet simpel en uitvoerbaar zijn, en moet verplichten dat opvang altijd veilig en geschikt is voor de verschillende groepen mensen die opvang nodig hebben. De veiligheid en het (psychische) welzijn van kwetsbare mensen, zoals kinderen, gezinnen en lhbtiq+'ers, moet altijd gewaarborgd zijn, ook in nood- en crisisopvang. We willen dat iedereen een veilige verblijfplaats heeft. Daarom wil Volt dat lhbtiq+-asielzoekers veilig opgevangen kunnen worden in voor hen bedoelde units. Volt wil zo snel mogelijk twee extra aanmeldcentra, zodat de druk en de overlast in Ter Apel afneemt. Lange wachtlijsten en grootschalige opvang belasten zowel asielzoekers als de gemeenschap. Daarom moet er extra financiering naar de IND en naar het COA, waarbij we verplichte kwaliteitseisen stellen aan de opvang en zorgen dat Nederland voldoet aan de minimumeisen vastgelegd in de EU-Opvangrichtlijn. Volt wil een eerlijk, doelmatig en snel asielbeleid dat direct recht geeft op sociale, juridische en psychologische bijstand. Volt wil dat rechtsbijstand gegarandeerd is en vergoed wordt, en dat de beroepsmogelijkheden van vluchtelingen niet worden beperkt. Asielzoekers moeten vanaf de eerste dag toegang hebben tot de arbeidsmarkt, de 24-weken-eis wordt afgeschaft, en aan alle asielzoekers moet taalonderwijs worden aangeboden. Volt wil dat de rechten van kinderen worden gegarandeerd, waarbij toegang tot onderwijs, een veilige leefomgeving en sociale ontwikkeling voorop staan. We willen meer aandacht voor onbegeleide kinderen. Een betere registratie en begeleiding zorgt ervoor dat zij niet uit het zicht raken. Volt wil dat Nederland altijd internationale en Europese verdragen volgt wanneer de rechten van vluchtelingen in het geding zijn, en niet de randen van de regels opzoekt. Daarom wil Volt verplicht nieuwe wet- en regelgeving vooraf laten toetsen door de Raad van State. Op het moment dat een asielverzoek definitief is afgewezen, moet terugkeer op een menselijke manier worden geregeld, met name wanneer het gaat om kinderen en gezinnen. De detentie van kinderen is bewezen schadelijk voor het welzijn en de ontwikkeling van kinderen. Volt wil de detentie van kinderen in de terugkeerprocedure volledig verbieden. Oekraïense vluchtelingen hebben tijdelijk bescherming gekregen in de EU vanwege de inval van Rusland. Nu de oorlog langer duurt, wil Volt dat de tijdelijke bescherming door de EU wordt verlengd voor zo lang als nodig, en dat deze groep het recht krijgt om zich permanent te vestigen. Volt wil dat de beoordeling van aanvragen voor verblijfsrecht van derdelanders die de oorlog in Oekraïne zijn ontvlucht, ruimhartig is. --- pdf_page: 36 --- ### 3.3 Gelijke kansen in het onderwijs Onderwijs ligt aan de basis van het creëren van kansen voor nieuwe generaties. Door het onderwijs te versterken en te verbeteren, investeren we in de toekomst. Investeringen in het onderwijs renderen dan ook altijd, zowel op de korte als de lange termijn, voor het individu, de economie en de samenleving. Onderwijs, kinderopvang en andere vormen van bij- en omscholing moeten volgens Volt gericht zijn op de ontwikkeling van individuen en de samenleving, het corrigeren van ongelijkheid en zorgen voor een maatschappij die voorbereid is op de toekomst. Via het onderwijs worden nieuwe generaties voorbereid op de toekomst. Daarom vindt Volt het belangrijk dat er in het onderwijs meer aandacht komt voor het Europees burgerschap, AI, en dient onderwijs ook meer digitaal vormgegeven te worden. Om dit voor alle kinderen voor elkaar te krijgen moet onderwijs passend zijn, moet er ruimte toegang zijn tot onderwijs en moet er aandacht zijn voor brede ontwikkeling. ### 3.3.1 Kinderopvang beschikbaar voor iedereen Volt is ervan overtuigd dat gelijke kansen in het onderwijs beginnen bij een gelijke start. Daarom willen we dat de kinderopvang toegankelijk wordt voor alle kinderen, waarbij het niet mag uitmaken of je ouders wel of niet werken of hoe hoog het inkomen is. De opvang van kinderen tot 12 jaar moet een publieke voorziening worden en bekostigd worden net als het primair onderwijs. Gezien de uitdagingen waar de kinderopvang op dit moment mee te maken heeft, door het personeelstekort en de problematiek rondom de kinderopvangtoeslag, ziet Volt dat dit niet op korte termijn te realiseren is. Daarom willen we dat er de komende kabinetsperiode wordt ingezet op een geleidelijke verandering, waarbij de ontwikkeling van het kind centraal staat. We willen dat onderwijs, voorscholen en kinderopvang samengaan in ontwikkelplekken voor kinderen vanaf twee jaar voor minimaal drie dagen in de week. Op deze plekken is er gedurende de dag voor alle kinderen (ongeacht of hun ouders werken) aandacht voor de ontwikkeling van sociale, emotionele en intellectuele vaardigheden, sport, spel, creativiteit, persoonlijke leerbehoeften en een gezonde leefstijl. We willen dat het mogelijk wordt dat de kinderopvang voor alle kinderen, ongeacht de werksituatie van de ouders, gratis wordt voor drie dagen per week. Waarbij Volt de optie openhoudt om een inkomensafhankelijke ouderbijdrage te vragen aan ouders met een hoog inkomen (bijvoorbeeld een gezamenlijk inkomen boven de 100.000 euro), om de financiële haalbaarheid daarmee te vergroten. De administratiedruk in de kinderopvang moet omlaag. Dit bereiken we door in te zetten op slimme digitale middelen en door uit te gaan van vertrouwen in plaats van wantrouwen. ### 3.3.2 Kansrijk primair en middelbaar onderwijs voor alle leeftijden Iedereen verdient een goede start. Dit begint bij eerlijke kansen in het onderwijs. Het maakt niet uit wat je achtergrond is of hoe je financiële omgeving eruitziet, alle kinderen moeten dezelfde kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Zeker in de jaren tot aan volwassenheid zorgt dezelfde basis - bestaanszekerheid, toegang tot kwalitatief goed onderwijs, goede voeding en gezondheid - ervoor dat kinderen de kansen kunnen benutten die de overheid ze biedt. We zetten daarom in op voldoende goede leraren, gezonde voeding op scholen en scholen die voor iedereen toegankelijk zijn. We verhogen de kwaliteit van het primair en middelbaar onderwijs door kleinere klassen, meer onderwijsondersteuners in de klas en een nog hogere kwaliteit van de opleiding tot leraar. We verzorgen gratis en gezonde schoolmaaltijden naar Zweeds voorbeeld, waarbij de schoolmaaltijd gezien wordt als onderdeel van het onderwijsprogramma. Hiermee wordt gezond eten bevorderd, ongelijkheid aangepakt en zit niemand meer met honger in de klas. Goed onderwijs staat of valt met de kwaliteit van de leraar. Het lerarentekort kan niet zomaar opgelost worden in de huidige krappe arbeidsmarkt. Wel kunnen er stappen in de goede richting worden gezet. Volt pleit voor een verhoging van de maatschappelijke positie van de leraar door het niveau van de lerarenopleiding te verhogen en het salaris tot een hierbij passend niveau op te schalen. We stellen digitale leermiddelen in het onderwijs gratis beschikbaar, zodat het niet uitmaakt of de school voldoende financiële middelen en digitale kennis in huis heeft voor de aanschaf en het ook niet uitmaakt of ouders de financiële middelen hebben. Daarnaast kan er beter toezicht gehouden worden op de digitale veiligheid en privacy als de overheid de digitale leermiddelen beschikbaar stelt. Volt versterkt de digitale geletterdheid van kinderen en jongeren door digitaal onderwijs - naast lezen, rekenen en schrijven - te bestempelen als basisvaardigheid in het funderend onderwijs. Volt pleit voor de ontwikkeling van een nationale strategie en de verplichting van leren programmeren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. We schaffen privéscholen af. Particuliere scholen zijn alleen voor kinderen met vermogende ouders toegankelijk, en belemmeren daardoor het creëren van gelijke kansen. --- pdf_page: 37 --- We houden op met het financieren van religieus onderwijs. Voor een open samenleving is het nodig dat kinderen uit alle geloofsovertuigingen elkaar al op school kunnen leren kennen. Door te stoppen met het bekostigen van scholen die één of meerdere geloofsovertuigingen uitdragen, zullen kinderen met verschillende wereldbeschouwingen elkaar eerder ontmoeten en van elkaar leren. Voor het realiseren van dit voorstel is aanpassing van artikel 23 van de Grondwet nodig. Volt vindt dat er op school aandacht zou moeten zijn voor medialessen, inclusieve geschiedenislessen (zoals o.a. over het koloniale verleden), en lessen over racisme en discriminatie. Bovendien zou op álle basis- en middelbare scholen les moeten worden gegeven over seksuele en genderdiversiteit. Op iedere school hoort inclusieve seksuele voorlichting aan bod te komen. Daarnaast pleit Volt ervoor dat kinderen respectvol om leren gaan met, nu nog, gemarginaliseerde groepen. We schaffen de Centrale Eindtoets in het primair onderwijs af. Dit leidt tot kansenongelijkheid en onnodig veel stress onder kinderen. We stoppen met onnodige administratie in het onderwijs. Leraren krijgen zo ons volste vertrouwen en we verminderen de werkdruk. We stimuleren de inzet van hybride-leraren in het onderwijs. Zo brengen we theorie en praktijk dichter bij elkaar. Volt kiest voor een later selectiemoment in het funderend onderwijs door in te zetten op brede brugklassen. Volt onderzoekt de mogelijkheden om een toegankelijke en praktische vorm van taalonderwijs verplicht te maken in de grensregio's om culturele, sociale en economische uitwisselingen over de grens te faciliteren. Volt investeert in gezonde en klimaatneutrale onderwijshuisvesting in het primair en voortgezet onderwijs. ### 3.3.3 Studeren toegankelijk voor iedereen Studenten hebben het de afgelopen jaren ontzettend voor de kiezen gekregen. Ze hebben te maken met tal van crises, hun bestaanszekerheid staat onder druk en na het afstuderen stellen ze grote levenskeuzes uit. Het is tijd deze generatie studenten en net afgestudeerden de steun te bieden die ze gemist hebben en verdienen. We zorgen ervoor dat studeren voor iedereen binnen handbereik is én blijft. Bovendien gaat de overheid sterker sturen richting sectoren die te kampen hebben met grote arbeidskrachtentekorten en die van levensbelang zijn voor onze Europese samenleving en economie van de toekomst. We verhogen de basisbeurs conform het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie, naar 464 euro per maand voor uitwonende studenten en naar 123 euro voor thuiswonende studenten. Via een aanvullende beurs kunnen thuiswonende studenten aanspraak maken op 154 euro per maand en uitwonende studenten op 301 euro per maand, extra. De aanvullende beurs is inkomensafhankelijk en het recht op de beurs neemt evenredig af met de mogelijkheid van ouders om financieel bij te dragen. We maken ons hard voor een rechtvaardige compensatie van de pechgeneratie van gemiddeld 10.000 euro per student. De compensatie die hen door het afgelopen kabinet is beloofd, is te laag. Volt zorgt ervoor dat mbo-studenten, onder dezelfde gunstige voorwaarden als studenten in het hoger onderwijs, aanspraak kunnen maken op een aanvullende beurs. Dit doen we door de aanspraakgrond voor de aanvullende beurs voor mbo-studenten gelijk te trekken met die voor hbo- en wo-studenten (ouderlijk verzamelinkomen tot 70.000 euro). We beginnen met het afschaffen van het collegegeld voor opleidingen en studies die opleiden tot cruciale/vitale beroepen en sectoren, zoals ICT, techniek, bouw, onderwijs en zorg. Volt pleit voor verkenning van de mogelijkheden voor invoering van een renteplafond van 2,5\% op studieleningen. Met de huidige stijging van de rentestanden en de ontoereikende basisbeurs dreigt studeren op termijn onbetaalbaar te worden voor grote groepen jongeren. We verplichten een minimale stagevergoeding van 550 euro voor fulltime stages van zowel mbo-, hbo- als wo-opleidingen. Een fulltimestage moet gelijkwaardig beloond worden. Studenten die fulltime stage lopen kunnen daarnaast niet nog een bijbaantje hebben. Op deze manier hoeft er niet onnodig veel geleend te worden door studenten. Een bindend studieadvies (BSA) draagt bij aan de toenemende prestatiedruk voor studenten. Dit terwijl het mentale welzijn van deze groep al erg laag is. Volt wil daarom het bindend studieadvies omzetten in een niet-bindend studieadvies: aan het eind van het eerste jaar krijgen studenten een studieadvies van hun onderwijsinstelling, waarna ze zelf de keuze maken om al dan niet door te gaan. Ongedocumenteerde jongeren die in Nederland het basis- en/of middelbaar onderwijs hebben gevolgd, moeten toegang krijgen tot hoger onderwijs zodra ze achttien jaar worden. Dat betekent dat we afspraken maken met onderwijsinstellingen en het instellingscollegegeld dat niet-EU/ EER-studenten normaliter moeten betalen, verlagen naar het wettelijk collegegeld, naar voorbeeld van de pilot in Amsterdam. ### 3.3.4 Onderwijs en wetenschap over grenzen heen We willen ons onderwijs verder Europeaniseren en internationaliseren. De maatschappij van vandaag vraagt ons in steeds grotere mate mensen op te leiden en voor te bereiden op een Europese samenleving. Europees burgerschap wordt in ons burgerschapsonderwijs centraal gesteld. Zo bevorderen we van jongs af aan een Europese identiteit en Europese waarden als vrijheid, gelijkheid, democratie, rechtsstaat en mensenrechten. Diploma's in het middelbaar beroepsonderwijs en het hoger onderwijs moeten uiteindelijk in heel de EU erkend worden. Daarbij leggen we voor Nederland nu de focus op erkenning van diploma's in de grensregio's. --- pdf_page: 38 --- Meer mbo-studenten moeten de mogelijkheid krijgen om een ervaring in het buitenland onder het Erasmus+-programma op te doen. Dit bereiken we onder andere door meer buitenlandcoördinatoren op mbo-instellingen. We versterken het Europese Universiteiten Initiatief waarbij universiteiten en hogescholen in heel de EU gezamenlijke opleidings- en studietrajecten vormgeven. Meer universiteiten in Nederland sluiten zich hierbij aan. Volt pleit voor meer lokaal maatwerk in de werving van internationale studenten in plaats van een algehele wervingsstop. Een universiteit als in Maastricht is in veel grotere mate afhankelijk van de toestroom van internationale studenten dan bijvoorbeeld universiteiten in Amsterdam of Leiden. De financieringsstructuur van universiteiten passen we hierop aan. Volt ziet erop toe dat de rijksoverheid de zogenoemde 56-uursarbeidsnorm voor internationale studenten om in aanmerking te komen voor studiefinanciering, verlaagt naar 32 uur, in lijn met Europese wet- en regelgeving. De monitoring van het welzijn onder internationale studenten moet verbeterd worden, onder andere op het gebied van huisvesting, mentale gezondheid en sociaal-economische omstandigheden. We realiseren de zogenoemde Lissabondoelstellingen om 3\% van het bbp (publiek en privaat) te besteden aan onderzoek en ontwikkeling. Hierbij komt ongeveer een derde uit publieke investeringen en twee derde uit private investeringen. Samenwerking en aansluiting binnen de EU zijn hierbij leidend. We zetten ons in voor grensoverstijgend wetenschappelijk onderzoek zoals bijvoorbeeld de Einsteintelescoop in de Euregio Maas-Rijn. # 3.4 Bestrijden van discriminatie, racisme en uitsluiting Discriminatie, racisme, inclusie en gelijkwaardigheid verdienen onverminderd aandacht vanuit de overheid, in Nederland én in de EU. Om discriminatie en racisme actief tegen te gaan, is volgens ons een aanpak over sectoren heen nodig. Nu is deze aanpak te vaak gefragmenteerd, waardoor we de problemen onvoldoende herkennen, en dus ook onvoldoende aanpakken. We hebben beleid nodig dat wérkt. We willen een minister voor Discriminatiebestrijding, Inclusie en Gelijkwaardigheid, die verantwoordelijk wordt voor gelijkheid in wetten, in het publieke domein en op de werkvloer. Instrumenten zijn het instellen van en toezien op quota, pay gaps, meldpunten in organisaties, training op het werk, in het publieke domein (politie, ambtenaren en rechters) en op scholen. Volt wil dat de Raad van de EU een nieuwe Raadsformatie invoert van ministers, verantwoordelijk voor grondrechten, gelijkheid en inclusie. We financiëren de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme structureel beter, en zorgen dat de positie wettelijk vastgelegd wordt. Volt steunt het programma van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB). Nederland moet zich inspannen om een voortrekkersrol op zich te nemen binnen de EU in het bestrijden van complottheorieën (online en offline) en discriminatie en terreur tegen Joden en Joodse organisaties. Op de lange termijn ziet Volt voor zich dat de werkzaamheden van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding onderdeel worden van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme. Er komt onderzoek naar institutioneel racisme binnen de overheid, uitvoeringsinstanties en publieke domeinen, zoals zorg, onderwijs en sport. Onderzoek moet leiden tot het bestrijden van racisme en verbeteren van de veiligheid, door middel van klachtenmechanismen en ondersteuning van antidiscriminatiebureaus. We geven aandacht aan anti-Zwart-racisme en anti-Aziatisch racisme, door ervoor te zorgen dat er geen overheidsmiddelen meer gaan naar Sinterklaasintochten waar de pieten zwart geschminkt worden én door scholen bewust te maken van racisme in kinderliederen, verhalen en andere leermiddelen die zij gebruiken. We pakken islamofobie en moslimdiscriminatie aan, door betere controles op discriminerende algoritmes en wet- en regelgeving. Daarnaast starten we --- pdf_page: 39 --- een nationale dialoog onder begeleiding van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR), om de vertrouwensbreuk met de Nederlandse moslimgemeenschap te herstellen. We gaan discriminatie door de overheid actief tegen, door 'eenzijdig overheidshandelen' onder de Algemene wet gelijke behandeling te scharen. Dit zorgt ervoor dat mensen bij vermoeden van discriminatie door de overheid makkelijker hulp kunnen krijgen van een rechter of ombudsman, en terecht kunnen bij het College voor de Rechten van de Mens. Naar Frans voorbeeld voegen we ook 'sociale status' toe als discriminatiegrond aan de Algemene wet gelijke behandeling. Volt ziet dit als duidelijke stap om de cyclus van armoede en sociaal-economische benadeling te doorbreken. We nemen de risico's op en vormen van racisme, discriminatie en uitsluiting op in de opleiding van leraren. We pakken discriminatie op basis van religie aan. Volt is om die reden tegen het verbod op het dragen van een hoofddoek of andere religieuze uitingen voor politieagenten en andere mensen die bij de overheid werken. We bestraffen discriminatoir gemotiveerde geweldsdelicten zwaarder, ook online, waaronder (intersectionele) hate speech. Te vaak worden mensen met een beperking niet als volwaardig en gelijkwaardig gezien in de samenleving, terwijl niet de beperking het probleem is, maar de manier waarop de samenleving is ingericht. De overheid moet zorgdragen voor de autonomie, participatie en gelijkwaardigheid van iedereen met een beperking. We zorgen dat het VN-verdrag Handicap binnen vijf jaar volledig is geïmplementeerd in Europees en Caribisch Nederland. Mensen met (een ervaring met) een beperking worden betrokken bij de totstandkoming, uitvoering en evaluatie van beleid dat hen aangaat. ### 3.4.1 Het recht om jezelf te zijn Wij willen dat iedereen zich overal veilig en vertrouwd kan voelen. Helaas is de werkelijkheid vaak anders. De vrijheid en emancipatie van lhbtiq+'ers staat onder druk, in Nederland én in de EU. Daarom willen wij dat er actief uitvoering wordt gegeven aan het COC Regenboogakkoord uit 2021, dat tot op de dag van vandaag helaas onverminderd actueel is. Juridisch meerouderschap wordt op korte termijn mogelijk, ter bevordering van de rechtspositie van regenbooggezinnen. Er komt een verbod op conversietherapie ('homogenezing') in Nederland én de EU. De erkenning van transouderschap wordt wettelijk vastgelegd. Om de positie van transgender personen, non-binaire personen en mensen met een intersekse-conditie te verbeteren is Volt voorstander van de zogenoemde Transgenderwet en de optie om een X als geslachtsaanduiding in het paspoort op te nemen. Mensen met een X in hun paspoort krijgen dezelfde rechten als andere personen. Zij kunnen dus ook trouwen en als ouder hun kind aangeven bij de gemeente. Dakloze lhbtiq+'ers moeten veilig opgevangen kunnen worden op specifieke opvangplekken voor dakloze lhbtiq+'ers. Het wordt makkelijker om een aanpassing te doen van de geslachtsregistratie in de geboorteakte. En het mogelijk wordt om een $X$ op te nemen in de geboorteakte. Er wordt een einde gemaakt aan nietnoodzakelijke geslachtcorrigerende operaties bij baby's met een intersekse conditie, zoals in Portugal en Malta al gedaan is. Ivf-behandelingen worden vergoed en toegankelijk voor alleenstaande vrouwen en lesbische stellen. ### 3.4.2 Gendergelijkheid, nu Vrouwen hebben in Nederland nog lang niet overal gelijke rechten. Ze krijgen voor hetzelfde werk vaak minder betaald dan mannen, hebben minder goede toegang tot zorg en hulpverlening, en zijn vaker slachtoffer van geweld en misbruik. Dat moet anders. Alle middelgrote tot grote bedrijven en overheidsorganisaties worden verplicht om het genderevenwicht en de loonkloof tussen mannen en vrouwen in hun organisatie openbaar te maken en erover te rapporteren. Daarnaast moeten zij, als er geen sprake is van gendergelijkheid, een gendergelijkheidsplan hebben om voor die gelijkheid te gaan zorgen. Daarbij wil Volt dat Nederland het verdrag tegen geweld en intimidatie op het werk bekrachtigt. Er moet extra bescherming zijn voor vrouwen in kwetsbare posities. Bijna de helft van de Nederlandse vrouwen heeft aangegeven na haar 15e levensjaar slachtoffer te zijn geworden van lichamelijk of seksueel geweld. Volt wil dat geweld tegen vrouwen niet gezien wordt als privéprobleem, maar als een maatschappelijk probleem en dat de overdracht van huiselijk geweld na één generatie stopt. Er komt zo snel mogelijk een wet op draagmoederschap, waarbij draagmoederschap gereguleerd wordt en de overheid de kosten voor (commercieel) draagmoederschap vergoedt. Hierbij is aandacht voor de belangen van wensouders, draagmoeders en het kind. Daarnaast moet er in Europees en internationaal verband gezocht worden naar oplossingen om massaspermadonatie te stoppen en anonimiteit tegen te gaan. Er komt een gender-balanced kabinet (oftewel: gelijke representatie van mannen en vrouwen) met een betere afspiegeling van de diversiteit in de samenleving. ### 3.4.3 Herstel van ons slavernijverleden 150 jaar geleden werd de slavernij in Nederland afgeschaft. Nu, 150 jaar later, besteden we extra aandacht aan dit slavernijverleden met een herdenkingsjaar (van 1 juli 2023 tot 1 juli --- pdf_page: 40 --- 2024). Dat is belangrijk. Tot op de dag van vandaag is er nog altijd sprake van 'moderne' slavernij waar we onze ogen niet voor mogen sluiten. Juist door ons bewust te zijn van ons verleden kunnen we betere keuzes maken voor de toekomst, en dat is hard nodig. Daarom willen wij dat er meer aandacht komt voor het Nederlandse slavernijverleden. Daarvoor is het belangrijk dat er actief uitvoering wordt gegeven aan de excuses voor het slavernijverleden en dat er recht wordt gedaan aan de nazaten van de tot slaaf gemaakten. We leggen de excuses, erkenning en herstelmaatregelen voor het slavernijverleden wettelijk vast. Keti Koti, 1 juli, wordt een nationale vrije dag. De Gouden Koets wordt permanent geplaatst in het Nationaal Slavernijmuseum. Het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (NINsee) ontvangt structurele financiering, net zoals het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Deze financiering moet worden ingezet om het NINsee te steunen om een volwaardig kenniscentrum te kunnen zijn dat kennis verzamelt, beheert en ontwikkelt over de geschiedenis van het trans-Atlantische slavernijverleden en het koloniale verleden. Daarnaast willen we dat er meer onderzoek en aandacht komt voor het slavernijverleden van Indonesië en de rol van Nederland hierin. Hierover is nog te weinig bekend bij het brede publiek, doordat het jarenlang is gebagatelliseerd. ### 3.5 Gezondheid en welzijn Goede zorg moet beschikbaar en betaalbaar zijn voor iedereen. Met de groeiende en steeds ouder wordende bevolking is de manier waarop de zorg is ingericht niet langer houdbaar. Gezondheid en welzijn zijn randvoorwaarden om goed te functioneren als individu, maar ook als maatschappij. Om goede zorg betaalbaar en beschikbaar te houden voor iedereen nu en in de toekomst, wil Volt dat gewerkt wordt aan een gezond zorgsysteem. Een systeem dat gericht is op preventieve maatregelen om gezondheid te bevorderen en op zorg voor alle generaties en dat zelfbeschikking, gelijkheid en medezeggenschap hoog in het vaandel heeft. ### 3.5.1 Een Europese Gezondheidsunie Volt streeft naar een Europese Gezondheidsunie om een effectieve en solidaire gezondheidszorg in heel de EU te bevorderen. We willen een gezamenlijke aanpak om de gezondheid van alle inwoners van de EU te beschermen en te verbeteren. Dit omvat samenwerking tussen lidstaten, het delen van best practices en het waarborgen van gelijke toegang tot kwaliteitsvolle gezondheidszorg voor iedereen. We geloven ook in het versterken van de rol van Europese agentschappen zoals het Europees Geneesmiddelenbureau en het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding om een veerkrachtig en responsief Europees gezondheidssysteem op te bouwen. We kopen meer medicijnen gezamenlijk in op Europees niveau en we gaan door met de verdere ontwikkeling van een Europese farmaceutische strategie. Medicijnen en software die ontwikkeld zijn met publiek geld moeten onder EU-patent blijven, zodat de kosten en bevoorrading transparant en onder controle zijn. Dit draagt bij aan de betaalbaarheid van de zorg, aan Europese gelijkheid en verhoogt de pandemische paraatheid. De toename van antibioticaresistentie binnen de EU is een ernstig probleem en bestrijding daarvan moet meer prioriteit krijgen. We willen dit onderwerp vaker en nadrukkelijker op de agenda van de EU. We willen dat er een Europees fonds komt voor investeringen in de gezamenlijke, Europese ontwikkeling van geneesmiddelen voor zeldzame ziektes. We maken het makkelijker om zorg over de landsgrens heen te krijgen (in de grensregio's). Huidige wet- en regelgeving maakt dit momenteel onnodig lastig. Dat zagen we onder andere tijdens de coronapandemie, maar zien we ook wanneer bestaande instanties binnen de landsgrens niet de juiste zorg kunnen bieden. --- pdf_page: 41 --- We willen dat er mogelijkheden komen voor zorgpersoneel om in de EU ook buiten de eigen landsgrenzen te werken. Het zorgonderwijs wordt hierop aangepast en ingericht. We zetten daarbij als eerste in op uitwisseling en samenwerking met onze directe buurlanden. We willen dat seksuele en reproductieve gezondheid en rechten worden opgenomen in het EU-volksgezondheidsbeleid. Als onderdeel van de Europese Gezondheidsunie werken we in Europees verband aan het voorkomen van nieuwe pandemieën en verhogen we tegelijkertijd de pandemische paraatheid om optimale weerstand te kunnen bieden aan grensoverstijgende gezondheidscrises. ### 3.5.2 Aandacht voor de zorgvraag Ons huidige zorgsysteem is ingesteld op wantrouwen in plaats van vertrouwen. Dat moet wat ons betreft weer andersom. Dat betekent minder focus op verantwoording, zodat er weer meer aandacht komt voor de zorgvrager. Daarvoor is het nodig om een eenvoudiger zorgsysteem te bouwen, waar samenwerken in plaats van concurrentie weer centraal staat. Voor de doelmatigheid van de zorg is het essentieel om de financiële prikkels te veranderen. De huidige financiële prikkels zijn erop gericht om zo min mogelijk tijd te besteden aan patiënten en zo veel mogelijk medische handelingen te verrichten terwijl iets meer tijd en aandacht ook kan helpen om de zorgvraag terug te dringen. Daarbij zorgen de verschillende zorgwetten er momenteel voor dat cliënten regelmatig met veel verschillende zorgprofessionals te maken krijgen die niet goed (kunnen) samenwerken. Huisartsen geven aan dat naast het bevorderen van de gezondheid, meer tijd voor de patiënt ook zal bijdragen aan het terugdringen van het aantal huisartsen dat stopt. We gebruiken niet-gepersonaliseerde data om beter inzichtelijk te krijgen welke regio behoefte heeft aan welke zorg. Zo realiseren we op de specifieke zorgvraag een toegespitst zorgaanbod en verminderen we regionale gezondheidsverschillen. We zetten ons in voor een holistische benadering van patiënten. Een mens past heel regelmatig niet in slechts één van de hokjes. Daarbij speelt niet zelden de sociale, economische status ook een rol, zo zijn longmedicijnen niet de enige oplossing voor een kind dat ademhalingsproblemen heeft vanwege schimmel in huis. We halen perverse prikkels uit de zorgfinanciering. Zo moet het lonend zijn om patiënten en cliënten te helpen, te begeleiden en te genezen. Zorgaanbieders die kostenbesparend werken, door meer in te zetten op preventie, de menselijke maat en de zin of onzin van intensieve behandelingen in de laatste levensfase, moeten daar niet financieel voor worden gestraft. We maken veel meer gebruik van de kansen die digitale en hybride zorginnovaties bieden, onder andere door het stimuleren van de toepassing van AI en e-health in de zorg. We werken toe naar een eenvoudiger (financieel) zorgsysteem, dat niet concurrentie en versplintering stimuleert, maar samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid bevordert. Zodat er samen gekeken wordt wat het beste is voor de cliënt/patiënt, zonder dat de cliënt/patiënt met heel veel verschillende organisaties te maken krijgt. We zorgen dat zorgverzekeraars en andere financierders op dezelfde manier kwaliteitsdata gaan verzamelen om de administratieve lasten bij zorgaanbieders te verlagen. ### 3.5.3 Waardering van de zorgprofessional Om de zorgsector aantrekkelijk te houden om in te werken, zijn goed werkgeverschap, innovatie en een eerlijke beloning noodzakelijk. Momenteel komt $46 \%$ van de verzorgenden in de ouderenzorg elke maand geld tekort. De arbeidskrachtentekorten en het verzuim nemen toe in de sector zorg en welzijn. De verschillen tussen werkgevers zijn groot als het aankomt op verzuim, inzet van aantal zzp'ers en verloop van personeel. De lonen in de zorg laten we aansluiten op de lonen in de rest van de publieke sector. De lonen in de zorg liggen 6 tot 9 procent lager dan vergelijkbare functies in de markt. Die loonkloof voelen medewerkers extra in een tijd dat alles duurder wordt. Voor Volt betekent dit ook dat artsen en medisch specialisten zich dienen te houden aan de Wet Normering Topinkomens. Het werken in loondienst van de instelling moet de norm worden en door wetgeving worden ondersteund, ook voor artsen. Long covid wordt erkend als beroepsziekte voor zorgpersoneel dat via werk long covid opgelopen heeft. Volt pleit voor een ruime financiële compensatie en voor meer onderzoek naar long covid. We belonen zorgaanbieders die het goed voor elkaar krijgen om verzuim, inzet van zzp'ers en verloop laag te houden. Dit zijn de koplopers die ruimte hebben voor innovatie. We zorgen voor meer aandacht voor opleidingen in de zorg- en welzijnssector, onder andere door het afschaffen van het collegegeld voor deze opleidingen. We willen goed werkgeverschap voor mantelzorgers; dit betekent voldoende respijtzorg en ondersteuning om overbelasting te voorkomen en waarborgen voor voldoende financiële compensatie. ### 3.5.4 Brede preventie Een deel van de zorgvraag kan worden teruggedrongen met preventieve maatregelen. Volt ziet armoedebestrijding als preventiemaatregel nummer één voor een gezondere samenleving. Armoedebestrijding wordt onderdeel van het Nationaal Preventieakkoord. Volt wil dat sociale problematiek als armoede, huisvestingsproblemen en huiselijk geweld ook meegenomen worden in het Nationaal Preventieakkoord, dat nu vooral gericht is op het terugdringen van roken, alcoholmisbruik en overgewicht. We realiseren de rookvrije generatie zo snel mogelijk, voor zowel tabak als vapes. --- pdf_page: 42 --- We verhogen accijnzen, weren lobbyisten van de nicotine-industrie en verplichten importeurs van nicotineproducten een percentage van hun winst in een nicotinefonds te storten, dat kan worden aangewend om nicotinegebruik tegen te gaan. We verminderen overmatig alcoholgebruik door de zichtbaarheid, beschikbaarheid en betaalbaarheid te verminderen, onder andere door alcohol geheel uit supermarkten te weren. We breiden de wettelijke taak van preventie bij gemeenten uit en verankeren deze beter, zodat er meer aandacht komt voor een gezond leven, een gezonde leefomgeving en vroegsignalering. Daarvoor moet één procent van de zorgbegroting extra overgeheveld worden naar gemeenten. Preventieve en acute mondzorg brengen we terug in het basispakket. Dit doen we vanuit gelijkwaardige toegang tot goede zorg en omdat de gezondheidskosten bij een slecht onderhouden gebit vele malen hoger zijn dan de kosten voor preventie. We roepen de hiv-epidemie een halt toe door PrEP in Nederland laagdrempelig en breed beschikbaar te maken en te vergoeden vanuit de zorgverzekering. We maken anticonceptie gratis, bijvoorbeeld door het op te nemen in de basisverzekering. Ook menstruatieproducten moeten gratis beschikbaar zijn en worden aangeboden op publieke plekken. We investeren extra in het stoppen van intergenerationele overdracht van armoede en huiselijk geweld door onder andere meer te investeren in begeleiding en in vroegtijdige traumaverwerking om de gevolgen van een trauma (en herhaling), later in iemands leven, te minimaliseren. ### 3.5.5 Jongeren en hun omgeving Als we meer investeren in jongeren en hun thuissituatie, voorkomen we problemen op de lange termijn. Daarom verleggen we de focus in de jeugdzorg naar het gehele gezin en zorgen we dat jongeren langer toegang hebben tot deze zorg. Jeugdzorg wordt gezinszorg met de jongere als uitgangspunt. Dit betekent dat er breed gekeken wordt wat een gezin nodig heeft en dat medezeggenschap voor alle jongeren die betrokken zijn bij jeugdzorg goed geregeld is. We laten de leeftijdsgrens van 18 jaar los in de jeugdzorg met verblijf, zoals gezinshuizen en gesloten jeugdzorg. Nederlandse jongeren gaan gemiddeld op hun $23^{\text {ste }}$ uit huis, maar jongeren in de residentiële jeugdzorg moeten er op hun $18^{\text {de }}$ al klaar voor zijn. Volt wil dat een jongere minimaal tot de leeftijd van 23 jaar in jeugdzorginstellingen moet kunnen blijven als dit nodig is. In alle gevallen moet er ook sprake zijn van voldoende hulp bij deze transitie in de vorm van begeleiding en hulp bij het vinden van een huis en het regelen van inboedel. ### 3.5.6 Geef jonge gezinnen een goede start We vinden het belangrijk dat goede zorg en welzijn voor iedereen beschikbaar blijven. Dat we gezondheidsverschillen verkleinen in plaats van vergroten. Daarom willen we dat de zorg betaalbaar én beschikbaar is en blijft, voor alle generaties, nu én in de toekomst. Daarvoor is het belangrijk dat iedereen vanaf de geboorte de juiste zorg krijgt om zijn leven zo goed mogelijk naar eigen wens vorm te geven, ongeacht achtergrond, ziekte of handicap. Een inclusieve aanpak dus, waarbij we een ruimere invulling willen geven aan de Europese Richtlijn werk-privébalans. We zorgen voor flexibeler ouderverlof, met een minimum van 16 weken zwangerschapsen bevallingsverlof voor de moeder. De overige 30 weken kunnen partners onderling vrij verdelen. Het doorbetaalde loon bij ouderschapsverlof mag niet onder het minimumloon zakken. Dit betekent dat ouders die het minimumloon verdienen tijdens ouderschapsverlof 100\% in plaats van $70 \%$ van hun loon houden, zodat ouders met een laag inkomen ook ouderschapsverlof kunnen opnemen zonder in de financiële problemen te komen. Volt wil een nieuw wettelijk recht op een periode van 'aanpassingsverlof' om ouders van een kind met een intensieve zorgvraag in staat te stellen om zorgarrangementen op te zetten. We investeren in het tegengaan van hechtingsstoornissen. Kinderen met een hechtingsstoornis hebben geen gelijke kans op een stabiel, gezond en gelukkig leven. ### 3.5.7 Mentale gezondheid De mentale gezondheid van veel Nederlanders staat onder druk. Een steeds grotere groep jongeren heeft sinds de coronapandemie last van angst en depressie. Suïcide is op dit moment doodsoorzaak nummer één onder jongeren. Dat zijn pijnlijke statistieken. Statistieken die vragen om aandacht en investeringen. Er moet meer aandacht komen voor mentale gezondheid in het onderwijs, door mentale gezondheid als vak op te nemen in het curriculum. Daarbij wil Volt het onbegrip voor ADHD en autisme verkleinen met lesprogramma's voor leraren en medeleerlingen. We zorgen dat de geestelijke gezondheidszorg (ggz) beter toegankelijk wordt en voor jongeren tot 25 jaar gratis is. Drie kwart van de psychiatrische stoornissen manifesteert zich voor het 25ste levensjaar; laagdrempelige en adolescentvriendelijke hulp is hierbij van groot belang. We draaien de bezuinigingen op de ggz van de afgelopen kabinetten terug en investeren er weer in. Doelen zijn de wachtlijsten terugdringen en de beschikbare budgetten vergroten waardoor de ggz weer toegankelijk is voor iedereen die het nodig heeft. --- pdf_page: 43 --- Het is belangrijk dat de overheid een regiefunctie heeft in het borgen van suïcidepreventie voor de lange termijn, ook via wetgeving. We investeren in het bereikbaar houden van de hulplijn en in een verstevigde aanpak via de vierde Landelijke Agenda Suïcidepreventie. ### 3.5.8 Gelijke kansen voor ouderen We hebben als samenleving een zorgplicht voor elkaar. Alle ouderen moeten op een gelijkwaardige manier oud kunnen worden. We willen dat ouderen die niet meer thuis kunnen wonen en geen zicht meer hebben op terugkeer naar hun eigen huis, huur gaan betalen naar draagkracht. We schaffen het landelijke abonnementstarief af en maken ons hard voor herinvoering van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor alle maatschappelijke ondersteuning (met uitzondering van rolstoelen). ### 3.5.9 Zelfbeschikking Volt vindt zelfbeschikking in allerlei vormen heel belangrijk. We streven naar een inclusieve samenleving waarin iedereen zichzelf mag en kan zijn en eigen keuzes mag maken. Mensen met een vrijwillige en weloverwogen, blijvende stervenswens kunnen legaal en onder begeleiding toegang krijgen tot euthanasie. Hulp bij vrijwillige en weloverwogen euthanasie hoort niet thuis in ons Wetboek van Strafrecht. We willen vrije toegang tot abortus. Daarbij wordt duidelijke en toegankelijke educatie hierover, voor alle leeftijden, als cruciaal gezien. Abortus gaat uit het Wetboek van Strafrecht. Op deze manier wordt arbortus definitief uit de criminaliteit gehaald, naar het voorbeeld van onder andere Mexico, Cuba, Uruguay, Guyana en Argentinië. Tegelijkertijd nemen we zo ook het risico op het intrekken van het recht op abortus weg. Naast het beschermen van het recht op zelfbeschikking voorkomen we onwenselijke situaties zoals deze nu zijn ontstaan in bijvoorbeeld de VS en andere landen waar abortus, vaak opnieuw, illegaal verklaard is. Daarnaast pleit Volt voor een bufferzone rondom abortusklinieken waarin geen demonstranten mogen staan. ### 3.5.10 Inclusieve zorg Er is onvoldoende aandacht voor etnische en genderverschillen in de zorg. Extra onderzoek en aandacht kan voorkomen dat mensen verkeerd of niet gediagnosticeerd worden, omdat onderzoeken vaak niet representatief zijn voor de gehele bevolking. Zo hebben patiënten met een Zuid-Aziatische achtergrond een verhoogd risico op hart- en vaatziekten, ziet huidkanker er bij zwarte mensen anders uit dan bij witte mensen, en worden vrouwen verkeerd gediagnosticeerd omdat bij onderzoek het mannelijke lichaam in de praktijk de norm is. Er komt meer aandacht voor en onderzoek naar etnische en culturele verschillen in de zorg, om zo de gezondheidsverschillen en kennisachterstanden te verkleinen. We vergroten de aandacht voor en onderzoek naar de verschillen tussen mannen en vrouwen in de gezondheidszorg om de kennisachterstand hierin te verkleinen. We maken daarnaast werk van een landelijke strategie vrouwengezondheid. We maken transgenderzorg beter, toegankelijker en sneller beschikbaar. Met onder andere een een korter psychologisch traject en sneller toegang tot medicatie wanneer dit passend is voor de cliënt. De keuze voor wel of geen genderbevestigende therapie wordt volgens Volt gemaakt in de spreekkamer van specialisten, vrij van politieke standpunten. We zorgen onder andere voor meer opleidingsplaatsen voor medisch specialisten in transgenderzorg. We zorgen voor meer vroegsignalering, extra (preventieve) zorg en begeleiding voor de groep mensen met een verstandelijke beperking. Zij hebben vaker moeite om mee te komen in de zich digitaliserende wereld, zijn vaker slachtoffer van (seksueel) misbruik en belanden vaker in de gevangenis. ### 3.5.11 Sport als basis voor gezondheid Sport is voor Volt de basis van een gezonde en verbonden samenleving. Of het nu gaat om sport in het onderwijs, bij de lokale vereniging of op de televisie. Investeringen in sport verdienen zich over een langere periode altijd terug, zowel op individueel als maatschappelijk niveau. Een sportende samenleving zorgt voor betaalbare zorg, minder criminaliteit, meer innovatiekracht en meer saamhorigheid. Sporten is van belang voor de fysieke ontwikkeling, de fysieke en mentale gezondheid en ook voor de sociale cohesie. Daarom moet sporten voor ieder kind en iedere volwassene toegankelijk zijn. We zorgen voor een inclusieve en laagdrempelige toegang tot sport voor iedereen. Zo zorgen we voor meer bewegingsonderwijs en meer bewegingstoestellen in woonwijken, betere aansluiting tussen het onderwijs en sportverenigingen, en meer financiële middelen voor kinderen uit minimagezinnen om te sporten. We zorgen ervoor dat roken op de sportvereniging tot het verleden behoort, onder andere door alle sportverenigingen onderdeel te maken van de rookvrije generatie. We bevorderen inclusie in de (top)sport door meer aandacht voor anti-discriminatie en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag te verplichten. Vertrouwenspersonen worden verplicht voor (groepen van) sportverenigingen. We zorgen ervoor dat de sportsector tijdens een nieuwe pandemie zo goed en veilig als mogelijk open kan blijven om beweging en gezondheid te stimuleren. Zwemles wordt gestimuleerd en beter toegankelijk voor alle kinderen, mensen met een beperking en ouderen. Dit doen we onder andere door zwemles verplicht onderdeel van het bewegingsonderwijs te maken en wanneer er geen zwembad binnen fietsafstand van de school is, voor financiering van vervoer te zorgen. --- pdf_page: 44 --- Er komen meer clubkadercoaches die verenigingen ondersteunen bij specifieke hulpvragen, zoals een tekort aan vrijwilligers, het opleiden van trainers op pedagogisch vlak en het opstellen van begrotingen. Topsport verbindt mensen onderling en stimuleert zowel jongeren als volwassenen om zelf te gaan sporten. In de topsport vragen we meer aandacht voor gelijkwaardigheid van (transgender)vrouwen en sporters met een beperking. Volt pleit voor de inclusie van transvrouwen in de topsport, vrij van desinformatie. We zorgen ervoor dat sporttalenten topsport en onderwijs beter met elkaar kunnen combineren door meer flexibiliteit en door meer financiële middelen voor talenten uit sociaal-economisch kwetsbare gezinnen. Volt pleit voor een gelijkwaardige behandeling van vrouwensport (ten opzichte van mannensport) en van parasport, onder andere door middel van meer zendtijd en verslaggeving op de publieke omroep. # 3.6 Gelijke kansen en welvaart in elke regio Iedereen heeft recht op gelijke kansen, ongeacht waar je woont: in de EU of in Caribisch Nederland, in de Randstad of in een grensregio, in een dorp of in een stad. Om die gelijke kansen mogelijk te maken, moeten we durven ongelijkelijk te investeren. Daarboven willen wij dat bij het verdelen van gelden over regio's, de spreiding van onderwijs, zorg, werk, cultuur en publieke diensten zo wordt ingericht, dat deze voor iedereen in Nederland goed toegankelijk zijn. We willen betere toegang tot cultuureducatie en bibliotheken door de financiering die gemeenten ontvangen voor cultuureducatie te verhogen en door de leeftijdsgrens voor een gratis lidmaatschap van de openbare bibliotheek te verhogen. Er moet goed bereikbaar en beschikbaar regionaal openbaar vervoer zijn, zodat iedereen, overal in Nederland, zich met het openbaar vervoer kan verplaatsen en werk, onderwijs en zorg goed bereikbaar blijven. We willen een structurele investering in onderwijsregio's om zo het onderwijs beschikbaar te houden en het lerarentekort terug te dringen. In onderwijsregio's nemen partijen gezamenlijke verantwoordelijkheid voor hun regionale onderwijsarbeidsmarkt. Door samen te werken in de regio bij het werven, koppelen, opleiden, begeleiden en professionaliseren kunnen ze beter inspelen op de personeelstekorten. We moeten meer investeren in de regionale samenwerking tussen onderwijs en het bedrijfsleven, om zo de regionale economie en leefbaarheid te bevorderen. Wij willen dat de Groningers eindelijk een goede, simpele en snelle afwikkeling van schade en versterking van hun huizen krijgen, waarbij zij zelf een volwaardige stem hebben. We willen dat de ereschuld aan Groningen wordt ingelost op een manier zoals de Groningers dat willen. --- pdf_page: 45 --- ### 3.7 Kunst en cultuur Kunst en cultuur zijn overal om ons heen. In onze mooiste herinneringen, in onze lievelingsverhalen en films, de muziek waar we geen genoeg van kunnen krijgen of de tekeningen op de koelkast. Kunst en cultuur helpen ons om ons te ontwikkelen, als individu én als collectief. Daarmee kunnen kunst en cultuur ons verbinden. Met nadruk op 'kunnen', want de kunst- en cultuursector moet en kan diverser en inclusiever. Kunst en cultuur helpen ons ook datgene te ontdekken wat we misschien nog niet kennen, door ons uit onze regionale, nationale of Europese bubbel te halen en ons te leren over bekende of nieuwe menselijke waarden. Kunst en cultuur verwoorden en verbeelden wat een samenleving bezighoudt en maakt het gesprek over gevoelige onderwerpen mogelijk. Vooral tijdens de periode met de coronamaatregelen is duidelijk geworden hoezeer kunst, cultuur en entertainment bijdragen aan ons welzijn. In de bredewelvaartagenda wil Volt een rol voor kunst en cultuur: om onderwerpen te agenderen, bespreekbaar te maken om zo het welzijn van alle inwoners te verhogen. Hierin ziet Volt ook een belangrijke rol voor het cultureel erfgoed. Wij geloven dat we met de kennis van het verleden betere keuzes kunnen maken voor de toekomst. Cultureel erfgoed geeft ons daartoe de mogelijkheid: om echt eens in de wereld en identiteit van onze voorouders te kijken; wat zij gezien, gehoord of ervaren hebben. Daar moeten we zuinig op zijn. Denk bijvoorbeeld aan de molens van Kinderdijk, de grachtengordel in Amsterdam, Willemstad op Curaçao, de Waddenzee (samen met Duitsland en Denemarken), de Koloniën van Weldadigheid (samen met België) en de Neder-Germaanse Limes (samen met Duitsland). Erfgoed draagt bij aan onze nationale en Europese identiteit. Er bestaan verschillende Europese initiatieven om Europeanen meer te verbinden met elkaar door middel van cultuur- en kunstsubsidies, zoals 'Culture Moves Europe' van de Europese Commissie. Volt wil dat we ook voor de Nederlandse overheid het verbinden van Europeanen een zwaarwegend doel maken bij het uitgeven van cultuursubsidie. Met name in de grensregio is het verbinden van Europeanen essentieel voor de samenleving. We maken openbaar erfgoed, musea en culturele instellingen gratis voor iedereen onder de 26 jaar, zoals ook in Frankrijk het geval is. Zo maken we kunst en cultuur laagdrempelig bereikbaar voor iedereen, ongeacht sociaal-economische status. We willen dat duurzaamheidsstandaarden bij het behoud van cultureel erfgoed als monumenten aangescherpt worden. Om ons erfgoed door te kunnen geven aan de volgende generaties, is aanpassing van monumenten aan de hedendaagse eisen en wensen van de gebruiker en leefomgeving noodzakelijk. Volt wil daarbij aandacht voor monumenten in elke regio. We zorgen dat historische figuren in de juiste, complete historische context worden geplaatst. Verheerlijking van historische figuren die misdaden tegen de menselijkheid hebben gepleegd, past niet in ons beeld van een menswaardige samenleving. Geroofde kunst of erfgoed moet terug naar de rechtmatige eigenaren. Bij gebruik moet er een bruikleenovereenkomst op gelijkwaardig niveau komen. Pas met toestemming van het land van herkomst mag een replica of 3D-kopie gemaakt worden. We dringen de marktwerking in de Nederlandse archeologie terug, die met het ratificeren van het Verdrag van Valletta is geïntroduceerd. De overheid krijgt een sterkere rol als bevoegd gezag in onder andere de besteding van onderzoeksgelden. Deze is nu te sterk financieel gedreven. De bestaanszekerheid van culturele en creatieve makers moet vergroot worden. Zij voorzien met hun werk in een basisbehoefte van onze democratie en samenleving. We vergroten de gelijkwaardigheid en inclusiviteit in en van de sector. We zorgen ervoor dat de bestaanszekerheid van het gehele creatieve team versterkt wordt, in plaats van slechts die van de individuele maker. Daarom wil Volt, net als de Raad voor Cultuur, alle BIS-instellingen verplichten om per 1 januari 2025 collectieve tariefafspraken te maken voor alle werknemers en zzp'ers. We willen dat diversiteitscriteria bij de toekenning van subsidies aan makers onverminderd toegepast worden. Zo wil Volt onder andere de positie van vrouwen en mensen met een biculturele of migratieachtergrond in de cultuursector verstevigen. We zorgen voor een evenwichtige spreiding tussen centrale instellingen met nationale en internationale betekenis en instellingen met lokale en regionale betekenis. We koesteren plaatselijke/regionale gebruiken, sporten of ambachten en ondersteunen behoud en verspreiding van kennis hierover. We ondersteunen (culturele) uitingen, zoals bijvoorbeeld toneel en locatietheater, in het Fries en in minderheidstalen en dialecten. Hiermee geven we invulling aan ons streven naar behoud van eigen identiteit, tradities en diversiteit binnen de Europese context. --- pdf_page: 46 --- # 4. Een nieuwe economie We hebben een écht nieuw economisch systeem nodig. Het oude marktdenken, waarin economische groei voorop stond, is failliet. De enige reden dat het nog bestaat is omdat we het kunstmatig in stand houden, met scheve subsidies en noodpakketten. Het economische systeem van de toekomst is een groen systeem van brede welvaart dat het geluk van de natuur en de mens ondersteunt; dat gericht is op innovatie, sociale rechtvaardigheid en strategische autonomie. Eén 'nuluitstootsamenleving', waarin technologische innovaties het verdienvermogen van de EU veiligstellen, en de vrije markt begrensd is door wat de aarde aan kan en wat mensen nodig hebben. Of het ons goed gaat, wordt bepaald door hoe schoon en veilig onze leefomgeving is, hoeveel voorzieningen er in de buurt zijn, hoe goed het onderwijs is en hoe sterk ons sociale netwerk. Die brede welvaart moet het ijkpunt zijn voor het handelen van de overheid. Een nieuw economisch systeem vergt vergaande en harde keuzes. Fossiele industrieën gaan we zwaar belasten en fossiele subsidies bannen we uit. Vervuilers gaan meer betalen en we stimuleren een andere manier van consumeren. Recyclen, hergebruiken en repareren worden de norm en de overheid stuurt hier actief op aan. Die weg naar verandering biedt veel kansen. We stimuleren innovatieve en nieuwe bedrijven, creëren nieuwe banen en stellen ons op als koploper in de wereld met het gebruik van waterstof en groene energie. We belasten arbeid minder, en vermogen vervuilend consumeren en gebruik meer, dragen zorg voor een Europees minimumloon en gaan de uitdagingen van onze tijd gezamenlijk aan. --- pdf_page: 47 --- ### 4.1 Belastingen en toeslagen We zullen later met verbazing terugkijken hoe complex wij het belastingstelsel en het stelsel sociale zekerheid hebben gemaakt. De grote hoeveelheid toeslagen, complexe fiscale regelingen en verschillende uitkeringen hebben het systeem een waar doolhof gemaakt waar niemand uit lijkt te komen. We willen af van die complexiteit en toe naar eenvoud. We moeten toe naar een rechtvaardig, toekomstbestendig en uitvoerbaar systeem dat voor iedereen werkt. Een rechtvaardig belastingstelsel verdeelt inkomens en vermogens op een eerlijke manier tussen de huidige en toekomstige generaties, tussen zelfredzame en kwetsbare inwoners, tussen inwoners en bedrijven, en tussen mensen in verschillende lidstaten van de EU. Een toekomstbestendig belastingstelsel moedigt aan om in te zetten op maatschappelijk welzijn, namelijk door werken, recyclen of sociale investeringen te stimuleren. Het ontmoedigt zaken die maatschappelijk welzijn schaden, zoals roken, vervuilen of verspillen. Dit helpt om mens en natuur weer met elkaar in balans te brengen. Een uitvoerbaar belastingstelsel zorgt ervoor dat inwoners weten waar ze aan toe zijn en dat de meest kwetsbare mensen krijgen waar ze recht op hebben. Dat is vanwege de grote complexiteit nu vaak niet het geval. Verder willen we een belastingstelsel dat uitgaat van een Verenigd Europa. In een globaliserende wereld is het nationaal heffen van belasting steeds minder effectief. Daarom moeten we, waar dat kan en nuttig is, meer samenwerken in Europees verband. Verdere fiscale samenwerking tussen Europese landen creëert een gelijk speelveld voor bedrijven en inwoners en gaat belastingontwijking en -ontduiking tegen. De extra opbrengsten kunnen worden ingezet voor maatschappelijke doelen als bestaanszekerheid, zorg en onderwijs, en voor economische doelen als innovatie en verduurzaming. ### 4.1.1 Vergroening van het belastingstelsel Ons huidige belastingstelsel staat vergroening niet alleen in de weg; het faciliteert zelfs vervuiling. Zo is de belasting op grondstoffen, verbruik en vervuiling te laag en is de belasting op arbeid te hoog. Ons stelsel kent bovendien veel fossiele vrijstellingen, met als resultaat: bergen met afgedankte elektrische apparaten en grootgebruikers van kolen en aardgas die aanzienlijk minder betalen dan kleine gebruikers. Dit is allesbehalve toekomstbestendig voor mens en natuur. We moeten toe naar een stelsel waarin recycling en hergebruik worden gestimuleerd en er geen accijnsvrijstellingen meer zijn voor kerosine. Om de transitie te maken naar een klimaatneutraal Nederland, zijn grote wijzigingen nodig. In een rechtvaardig systeem betalen vervuilers voor de milieukosten die zij veroorzaken en belonen we groene consumenten en producenten met belastingvoordelen. Daarbij is het van belang dat we de herverdelingseffecten goed in kaart brengen. Voor de meest kwetsbare huishoudens komen aanvullende maatregelen, zodat zij niet onbedoeld de dupe worden van belastingverhogingen. We belasten al het gebruik van hulpbronnen. Daarom komt er een uniform btw-tarief van $15 \%$ vast voor alle goederen en diensten. Alle uitzonderingen, inclusief het $0 \%$-tarief en lage btw-tarief, schaffen we af. Om de koopkracht van mensen te beschermen, verlagen we de belastingdruk op arbeid en voeren we een basistoelage in. We zorgen ervoor dat de vervuiler betaalt. Daarom heffen we alle vrijstellingen op de energiebelasting en accijnsvrijstellingen op, met uitzondering van de stadsverwarmingsregeling. De belasting op leidingwater, afvalstoffen, kolen en gas wordt met $25 \%$ verhoogd. Door milieukosten in rekening te brengen, zullen producenten en consumenten verstandiger omgaan met het verbruik van primaire grondstoffen. We plaatsen een heffing op kunstmest, niet-afbreekbare smeermiddelen, en belastingen op vlees, zuivel en suikerhoudende alcoholvrije dranken. De opbrengsten hiervan worden gebruikt om gebruik en productie van duurzame producten te stimuleren. We schaffen de motorrijtuigenbelasting af. In plaats daarvan komt er een kilometerheffing waarbij rekening wordt gehouden met het type voertuig, de uitstoot en de tijd en plaats van rijden. Hiermee belasten we de effecten van autorijden, in plaats van het autobezit. Het grondstofverbruik bij de productie van voertuigen wordt in rekening gebracht door motor- en rijtuigenbelasting (bpm) te heffen op $\mathrm{CO}_{2}$-grondslag. We willen minder vluchten in heel de EU. In Europees verband schaffen we de accijnsvrijstelling op kerosine af. In Nederland belasten we de industrie met een pakket aan maatregelen, zoals een tariefverhoging van bijna 50 euro voor middellange vluchten en 130 euro voor lange vluchten. De opbrengsten worden gebruikt voor het verbeteren van het ovnetwerk. --- pdf_page: 48 --- ### 4.1.2 Vermogensongelijkheid tegengaan Vermogen is in ons land niet eerlijk verdeeld. Niet alleen die verdeling, maar ook de gevolgen daarvan zijn oneerlijk. Het is niet eerlijk dat het vermogen van je familie je kansen bepaalt, dat je spaargeld bepaalt in hoeverre je jezelf kunt ontwikkelen, of dat geld inwisselbaar lijkt te worden voor macht bij politieke besluitvorming. De oneerlijke verdeling belemmert veel mensen om de kansen te grijpen die ze verdienen. Daarom willen we dat de overheid belastingmaatregelen introduceert die de vermogensongelijkheid vermindert in plaats van versterkt. Er wordt een progressieve vermogensbelasting geïntroduceerd voor vermogens boven één miljoen euro. De bedrijfsopvolgingsregeling wordt afgeschaft. In plaats hiervan verruimen we de mogelijkheid om bij de overheid te lenen om financiering mogelijk te maken. De erf- en schenkbelasting wordt aangepakt door deze relatie-onafhankelijk te maken. Daarnaast zal er voor bedragen tot 150.000 euro een tarief van $30 \%$ gelden en daarboven een tarief van $40 \%$. In de erfbelasting zal de eerste 10.000 euro worden vrijgesteld. De schenkvrijstelling voor de eigen woning wordt afgeschaft en blijft afgeschaft. ### 4.1.3 Rechtvaardige bijdrage van iedereen De afgelopen energiecrisis en de bijkomende inflatie hebben nogmaals duidelijk gemaakt dat de winsten van bedrijven ten koste van mensen kunnen gaan. Terwijl de werkende bevolking steeds meer moeite heeft met het betalen van hun basisvoorzieningen, maken bedrijven torenhoge winsten. Dat moet en kan anders. Er komt een Europese meevallersheffing voor bedrijfswinsten. Zo belasten we onredelijk hoge winsten die behaald zijn als gevolg van een crisis. Denk hierbij aan de hoge winsten van energiebedrijven na de Russische invasie in Oekraïne. Wij streven naar een eenvoudiger belastingstelsel waardoor het begrijpelijker wordt voor de inwoner en handhaving eenvoudiger wordt. Daarbij maakt het niet uit voor het belastingtarief of inkomsten worden verkregen uit arbeid, onderneming, winst uit een vennootschap of winst uit vermogen. Dit voorkomt 'boeheppen'. We belasten alleen daadwerkelijke inkomsten. De afschaffing van toeslagen, heffingen en aftrekposten worden gecompenseerd door nieuwe en simpeler belastingtarieven. We gaan uit van het basisprincipe 'de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten'. We willen de belastingontwijking door bedrijven tegengaan met een Europese aanpak. Het versoberen van de vele fiscale regelingen en het meer gelijktrekken van de belastingtarieven op nationaal niveau dragen hieraan bij. Maar dan zijn we er nog niet. Het vrije verkeer in de EU zorgt er namelijk voor dat het relatief gemakkelijk is om je hoofdvestiging te verplaatsen. Door toe te werken naar harmonisatie van de belastingen in de EU kan dit worden beperkt. Voor bedrijven die verhuizen naar een land met een lagere belastingdruk komt er een Exit Tax. Dit houdt in dat bedrijven die gebruik hebben gemaakt van de voorzieningen in Nederland en besluiten te vertrekken, nog een gemaximeerd aantal jaren aanvullend belasting blijven betalen aan Nederland. ### 4.1.4 Schrappen ongerichte belastingvoordelen Het is tijd voor een grote schoonmaak van ons belastingstelsel. Daarom willen we de vele fiscale regelingen versoberen of afschaffen. Ons belastingstelsel kent namelijk veel ondoelmatige en ondoeltreffende regelingen die de schatkist jaarlijks zo'n 120 miljard euro kosten. Veel van deze regelingen dragen niet bij aan de brede welvaart, maar zijn voornamelijk gericht op kleine, specifieke groepen. We schrappen ondoelmatige regelingen als de landbouwvrijstelling, het verlaagde btw-tarief voor de sierteelt en de oldtimervrijstelling. De exploderende huizenprijzen worden in de hand gewerkt door de belastingvoordelen voor huizenbezit. Dat is niet alleen oneerlijk naar de mensen toe die zich het kopen van een huis niet kunnen veroorloven, maar het verstoort ook nog eens de markt en benadeelt starters. We schaffen de belastingvoordelen van eigenwoningbezit af, zoals de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait. Om de overgang te verzachten, zal dit in fases gebeuren, waarbij het afbouwpad loopt tot 2030. We voeren een gemeentelijke heffing op de stijging van grondwaarde in. We willen een vermogenswinstbelasting van $10 \%$ op de gerealiseerde overwaarde bij de verkoop van een pand. Notarissen leveren de benodigde gegevens aan bij de Belastingdienst (net zoals bij de overdrachtsbelasting). ### 4.1.5 Bestaanszekerheid voor iedereen In Nederland dragen de sterkste schouders niet de zwaarste lasten. Ons belastingstelsel gaat dat niet tegen, maar werkt dat zelfs in de hand; het vergroot de ongelijkheid. Aan de ene kant betalen de hoogste inkomens relatief gezien steeds minder belasting doordat zij meer van hun inkomen uit kapitaal halen. Aan de andere kant verdient een steeds grotere groep mensen minder dan het bestaansminimum terwijl zij voltijds werken. Dat is onacceptabel. We pakken armoede keihard aan door het huidige systeem rechtvaardig, simpel en uitvoerbaar te maken. Het huidige systeem is namelijk onnodig complex en staat bol van niet-doeltreffende maatregelen. We schaffen regelingen af en we putten meer uit de collectieve middelen. Zo versimpelen we het systeem radicaal én financieren we sociale regelingen op een progressieve manier. Er komt een maandelijkse huishoudtoelage die alle toeslagen vervangt. Deze inkomensonafhankelijke toelage bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. --- pdf_page: 49 --- Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd. Ook alleenstaande ouders ontvangen extra geld boven op de basisuitkering. We schaffen alle toeslagen, heffingskortingen, aftrekposten, vrijstellingen en de werkgevers- en werknemerspremies af. Al deze regelingen worden afgedekt door invoering van de nieuwe huishoudtoelage en door uitbreiding van de inkomstenbelasting met een aantal schijven. Hiermee zet Volt een eerste, grote stap op weg naar een basisinkomen. We verhogen het minimumloon voor nu naar 14 euro per uur, waarbij we een verdere stijging zeker niet uitsluiten. Verdere stijging van het minimumloon mag alleen niet ten koste gaan van kleine ondernemers, en zo, onbedoeld, grote bedrijven in de kaart spelen. De gekoppelde minimum- en AOW-uitkeringen volgen deze stijging niet, aangezien deze het sociaal minimum nu al garanderen. De huishoudtoelage wordt op zo'n manier aangepast dat de huishoudens met de laagste inkomens in ieder geval op het nieuwe sociaal minimum uitkomen. We schaffen het minimumjeugdloon geleidelijk af door het gelijk te trekken met het wettelijk minimumloon. Zo zorgen we ervoor dat iedere werkende vanaf achttien jaar een fatsoenlijk loon krijgt. De zorgkosten moeten voor een groter deel uit de collectieve middelen betaald worden. Zo kunnen we de nominale zorgpremie verlagen en neemt het besteedbaar inkomen van uitkeringsgerechtigden toe. We breiden het aantal tariefschijven in box 1 van de inkomstenbelasting uit, en passen deze op zo'n manier aan dat niemand meer onder het sociaal minimum hoeft te leven. Over het algemeen zullen de tarieven lager worden, om de belastingdruk op arbeid te verminderen. Mensen houden zo meer geld over. Samen met het afschaffen van het toeslagensysteem zal dit ervoor zorgen dat het loont om meer te werken. In ons nieuwe stelsel zullen voorzieningen worden betaald uit de collectieve middelen, waardoor iedereen hier recht op heeft. Bovendien worden hierdoor alle voorzieningen op een progressieve manier gefinancierd; de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. Er komt één sociaal stelsel voor werkenden: zelfstandigen krijgen net als werknemers rechten binnen de WW, WAO en WIA. Dat betekent dat zij dezelfde bescherming krijgen als werknemers die in loondienst zijn, en dat zij hiervoor premies betalen. Iedereen, inclusief een niet-werkende, krijgt recht op kinderopvang. Dit wordt grotendeels betaald uit de collectieve middelen. We voeren binnen heel de EU een tijdelijke staatsburgerbelasting in. Wanneer iemand bijvoorbeeld vanuit Nederland naar een land met lagere belastingen verhuist, moet diegene het verschil voor een bepaalde tijdsperiode blijven afdragen aan Nederland. Die tijdsperiode hangt af van de mate waarin iemand gebruik heeft gemaakt van de publieke voorzieningen in Nederland. Zo gaan we belastingontwijking tegen. Ten behoeve van verduurzaming en innovatie wil Volt regionale fondsen extra middelen geven om durfkapitaal te kunnen uitlenen aan ondernemers en burgerinitiatieven. --- pdf_page: 50 --- ## 4.2 Een duurzame en circulaire economie Het voortdurende, overmatige gebruik van natuurlijke hulpbronnen is niet houdbaar. We overschrijden continu de grenzen van onze planeet en we zijn daarin bovendien erg afhankelijk van het buitenland. Zo hebben we veel cruciale grondstoffen van buiten de EU nodig om de klimaattransitie te realiseren, zoals koper en kobalt. Het importeren van die grondstoffen moet op een eerlijke en duurzame manier gebeuren. In ruil voor de grondstoffen die we vanuit bijvoorbeeld Afrikaanse landen importeren, exporteren wij, op basis van gelijkwaardigheid en onder bepaalde voorwaarden, kennis en technologie om daar de lokale economie te helpen opbouwen. Om minder afhankelijk te worden van andere landen en grootmachten in de toelevering van cruciale grondstoffen, moeten we veel meer inzetten op het verminderen, hergebruiken én recyclen van producten, materialen en grondstoffen. Hiermee verminderen we onze vraag naar grondstoffen van buiten de EU én zorgen we ervoor dat er minder schade aan milieu en klimaat wordt toegebracht. Zo gaan we van wegwerpmaatschappij naar een circulaire maatschappij. Er komt een verbod voor producenten om ongebruikte producten, zoals kleding en elektronica, te vernietigen of te dumpen. Op deze manier zorgen we ervoor dat bijvoorbeeld fast fashion langzaam maar zeker tot het verleden behoort. We breiden het recht op reparatie fors uit en bekijken per specifieke productgroep hoe we dat gaan doen. ### 4.2.1 Bewust consumeren Duurzaam consumeren is een essentieel onderdeel van de circulaire economie. Het helpt onze ecologische voetafdruk fors te verkleinen, hier in de EU en daarbuiten. We rekenen de milieu- en sociale impact van producten strenger mee in de prijzen van producten, bijvoorbeeld in de vorm van een $\mathrm{CO}_{2}$-belasting. Zo verleiden we consumenten duurzame producten te kopen en stimuleren we bedrijven om hun producten duurzamer te maken. Met de opbrengsten hiervan maken we duurzame producten goedkoper. We werken toe naar één Europees duurzaamheidslabel. Zo kunnen consumenten zien of het product dat zij kopen, of dit nu om kleding of voedsel gaat, echt duurzaam is of niet. De grote hoeveelheid labels van nu zorgt voor verwarring. We maken zichtbaar welke bedrijven zich schuldig maken aan greenwashing en/of het niet respecteren van mensenrechten bij de productie van hun goederen (naming and shaming). Ook verhogen we de boetes hierop. In 2030 zijn er alleen nog maar duurzame producten op de Europese markt. Daar hebben we nieuwe wet- en regelgeving voor nodig. We zorgen ervoor dat zo veel mogelijk producten milieuvriendelijk tot stand komen, lang meegaan en makkelijk hergebruikt kunnen worden. Dit doen we door de voorwaarden voor het ecologische ontwerp van producten aan te scherpen. We willen toe naar goed recyclebare producten. Dat betekent dat we op Europees niveau willen werken aan het definiëren van categorieën voor recyclebare stoffen. Op producten die in de EU verkocht worden moet te zien zijn uit welke categorieën recyclebare stoffen ze bestaan en hoe deze categorieën moeten worden gescheiden aan het einde van de levenscyclus van een product. ### 4.2.2 Verduurzaming van de financiële sector Het is ontzettend belangrijk dat de financiële sector zich gaat houden aan de afspraken van het Klimaatakkoord van Parijs. De verduurzaming van de financiële sector gaat momenteel te traag, mede doordat de afspraken over de doelen, de acties en het tijdspad te vrijblijvend zijn. Daarnaast is de sector niet verplicht om een eigen klimaatplan in te dienen, en dat terwijl de sector een grote rol kan spelen in de groene transitie. We hebben heldere, bindende en afrekenbare afspraken nodig voor de financiële sector op het gebied van duurzaamheid, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs. Bedrijven in de financiële sector worden verplicht tot het indienen van een klimaatplan, waaruit blijkt wanneer en hoe zij hun bedrijfsvoering in lijn brengen met het Klimaatakkoord van Parijs. --- pdf_page: 51 --- # 4.3 Een innovatieve economie De VS en China hebben, ten opzichte van de EU, een grote voorsprong in het behouden en aantrekken van techbedrijven. En dat terwijl wij als EU qua kennis over meer potentie beschikken. Die potentie moeten we benutten. Daarom willen we dat er één, ambitieuze, Europese industriepolitiek komt, waarbinnen een ondernemende overheid als co-investeerder innovatie stimuleert en risico's wegneemt. Zo bereiden we de weg voor het opbloeien van innovatieve bedrijven, en stellen we het verdienvermogen en de potentieel leidende geopolitieke positie van de EU voor de toekomst veilig. Overheidsinstanties, gericht op het Nederlandse vestigingsklimaat, moeten zich richten op het aantrekken, creëren en behouden van sleuteltechnologieën en techbedrijven. Hiervoor maken zij samen met partnerorganisaties van andere EUlidstaten een gezamenlijke strategie. We beconcurreren elkaar niet in de EU, we vullen elkaar aan. We bewerkstelligen een topsectorenen innovatiebeleid waarbij vanuit één nationale innovatievisie, in relatie tot de rest van de EU, strategisch gekeken wordt welke techbedrijven kunnen bijdragen aan ons maatschappelijke verdienvermogen voor de toekomst. We zorgen ervoor dat kapitaalverschaffers zoals banken, (durf)investeerders en innovatieve start-ups en scale-ups elkaar binnen de EU beter weten te vinden. De totstandkoming van een kapitaalmarktunie en een bankenunie zouden daar in belangrijke mate toe bijdragen. Daarnaast maakt Volt zich hard voor één groot, Europees durfkapitaalfonds waarmee nieuwe, pan-Europese innovaties op het gebied van bijvoorbeeld klimaat en duurzaamheid aangejaagd kunnen worden. We nemen de tijdrovende en complexe regelgeving bij investeringen van de European Investment Bank (EIB) weg, zodat start-ups en scale-ups hier eerder voor in aanmerking komen. ### 4.3.1 Investeren in de toekomst De EU heeft de potentie om de thuisbasis te worden van de techkampioenen van de toekomst. Daarvoor hebben we een investeringsklimaat van wereldniveau nodig voor Europese en Nederlandse start-ups en scale-ups. Nu heeft de EU nog relatief weinig durfinvesteerders die in een vroeg stadium, bijvoorbeeld wanneer technologieën nog in de onderzoeksfase binnen een universiteit verkeren, al willen investeren. Universiteiten zijn over het algemeen ook niet goed toegerust om onderzoekers te helpen met het doorontwikkelen en vermarkten van hun technologie. Daarom willen we de bestaande drempels voor ondernemende onderzoekers en durfinvesteerders zo laag mogelijk maken. We creëren speciale start-up- en scale-upfondsen waarmee de overheid als hoogrisico-coinvesteerder specifieke investeringsrisico's wegneemt. Dat maakt het risico/ rendementsprofiel voor private investeerders aantrekkelijk genoeg om in te stappen. Ook zorgen we ervoor dat binnen universiteiten meer aandacht komt voor het doorontwikkelen van nieuwe technologieën. Onze stip op de horizon? De realisatie van een Europese 'Silicon Valley', waar ondernemende wetenschappers, ondernemers, overheidspartijen en investeerders samenwerken. De overheid neemt een leidende en sturende rol op zich in de ontwikkeling van een volwassen start-upklimaat door niet alleen gerichter maar ook méér te investeren in start-ups. Dit doet de overheid zowel via bestaande fondsen/incubators/ accelerators als nieuwe fondsen. Deze organisaties zullen niet alleen vanuit de Nederlandse begroting, maar ook vanuit Europese gelden gekapitaliseerd worden. Volt biedt start-ups en scaleups verschillende mogelijkheden voor gerichte ondersteuning, afhankelijk van de behoeften in de verschillende ontwikkelingsfases. Dit zorgt voor meer maatwerk en betere resultaten. We verkennen de opties voor het aanbieden van meer mogelijkheden tot het financieren van start-ups tegen een risicovrije rente. Zo helpt de overheid start-ups door de kritieke ontwikkelingsfase. We trekken meer durfkapitaal uit de private sector aan, doordat de overheid zelf ook meer investeert in start-ups. Het aandeel van durfkapitaal in Nederland moet en kan verder worden vergroot. Het Nationaal Groeifonds schaffen we af en de vrijgekomen gelden komen ten goede aan Invest-NL en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's). Hiermee vergroten we de zichtbaarheid en slagkracht van de ROM's. Daarnaast stimuleren we de onderlinge samenwerking en uitwisseling tussen de verschillende ROM's. Hierdoor krijgen bedrijfsactiviteiten op de beste plek in Nederland steun en kunnen zij verder ontwikkeld worden. Er komt één centraal loket (een one-stop-shop) voor innovatieve en sociaalmaatschappelijke ondernemers waar zij terecht kunnen met hun vragen over bijvoorbeeld subsidieaanvragen. We gaan onderzoeken hoe start-ups in de eerste jaren van hun ontwikkeling vrijgesteld kunnen worden van de afdracht van pensioenpremies. Zo zorgen we ervoor dat deze kosten de innovatie niet onnodig remmen. ### 4.3.2 Onderzoek als basis voor innovatie De basis voor een sterke, innovatieve economie zijn kennisinstellingen die voldoende ruimte en middelen krijgen voor fundamenteel en toegepast onderzoek. We hebben sterke kennisinstellingen in Nederland, waar talloze nieuwe technologieën worden uitgevonden en in samenwerking met het bedrijfsleven worden toegepast. Denk bijvoorbeeld aan de farmaceutische bedrijven in Leiden, de HighTech Campus in Brainport Eindhoven, --- pdf_page: 52 --- Groene Biotechnologie in Wageningen of Nanotechnologie in Delft en Twente. Bij deze kennisinstellingen worden fotonen-, kwantum- en nanotechnologieën en AI ontwikkeld en toegepast. Deze technologieën vormen de sleutel om de deur naar een nieuwe economie te openen. Volt wil deze kennisinstellingen aanjagen en hun financiering uitbreiden. Dit doen we bijvoorbeeld door fondsen en subsidieregelingen sectoraal in te richten en te specificeren voor een bepaalde fase van een onderzoek. Daarnaast moet er meer ruimte komen om met de beschikbare budgetten te experimenteren. Er komt vaste financiering voor fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek en praktijkgericht onderzoek. Voor fundamenteel, toegepast en praktijkgericht onderzoek is het van belang om zekerheid te bieden voor de lange termijn. Zo kunnen onderzoekers meer risico nemen voor innovatief onderzoek. We stimuleren actief de ontwikkeling van kwantumtechnologie en haar toepassingen om Nederland een sterke onafhankelijke positie te geven ten opzichte van andere grootmachten. We zetten ons in voor een zo onafhankelijk mogelijke Europese chip- en IT-productieketen. Daarom moeten strategische bedrijven uit de chipproductieketens voor ten minste 51% in Europese handen zijn en moet er een strategie komen om controle te krijgen op de grondstoffen die nodig zijn voor de Europese chipproductie. Er moet bovendien effectieve, EU-brede bescherming van intellectueel eigendom worden gegarandeerd. Er komt meer ruimte om met de beschikbare budgetten te experimenteren. # 4.4 Ondernemerschap De economie staat in dienst van de maatschappij. We moedigen ondernemers aan die duurzaam, innovatief en sociaal ondernemen. Ondernemers hebben vaak te maken met een hoge regel- en vergunningendruk, moeite met toegang tot financiering en beperkte toegang tot betaalbare en duurzame energie. De afgelopen tijd hebben ondernemers bovendien extra veel voor hun kiezen gekregen, zoals de coronacrisis en hoge energieprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne. We zorgen ervoor dat er minder administratieve lasten komen voor ondernemers, dat subsidieregelingen overzichtelijk worden en we zetten in op het versterken van de regionale economieën door talent te behouden. Er moet een Deltaplan Vermindering Administratieve Lastendruk voor ondernemers komen. Ondernemers komen om in de hoeveelheid regelingen. Dit staat innovatie en maatschappelijke impact in de weg. We zetten AI-trainingscentra op om ondernemers te helpen AI op een ethisch verantwoorde en innovatieve manier in te zetten. Bijvoorbeeld bij het efficiënter maken van bedrijfsprocessen waardoor werkdruk en kosten kunnen verminderen. Om de innovatiekracht en leefbaarheid buiten de Randstad te vergroten, investeren we op grotere schaal in kennisinstellingen, (openbaar) vervoer en woningen om de regionale economieën meer tot bloei te laten komen. We willen het ondernemerschap in heel Nederland versterken en daarvoor is een integrale aanpak nodig, met oog voor de leefbaarheid in de regio's. We maken het subsidielandschap overzichtelijker door het op te delen in sectoren. Iedere sector heeft met eigen problemen en uitdagingen te maken, terwijl het huidige subsidielandschap daar niet op ingericht is. Op deze manier bieden we elke onderneming toegang tot de juiste financiering. We willen bij subsidiëring meer focus op projecten die op de langere termijn maatschappelijk relevant, duurzaam en rendabel zijn, maar nu niet kunnen opstarten door tekort aan fondsen en ook niet op een andere wijze gefinancierd kunnen worden. Projecten met een terugverdientijd van minder dan zeven jaar komen niet meer in aanmerking voor overheidssubsidie. We verbinden voorwaarden aan subsidies voor grote maatschappelijke uitdagingen, zoals verduurzaming, veiligheid, gezondheid en innovatie. --- pdf_page: 53 --- Er komt meer begeleiding door energieexperts voor ondernemers die willen verduurzamen. Verduurzaming is niet in alle gevallen een investering die op korte termijn rendeert, maar dat maakt het niet minder belangrijk. Daarom creëren wij leenmogelijkheden tegen risicovrije rente bij de overheid voor ondernemers die willen verduurzamen. Denk bijvoorbeeld aan kleine ondernemers die hun oude dieselbusje willen vervangen door een elektrische auto. We vergroten de binding van medewerkers met (de doelstellingen van) de onderneming door de mogelijkheden van medewerkersparticipatie in ondernemingen te verkennen, uit te breiden en te benutten. Zo willen we ervoor zorgen dat medewerkers mee kunnen delen in de winsten van het bedrijf. Sociaal ondernemerschap is een bewezen en krachtige manier om economische groei en een positieve maatschappelijke impact te realiseren. Volt wil het potentieel aan sociaal ondernemerschap benutten door het oprichten van grote samenwerkingsfondsen waaruit sociale ondernemingen en traditionele bedrijven gezamenlijke projecten kunnen financieren. ### 4.4.1 Zelfstandige ondernemers Mensen zijn vrij om hun zelfstandigheid te behouden wanneer zij er bewust voor kiezen om zzp'er te zijn. Zij dragen bij aan een goed sociaal zekerheidsstelsel, zodat zij verzekerd zijn tegen ziekte en ongevallen. Solidariteit is hierbij voor Volt het uitgangspunt. Elke zzp'er kan gebruikmaken van de sociale voorzieningen en betaalt hiervoor, net als werknemers in loondienst, belastingen. Door dit verplicht te stellen kunnen schijnconstructies vermeden worden. We onderzoeken of we zzp'ers ook kunnen ondersteunen bij werkloosheid, waardoor ze een stevig vangnet krijgen. Ook ongedocumenteerden en asielzoekers kunnen als zelfstandig ondernemer aan de slag. ### 4.5 Arbeidsmarkt De grote arbeidskrachtentekorten in cruciale maatschappelijke sectoren vormen de achilleshiel van ons land en de EU. Denk aan de tekorten in het onderwijs, in de ICT, de zorg, en de techniek. Het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen loopt hierdoor vertraging op, terwijl de bestaanszekerheid van mensen verder afneemt. Wat we nodig hebben is een radicale herwaardering van die beroepen en professionals die onze maatschappij zo veel te bieden hebben. Die herwaardering begint bij een eerlijke behandeling: meer vaste arbeidscontracten, hogere salarissen en meer zeggenschap. We zetten in op het benutten van de kansen die digitale en technologische ontwikkelingen bieden in het aanpakken van de grote arbeidskrachtentekorten. De overheid pakt daarnaast een meer sturende rol in het onderwijs, onder andere door meer mensen op te leiden voor cruciale sectoren. Te veel jongeren worden momenteel opgeleid voor kansarme beroepen. We zorgen ervoor dat vaste arbeidscontracten de norm blijven en we zorgen ervoor dat zzp'erschap goed mogelijk blijft. We stimuleren om- en bijscholing naar cruciale sectoren zoals zorg, ICT, onderwijs en techniek door hiervoor gericht scholingsbudgetten in te zetten. We starten een grootschalige, landelijke wervingscampagne om meer personeel aan te trekken voor sectoren met grote tekorten, zoals techniek en ICT. Door te investeren in innovatie kunnen we de uitdagingen omtrent de structurele arbeidskrachtentekorten beter aanpakken. We benutten de nog onbenutte digitale en technologische oplossingen die er al zijn. We willen dat mensen die langs de kant staan beter worden begeleid naar maatschappelijk cruciale beroepen. Volt wil dat de taakstelling van het werkbedrijf van het UWV op zo'n manier wordt aangepast dat deze vorm van begeleiding van mensen de primaire taak wordt. Zo zetten we meer mensen en middelen in op begeleiding van mensen terug naar de arbeidsmarkt, en minder op fraudebestrijding. ### 4.5.1 Werken over de grens Volt wil de belemmeringen wegnemen voor inwoners van de EU die over de eigen landsgrens, ergens anders in de EU, willen werken. Er zijn op dit moment te veel belemmeringen voor de mobiliteit van de Europese beroepsbevolking. Veel beroepskwalificaties (of diploma's) van de ene lidstaat worden niet erkend door andere lidstaten. Hierdoor moeten mensen vaak (onnodige) extra cursussen of kwalificaties in een andere lidstaat behalen om daar aan --- pdf_page: 54 --- de slag te kunnen. Om de potentie van de Europese arbeidsmarkt te benutten, zetten we in op het erkennen van diploma's tussen landen. Met name op het gebied van het mbo liggen hier veel kansen. We willen meer wederzijdse erkenning van diploma's en kwalificaties voor alle beroepen in de EU dan nu het geval is, zowel in het beroepsonderwijs als in het wetenschappelijk onderwijs. We investeren in taalcursussen en faciliteren deze beter. Zo verbeteren we de arbeidsomstandigheden op de werkvloer. Volt zet in op het verlichten van de administratieve lasten voor bedrijven in het buitenland om personeel aan te nemen. Zo kan het gebeuren dat een Nederlandse bouwvakker die in Duitsland aan de slag wil door de lokale overheid om een diploma gevraagd wordt. De bouwvakker moet vervolgens een dure verklaring regelen en mogelijk nog extra cursussen volgen. Volt zet in op het gelijktrekken van de expatregeling tussen EU-ildstaten, zodat we niet langer onderling concurreren om talent. Voor talent buiten de EU zal nog wel per lidstaat een unieke regeling aangeboden kunnen worden. Voor beide regelingen zal salaris bovendien niet langer de norm zijn voor toepasbaarheid, maar zal er specifiek gekeken worden naar de schaarste aan ervaringen en/of vaardigheden. Open grenzen en een gezamenlijke markt zijn vooral voelbaar in de grensregio's in de EU. Maar omdat beleid nationaal gemaakt wordt en het vaak in iedere lidstaat net een beetje anders gaat, komen inwoners in grensregio's vaak in de knel. Volt wil daarom dat beleid wordt gemaakt specifiek gericht op de grensregio's van Nederland en de EU. We maken grenseffectenrapportages verplicht voor nieuw beleid wanneer dit direct of indirect de grensregio of grenslanders aangaat. Zo verbeteren we de sociale bescherming in de grensregio. We beschermen grenswerkers beter door Nederland standaard het werklandbeginsel van de EU toe te laten passen. Woon je in België, maar werk je in Nederland? Dan zou Nederland jouw sociale voorzieningen moeten regelen. Nederland heeft dit in de praktijk niet altijd goed geregeld, waardoor grenswerkers of ondernemers soms tussen wal en schip raken. We willen dat Nederlandse gepensioneerden die van hun pensioen gebruikmaken in een ander Europees land, zoals Spanje, daar hun premies en belastingen afdragen. Hiervoor passen we het woonlandbeginsel toe. Grensarbeiders die vijf jaar verzekerd zijn geweest in het land waar zij als laatste gewerkt hebben, zouden ervoor moeten kunnen kiezen om in datzelfde land een werkloosheidsuitkering aan te vragen. We willen dat de afdeling van het CAK die verantwoordelijk is voor grenswerkers, van Den Haag naar een overheidsgebouw in de grensregio verhuist. Zo brengen we de overheid en grenswerkers dichter bij elkaar. Goede locaties hiervoor zijn de België- en Duitsland-kantoren van de SVB in Breda en Nijmegen, of het Belastingdienst Buitenland-kantoor in Heerlen. Volt wil dat zogenoemde grensinformatiepunten uitgebreid worden en beter zichtbaar worden gemaakt voor (startende) grenswerkers of mensen die grenswerker willen worden. Deze informatiepunten houden zich bezig met de coördinatie van socialezekerheidsstelsels, iets wat te complex is voor veel individuele (aankomende) grenswerkers. ### 4.5.2 Arbeidsmigratie Het recht om te wonen en werken in een andere lidstaat behoort tot de mooiste rechten die we in de EU hebben. Dat recht moeten we koesteren en waar mogelijk beter inzetten. Niet alleen omdat het ons vrijheid biedt, maar ook omdat we arbeidsmigratie heel hard nodig hebben. De arbeidskrachtentekorten in cruciale sectoren van de maatschappij zijn namelijk enorm. Om op alle daken zonnepanelen te kunnen leggen, genoeg leraren voor de klas te hebben en voldoende handen aan het bed te hebben in verpleeghuizen, is arbeidsmigratie nodig. Maar dat kan alleen als we daarvoor de juiste omstandigheden en menswaardige voorwaarden creëren. Te lang hebben we het aantrekken van arbeidsmigranten overgelaten aan private partijen en uitzendbureaus die op zoek gaan naar goedkope arbeidskrachten. Met als gevolg dat te veel arbeidsmigranten moeten wonen en werken in mensonterende omstandigheden. Dat moet en kan anders. We willen EU-brede standaarden voor sociale zekerheid en arbeidsomstandigheden, die goede, menswaardige bescherming bieden aan alle werkenden in de EU. We creëren een one-stop-shop met per land alle benodigde informatie voor arbeidsmigranten, waar in elke Europese taal te vinden is welke administratieve procedures zij moeten doorlopen en wat er daarbij van hen wordt verwacht. We werken ook aan een overzicht van relevante contactpunten voor het melden van misstanden of andere problemen. We verbeteren de toegang tot gezondheidszorg, onderwijs, woningen en rechtsbijstand door in samenwerking met gemeenten meer capaciteit op te bouwen. We verbeteren het toezicht en de handhaving door de arbeidsinspectie. Hiervoor maken we extra budget vrij. We geven arbeidsmigranten een plek aan tafel bij beleidsmakers. De belangen van arbeidsmigranten moeten worden vertegenwoordigd door de arbeidsmigranten zelf. Zo verhogen wij de zichtbaarheid en verkleinen we de barrières. Volt wil bindende Europese migratieregelgeving die zorgt voor goede spreiding en legale migratieroutes en die ook de economische behoeftes binnen de EU meeweegt. We hebben in Nederland bijvoorbeeld een tekort aan mensen in meerdere sectoren, zoals de technische beroepen, de zorg, het onderwijs, transport en logistiek, en de ICT. Tegelijkertijd moet worden bekeken waar arbeidsmigratie onwenselijk is, waar deze geen ander doel dient dan sectoren in leven te houden die zonder goedkope arbeid niet langer rendabel zouden zijn. We zorgen dat arbeidsmigranten in het land van herkomst via een portal kunnen zien of er geschikte functies voor hen openstaan in Nederland. Tevens laat de portal zien of er woonruimte beschikbaar is. Zo staat al voor --- pdf_page: 55 --- hun komst naar Nederland vast of ze hier een baan en een woning kunnen krijgen. We bieden meer mogelijkheden voor nietEuropese migranten om een (tijdelijk) visum te krijgen voor ons land of voor een andere Europese lidstaat. Dat helpt hen, het land van herkomst, maar ook onze economie en maatschappij. Om hierbij zowel binnen- als buitenlandse arbeidskrachten tegen de negatieve gevolgen van economische migratie te beschermen, stemmen we op Europees niveau een fatsoenlijk niveau aan basisvoorzieningen af op het gebied van sociale, juridische en medische dienstverlening. ### 4.5.3 Toegang tot de arbeidsmarkt Er wordt nog te vaak gesproken over mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat zien wij bij Volt toch echt anders: de arbeidsmarkt heeft een afstand tot de mensen. Door in te zetten op werkbegeleiding naar kansrijke beroepen kunnen we mensen volwaardig laten meedoen in de maatschappij. Zo verkleinen we die afstand en bieden we iedereen de kans op volwaardig, kansrijk werk. Het huidige stelsel staat dit in de weg, doordat er niet genoeg gekeken wordt naar de talenten en potentie van het individu. We zorgen voor actieve werkbegeleiding naar kansrijke beroepen voor mensen die aan de zijlijn staan, zoals in de zorg, het onderwijs of de techniek. Zo pakken we tegelijkertijd de grote arbeidskrachtentekorten en uitdagingen van onze tijd aan. We maken het gemakkelijker voor asielzoekers en statushouders om te werken of om betaalde beroepsopleidingen of ontwikkeltrajecten te volgen. Onder het motto 'recht op werk voor iedereen', krijgen asielzoekers vanaf dag één een burgerservicenummer (BSN) en de mogelijkheid om te werken, en wordt de Tewerkstellingsvergunning afgeschaft. Ook ongedocumenteerden en derdelanders met een visum kunnen een BSN krijgen, werken en belasting betalen. ### 4.5.4 Een toekomstbestendig pensioenstelsel Binnen de EU wordt het Nederlandse pensioenstelsel als goed voorbeeld gezien, omdat onze gepensioneerden relatief hoge inkomens hebben. Dat komt met name doordat het in Nederland verplicht is om pensioen op te bouwen via de werkgever. Toch zijn er ook nog veel werkenden die geen pensioen opbouwen naast de AOW. Zij lopen groot risico om straks in armoede te vervallen of hun oude dag steeds verder uit te moeten stellen. Deze uitdaging pakken we aan door een basispensioen met een minimale premieafdracht te introduceren. Daarnaast staat ons pensioenstelsel door toenemende vergrijzing steeds meer onder druk. Een goed pensioen met goede voorwaarden wordt daardoor voor iedereen minder vanzelfsprekend. Daarom is het belangrijk dat we het pensioenstelsel weer toekomstbestendig maken en voor iedereen een goed pensioen in het vooruitzicht stellen. Er wordt goed gemonitord of de doelen van de Pensioenwet worden gehaald. Dit doen we door de wet vaker te monitoren en verbeteringen en vereenvoudigingen aan te dragen. We introduceren een basispensioen voor alle werkenden naast de AOW, met een minimale premieafdracht. Sociale partners, werkgevers en beroepspensioenverenigingen mogen altijd méér afspreken dan het minimum. We willen een wettelijke verplichting voor alle typen pensioenuitvoerders om op één en dezelfde manier te publiceren over de kosten van de pensioenregeling in relatie tot de hoogte van het pensioen, de soorten pensioen die je ervoor terugkrijgt en het serviceniveau. We moderniseren het partnerpensioen: we bieden de optie om versneld meer pensioen op te nemen. --- pdf_page: 56 --- # 5. Een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw De democratische rechtsorde is misschien wel de mooiste uitvinding van de mens. Een goed functionerende overheid kan mensen letterlijk overeind helpen, optillen en laten zweven. Volt gelooft dat we die overheid, in Nederland én de EU, ook in deze tijden van polarisatie, online verdeeldheid en wantrouwen, kunnen bouwen. Op basis van vertrouwen. De overheid moet een antwoord zijn of hebben op rechtsextremisme, polarisatie en georganiseerde criminaliteit. Op de inperking van de rechten van migranten, mensen van kleur en thbtigv'ers. Op het feit dat steeds meer rechters en journalisten hun vak niet langer in veiligheid kunnen uitoefenen. Waar we een overheid nodig hebben die actief en zichtbaar handelt, verdwijnt nu de overheid verder uit het straatbeeld en verschralen publieke voorzieningen. De onvrede onder mensen groeit, en wordt versterkt door sociale media. Digitale ontwikkelingen zoals kwantumtechnologieën en AI dwingen zowel overheid als samenleving om nóg sneller mee te bewegen, te reageren, terwijl veel mensen überhaupt niet over een digitale basis beschikken. Zo raken inwoners en overheden het spoor bijster, en blijven antwoorden op de grote uitdagingen van onze tijd klimaat, migratie, veiligheid, digitalisering en sociale ongelijkheid - uit. Vertrouwen op mensen, vertrouwen op sterke en moderne systemen, vertrouwen en grip op technische ontwikkelingen zoals AI en op sociale ontwikkelingen, zoals het burgerberaad. Niet loslaten maar juist beetpakken. Om grip te krijgen op de ontwikkelingen en uitdagingen van nu en straks, is een sterke democratie nodig. Daarom trekt Volt de gereedschapskist open om met de juiste instrumenten de democratie radicaal te moderniseren en klaar te stomen voor de $21^{\text {ste }}$ eeuw. --- pdf_page: 57 --- ### 5.1 Een sterke democratische rechtsorde Het vertrouwen in de overheid en de politiek was nog nooit zo laag. Slechts $40 \%$ van de Nederlanders vertrouwt de politiek voldoende. Mensen vragen zich af of de overheid en het parlement wel in staat zijn om oplossingen te bieden voor de grote uitdagingen van deze tijd. Volt wil het functioneren van overheid en politiek verbeteren. We breiden de Tweede Kamer uit van 150 naar 250 zetels. Onze Tweede Kamer is namelijk te klein, zeker in vergelijking met andere Europese landen. Een grotere Tweede Kamer is nodig om de wetgevende en controlerende taak van de Tweede Kamer te versterken, en vooral om de taak van volksvertegenwoordiging beter te vervullen. Daarnaast wil Volt een ruimere vergoeding van het rijk voor ondersteuning van de fracties. De Tweede Kamer is eerder aan zet bij het maken van nieuwe wetten. Door de Tweede Kamer eerder te betrekken, wordt de stem van de Nederlander vanaf het begin meegenomen. Hierdoor kunnen problemen in de uitvoering worden voorkomen. We gaan minder debatteren over de politieke 'waan van de dag' (de Haagse realiteit) en meer over de grote uitdagingen die voor ons liggen. Volt wil vaker visiedebatten houden over waar we op de lange termijn naartoe moeten. Zo voorkomen we een nieuwe stikstof- of woningcrisis. Er komt een verbod op dubbelfuncties in de politiek. Op dit moment is het mogelijk om tegelijkertijd gemeenteraadslid, Provinciale Statenlid én Tweede Kamerlid te zijn. Volt vindt dat dit verboden moet worden. Functies stapelen zorgt ervoor dat je de functies in de verschillende volksvertegenwoordigende organen niet goed kunt uitoefenen. We hebben een transparante overheid nodig die eerlijke en gelijke toegang tot het besluitvormingsproces garandeert. Op dit moment zijn de overheid en politiek in Nederland dat niet. De toegang tot het besluitvormingsproces is niet voor iedereen gelijk en nog te vaak zijn er integriteitskwesties rondom oud-bestuurders en oud-politici. Met onbetrouwbare politici, een gebrek aan transparantie en ongelijke toegang tot de macht zijn Nederlanders niet geholpen. We starten met een verplicht register voor belangenvertegenwoordiging (lobbyregister) voor de overheid en het parlement. In dit register wordt door de overheid bijgehouden wie op welk moment toegang heeft tot welk besluitvormingsproces en wat het onderwerp van gesprek is geweest. Beleidsvoorstellen moeten een paragraaf bevatten waaruit duidelijk wordt welke keuzes op basis daarvan zijn gemaakt. Het register moet gemakkelijk toegankelijk, openbaar en online doorzoekbaar zijn. Er komt een wettelijk verankerde gedragscode met integriteitsregels voor het openbaar bestuur. Een onafhankelijke toezichts- en handhavingsautoriteit moet controleren of de regels worden nageleefd en moet de mogelijkheid hebben om sancties op te leggen als dat niet het geval is. We voeren een lobbyverbod met afkoelperiode in voor uit dienst getreden topambtenaren en bewindspersonen. Het is niet integer voor oud-bewindspersonen en -topambtenaren om te lobbyen op de oude werkplek. De regels op het gebied van lobby, transparantie en integriteit moeten op iedere bestuurslaag in heel Nederland zo veel mogelijk gelijk worden getrokken. De toegang tot de macht mag voor lobbyisten op de ene plek niet veel laagdrempeliger zijn dan op de andere plek. Zo zorgen we voor een rechtvaardige toegang tot de macht voor iedereen. Gesprekken en andere communicatie van bewindspersonen op overheidsapparaten (telefoons en computers) moeten automatisch worden opgeslagen. Chatverkeer moet makkelijk doorzoekbaar zijn, op basis van Europese (strikte) privacystandaarden en andere wettelijke belangen. De Noorse praktijk is hierin het voorbeeld. Volt vindt dat de overheid te veel leunt op extern advies. In 2022 werd voor ruim twee miljard euro aan externe inhuur, zoals consultants, uitgegeven. Volt wil juist dat de deskundigheid en expertise in de overheid zelf geborgd zijn. Daarom moet het geld dat wordt uitgegeven aan externe inhuur worden verminderd. Het geld dat we daarmee besparen, zetten we in voor het opbouwen en behouden van interne deskundigheid en expertise. In de democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw is onafhankelijke rechtspraak essentieel. De rechtspraak kan als sluitstuk dienen in het maatschappelijk debat en kan wat fout is rechtzetten. Nederland kent een sterke rechtspraak, maar die staat onder druk. Dat komt onder meer door een tekort aan rechters en officieren van justitie, maar ook door politici en anderen die de onafhankelijkheid van de rechtspraak in twijfel trekken. Daarom is het nodig de rechtspraak te versterken en toekomstbestendig te maken. We maken het recht toegankelijker. Daarvoor is het belangrijk dat het op meer plekken in Nederland mogelijk wordt om naar een wijkrechter te gaan, dat er meer geïnvesteerd wordt in sociale advocatuur en dat we proceskosten verlagen. Bovendien is het belangrijk om te leren van de positieve ervaringen met digitale rechtspraak tijdens de coronapandemie en om de kansen te zien die het biedt als digitale rechtspraak wordt ingebed in de reguliere rechtspraak. Het is vaak beter om geschillen buiten de rechtbank op te lossen. Daarom willen we dat mediation een prominentere rol krijgt. Dat kan onder meer door de mogelijkheden van mediation beter onder de aandacht te brengen en te kijken of er meer ruimte gemaakt kan worden voor mediation binnen het bestuursrecht. --- pdf_page: 58 --- Volt vindt dat Nederlandse wet- en regelgeving aan de Grondwet getoetst moet kunnen worden. Daarom wil Volt dat het toetsingsverbod uit artikel 120 van de Grondwet wordt geschrapt. Zo kunnen onrechtmatige situaties, zoals onrechtmatige registratie van ras of etniciteit, gecorrigeerd worden. Het versterkt bovendien de waarde van grondrechten in de samenleving. Op het moment dat de Tweede Kamer wordt uitgebreid en constitutionele toetsing wordt ingevoerd, wil Volt dat de Eerste Kamer wordt afgeschaft. Onze democratie moet weerbaarder worden tegen politiek extremisme. Volt ziet een democratie die onder druk staat. Bedreigingen, complottheorieën, druk uitoefenen op de vrije pers - het wordt steeds normaler. Volt maakt zich ernstig zorgen over de opkomst van groepen in de samenleving die de beginselen van de parlementaire democratie verwerpen, al dan niet met geweld. Als uiterste redmiddel moet het volgens Volt mogelijk zijn om politieke partijen te verbieden. Door alleen een partijverbod op te nemen in het wetsvoorstel Wet politieke partijen introduceert het kabinet een politiek kernwapen. Dat zal vanwege zijn alles-of-niets-aard nooit gebruikt worden. Volt wil daarom dat een waarschuwende escalatieladder in deze wet wordt opgenomen. # 5.2 Jongeren en toekomstige generaties De wensen en zorgen van jongeren worden te weinig gehoord door de politiek. De effecten van huidig beleid op toekomstige generaties worden nog altijd onvoldoende meegewogen. Dat is een probleem, want huidig beleid heeft juist grote gevolgen voor hun toekomst. Er staat voor jongeren veel op het spel: beter klimaatbeleid, woningbouw en een goede kwaliteit van het onderwijs. Daarom wil Volt de positie én stem van jongeren verstevigen en vergroten. Die stem vergroten we door de stemgerechtigde leeftijd te verlagen van achttien naar zestien jaar. Het is belangrijk dat juist jongeren eerder kunnen en mogen meedenken en stemmen over beleid. We verstevigen de generatietoets door er een verplichte verantwoording aan toe te voegen. De generatietoets toetst de langetermijneffecten van beleid, zodat we weten wat de gevolgen zijn over tien, twintig en dertig jaar. Volt wil dat de regering actief verantwoording aflegt over de langetermijneffecten van nieuwe wet en regelgeving. De generatietoets is hét middel om de gevolgen van ons beleid op toekomstige generaties, die nu geen stem hebben, in kaart te brengen. --- pdf_page: 59 --- ## 5.3 Europese democratie Nederland is een onmiskenbaar onderdeel van de EU. De EU versterkt onze democratische rechtsstaat en garandeert onze vrijheid, veiligheid en welvaart. Toch is het Nederlandse lidmaatschap van de EU niet opgenomen in onze Grondwet. Daarmee vormt Nederland één van de uitzonderingen in de EU. Daarnaast hebben miljoenen inwoners van de EU die in een andere lidstaat dan hun thuisland wonen en werken, geen stemrecht in nationale of provinciale verkiezingen. Dat geldt ook voor niet-Nederlandse inwoners van de EU in Nederland. Zij hebben alleen stemrecht voor de gemeenteraadsverkiezingen en de Europese Parlementsverkiezingen. Het Nederlandse lidmaatschap van de EU moet worden vastgelegd in onze Grondwet. Verankering in de Grondwet geeft ons meer zekerheid over onze Europese toekomst. In Nederland woonachtige inwoners met een andere EU-nationaliteit dan de Nederlandse krijgen stemrecht voor zowel nationale als provinciale verkiezingen. Aan het vergeven van kiesrecht worden voorwaarden verbonden voor wat betreft de verblijfsduur in Nederland. Koningshuizen binnen een Verenigd Europa mogen niet langer een uitzonderingspositie hebben wanneer het aankomt op het betalen van belastingen en het ontvangen van uitkeringen. Een niet-gekozen staatshoofd mag geen uitzonderingspositie in de maatschappij hebben. ## 5.4 Digitale democratie Technologie bepaalt voor een groot deel hoe we onze wereld ervaren en tegemoettreden, maar is nog nauwelijks een politiek onderwerp. Dat moet direct veranderen. Hoe zorgen we ervoor dat iedereen mee komt in de digitale samenleving? Hoe beperken we de (negatieve) invloed van grote (tech)bedrijven op de democratie? Hoe zorgen we ervoor dat de overheid in staat is om kwaliteit te leveren? Hoe borgen we dat de overheid geen inbreuk maakt op de privacy van inwoners of discriminerende data en algoritmes gebruikt? Hoe we samen vragen omtrent technologie beantwoorden, bepaalt de samenleving die we bouwen. Om de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw aan te kunnen en de kansen te benutten, moet er meer politieke regie komen op technologie en digitalisering. We willen dat er een minister van Digitale Zaken komt met een eigen ministerie van Digitale Zaken. Er moet een verplichte basistraining komen voor politici en ambtenaren op het gebied van digitale vaardigheden en AI. Al en algoritmen die door de overheid en in de uitvoering gebruikt worden om beslissingen te nemen die invloed hebben op mensen, moeten verplicht getoetst worden aan grondrechten en ethische kaders. Volt wil dat er een digitale toets komt bij het maken van wet- en regelgeving, zodat al bij het ontwerpen van nieuw beleid rekening wordt gehouden met de impact daarvan op de ICT in de uitvoering. Iedereen moet inzage kunnen hebben in de informatie en algoritmes die door de overheid gebruikt worden. Daarvoor is het van belang dat we zo snel mogelijk overschakelen naar open standaarden en een verplicht algoritmeregister invoeren. Algoritmen en trainingsdatasets die ontwikkeld zijn met overheidsgeld ('publieke AI') moeten gratis beschikbaar zijn voor alle inwoners en instellingen in de EU. Nederland moet net als alle EU-lidstaten zelfstandig in staat zijn de impact van afhankelijkheden in de IT-levenssfeer op waarde in te schatten en te begrijpen. Daarvoor moeten we het beoogde kennisniveau op het gebied van digitale autonomie verhogen binnen de overheid en de private sector. We maken de kosten en baten van essentiële investeringen op het gebied van ICT in het publieke domein beter zichtbaar --- pdf_page: 60 --- voor iedereen. Deze informatie is nu verspreid over verschillende begrotingen. Door ICT-onderhoud eenvoudig en structureel zichtbaar te maken op de rijksbegroting, behandelen we ICT van de overheid minder als losse projecten. Dat maakt strategische afwegingen beter mogelijk. Volt wil een kwaliteits- en efficiëntieslag door regulering van de digitalisering van de overheid. Er wordt nu veel gemeenschapsgeld verspild doordat gemeenten, provincies en de rijksoverheden elk hun eigen weg gaan bij de aanschaf en ontwikkeling van hard- en software, ook als het eenzelfde soort functionaliteit betreft. Rijksoverheden, provincies en gemeenten dienen hun investeringen in het belang van de gemeenschap te optimaliseren. Dit kan bijvoorbeeld door het aantal leveranciers voor aankoop of ontwikkeling van eenzelfde soort functionaliteit tot twee of drie te beperken, door applicatie-ontwikkeling in eigen beheer met structuren en protocollen van de rijksoverheid te reguleren, door bestaande databasestructuren en communicatiemiddelen op elkaar af te stemmen. En dit alles, waar mogelijk, ook afgestemd op Europees niveau om zo ook de Europese onderlinge communicatie te optimaliseren. Door zo te werken worden verspilling van geld en tijd, slecht werkende systemen door slechte koppelingen en verschillen in databases, problemen door verschillen in gebruikte algoritmen, duur onderhoud en datalekken voorkomen. ### 5.4.1 Digitale inclusie Iedereen moet meedoen in onze samenleving. Daarvoor is nodig dat de digitale wereld voor iedereen beschikbaar en toegankelijk is. Daarom willen we dat iedereen over voldoende digitale vaardigheden beschikt om informatie te vinden en op waarde te schatten, en om goed te communiceren met de overheid en met elkaar. We maken digitale vaardigheden tot kerncompetentie in het primair en voortgezet onderwijs. We bieden hulp bij het ontwikkelen van digitale vaardigheden op offline plekken, zoals bibliotheken, buurthuizen en sociale ontmoetingsplaatsen. De beschikbaarheid van digitale middelen als laptops, computers en smartphones moet omhoog. Bijvoorbeeld via onderwijsinstellingen of het instellen van zogenaamde cyberbanken (zoals in Amsterdam). We maken de digitale wereld toegankelijker voor mensen met een beperking door te beginnen met het 100\% toegankelijk maken van alle overheidswebsites. Er komt voor iedere Nederlander een toegankelijke, Europese digitale identiteit. Die digitale identiteit stelt iemand in staat zich veilig en betrouwbaar bij de overheid en andere organisaties te identificeren, zonder nog persoonsgegevens te hoeven delen. We werken toe naar snel, veilig en betrouwbaar internet voor iedereen. We zorgen ervoor dat het mogelijk blijft om volwaardig deel te kunnen nemen aan de samenleving voor iedereen die ervoor kiest om niet online te zijn. Deelname aan de digitale samenleving is een keuze, geen verplichting. Dit houdt in dat iedere inwoner het recht heeft op intermenselijk contact (human interface). Voor mensen die geen deel uitmaken van de online samenleving moet het altijd mogelijk zijn om rechtstreeks contact te hebben met een menselijke functionaris. Dit geldt voor overheden en het bedrijfsleven. ### 5.4.2 Waardegedreven ## Innoveren en digitaliseren We moeten ervoor zorgen dat de online publieke sfeer een veilige omgeving is, waarin iedereen de ruimte krijgt om ideeën uit te wisselen en zichzelf te ontplooien. Een plek waar het publieke debat kan plaatsvinden, zonder desinformatie en haat. Waar geen plek is voor misogonie, racisme, antisemitisme, islamofobie en lhbtop-haat. Waar het duidelijk is van wie of wat de informatie afkomstig is en waar jij bepaalt wat er met jouw gegevens gebeurt. We richten de online publieke ruimte opnieuw in. Persoonsgegevens zijn van jezelf en jij mag dus bepalen óf, met wie en waarom je ze deelt. Volt wil investeren in toezicht en handhaving op Europese wet- en regelgeving en we versterken bestaande kaders waar nodig. De Autoriteit Persoonsgegevens moet structureel meer middelen krijgen om alle toezichtstaken naar behoren uit te voeren. We zorgen voor (Europese) alternatieven voor de huidige sociale media, waar helaas aanzet tot haat, geweld en de verspreiding van desinformatie aan de orde van de dag zijn. Volt wil dat de overheid onderzoekt hoe zij alternatieve sociale media, waar publieke waarden als vrijheid van informatie en privacy centraal staan, verder kan ondersteunen. Pseudonimiteit wordt de standaard op sociale media. Hierbij blijft het mogelijk om online anoniem te zijn, maar kan je identiteit wel worden opgevraagd op het moment dat je de regels overtreedt of je je schuldig maakt aan een strafbaar feit. Voor Volt is het afzwakken van end-to-endencryptie ten behoeve van schijnveiligheid onaanvaardbaar. Online communicatie blijft dus beschermd. Nederland moet Europees koploper worden in het stimuleren en begrenzen van het gebruik van nieuwe digitale technologieën. Volt wil dat Nederland bij het maken van nieuwe wet- en regelgeving in Europees verband vasthoudt aan de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden en Europese waarden als privacy, informatievrijheid en gelijkheid. Er komt een deltaplan voor de bescherming van kinderen en jongeren online. Onder meer door het structureel en langjarig monitoren van het welzijn van kinderen en jongeren online en van de impact die sociale media daarop hebben. --- pdf_page: 61 --- ### 5.4.3 Kunstmatige ## Intelligentie (AI) AI-systemen als ChatGPT bieden kansen voor de samenleving, economie en democratie, maar zijn te ingrijpend om aan de markt over te laten. Er moet beleid komen voor ethische omgang met AI en aanverwante technologieën. Dit beleid moet gericht zijn op het omarmen, stimuleren en ethisch ontwikkelen en inzetten van AI op Nederlands, Europees en internationaal niveau. Elke inwoner dient kosteloos, vanuit de overheid, de beschikking te krijgen over een eigen AI-chatbot. Deze is opgebouwd uit open-sourcecomponenten en getraind met alle betrouwbare data van de overheid en met betrouwbare data aangeleverd door de maatschappij. Volt vindt dat AI-systemen alleen op de Europese markt mogen worden toegelaten als door een onafhankelijke derde partij is vastgesteld dat ze veilig zijn. Alle schoolgaande kinderen leren over de basis van AI, inclusief codering, statistiek en ethiek. Volt wil dat aanbieders van AI-systemen op verzoek gegevensbronnen en licenties verstrekken. Ontwikkelaars moeten hun personeel een eerlijke vergoeding geven voor hun werk aan AI-systemen. Als algoritmen en datasets met overheidsgeld ontwikkeld zijn, moeten ze gratis beschikbaar worden gesteld voor iedereen in de EU. Er moet een start-up- en scale-upvriendelijk AI-ecosysteem worden gecreëerd. Dat doen we door een stevige academische infrastructuur, voldoende geschikt personeel, en begrijpelijke en toegankelijke wet- en regelgeving. We hebben politieke regie nodig op de klimaatimpact van onze AI-doelstellingen. We moeten de ontwikkeling van AI meenemen in ons water- en energiebeleid. Toezichthouders moeten in staat worden gesteld om de risico's en schadelijke gevolgen van AI-ontwikkelingen te monitoren en sanctioneren waar mogelijk. Nederland dient actief bij te dragen aan Europese en internationale samenwerkingsverbanden om ethische AI te bevorderen. ### 5.5 Een levendige democratie Inwoners moeten meedenken én meebeslissen over keuzes die hun leven beïnvloeden en over de manier waarop hun geld wordt besteed. Daarvoor is het belangrijk dat wensen uit de samenleving sneller en gedetailleerder terechtkomen in de politiek. Op die manier is de overheid beter in staat goed in te spelen op de ideeën die onze samenleving kunnen versterken. We geven de inwoner actief vertrouwen en zeggenschap. Zo verkleinen we de kloof tussen overheid en inwoner, en vergroten we het vertrouwen in de politiek. We richten het allereerste, nationale, permanente burgerberaad ter wereld op. Dit instituut is verantwoordelijk voor het organiseren van burgerberaden in Nederland. Een groep gelote inwoners kan dan - al dan niet in samenspraak met de politiek - burgerberaden agenderen over onderwerpen die hen na aan het hart liggen, zoals zorg, het klimaat of pensioenen. De aanbevelingen uit individuele burgerberaden worden door de politiek serieus meegenomen in de besluitvorming. Het permanente burgerberaad ziet daarop toe. We verkennen bovendien, in samenwerking met Duitsland en België, de opties voor het mogelijk maken van grensoverstijgende burgerberaden in de grensregio's. We gaan grootschalig experimenteren met burgerbudgetten op (groot)stedelijk, regionaal en lokaal niveau, naar Antwerps of Parijs voorbeeld. We geven inwoners daarmee directe zeggenschap over de besteding van publiek geld ter verbetering van hun leefomgeving, zoals op het gebied van milieu of armoedebestrijding. Volt is tegen een bindend correctief referendum, waarmee nieuwe wetten achteraf kunnen worden teruggedraaid. Wij vinden dat je zorgvuldig ingevoerde wetgeving niet kunt vervangen door een ja/nee-vraag. Dit vergroot de verdeeldheid en het ontslaat volksvertegenwoordigers van hun verantwoordelijkheid om samen tot goede wetten te komen. Volt vindt het belangrijk dat inwoners al vroeg in het wetgevingsproces kunnen meepraten met de overheid en zo hun inbreng en steun kunnen geven aan nieuwe wetten. --- pdf_page: 62 --- ### 5.6 Het Koninkrijk en de Europese Unie Samen met Aruba, Curaçao, Sint-Maarten, Bonaire, Sint-Eustatius en Saba vormt Nederland het Koninkrijk der Nederlanden. Binnen de EU hoort ons Koninkrijk met onder andere Frankrijk en Spanje tot een kleine groep lidstaten die grondgebied hebben buiten het Europese continent. Dat komt door een lang, bijzonder en soms pijnlijk verleden. Volt vindt het belangrijk om vanuit die gedeelde geschiedenis samen naar de toekomst toe te werken. Een toekomst waarin we samen kijken naar realistische, sociale en duurzame oplossingen voor de problemen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw. Er komt zo snel mogelijk een toereikend sociaal minimum in Caribisch Nederland (Bonaire, Saba en Sint-Eustatius). Daarnaast wil Volt dat het Caribische en het Europese deel van Nederland samen een actieplan vaststellen, waarin wordt toegewerkt naar verdere gelijkwaardigheid en saamhorigheid tussen Caribisch en Europees Nederland. We bevorderen de toegang tot EU-fondsen en onderliggende subsidieprogramma's voor het Caribisch deel van het Koninkrijk (Aruba, Curaçao, Sint-Maarten en Caribisch Nederland). Door samenwerking tussen de landen kunnen deze fondsen worden gebruikt om een impuls te geven aan de sociaal-economische en culturele ontwikkelingen van het Caribisch deel van het Koninkrijk. Met name in de groene en digitale omslag. We werken samen op Koninkrijksniveau aan het bestrijden van de negatieve effecten van klimaatverandering in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Volt steunt het voorstel voor het instellen van een brede klimaattafel op Bonaire. Inwoners van Caribisch Nederland hebben nu geen directe stem in het Nederlands parlement; zij zijn afhankelijk van vertegenwoordigers uit partijen die zich in Nederland opwerpen als woordvoerders. Volt wil dat in de Nederlandse Grondwet wordt opgenomen dat Caribisch Nederland direct vertegenwoordigd wordt in het parlement door middel van geborgde zetels. Nederland gaat zich in Koninkrijksverband harder inzetten voor de bescherming van de grondrechten van alle inwoners. Daarom wil Volt onder meer dat het maatschappelijk middenveld in het Caribisch deel van het Koninkrijk wordt versterkt door middel van (financiële) steun. Rechtsbescherming in Caribisch Nederland moet aan dezelfde minimumstandaarden voldoen als in Europees Nederland. Dat betekent dat internationale verdragen ter bescherming van de rechten van de mens geratificeerd moeten worden en de toegang tot het recht wordt bevorderd. We willen bovendien dat de mensenrechten van (Venezolaanse) vluchtelingen in het Caribisch deel van het Koninkrijk worden gegarandeerd. Grensbewaking is een Koninkrijksaangelegenheid, dus de landen van het Koninkrijk moeten werken aan een humane asielprocedure voorzien van waarborgen voor de fundamentele rechten en vrijheden van alle vluchtelingen die het Koninkrijk bereiken. --- pdf_page: 63 --- ### 5.7 Lokale democratie Onze overheid moet zichtbaar en aanspreekbaar zijn in de directe omgeving van mensen. De laatste jaren is er te veel terechtgekomen op het bordje van gemeenten, terwijl ze daarvoor vaak de financiering en soms de gereedschappen missen. De gemeente wordt verantwoordelijk gemaakt voor cruciale taken, terwijl de landelijke overheid meer en meer uit het zicht verdwijnt. We moeten gemeenten niet alleen de taken maar ook de middelen geven om die taken goed uit te voeren. Verder versterken we de lokale democratie onder andere in de vorm van de gekozen burgemeester. Daarnaast moeten overheden en gemeenschappen in grensregio's verbonden worden, omdat ze nu eenmaal verbonden zijn. Momenteel zijn er duizenden bewonersinitiatieven op uiteenlopende terreinen actief, waarin mensen zich inzetten voor een betere samenleving. Zij voorkomen problemen of lossen problemen op die normaal door de lokale overheid behandeld zouden moeten worden. Volt verwelkomt deze ontwikkeling en wil deze versterken. We willen dat gemeenten op basis van gelijkwaardigheid met bewonersinitiatieven samenwerken. Dat vereist nieuwe competenties, met name van de beleidsmakers. Volt wil hierin investeren zodat gemeentelijk beleid en bewonersinitiatieven elkaar gaan versterken. We willen dat inwoners van een gemeente veel meer te zeggen krijgen over zaken die hen direct aangaan. Een belangrijke stap daarvoor is dat ze de kans krijgen om hun eigen burgemeester te kiezen. We stimuleren meer gemeentelijke loketten waar mensen die minder digitaal vaardig zijn aan kunnen kloppen voor hulp op het gebied van financiële bijstand, zorg of andere zaken. We zorgen voor een structureel, stevig financieel fundament voor gemeenten. We dringen de voorspelde miljardentekorten terug. Dit is essentieel tegen de achtergrond van hun uitdagingen op het gebied van klimaat, asielopvang en woningbouw. De huidige financiële regelgeving maakt het gemeenten moeilijk om de grote uitdagingen die op hen afkomen aan te gaan. We geloven in krachtige grensregio's. Een groot aantal inwoners van de EU woont, werkt en studeert in grensregio's. Volt wil de grensoverstijgende samenwerking bevorderen. De rijksoverheid moet daarin een faciliterende rol spelen, bijvoorbeeld door het delen en verspreiden van kennis en expertise, maar ook door het versterken van het EU-mechanisme voor grensoverstijgende samenwerking. Weten regelgeving die grensoverstijgende samenwerking in de weg zit, moet worden geïdentificeerd en het moet makkelijker worden om in concrete gevallen maatwerk toe te passen. Volt ondersteunt uitbreiding van het aantal experimenten tussen gemeenten en bewonersinitiatieven. Volt investeert in de noodzakelijke competentieontwikkeling binnen gemeenten opdat gemeenten op basis van gelijkwaardigheid met bewonersinitiatieven kunnen samenwerken. Hierdoor voorkomen we dat gemeentelijk beleid botst met bewonersinitiatieven die een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving. Op deze manier zorgen we er tevens voor dat bewonersinitiatieven en gemeenten elkaar gaan versterken. --- pdf_page: 64 --- ### 5.8 Sterke onafhankelijke media Media spelen een cruciale rol in ons leven, en de manier waarop we media consumeren verandert snel. Dat brengt kansen met zich mee, maar ook nieuwe uitdagingen. De scheidslijn tussen traditionele media en nieuwe media (online media) wordt steeds vager. Om ervoor te zorgen dat iedereen in staat is om objectief, kwalitatief goed en betrouwbaar nieuws te ontvangen, moeten we in Europees verband samenwerken. Net als in Zweden, moet 'mediawijsheid' een verplicht onderdeel worden van het primair en voortgezet onderwijs. In Zweden krijgen leerlingen medialessen, waarin ze onder andere leren over nepnieuws en over hoe ze veilig met sociale media omgaan. Door kinderen en jongeren te leren omgaan met alle vormen van media (van nieuwsartikelen tot reclames en van entertainment tot het achtuurjournaal) zullen zij beter mee kunnen komen in de samenleving en worden ze weerbaarder tegen desinformatie en nepnieuws. Het leert ze bovendien de waarde van journalistiek en journalisten kennen. Volt vindt dat online platformen die in de EU actief zijn, zich aan onze spelregels moeten houden. Daarom wil Volt inzetten op strikte handhaving van de Europese regels voor privacy, desinformatie en concurrentie. Internetbedrijven moeten verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor de verspreiding van desinformatie. We leggen online-intimidatie aan banden. Mensen met een publieke stem (zoals wetenschappers, columnisten, kunstenaars en politici) moeten vrijuit kunnen spreken, ook in de digitale wereld. De grens van het vrije woord is volgens de wet intimidatie en bedreiging, daarop moet ook online worden gehandhaafd. Voor desinformatie, complottheoriën en discriminatie is geen ruimte bij de publieke omroep. Omroepen moeten zich houden aan de journalistieke codes en het geldende recht. Dat moet ook direct afdwingbaar zijn, en daarom moeten de belemmeringen om snel in te grijpen worden weggenomen. Persvrijheid, pluralisme van media, onafhankelijkheid en de veiligheid van journalisten zijn cruciaal in onze samenleving. Zonder vrije pers kunnen we de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw niet aan. Daarom moeten de mediasector, samenleving en politiek samenwerken om dit te garanderen. Er worden ten minste 250 noodvisa afgegeven aan buitenlandse journalisten in levensbedreigende situaties. Persvrijheid houdt niet op bij de grens, dus we moeten ervoor zorgen dat journalisten overal ter wereld veilig hun werk kunnen doen. Nederland roept, als voorzitter van de Media Freedom Coalition, andere landen op een in verhouding even groot aantal noodvisa af te geven. Volt wil dat Nederland journalisten beschermt tegen juridische, online, fysieke en andere vormen van intimidatie en geweld. Daarom moet Nederland de Europese regels ter bescherming van journalisten tegen juridische intimidatie steunen en zich in Europees verband inzetten om deze regels aan te scherpen (SLAPP-rechtszaken). Hierbij moet specifieke aandacht zijn voor journalisten uit kwetsbare groepen, zoals vrouwen en mensen van kleur. We onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om online geweld tegen journalisten juridisch te definiëren. Volt wil dat Nederland zich, met de mediasector, in Europees verband inspant voor het vinden van duurzame financieringsmodellen voor een pluriform medialandschap, waarin onafhankelijke kwaliteitsmedia en onderzoeksjournalistiek floreren. Dat kan door journalisten en mediahuizen te ondersteunen bij het vinden van innovatieve financieringsmodellen, waarbij zij een eerlijk deel van de inkomsten ontvangen. In de democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw is het van belang dat iedereen betrokken is. Lokale media zorgen ervoor dat je weet wat er speelt in jouw directe omgeving. Europese media zorgen ervoor dat je horizon wordt verbreed en brengen ons dichter bij elkaar. Een deel van de zendtijd van de Nederlandse Publieke Omroep wordt straks besteed aan Europese programma's. Dat kan bijvoorbeeld naar voorbeeld van de vensterprogrammering van lokale/ regionale omroepen en de NOS, waarbij lokaal en regionaal nieuws ruimte krijgt op de landelijke zender. Er moet een sterk en toegankelijk Europees publieke-omroepplatform komen, waar 24 uur per dag verslag wordt gedaan van de belangrijkste ontwikkelingen en actualiteiten in de Europese lidstaten. We zetten de komende jaren in op versterking van lokale en regionale media, waarbij zowel lokale als regionale media hun eigen karakter kunnen behouden. Volt wil daarbij de samenwerking en uitwisseling van best practices tussen lokale/regionale media uit verschillende lidstaten vergroten. Volt wil een uitbreiding van de zendtijd voor politieke partijen. Nu hebben alleen partijen met een zetel in het parlement recht op landelijke zendtijd. Volt wil dit recht ook geven aan Nederlandse partijen met een zetel in het Europese parlement. Volt wil ook recht op zendtijd introduceren voor regionale en lokale partijen bij regionale en lokale publieke omroepen. Zo versterken we de regionale en lokale democratie. --- pdf_page: 65 --- ## 5.9 Demonstratierecht Iedereen heeft het recht om te demonstreren, en de overheid moet het demonstratierecht beschermen. Demonstraties moeten behandeld worden voor wat ze zijn: een samenkomen om je mening te verkondigen. De Wet openbare manifestaties moet in lijn worden gebracht met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daar waar de Nederlandse wetgeving onvoldoende is, moet die worden aangescherpt. Medewerkers van de gemeente en politie moeten aanvullende training krijgen over de wettelijke kaders van het demonstratierecht, zodat zij hun werk goed kunnen uitvoeren. Bijvoorbeeld ten aanzien van onwettige ID-controles en het aanhouden van journalisten of waarnemers van demonstraties. We moeten demonstranten niet als criminelen behandelen. We willen dat deelnemers van niet-aangemelde, vreedzame demonstraties niet worden aangehouden. Alleen wanneer wordt opgeroepen tot haat, belediging, geweld of wanorde kan een burgemeester of andere bestuurder beperkingen aan een demonstratie opleggen. ## 5.10 Veiligheid in de $21^{\text {ste }}$ eeuw Onze samenleving kampt met serieuze dreigingen, zoals terrorisme, extremisme, georganiseerde criminaliteit en cyberdreigingen. Het is de taak van de overheid om haar inwoners tegen deze dreigingen te beschermen, maar het is net zo belangrijk dat maatregelen altijd proportioneel, doelmatig en tijdelijk zijn, zodat ze de rechten van mensen niet onnodig inperken. Dreigingen houden niet op bij de grens, daarom moeten we internationaal samenwerken. We pakken, naar voorbeeld van de Italiaanse maffiawetgeving, ondermijnende criminaliteit aan in de kern: de geldstromen stoppen. Volt wil wet- en regelgeving waarin antiwitwasbevoegdheden worden uitgebreid, waarin er meer mogelijkheden zijn voor inbeslagname en waarin duidelijke afspraken staan over gegevensdeling tussen instanties die ondermijnende criminaliteit aanpakken. We herzien het huidige drugsbeleid. Gezondheid en veiligheid van mensen komen centraal te staan. Drugsbeleid moet niet worden gedreven door een moreel (voor)oordeel, maar door feiten en onderzoek. Keer op keer blijkt dat verbieden niet werkt; de vraag verdwijnt daardoor niet. Met legaliseren en reguleren zijn wel goede ervaringen. Volt wil daarom nader onderzoeken of en, zo ja, hoe we bepaalde drugs, zoals mdma (xtc) en lsd, kunnen legaliseren en reguleren. We willen onderzoek zoals gedaan bij de 'xtc winkel' in Utrecht verder uitrollen. Ook willen we gecontroleerde decriminalisering van specifieke drugs, naar Portugees voorbeeld. Voor nieuwe drugs heeft Volt zich al uitgesproken voor het quarantainemodel (invoeren van een Lijst 0). Er moet meer gedaan worden om femicide en geweld in de relationele sfeer te voorkomen. Daarvoor is het nodig dat we geweld in de relationele sfeer niet langer behandelen als privékwestie. We streven naar een nationale definitie van femicide, zodat we het probleem beter kunnen monitoren en bestrijden. Geweld tegen vrouwen is een maatschappelijk probleem. Digitalisering biedt kansen, maar verkeerde inzet bedreigt ook de veiligheid, bijvoorbeeld door illegale inzet van grootschalige real-time gezichtsherkenning of sleepnetten. Volt wil een verplichte mensenrechtentoets bij nieuwe (en bestaande) wetgeving in het veiligheidsdomein. Hierin toetsen we of de voorgestelde maatregelen voldoen aan de minimumeisen voor de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden van inwoners. Er komt een verbod op etnisch profileren. Etniciteit en nationaliteit als indicator in geautomatiseerde risicoprofielen en selectiebeslissingen mogen geen onderdeel zijn van onze wetshandhaving. --- pdf_page: 66 --- De huidige Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (de WIV-2017) wordt zo snel mogelijk herzien. De wet is niet toekomstbestendig. Door snelle ontwikkeling van nieuwe technologieën en bedreigingen is een herziening essentieel. Daarin moeten de rechten van inwoners niet ondergeschikt gemaakt worden aan veiligheid. Bij de herziening moet toezicht voor, tijdens en ná handelingen van de inlichtingendiensten centraal staan. We moeten investeren in de politiemacht zodat de politie dichter bij mensen staat, zowel fysiek als online. Daarbij zijn goede zorg en middelen voor medewerkers van de politie essentieel en staat interne veiligheid voorop. We pakken geweld tegen hulpverleners op verschillende manieren aan. We hebben aandacht voor beroepsziekten als PTSS en doorbreken het taboe om hierover te spreken. We verlichten de werkdruk voor hulpverleners waaronder politie-, brandweer- en ambulancezorg door de toekenning van meer middelen en capaciteit. Zo wordt de druk op het personeel verlaagd. Ook zetten we in op het berechten en zwaarder straffen van plegers van geweldsdelicten tegen hulpverleners. We investeren in kleinschalige detentieopvang, alternatieve straffen en maatregelen die de rechten van gedetineerden respecteren en hun kans op succesvolle reïntegratie in de samenleving vergroten. Dit doen we door een grotere focus op onderwijs, op het vinden van werk na detentie en op het versterken van sociale weerbaarheid. De mogelijke impact van geslaagde cyberaanvallen wordt steeds groter, tot maatschappelijke ontwrichting aan toe. We moeten investeren in een betere digitale weerbaarheid van Nederland. Dat begint bij bewustwording bij particulieren en organisaties, gevolgd door de gevoelde noodzaak én de kennis om ook echt maatregelen te kunnen nemen. Bedrijven en kennisinstellingen met kostbare technische informatie moeten worden geholpen bij het versterken van hun cybersecurity. Daarnaast moeten organisaties en het midden- en kleinbedrijf op een veilige en vertrouwelijke manier informatie over kwetsbaarheden kunnen delen. Aanbieders van essentiële diensten moeten extra beschermd worden tegen mogelijke cyberaanvallen. We implementeren een centrale aanpak die ervoor zorgt dat de overheid (en met name de kritieke infrastructuur) uiterlijk in 2028 'kwantumbestendig' is. Codes die met de huidige technologie waterdicht zijn versleuteld, kunnen namelijk eenvoudig gekraakt worden door kwantumcomputers. Daarbij moeten de overheid en het bedrijfsleven samenwerken om tot een hogere cryptowendbaarheid te komen. Volt wil dat Nederland zich inzet voor een uitbreiding van de bevoegdheden en het werkterrein van het Europees Openbaar Ministerie (EOM). Volt wil een verplichting voor lidstaten om deel te nemen aan het EOM. Volt wil ethisch hacken verder aanmoedigen. We leggen daarom naar Belgisch voorbeeld het recht op ongevraagd ethisch hacken wettelijk vast. Nederland heeft een bloeiende cultuur van mensen die het internet veiliger maken door technisch onderzoek te doen. Alle organisaties die belangrijk zijn voor de samenleving moeten snel en positief reageren wanneer een ethisch hacker een digitaal probleem vindt en meldt. Na een afgesproken tijd mag de hacker het gevonden probleem breed bekend maken, in overleg met het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC). Nederland zal niet instemmen met de invoering van de Europese Chat control-wet. Nederland zal zich in de EU inzetten voor een grondige en feitelijke evaluatie van het Europese veiligheidsbeleid in de afgelopen twintig jaar. --- pdf_page: 67 --- # 6. Financiële paragraaf In dit hoofdstuk wordt later (tussen het congres op 23 september 2023 en de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november 2023) een financiële paragraaf toegevoegd. De cijfers in deze paragraaf hangen af van de doorrekeningen van het Centraal Planbureau (CPB) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) die pas na het congres van 23 september bekend zullen worden. --- pdf_page: 68 --- Volt Nederland 134 # ═══════════════════════════════════════ # VoltNL - 2023 # ═══════════════════════════════════════ --- pdf_file: "VoltNL_Verkiezingsprogramma_TK_2023" pdf_source_url: "https://dnpprepo.ub.rug.nl/87719/" program_title: "Toekomst, nu. Een Europees verhaal van optimisme" party_full: "Volt Nederland" election_date: "2023-11-22" total_pages: 68 token_count: 60107 pdf_page: 1 --- # Toekomst, nu. Een Europees verhaal van optimisme --- pdf_page: 2 --- ## De rest van je leven speelt zich af in de toekomst Het is tijd om noodzakelijke keuzes te maken. We rennen van crisis naar crisis. Klimaat, wonen, toenemende armoede, stikstof, migratie - ze hebben allemaal één ding gemeen: het zijn crises geworden omdat keuzes jarenlang vooruitgeschoven zijn. Er zijn politici die blijven volhouden dat Nederland zelf een antwoord kan vinden op de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw. Maar dat is een illusie. Als wij grip willen krijgen op onze toekomst, dan kan dat maar op één plek: in de Europese Unie (EU). Een sterke en onafhankelijke EU is de enige manier om onze veiligheid en bestaanszekerheid te behouden en een groene toekomst te bereiken. Daarom is Volt zes jaar geleden opgericht. Jongeren door heel de EU stonden op en zeiden: "Als de oude partijen het niet doen, dan doen wij het zelf wel". Want we kunnen alle uitdagingen aan en we kunnen van problemen kansen maken, als we nu wél de noodzakelijke keuzes maken. Dat kunnen geen kleine stapjes zijn: dat moeten gedurfde systeemveranderingen voor de lange termijn zijn. Systeemveranderingen die hoop geven, die een radicaal positief toekomstbeeld schetsen waarvan mensen zeggen: "Ik kan niet wachten tot het 2050 is!" Die toekomst en de systeemveranderingen om daar te komen staan in dit programma. ## Radicaal voor een Verenigd Europa Wij zijn ervan overtuigd dat 2050 groener, eerlijker en veiliger kan zijn dan 2023. Maar dat kan maar op één manier: met een Verenigd Europa, een federale en democratische EU. We hebben een politieke systeemverandering nodig: als de uitdagingen grensoverstijgend zijn, moet onze politiek dat ook zijn. De EU gebruikt haar positie als grootmacht om wereldwijd klimaatleider te zijn en landen tot een groene toekomst te bewegen. Door de begrotingsunie te realiseren, volgroeit de kracht van de euro. Zo kunnen de klimaaten defensieambities worden bekostigd met Europese belastingopbrengsten en het aangaan van gezamenlijke schulden. Met Europese belastingen voorkomen we dat multinationals belastingen ontwijken door zich over de grens te vestigen. Met een Europese krijgsmacht is onze bescherming in een onveilige wereld niet langer afhankelijk van de VS. Met een Europese spreidingswet zorgen we voor een eerlijke en humane verdeling van vluchtelingen. We schrijven een Europese grondwet om een Verenigd Europa op te richten, met daarin meer aandacht voor alle regio's. ## Radicaal voor het klimaat Volt kiest voor een radicale klimaataanpak zonder taboes: alles op alles, én-én. Nederland en de EU moeten klimaatneutraal zijn in 2040 en daarna inzetten op klimaatpositiviteit. Zo bouwen we aan een schone toekomst waarin we samenleven met de natuur. De samenleving zal de komende jaren drastisch gaan veranderen; niet alles wat vandaag kan, kan overmorgen ook nog. We moeten rigoureuze keuzes maken. We schrappen fossiele korteafstandsvluchten, stoppen vanaf 2030 met de verkoop van nieuwe fossiele automotoren, gaan privéjets verbieden en de meest vervuilende fabrieken sluiten tot ze duurzaam zijn. De uitbuiting van mens, dier en planeet kán niet doorgaan. We bouwen een Europees netwerk voor hogesnelheidstreinen, investeren in groene steden en stadskernen, schone lucht en water, en in groene banen. We schrappen de fossiele subsidies en verleggen die geldstromen naar schone energie, groene bedrijven en mensen die zonder financiële hulp niet kunnen verduurzamen. Alleen als we voor elkaar zorgen, kunnen we deze veranderingen vormgeven. We staan voor een snelle ombuiging van intensieve naar circulaire en natuurinclusieve landbouw. We maken het ov overal naar behoefte beschikbaar, ook in dunbevolkte gebieden. ## Radicaal voor gelijke kansen Volt wil bij het verdelen van gelden over regio's de spreiding van onderwijs, zorg, werk, cultuur en publieke diensten zo inrichten, dat deze voor iedereen in Nederland goed toegankelijk zijn. Volt kiest voor gelijke kansen voor alle inwoners van de EU in elke regio, in de stad en op het platteland. De overheid gaat uit van vertrouwen, iedereen mag zichzelf zijn en de overheid staat pal voor inclusiviteit. Toekomstige generaties hoeven zich geen zorgen te maken over hun bestaanszekerheid; die wordt vanzelfsprekend. We bouwen een Europese Sociale Unie, waarin naar lokale maatstaven gelijk loon voor gelijk werk, en gelijke werknemersrechten voor heel de EU gegarandeerd zijn en elke inwoner van de EU verzekerd is van fatsoenlijke levensomstandigheden. We verhogen de bijstand en het sociaal minimum: iedereen moet voldoende geld hebben voor wonen, energie, onderwijs, zorg, openbaar vervoer en digitale toegang. Volt heeft een positief mensbeeld: een mensbeeld van vertrouwen, zonder discriminatie en racisme, met de menselijke maat als standaard. We creëren gelijke kansen voor alle kinderen door kinderopvang beschikbaar te maken voor alle kinderen, ongeacht of de ouders wel of niet werken, door het onderwijs inclusief te maken en religieus onderwijs niet meer te financieren, en door studeren voor iedereen bereikbaar te maken door de basisbeurs te verhogen. Zo krijgt iedereen gelijke kansen om zich te ontwikkelen. --- pdf_page: 3 --- ## Radicaal voor een nieuw sociaal-economisch systeem Volt kiest voor een complete sociaal-economische omwenteling. We bouwen een Nieuwe Economie die gericht is op brede welvaart, waarin behoeften van maatschappij en natuur centraal staan. Welvaart moet beter verdeeld worden. Werken gaat meer lonen. Vermogen, vervuiling en bedrijven worden meer belast. Vermogenswinsten op aandelen en andere derivaten worden meer en met geschaalde tarieven belast. We zetten volledig in op circulair: het vernietigen van ongebruikte producten wordt verboden, de functionele garantie en de duur hiervan worden in het voordeel van de gebruiker uitgebreid en in Europese wetgeving vastgelegd. Fast fashion wordt verleden tijd. Het is tijd voor een grote fiscale schoonmaak. We schaffen alle toeslagen, heffingskortingen, aftrekposten, vrijstellingen en werkgevers- en werknemerspremies af. Deze worden afgedekt door een aangepaste inkomstenbelasting en een nieuwe basistoelage als opmaat naar een universeel basisinkomen. We maken creatieve woonoplossingen mogelijk en maken optimaal gebruik van de mogelijkheid tot het ombouwen van leegstaande gebouwen. Tegelijkertijd bouwen we nieuwe woningen, verduurzamen we bestaande woningen met een isolatie-offensief en bouwen we sociale huur- en koopwoningen door elkaar heen in gemengde wijken. ## Radicaal voor de democratie De democratie heeft fundamentele vernieuwing nodig. Volt kiest voor vertrouwen, meer inspraak en een stem voor iedereen vanaf 16 jaar. We gaan met elkaar door een tijd van grote veranderingen en daarin hebben we - kiezer en politiek - elkaar nodig. Volt kiest voor een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw, die zichzelf opnieuw uitvindt om beter te kunnen leveren aan haar inwoners, die inwoners grotere invloed geeft en die haar rol pakt in de snel veranderende digitale wereld. We verlagen de stemleeftijd naar 16 jaar en maken de generatietoets leidend voor nieuw beleid, waardoor de gevolgen van beleid voor toekomstige generaties gegarandeerd meegewogen worden. We richten het allereerste nationale, permanente, burgerberaad ter wereld op waarmee inwoners direct invloed op de politieke besluitvorming kunnen uitoefenen. We breiden de Tweede Kamer uit van 150 naar 250 leden, organiseren visiedebatten over de lange termijn, en verleggen de aandacht van de Kamer meer naar wetgeving. We benoemen een minister van Digitale Zaken, om regie te krijgen op bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie (AI) en daar ook juist de kansen van te benutten. ## Inhoudsopgave Een Verenigd Europa 1.1 Een federale en democratische Europese Unie ..... 10 1.1.1 De Europese Unie van iedereen ..... 11 1.1.2 Een transparante Unie ..... 12 1.2 Een rechtsstatelijke Europese Unie ..... 13 1.3 Een veilige Europese Unie ..... 14 1.3.1 Aanpak grensoverstijgende criminaliteit ..... 15 1.4 Een waardegedreven en Europees buitenlandbeleid ..... 16 1.4.1 Oorlog op ons continent ..... 17 1.4.2 Mensenrechten voorop ..... 18 1.5 Een Europese asiel- en migratieaanpak ..... 20 1.6 Een Europese economie van de toekomst ..... 22 1.7 Een sterke Europese Muntunie ..... 23 Mens en natuur in balans ..... 27 2.1 Klimaatneutraal in 2040 ..... 28 2.1.1 Europese klimaatafspraken ..... 29 2.1.2 Rechtvaardig klimaatbeleid ..... 29 2.1.3 Afschaffen van fossiel ..... 30 2.1.4 Aanpassen aan de nieuwe klimaatrealiteit ..... 31 2.2 Een Europese Energie-unie ..... 32 2.2.1 Hernieuwbare energie ..... 34 2.2.2 Kernenergie in de energiemix ..... 35 2.2.3 Waterstof in de energiemix ..... 36 2.3 Een groene economische toekomst ..... 38 2.3.1 Duurzaam innoveren ..... 40 2.4 Landbouw en natuur ..... 41 2.4.1 Een nieuwe, duurzame markt ..... 42 2.4.2 Eerlijke belastingen ..... 42 2.4.3 Bescherming van de natuur ..... 43 2.4.4 Circulaire en natuurinclusieve landbouw ..... 43 2.4.5 Biologische toekomst ..... 45 2.4.6 Dierenwelzijn staat centraal ..... 46 2.4.7 De wolf in Nederland ..... 46 2.4.8 Over grenzen heen ..... 47 2.5 Water, lucht \& bodem ..... 48 --- pdf_page: 4 --- 2.5.1 Een gezonde leefomgeving ..... 49 2.5.2 Een nationaal Deltaplan Waterland ..... 49 2.5.3 De kwaliteit van ons water ..... 51 2.6 Infrastructuur en vervoer ..... 52 2.6.1 Internationale en nationale treinen ..... 52 2.6.2 Treinen in de regio ..... 53 2.6.3 Mobiliteit voor iedereen ..... 53 2.6.4 Uitstootvrij rijden ..... 54 2.6.5 Lucht- en scheepvaart ..... 55 2.7 Wonen ..... 56 2.7.1 Een passende woning voor iedereen ..... 56 2.7.2 Een toekomstbestendige woningmarkt ..... 57 2.7.3 Een allesomvattende visie op wonen \& leven ..... 58 2.7.4 Duurzaam bouwen ..... 59 2.7.5 Nationaal isolatieplan ..... 60 2.7.6 Woonoplossingen creëren ..... 60 2.7.7 Monumenten en cultureel erfgoed ..... 61 2.7.8 De toekomst van ruimtelijke inrichting ..... 62 Gelijke kansen voor iedereen ..... 65 3.1 Bestaanszekerheid ..... 66 3.1.1 Een goede basis voor iedereen ..... 66 3.1.2 Een nationale aanpak tegen schulden ..... 67 3.1.3 Reguleren van sekswerk ..... 67 3.2 Opvang van vluchtelingen ..... 68 3.3 Gelijke kansen in het onderwijs ..... 70 3.3.1 Kinderopvang beschikbaar voor iedereen ..... 70 3.3.2 Kansrijk primair en middelbaar onderwijs voor alle leeftijden ..... 71 3.3.3 Studeren toegankelijk voor iedereen ..... 72 3.3.4 Onderwijs en wetenschap over grenzen heen ..... 73 3.4 Bestrijden van discriminatie, racisme en uitsluiting ..... 75 3.4.1 Het recht om jezelf te zijn ..... 76 3.4.2 Gendergelijkheid, nu ..... 77 3.4.3 Herstel van ons slavernijverleden ..... 77 3.5 Gezondheid en welzijn ..... 79 3.5.1 Een Europese Gezondheidsunie ..... 79 3.5.2 Aandacht voor de zorgvraag ..... 80 3.5.3 Waardering van de zorgprofessional ..... 81 3.5.4 Brede preventie ..... 81 3.5.5 Jongeren en hun omgeving ..... 82 3.5.6 Geef jonge gezinnen een goede start ..... 83 3.5.7 Mentale gezondheid ..... 83 3.5.8 Gelijke kansen voor ouderen ..... 84 3.5.9 Zelfbeschikking ..... 84 3.5.10 Inclusieve zorg ..... 84 3.5.11 Sport als basis voor gezondheid ..... 85 3.6 Gelijke kansen en welvaart in elke regio ..... 87 3.7 Kunst en cultuur ..... 88 Een nieuwe economie ..... 91 4.1 Belastingen en toeslagen ..... 92 4.1.1 Vergroening van het belastingstelsel ..... 93 4.1.2 Vermogensongelijkheid tegengaan ..... 94 4.1.3 Rechtvaardige bijdrage van iedereen ..... 94 4.1.4 Schrappen ongerichte belastingvoordelen ..... 95 4.1.5 Bestaanszekerheid voor iedereen ..... 95 4.2 Een duurzame en circulaire economie ..... 98 4.2.1 Bewust consumeren ..... 98 4.2.2 Verduurzaming van de financiële sector ..... 99 4.3 Een innovatieve economie ..... 100 4.3.1 Investeren in de toekomst ..... 100 4.3.2 Onderzoek als basis voor innovatie ..... 101 4.4 Ondernemerschap ..... 103 4.4.1 Zelfstandige ondernemers ..... 104 4.5 Arbeidsmarkt ..... 105 4.5.1 Werken over de grens ..... 105 4.5.2 Arbeidsmigratie ..... 107 4.5.3 Toegang tot de arbeidsmarkt ..... 108 4.5.4 Een toekomstbestendig pensioenstelsel ..... 108 Een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw ..... 111 5.1 Een sterke democratische rechtsorde ..... 112 5.2 Jongeren en toekomstige generaties ..... 115 5.3 Europese democratie ..... 116 5.4 Digitale democratie ..... 117 5.4.1 Digitale inclusie ..... 118 5.4.2 Waardegedreven innoveren en digitaliseren ..... 119 5.4.3 Kunstmatige intelligentie (AI) ..... 120 5.5 Een levendige democratie ..... 121 5.6 Het Koninkrijk en de Europese Unie ..... 122 5.7 Lokale democratie ..... 124 5.8 Sterke onafhankelijke media ..... 126 5.9 Demonstratierecht ..... 128 5.10 Veiligheid in de $21^{\text {ste }}$ eeuw ..... 129 Financiële paragraaf ..... 133 --- pdf_page: 5 --- # 1. Een Verenigd Europa De EU is al generaties lang het fundament van onze veiligheid en welvaart. De opkomst van het populisme zet dat fundament onder druk en Poetins invasie in Oekraïne heeft dat fundament verder aangetast. Kleine landen bleken te makkelijk tegen elkaar uit te spelen door geopolitieke grootmachten en grootkapitaal. Onze wereld verandert snel en de EU kan niet langer een bijzaak zijn waar de belangen van individuele landen de koers bepalen. Inwoners van de EU moeten direct invloed krijgen op de toekomst van de EU. Volt werkt aan een EU waarin we de grote uitdagingen van deze tijd écht aanpakken. Wij geloven in een EU die samenwerkt aan een leefbare wereld, op basis van lef, vertrouwen, wetenschap en menselijkheid. Volt kiest voor een eenduidige Europese visie. Méér samenwerking, méér inspraak en een eerlijkere, innovatievere en groenere EU. De grote uitdagingen van deze tijd lossen we alleen op als we voorbij de grenzen van de oude wereld denken. De uitdagingen waar Nederland mee te maken heeft, of het nu gaat om de hoge energieprijzen of AI, kunnen we niet alleen oplossen: dat moet samen in de EU. De EU kan dé voorloper zijn in een duurzame en technologische toekomst. De EU moet een menswaardig bestaan garanderen voor iedereen, en een democratisch en rechtsstatelijk voorbeeld zijn voor de wereld. De EU zal synoniem worden voor voorspoed, vrijheid en brede welvaart. Alles is mogelijk met een Verenigd Europa, een federale en democratische EU, waar we samen strijden voor een nieuw systeem. --- pdf_page: 6 --- ### 1.1 Een federale en democratische Europese Unie In de EU van vandaag zetten lidstaten zich nog te veel in voor hun eigen nationale belangen, in plaats van de belangen van alle inwoners van de EU. Terwijl de grote uitdagingen van nu, juist Europees aangepakt moeten worden. Daarom willen we toewerken naar een échte federale en democratische EU. Een EU waar beslissingen genomen worden in het belang van alle inwoners. Een EU waarin iedere inwoner vertegenwoordigd is en meer invloed heeft op de keuzes die in Brussel gemaakt worden. Dat is de democratische EU die we verdienen. Wij zien Nederland als de aanjager om de manier waarop we met elkaar samenwerken in de EU grondig te hervormen. We hebben een Europese grondwet nodig. Daarom roept Volt het volgende Nederlandse kabinet in de eerste honderd dagen op om tot een bijeenkomst in Brussel te komen voor wijziging van de Europese verdragen en de totstandkoming van een Europese grondwet. Er moet een Europese regering komen, met een Europese minister-president. De EU moet, net zoals de Nederlandse democratie, bestuurd worden door democratisch gekozen volksvertegenwoordigers. Als eerste stap wil Volt dat Nederland vasthoudt aan de 'Spitzenkandidaten'procedure, waarmee een topkandidaat uit het Europees Parlement wordt voorgedragen als voorzitter van de Europese Commissie. We willen dat het Europees Parlement het recht van initiatief krijgt, oftewel: zelf wetsvoorstellen kan indienen. Zo brengen we Europese wetgeving in handen van democratisch gekozen volksvertegenwoordigers. Volt wil dat onze regering in Brussel gaat lobbyen voor het toekennen van het recht van initiatief aan het Europees Parlement. We schaffen het vetorecht (ook wel: de unanimiteitsvereiste) van individuele lidstaten in de Raad van de EU af. We moeten vooruit met de EU, in het belang van al haar inwoners. Het recht van lidstaten om, uit eigenbelang, belangrijke voorstellen te blokkeren staat vooruitgang in de weg en moet wat Volt betreft tot het verleden behoren. Zonder Europese kieslijsten zijn Europese verkiezingen niet echt Europees. Bij Europese verkiezingen moet je ook op kandidaten uit andere lidstaten kunnen stemmen, ongeacht of die kandidaat Italiaans of Roemeens is. Maar dat kan nu nog niet. Daarom wil Volt werk maken van echte Europese kieslijsten. De rol van de Europese Raad van regeringsleiders wordt precies gedefinieerd. De Europese Raad zal expliciet geen beslissingsbevoegdheid hebben, en slechts adviseren over de grote politieke lijnen. De voorzitter van de Europese Commissie zal geen lid meer zijn van de Europese Raad van regeringsleiders. Volt wil dat artikel 17.5 van het Verdrag van de EU wordt uitgevoerd, zodat het aantal Eurocommissarissen in de Europese Commissie wordt verkleind tot twee derde van het aantal lidstaten. Het Europees Parlement krijgt het recht van enquête, inclusief het recht getuigen onder ede te horen en het recht op inzage in vertrouwelijke informatie. ### 1.1.1 De Europese Unie van iedereen Inwoners moeten directer invloed kunnen uitoefenen op de richting die de EU op moet gaan. Dit geldt voor alle inwoners van de EU, van nu én van de toekomst. Er moet een permanent burgerberaad op Europees niveau komen om de stem van inwoners in Brussel te vergroten. Dit orgaan is verantwoordelijk voor het organiseren van burgerberaden over Europese thema's, waarin inwoners vanaf zestien jaar zwaarwegende aanbevelingen over allerlei zaken kunnen doen aan o.a. het Europees Parlement. Invoering van een generatietoets op Europees niveau. Europees beleid moet getoetst worden op de effecten voor de lange termijn. Voor de jonge generaties van nu én die van de toekomst. De EU voelt ver weg, maar is dat niet. Wij zijn de EU: we bepalen zelf wat er in Brussel gebeurt en welke besluiten er over ons worden genomen. Maar nog te vaak doen Nederlandse politici alsof het tegenovergestelde waar is, namelijk 'dat Brussel het allemaal besloten heeft'. Dat beeld doet geen recht aan de werkelijkheid en is zelfs schadelijk. De EU biedt ons juist kansen om problemen met elkaar op te lossen en ons leven beter te maken. Daarom is het belangrijk dat het Nederlandse kabinet de EU actiever naar de samenleving brengt. We maken van de Dag van Europa (9 mei) een nationale feestdag. Op deze dag werd in 1950 de eerste bouwsteen voor het fundament van de EU gelegd. De Europese vlag komt zo snel mogelijk in de Tweede Kamer, de Provinciale Staten en de gemeenteraden te hangen, zoals dat ook al het geval is in de Eerste Kamer én in de meeste parlementen in andere Europese lidstaten. We creëren een echte Europese publieke omroep, met Europese programmering. Zo brengen we inwoners van de EU dichter bij elkaars leefwereld. Europese media uit verschillende lidstaten werken samen om bijvoorbeeld verslag te doen van wat zich in Brussel afspeelt en maken producties die de eenheid én verscheidenheid van de EU weergeven. --- pdf_page: 7 --- ### 1.1.2 Een transparante ## Europese Unie Volt wil dat de EU transparanter en duidelijker wordt voor iedereen, en niet alleen voor grote multinationals. Bindende integriteitsregels en een aangescherpt lobbyregister voor alle Europese instellingen en Europarlementariërs. Te vaak beïnvloedt een te kleine groep mensen of bedrijven grote beslissingen over ons allemaal. De toegang tot de macht in Brussel moet eerlijker en transparanter. Het Europees Parlement stopt zo snel mogelijk met heen-en-weerverhuizen tussen Brussel en Straatsburg. Volt wil dat Nederland actief pleit voor Brussel als de vaste vergaderplaats voor het Europees Parlement. Dat scheelt 180 miljoen euro per jaar én milieuschade. We betrekken de Tweede Kamer meer bij het maken van het Europese beleid, in plaats van alleen de koers achteraf te controleren. We houden vaker gesprekken in de Tweede Kamer met Eurocommissarissen over wat er gaande is op hun beleidsterrein en voeren jaarlijkse beleidsdebatten over de koers van de EU. We leggen wettelijk vast dat de Tweede Kamer tijdig en volledig geïnformeerd wordt over alles wat op het gebied van Europese besluitvorming speelt (de Europawet). We regelen goede informatievoorziening over de EU, onder andere door vaste financiering vanuit de rijksoverheid voor bronnen als Europa-nu.nl en parlement.com. Op deze manier heeft iedere Nederlandse inwoner goede toegang tot informatie over de EU. We blijven ons hardmaken voor meer en betere ondersteuning voor Tweede Kamerleden op het gebied van EUgerelateerde zaken. ### 1.2 Een rechtsstatelijke Europese Unie De EU onderscheidt zich in de wereld door een unie te zijn die gebaseerd is op waarden. Alleen staan die waarden steeds meer onder druk. Zo is de Europese Commissie te vaak bezig met het sluiten van politieke compromissen, waardoor de bescherming van grondrechten ondergeschikt wordt gemaakt aan de politieke eenheid. Denk aan Italië waar lesbische moeders van geboorteaktes worden gehaald, aan het terugduwen en laten verdrinken van vluchtelingen in de Middellandse Zee of aan de vervolging van journalisten en rechters in Polen. Als de EU zich naar buiten toe als geloofwaardige waardengemeenschap wil presenteren, moeten we allereerst ons eigen huis op orde krijgen. We ondernemen daarom effectiever actie tegen landen in de EU die de democratische rechtsstaat afbreken en grondrechten ondermijnen. Europese subsidies aan een lidstaat moeten automatisch worden ingehouden bij ernstige schending van de Europese normen voor democratie, rechtsstaat en grondrechten door de nationale regering. Relevante voorbeelden zijn: verkleining van de vrijheid van het maatschappelijk middenveld, het vervolgen van hulpverleners, het ondermijnen van het demonstratierecht en het schenden van de rechten van vluchtelingen en irreguliere migranten. Door in de Europese Kiesakte te komen met Europese standaarden, normeren we wat vrije en eerlijke verkiezingen zijn. Wanneer lidstaten zich hier niet aan houden, stapt de Europese Commissie naar de rechter. Volt wil dat het opleggen van sancties onder artikel 7 van het Verdrag betreffende de EU (VEU), inclusief het opschorten van stemrecht van een lidstaat, moet worden besloten door het Europees Parlement en op basis van een meerderheid in de Raad van Europa. Zo voorkomen we dat de EU en de belangen van al haar inwoners gegijzeld worden door autoritaire leiders. Volt maakt zich hard voor de bescherming van organisaties en inwoners en voor de beschikbaarheid van financiële middelen om naar de rechter te (kunnen) stappen wanneer de overheid nationale, Europese of internationale verdragen of wetten schendt of deze niet naleeft. --- pdf_page: 8 --- # 1.3 Een veilige Europese Unie Om de veiligheid in eigen regio te kunnen garanderen en een belangrijke actor in een multipolaire wereld te kunnen zijn, heeft de EU een krijgsmacht nodig die snel en onafhankelijk van bondgenoten kan handelen. Dat zorgt ervoor dat de EU met één krachtige stem kan spreken op het wereldtoneel en daarmee zelfstandig de Europese veiligheid, kritieke infrastructuur en belangen kan beschermen. We kunnen onszelf niet afhankelijk maken van de VS voor het beschermen van onze Europese veiligheid. Op weg naar een Europese krijgsmacht nemen we de nodige tussenstappen. We willen een Europese defensie-industrie, zodat we niet meer afhankelijk zijn van andere landen voor ons militair materieel. De Europese Commissie stelt standaarden en normen op voor de ontwikkeling en het gebruik van militair materieel, zoals al eerder is gedaan voor de voedselveiligheid en voor dataroaming op mobiele telefoons. Dit leidt tot besparingen, betere samenwerking, betere inzetbaarheid en gemakkelijker uitwisseling van materieel tussen de krijgsmachten van de diverse EUlanden. We breiden het gezamenlijk inkopen van materieel, zoals dat nu bestaat in Benelux-verband, uit naar de hele EU. Volt wil inzetten op het overbruggen van cultuurverschillen tussen verschillende nationale krijgsmachten door een Europese doctrine te creëren. Dat doen we door Europese militairen van alle rangen te trainen in de Engelse taal en Europese curricula voor militaire opleidingen te maken. We breiden het militaire Erasmusprogramma uit naar alle rangen en werken zo aan een gemeenschappelijke Europese strategische cultuur en identiteit. We werken toe naar een Europese militaire academie. We willen een permanent operationeel hoofdkwartier in Brussel dat bestaande en nieuwe Europese missies begeleidt. Hier zetelt een permanente raad voor Europese defensieministers, die snel beslissingen neemt over de inzet van mensen en materieel. Volt wil een Europese Rapid Response Force met voldoende capaciteit zodat de EU zelfstandig in staat is grootschalige gevechtsoperaties uit te voeren in het kader van de verdediging van het EU grondgebied. Er komt een Europese permanente zetel in de VN Veiligheidsraad. Om daar te komen, vormen we de permanente zetel van Frankrijk om tot een zetel voor de EU. De NAVO leunt nu te sterk op de bijdrage van de VS, waarvan wij als EU sterk afhankelijk zijn voor onze veiligheid. De EU moet zich meer verenigen binnen de NAVO en actief beleid beïnvloeden. Om de NAVO als Verenigd Europa te kunnen sturen moet in ieder geval onze financiële bijdrage op orde zijn. In Nederland leggen we de 2\%-NAVO-norm wettelijk vast en bepleiten we in Europees verband het belang van deze norm. ### 1.3.1 Aangekgrenseverstijgende criminaliteit Georganiseerde criminaliteit houdt zich niet aan landsgrenzen. Criminaliteit is internationaal en trekt zich van landsgrenzen niets aan. Denk aan de ondermijning van onze samenleving door malafide vastgoedtransacties, het witwassen van miljarden euro's en de criminaliteit die ontstaat bij de drugsproductie en -handel. Georganiseerde criminaliteit bedreigt op die manier onze rechtsstaat. We breiden het mandaat van Europol uit tot een 'Europese FBI' met eigenstandige operationele bevoegdheden. Opsporingsdiensten kunnen daardoor veel sneller en effectiever optreden, zowel in het fysieke als in het digitale domein. Er zijn vergaande bevoegdheden voor lidstaten om persoonsgegevens te delen voor de bestrijding van criminaliteit. Maar de rechtsbescherming van inwoners en de bescherming van persoonsgegevens zijn daarbij achtergebleven. We gaan dat gat dichten. Het delen van persoonsgegevens met derde landen moet strikt worden gereguleerd en moet volledig voldoen aan de Europese normen. --- pdf_page: 9 --- # 1.4 Een waardegedreven en Europees buitenlandbeleid De EU heeft één gezamenlijk en zelfstandig Europees buitenlandbeleid nodig. Dat beleid moet gebaseerd zijn op gelijkwaardigheid, mensenrechten en duurzaamheid. In de wereld van nu is de macht steeds meer verdeeld over verschillende regionale machtsblokken, zoals China en de VS. De tijd waarin de EU haar bondgenoten blind volgt, is voorbij. Volt wil de positie van de EU in de wereld verstevigen en een succesvol buitenlandbeleid voeren dat gebaseerd is op mensenrechten, duurzaamheid en samenwerking. Er komt een Europese minister van Buitenlandse Zaken, die een volledig mandaat heeft om relaties tussen de EU en de rest van de wereld vorm te geven. Uiteindelijk hebben we in de EU geen nationale ministeries van Buitenlandse Zaken meer nodig. Als eerste stap daarnaartoe zet Nederland in op het meer ontwikkelen van samenwerking tussen lidstaten bij hun contacten met en werk in landen buiten de EU. Een gelijkwaardige relatie met landen in Afrika behoort een topprioriteit van het Europees buitenlandbeleid te zijn en het dient dan ook gericht te zijn op door henzelf vormgegeven ontwikkeling van soevereiniteit en welvaart. Instrumenten daarvoor zijn subsidies in het kader van ontwikkelingssamenwerking en Europese leningen en investeringen via internationale en lokale ontwikkelingsbanken en investeringsfondsen. De subsidies richten zich op het bijstaan van landen in Afrika bij hun eigen armoedebestrijding, maatschappijopbouw en lokale beleidsbeïnvloeding. De leningen en investeringsgelden gaan naar financieel- economisch rendabele projecten voor en door deze landen. Goed bemenste ambassades ter plaatse zijn hiervoor essentieel. We versterken multilaterale internationale organisaties zoals de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en de Verenigde Naties (VN), mede door een evenredige vertegenwoordiging voor alle geografische regio's te garanderen. We investeren in het opzetten van speciale leerstoelen (hoogleraarsposten) gericht op het vergaren van kennis over (opkomende) grootmachten in de wereld. Dit langetermijnonderzoek wordt mede gefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken. We zorgen dat voor iedere grootmacht (het Afrikaanse continent, het MiddenOosten, Centraal-Azië, Zuidoost-Azië, Latijns-Amerika en het Noordpoolgebied) een gezamenlijke Europese strategie wordt ingezet om alle verschillende uitdagingen aan te gaan en kansen optimaal te benutten. Wereldwijd stroomt er per jaar zo'n 500 miljard euro via illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden. Kapitaalvlucht berooft regeringen en samenlevingen van broodnodige inkomsten voor binnenlandse investeringen in de private sector, in de ontwikkeling van infrastructuur en de levering van vitale sociale diensten. Volt wil de illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden stoppen. Het bewust verkeerd opgeven van handelscijfers met ontwikkelingslanden door Europese multinationals wordt opgespoord en bestraft. Banken laten we binnen de antiwitwasregeling actief illegale kapitaalstromen uit ontwikkelingslanden opsporen. De belastingvoordelen voor bedrijven schrappen we uit belastingverdragen. Volt wil democratieën in de wereld versterken en de mensen beschermen die bijdragen aan versterking van de democratie, maar hiervoor in eigen land worden vervolgd. Denk hierbij aan journalisten, activisten en wetenschappers. Zo steunen we (jonge) mensen die verandering willen in eigen land, maar daar niet langer veilig zijn. We willen dat de EU (en Nederland) op grotere schaal noodvisa afgeeft aan journalisten, activisten en wetenschappers die in eigen land politiek worden vervolgd. Binnen de EU stemmen we het beleid hiervoor af, zodat voor de hele EU dezelfde voorwaarden gelden. We zorgen voor plekken in het beroepsen wetenschappelijk onderwijs voor studenten die zijn gevlucht uit landen waar democratie wordt ondermijnd, zoals Belarus en Oekraïne. Zij studeren tegen hetzelfde tarief als een inwoner van de EU. ### 1.4.1 Oorlog op ons continent Sinds de inval van Rusland in Oekraïne op 24 februari 2022 woedt er een oorlog op het Europese continent. Nederland en andere Europese landen moeten Oekraïne gezamenlijk onvoorwaardelijk steunen door het sturen van materieel en het opleggen van sancties aan Rusland. De EU is een waardenunie die verschillende samenlevingen bij elkaar brengt, beschermt en bovenal vrede garandeert. Volt wil daarom landen verwelkomen die lid willen worden van onze waardenunie. We helpen Oekraïne op weg naar het lidmaatschap van de EU en de NAVO. Daarbij moet de EU gezamenlijk werken aan een strategie die de relatie tussen Rusland en de EU vormgeeft op het moment dat Oekraïne de oorlog gewonnen heeft. Hierin moeten vrede en wederopbouw centraal staan, en het berechten van de verantwoordelijken voor de oorlog. Om de economie van Oekraïne ook tijdens de oorlog draaiende te houden, wil Volt een internationaal garantiestelsel voor verzekering tegen oorlogsrisico's. De EU moet hier gezamenlijk in investeren. De EU draagt financieel bij aan het herstel van Oekraïne op een soortgelijke manier als de faciliteit voor herstel en veerkracht is ingericht. Zo zorgen we dat Oekraïne weer een welvarend en weerbaar land wordt. --- pdf_page: 10 --- Volt wil, vanuit politiek-strategisch en veiligheidsbelang, dat Nederland zich actief inzet voor een snelle uitbreiding van de EU. Dit geldt voor alle landen op de Westelijke Balkan, Oekraïne, Moldavië en Georgië. Het actief bepleiten van hernieuwde toetreding van het VK valt daar ook onder. Om het uitbreidingsproces te kunnen versnellen zonder de criteria te verzwakken, pleit Volt voor hervorming van het toetredingsproces tot een gefaseerd proces, waarbij het lidmaatschap met bijbehorende rechten, in porties verkregen kan worden. Voorwaarde voor de kandidaat-status is het onderschrijven en uitdragen van de beginselen en waarden van de EU. De EU moet het eigen hervormingsproces, met name van het landbouwbeleid en cohesiebeleid, drastisch versnellen. Voorstellen voor B-lidmaatschap zijn geen alternatief voor hervorming. ### 1.4.2 Mensenrechten voorop De EU is een unie waarin de bescherming van mensenrechten centraal staat, waar waarden het uitgangspunt zijn. Volt wil minder mooie woorden en meer actie: Nederland koppelt de bescherming van mensenrechten en grondrechten altijd en overal aan beleid. Of het nu gaat om de bescherming van INbtiq+'ers, vrouwen en meisjes, of om het aangaan van handelsrelaties als Nederland of als EU: mensenrechten staan voorop. Natuur- en mensenrechten zijn leidend in het handelsbeleid. Dit betekent dat we als EU geen vrijhandelsverdragen sluiten waarbij deze rechten worden geschaad, zoals het Mercosur-verdrag. Hierom is Volt mede-initiatiefnemer van de wet Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Volt wil dat 1\% van het Europese (en Nederlandse) bruto nationaal inkomen (BNI) naar ontwikkelingssamenwerking gaat en dat we ontwikkelingssamenwerking in Europees verband organiseren. Deze middelen zullen in subsidievorm aangeboden worden voor projecten die wel maatschappelijk, maar niet financieel rendabel zijn en in lening/investeringsvorm via ontwikkelingsbanken voor projecten die wel financieel rendabel zijn. Voor die laatste categorie kunnen de middelen ook goed ingezet worden om private investeerders te verleiden te investeren door voor hen het risico te verlagen. Deze private investeerders zijn essentieel voor het behalen van de duurzaamheidsdoelen van de VN, omdat die met alleen publiek geld niet haalbaar zijn. Volt zet lokale experts, ngo's, banken, investeringsfondsen en bedrijven centraal in buitenlandse betrekkingen en ontwikkelingssamenwerking. Zo creëren we samenwerking op een gelijkwaardige manier, in plaats van vanuit eenzijdige afhankelijkheid. Extra nadruk wordt gelegd op het financieren van projecten in lokale valuta. Dit in tegenstelling tot de huidige praktijk waarbij financieringen door ontwikkelingsbanken meestal in harde valuta zoals de euro, de dollar, etc. verschaft worden, waardoor schulden in geval van een ontwaarding van de lokale valuta onbetaalbaar worden. Nederland steunt actief het maatschappelijk middenveld in landen buiten de EU. Om dit te doen vergroten we de capaciteit op ambassades zodat vanuit daar mensen in het veld beter ondersteund kunnen worden. We voeren de mensenrechtentoets uit op alle nieuwe beleidsmaatregelen, ook op het gebied van economie en buitenlandse zaken. --- pdf_page: 11 --- ## 1.5 Een Europese asiel- en migratieaanpak Mensen vluchten en mensen migreren. Dat is niet alleen een feit waar we mee moeten omgaan of een grondrecht om te verdedigen: de vrijheid om te overleven is een mensenrecht, een menselijk recht. Volt wil een open EU, waar plaats is voor vluchtelingen en arbeidsmigranten. Maar de EU is voor velen een dodelijk fort geworden. Vluchtelingen moeten onmenselijke en levensgevaarlijke tochten ondernemen om naar de EU te komen, en worden tijdens zo'n tocht te vaak teruggeduwd over de grens. Het kan niet zo zijn dat mensen sterven achter hekken, op zeeën en in woestijnen door beleid dat wij als EU voeren. Volt wil een menselijk vluchtelingenbeleid en een verstandig arbeidsmigratiebeleid voor de EU als geheel. Samenwerking en solidariteit zijn randvoorwaarden om toekomstige migratiecrises in de EU te voorkomen. Volt wil dat Nederland zich inzet voor een Europees Asiel- en Migratiepact (oftewel: een Europese spreidingswet) die tot solidariteit verplicht en ervoor zorgt dat de controle van onze Europese buitengrenzen gezamenlijk wordt aangepakt. Volt streeft ernaar dat Nederland zich inzet voor de afschaffing van de Dublinverordening. In plaats daarvan pleiten wij voor een systeem waarbij mensen die asiel willen aanvragen in de EU, zelf het land kunnen kiezen waar zij hun aanvraag willen indienen. Nederland zal niet langer de Dublin-verordening handhaven en zal geen mensen meer terugsturen naar andere EU-landen. Deze aanpak zal bijdragen aan een rechtvaardiger en humaner asielbeleid in lijn met de openheid van en solidariteit binnen de EU. We sluiten niet langer dubieuze deals met dictators van landen rondom de EU, zoals Tunesië. In plaats daarvan wil Volt legale migratieroutes openen. We dwingen mensen niet langer in een gammel bootje te stappen, met het risico te verdrinken in de Middellandse Zee. We willen inspecteurs aan de grenzen, zodat landen die zich schuldig maken aan het terugduwen van vluchtelingen voor de rechter kunnen worden gebracht. Volt wil dat landen die zich schuldig maken aan de zogenoemde pushbacks geen ondersteuning meer ontvangen om hun buitengrenzen te controleren. Landen die hulpverleners vervolgen wanneer zij bijvoorbeeld mensen redden op zee of juridische bijstand verlenen, worden gesanctioneerd. In ieder (bilateraal) verdrag waarin voorwaarden over migratie worden opgenomen, moet staan dat het verdrag direct wordt opgeschort op het moment dat mensenrechten geschonden worden. Op het moment dat zo'n concrete voorwaarde ontbreekt moet Nederland tegen het sluiten van dit verdrag stemmen. De Europese grens- en kustwacht Frontex wordt grondig hervormd, komt los te staan van nationale regeringen en legt verantwoording af aan het Europees Parlement. Volt wil dat er een gemeenschappelijke EU-zoeken reddingsoperatie komt voor het Middellandse Zeegebied, in lijn met de oproepen vanuit het Europees Parlement. Terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers via Frontex moet op een humane manier plaatsvinden, onder begeleiding van onafhankelijke waarnemers. --- pdf_page: 12 --- ### 1.6 Een Europese economie van de toekomst De toekomst voor industriële en economische ontwikkeling is groen. Grote landen zoals de VS en China hebben hun industriepolitiek hierop aangepast en zijn al jaren bezig met het verzekeren van toegang tot essentiële grondstoffen en het beschermen van hun technologische voorsprong. De Europese markt is groot en belangrijk op het wereldtoneel. Dat brengt mogelijkheden, invloed maar ook verantwoordelijkheden met zich mee. Volt wil een slimme en competitieve Europese industriepolitiek waarbij strategisch gekozen wordt welke industrieën de EU wil stimuleren. Dat zijn die productieprocessen die toekomstbestendig en van levensbelang zijn. Volt wil dat niet alleen geld en materiële welvaart centraal staan, maar welvaart in de brede zin: gezondheid, onderwijs, milieu en leefomgeving, sociale cohesie, persoonlijke ontplooiing en veiligheid. Het Europese verdienmodel voor de toekomst draagt zorg voor de brede welvaart van alle mensen in én buiten de EU. Tekorten aan medische hulpmiddelen tijdens de pandemie en Russische dreigementen om gasleveringen aan de EU te stoppen vanwege onze steun aan Oekraïne, tonen de risico's van te grote economische afhankelijkheden. Om dergelijke crises in de toekomst te voorkomen, zal de EU de meest noodzakelijke middelen zelf moeten gaan produceren. Economische afhankelijkheden van landen die onze democratische waarden niet delen, moeten we zo veel mogelijk spreiden. Zo moet de EU zijn afhankelijkheid van zeldzame aardmetalen uit China, die o.a. cruciaal zijn voor de energietransitie, afbouwen door te investeren in zo duurzaam mogelijke mijnbouw in de EU en daarbuiten. De EU blijft handel voeren met de rest van de wereld, maar vanaf nu mét oog voor onze strategische belangen. We richten een Europees durfkapitaalfonds op waarmee we Europese innovaties stimuleren. We werken toe naar een echte gemeenschappelijke Europese arbeidsmarkt. Daarom wil Volt dat binnen de EU dezelfde standaarden omtrent arbeid gaan gelden. Om voor de EU digitale autonomie te bereiken richten we een EU-Tech Fund op, gericht op het aanjagen van de ontwikkeling van nieuwe, ethisch verantwoorde digitale technieken en andere technologische innovaties. We zetten Europees cohesiebeleid (oftewel: regiobeleid) doelgerichter in om verschillen tussen Europese regio's te verkleinen. In plaats van cohesiemiddelen te verschuiven naar potjes om crises op te vangen, investeren we in brede welvaart, waaronder onderwijs, training, vergroening en innovatie, sociale woningbouw en grensoverstijgende samenwerking. Voorbeelden van dit laatste zijn het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van grenswerkers en het ontwikkelen van internationale treinverbindingen. ### 1.7 Een sterke Europese Muntunie Voor een sterke EU met een sterke economie, is een sterke euro nodig. Met een sterke euro kunnen we bovendien een sterke tegenmacht zijn tegenover andere geopolitieke blokken in de wereld, zoals China of de VS. Met een gedeelde munt, begroting en economie spelen we het spel mee én bepalen we de regels, in plaats van dat er met ons gespeeld wordt. Door de begrotingsunie toe te voegen aan de monetaire unie zal de euro veel sterker zijn dan ze nu al is. Volt wil een Europese minister van Financiën, met een jaarlijkse eigen begroting. Volt wil een gezamenlijke Europese begroting, waarbij de inkomsten en uitgaven worden gecontroleerd door het Europees Parlement. Een belangrijke stap daarnaartoe is het oprichten van pan-Europese begrotingsfondsen. Dit zijn fondsen die gebruikt worden voor de grote gezamenlijke uitdagingen: het aanpakken van de klimaatcrisis, een Europese defensie en Europese digitalisering. Volt wil volledige integratie van de Europese kapitaalmarktunie en de bankenunie. Zo jagen we economische vooruitgang aan en vergroten we de stabiliteit van ons financiële systeem. Op de korte termijn willen we een herziening van het Stabiliteits- en Groeipact met een norm voor de staatsschuld van $90 \%$. De huidige norm van $60 \%$ is voor veel Europese landen onhaalbaar en daarmee zelfs schadelijk. Op de langere termijn, wanneer de begrotingsunie een feit is, zal de Europese begroting bekostigd worden vanuit Europese belastinginkomsten en het uitgeven van gezamenlijke schuld. Zo voorkomen we op de korte termijn dat landen in de EU enorm veel moeten bezuinigen en minder ruimte hebben voor investeringen. We kunnen dan op de lange termijn gebruikmaken van de toegenomen kracht van de gezamenlijke economie met ondersteuning van de toegenomen kracht van de euro. We streven verdere uitbreiding van de eurozone na door EU-ildstaten die de euro nog niet hebben, ertoe te bewegen om de euro in te voeren. Zweden en Denemarken zijn in deze context belangrijk vanwege hun relatief sterke economieën. Om de monetaire soevereiniteit van de eurozone en daarmee de financiële soevereiniteit van de landen in de eurozone te beschermen, is Volt voorstander van het invoeren van de digitale euro, met sterke waarborgen op het gebied van privacy en non-programmeerbaarheid. Om tegenwicht te bieden aan de digitale valuta van andere grootmachten, pleiten we in Europees verband voor een ambitieuze, geopolitieke strategie achter de invoering van de digitale euro. --- pdf_page: 13 --- Het heffen van belastingen wordt door iedere lidstaat apart gedaan. Hierdoor worden Europese landen tegen elkaar uitgespeeld door multinationals die dreigen met het verplaatsen van hun hoofdkantoor naar een ander land vanwege een gunstiger belastingtarief. Bedrijven ontlopen zo hun plicht om een rechtvaardige maatschappelijke bijdrage te leveren. Volt wil daarom Europese belastingen heffen. Zo kunnen Europese landen niet meer tegen elkaar uitgespeeld worden en kunnen bedrijven het betalen van belastingen niet meer ontlopen. In tijden van crises zijn er altijd bedrijven die profiteren terwijl inwoners juist geld verliezen. Volt wil daarom dat grote bedrijven maatschappelijk bijdragen wanneer zij onevenredig veel verdienen aan een crisis. We willen één Europese winstbelasting, die we heffen in de hele EU. Zo voorkomen we een race to the bottom, waarin lidstaten tegen elkaar uitgespeeld worden door grote multinationals. Dit verzekert de EU van meer belastinginkomsten, die gebruikt kunnen worden om de levens van al haar inwoners te verbeteren. We willen één Europese meevallersheffing, zodat we in een tijd van crisis bedrijven die bovenmatig profiteren van die crisis, extra kunnen belasten. Deze inkomsten komen vervolgens ten goede aan de maatschappij. We maken ons hard voor een Europese staatsburgerbelasting, waarmee iedereen tijdelijk belasting blijft betalen op de plek waar je staatsburger bent geweest. Zo voorkomen we dat mensen jarenlang gebruikmaken van publieke voorzieningen in de ene lidstaat en vervolgens de daar 'verschuldigde' belasting ontwijken door te verhuizen naar een lidstaat waar ze minder belasting betalen. Volt wil een Europese belastingautoriteit om belastingontwijking effectief tegen te gaan. We zetten in op vergaande samenwerking tussen verschillende belastingautoriteiten in de lidstaten en leggen een wettelijke definitie vast voor wat onder vermogen valt. Zo voorkomen we dat in het ene land een jacht wel wordt belast en in het andere niet. --- pdf_page: 14 --- # 2. Mens en natuur in balans Extreme hitte, droogte, overstromingen, verstoorde ecosystemen, hagelstormen en bosbranden: klimaatverandering gaat ons uiteindelijk allemaal raken. We konden de afgelopen maanden al zien op welke manieren, en vooral hoe snel het gaat. Het is daarom tijd dat Nederland én de EU de klimaatnoodtoestand uitroepen en van het bestrijden van de klimaatcrisis topprioriteit maken. We moeten nu harde en moeilijke keuzes maken, groots handelen, willen we de balans tussen mens en natuur op onze planeet herstellen. Keuzes die pijn zullen doen, omdat er direct iets moet veranderen. Dat zal niet eenvoudig zijn. Maar als we het samen doen en de lasten eerlijk verdelen, met vertrouwen in elkaar, gaat het ons lukken! Onze samenleving moet in 2040 klimaatneutraal zijn. Dat betekent: snel terugdringen van de $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot, duurzamere keuzes maken en maximaal inzetten op groene energie. Daar hoort het onderzoeken en benutten van technieken zoals kernenergie, waterstof en aardwarmte bij. Die kunnen een grotere rol spelen dan nu. Ook dat doen we samen. Omdat veel Europese landen verschillende energiebronnen hebben - zoals zonne-energie in Spanje en waterkracht in Oostenrijk - is Europese afstemming hierover cruciaal. We gaan keuzes maken. Dat moet. We gaan heel veel dingen niet meer doen en we zullen, soms pijnlijke, keuzes moeten maken. Als we deze keuzes samen maken, en de lasten en de lusten eerlijk verdelen, gaat het ons lukken om ons welzijn te verbeteren. Ons welzijn is immers onlosmakelijk verbonden met deze ene planeet waarop wij leven. Grote vervuilende bedrijven verplichten we daarom om een klimaatplan te leveren waarin staat hoe zij zo snel mogelijk toekomstbestendig worden. We maken de omslag naar natuurinclusieve landbouw. We verbieden korteafstandsvluchten en privévluchten die gebruikmaken van fossiele brandstoffen om zo ruimte te creëren voor investeringen op het gebied van duurzaam vliegen. We verbieden het om stoffen waar mensen ziek van worden in de natuur te lozen. En Volt wil een Deltaplan Waterland waarin we laten zien dat we nog altijd kampioen watermanagement zijn. Om al deze veranderingen in de samenleving mogelijk te maken, moet iedereen mee kunnen komen. Daarom zorgen we ervoor dat iedereen duurzaam en betaalbaar kan wonen en openbaar kan reizen, óók buiten stedelijke gebieden als de Randstad. De sterkste schouders dragen daarbij de zwaarste lasten. Kansen voor gezamenlijke woonoplossingen gaan we benutten. Zo creëren we nieuwe kansen en een schone en duurzame toekomst. Waar we als land, als EU in 2040, 2050 én 2180 enorm trots op kunnen zijn. --- pdf_page: 15 --- # 2.1 Klimaatneutraal in 2040 De EU kan in 2040 klimaatneutraal zijn. Een klimaatneutrale EU is een schone EU, waarin we de gezondheid van natuur, mens en dier voorop stellen en stoppen met het uitstoten van te veel schadelijke stoffen. Zo geven we een schone toekomst door aan de toekomstige generaties. Klimaatneutraliteit is niet alleen een doel op zich, maar ook een middel om de kans op natuurrampen te verlagen en watertekorten voor te zijn. Om in 2040 klimaatneutraal te zijn, hebben we sterke langetermijnoplossingen nodig. Door de huidige focus op 2030 winnen kortetermijnoplossingen het nog te vaak van échte systeemverandering. Daarom focussen wij op 2040. Zo maken we systeemverandering wél mogelijk. We leggen het $\mathrm{CO}_{2}$-reductiepercentage van $100 \%$ in 2040 vast in de wet. Zo maken we een einde aan streefpercentages en introduceren we een harde norm die ons klimaat nodig heeft. Ook maakt de focus op 2040 meer ruimte voor een haalbare en duidelijke omslag om binnen de 1,5 graad opwarming te blijven. We rekenen de vervuiling van geïmporteerde producten mee in onze nationale klimaatdoelen, zoals Zweden ook al doet. We nemen verantwoordelijkheid voor de uitstoot die plaatsvindt door ons consumptiegedrag. Er komt een ministerie van Klimaat, Energie en Circulariteit. We kunnen de omslag naar een duurzame samenleving op tijd maken, als we daarvoor alle zeilen bijzetten. De focus van dit ministerie moet daarom volledig liggen op het versnellen van de duurzaamheidstransitie en het verkleinen van de Nederlandse ecologische voetafdruk. We voeren een Europese $\mathrm{CO}_{2}$-belasting (een uitgebreider ETS II) in voor alle brandstoffen. We voeren dit ook in voor alle vluchten die van buiten de EU komen. We dichten de gaten van $\mathrm{CO}{2}$-beprijzing door het belastingstelsel te hervormen, zodat voor alle Nederlandse broeikasgasuitstoot een minimale $\mathrm{CO}{2}$-prijs geldt. Deze prijs heeft in ieder geval de hoogte van de huidige Europese belasting voor de grootste vervuilers (ETS-prijs). Volt is zich zeer bewust van de hogere kosten die dit met zich meebrengt voor verbruikers en laat de opbrengsten vloeien naar snellere verduurzaming en alternatieven voor inwoners en bedrijven. We planten veel meer bomen en planten in de EU. Zodat we in 2040 niet alleen volledig klimaatneutraal zijn, maar broeikasgassen dan ook actief uit de lucht halen. Dit doen we ook door in te zetten op $\mathrm{CO}_{2}$-opslag zolang dat nodig is. Samenleven met de natuur wordt de standaard, zodat we bij alles wat we doen iets teruggeven aan de aarde en de ecosystemen die ons gezond houden. Een voorbeeld is de stadsboswachter die zorgt voor meer ruimte voor natuur in steden, wat weer zorgt voor het vasthouden van water, schonere lucht, verkoeling en meer biodiversiteit. Volt wil een Nederlandse en Europese strategie om met $\mathrm{CO}{2}$ om te gaan. De opslag van $\mathrm{CO}{2}$ is nodig om uitstoot te verminderen en om eventueel zelfs klimaatpositief te worden. Daarnaast moet $\mathrm{CO}_{2}$ circulair hergebruikt worden om nieuwe producten te maken in de vorm van brandstoffen, chemische producten en materialen. ### 2.1.1 Europese klimaatafspraken De huidige Europese klimaatafspraken zijn niet voldoende om de EU in 2040 klimaatneutraal te maken. Daarom willen we scherpere Europese afspraken maken. We investeren in één gecoördineerde Europese aanpak om klimaatneutraliteit en energieonafhankelijkheid te bereiken in plaats van de 27 verschillende nationale aanpakken. Zo voorkomen we dat armere lidstaten achterblijven. We tuigen nieuwe Europese fondsen op, waarbij gekeken wordt waar we het snelst de meeste klimaatwinst kunnen boeken. Met die fondsen zetten we in op internationale projecten, in plaats van op nationale projecten. Zo versnellen we de Europese klimaataanpak en zorgen we dat alle lidstaten mee kunnen komen in de transitie. We hameren erop dat de nieuwe Europese Commissie, die in 2024 wordt aangesteld, een ambitieuzer klimaatplan heeft dan de huidige Green Deal. ### 2.1.2 Rechtvaardig klimaatbeleid Zonder klimaatrechtvaardigheid geen goed klimaatbeleid. De kosten van de klimaattransitie moeten door de sterkste schouders gedragen worden. Zo worden ze ook mogelijk en draaglijk gemaakt voor mensen met de kleinste portemonnee. En dat niet alleen: met de opbrengsten van de belastingen en heffingen op vervuiling maken we verduurzaming, zoals isolatie en warmtepompen, betaalbaar. Daarnaast verhogen we het minimumloon, waarbij we rekening houden met de gevolgen voor het mkb, en we verschuiven de lasten van arbeid naar de grote vermogens. De klimaat- en energietransitie levert meer banen en geld op, maar zal om ander werk vragen. Daarom willen wij dat bedrijven naast een klimaatplan ook een sociaal plan maken om werknemers te helpen met scholing en het overstappen naar een andere baan. We toetsen nieuwe klimaatmaatregelen op negatieve effecten, en daarmee op klimaatrechtvaardigheid. Nieuw klimaatbeleid dat invloed heeft op de portemonnee moet getoetst worden op het eerlijk verdelen van de lasten. Ook moet er gekeken worden naar de kosten voor de volgende generaties van het lenen van geld voor fondsen: dit wordt voorkomen door de vervuiler nu te laten betalen. --- pdf_page: 16 --- We werken toe naar een stelsel waarbij een gedeelte van de inkomsten van $\mathrm{CO}{2}$-heffingen (o.a. belasting en ETS) direct herverdeeld wordt over de inwoners als 'klimaatinkomen'. De komst van de ETS II (transport en wonen) is dé gelegenheid om dit in te voeren, aangezien nationale overheden zelf mogen beslissen hoe de inkomsten uit ETS II verdeeld gaan worden. $\mathrm{CO}{2}$-heffingen zorgen ervoor dat ondernemers en consumenten rekening gaan houden met de hoogte van hun $\mathrm{CO}{2}$-uitstoot. Het klimaatinkomen zorgt ervoor dat alle inwoners gelijkwaardig gecompenseerd worden voor het toegenomen klimaatrisico en de toegenomen $\mathrm{CO}{2}$-kosten. Dit systeem werkt nivellerend: hogere inkomens betalen meer doordat ze een groter aandeel hebben in de $\mathrm{CO}_{2}$-uitstoot en lagere inkomens gaan er netto op vooruit. In Oostenrijk is dit systeem al ingevoerd. De zogeheten 'Klimabonus' heeft daar de populariteit van klimaatmaatregelen vergroot. ### 2.1.3 Afschaffen van fossiel Om als EU klimaatneutraal te worden, moeten we fossiele brandstoffen zo snel mogelijk uitbannen. Daarmee creëren we de ruimte om onze eigen, zo veel mogelijk zelfstandige, Europese energievoorziening op te zetten. Zo zorgen we ervoor dat de afhankelijkheid van omstreden regimes buiten de EU verleden tijd wordt. We starten direct met het beëindigen van fossiele subsidies, in Nederland én in de EU. Op dit moment besteedt Nederland miljarden aan fossiele vrijstellingen en subsidies aan vervuilers. We verplichten het bijmengen en afnemen van duurzame producten, zoals duurzaam staal, groene waterstof of duurzame plastics. Hiermee creëren we de innovatieve, groene markt van de toekomst en geven we duidelijkheid aan investeerders en bedrijven. Het gebruik van bruin- en steenkool wordt snel afgebouwd en uiteindelijk helemaal gestopt. Dit doen we onder andere door een verhoging van de belasting op kolen naar $€ 25$ per ton, een Europees verbod op bruinkool vanaf 2025 en op steenkool vanaf 2030. In 2030 zijn we volledig gestopt met de verkoop van verbrandingsmotoren. Op deze manier maakt de industrie op tijd de transitie naar dat wat nodig is voor de nieuwe Europese economie. Er worden geen nieuwe vergunningen meer afgegeven voor olie- en gasboringen en het openen van nieuwe kolenmijnen. Dit betekent ook dat er geen nieuwe boringen in de Noordzee en Waddenzee toegestaan worden. Reclame voor het gebruik van fossiele brandstoffen moet verboden worden. We schaffen alle uitzonderingen op de energiebelasting af - zoals de verlaging van de belasting op aardgas en elektriciteit voor grootverbruikers. De enige uitzondering is de duurzame stadsverwarmingsregeling. ### 2.1.4 Aanpassen aan de nieuwe klimaatrealiteit Klimaatverandering zal meer droogte en rampen gaan veroorzaken. Daarom moet de EU beter samenwerken bij het bestrijden van rampen en het leveren van hulp. De Europese samenleving past zich aan met klimaatadaptieve systemen. Bijvoorbeeld door het creëren van robuustere ecosystemen door de natuur uit te breiden, of door het klimaatbestendiger maken van onze infrastructuur. Een voorbeeld hiervan is het stimuleren van de waterdoorlaatbaarheid van wegen, waardoor we het $\mathrm{CO}_{2}$ - en waterabsorberend vermogen van de bodem herstellen. We nemen de gevolgen van klimaatverandering mee in overheidsplannen via een klimaattoets bij nieuwe projecten. Bij het maken van beleid wegen we de kosten mee die we maken als we niets doen. Denk bijvoorbeeld aan overstromingen door klimaatverandering of misoogsten door biodiversiteitsverlies. Door deze kosten mee te nemen, komen we tot een evenwichtiger en verstandiger beleid. We willen bovendien duidelijker monitoren wat de gevolgen zijn van klimaatverandering, zodat we daarop kunnen inspelen. Er worden scenario's opgesteld hoe de EU beter kan samenwerken bij het tegengaan van schade door overstromingen en droogte. We moeten ons weerbaarder maken tegen extreem weer, zoals stormen of overstromingen. Volt wil op Europees niveau en in Nederland een klimaatadaptatiefonds voor de noodzakelijke investeringen opzetten. Daarnaast willen we ook een klimaatnoodfonds opzetten om inwoners en bedrijven bij klimaatrampen te ondersteunen. --- pdf_page: 17 --- # 2.2 Een Europese Energie-unie We zijn goed op weg om fossiele energie te vervangen door hernieuwbare energie. Green Energy Day, de dag in het jaar waarop duurzame energie 'op' is, viel in 2021 nog op 16 februari en dit jaar al op 2 maart. Daarom willen we een Europese Energie-unie; voor een rechtvaardige en snelle energietransitie in de EU. In deze unie zijn leveringszekerheid, betaalbaarheid en zelfvoorzienendheid kernwaarden. We zorgen dat iedereen zich eigenaar kan voelen van deze verandering, door iedereen mee te laten doen. Bijvoorbeeld via eigen energieopwekking. Zo creëren we de energiemix van de toekomst, die 100\% uit hernieuwbare en kernenergie bestaat. Voor die energiemix van de toekomst moeten we ons huidige systeem compleet omgooien. We zetten in op ambitieuze en innovatieve Europese projecten, waarmee we de bestaande infrastructuur voor opwekking en opslag van fossiele brandstoffen aanpassen en gaan gebruiken voor hernieuwbare energie. Nederland kan bijvoorbeeld waterstof gaan maken met windenergie op de Noordzee voor export naar Duitsland. Verder staan we niet toe dat energieleveranciers extreem hoge winsten boeken voor het leveren van een basisvoorziening: we stellen een maximum aan de winstmarges in de energiesector. We breiden de al bestaande koppeling van elektriciteitsnetwerken binnen de EU verder uit. We nemen barrières weg van ingewikkelde regelgeving voor uitwisseling van energie over grenzen heen. We werken aan het afstemmen van, soms nog tegenstrijdig, energiebeleid in de verschillende landen. Om tot een soepele, gezamenlijke, energietransitie te kunnen komen is het van belang dat er op Europees niveau effectief toezicht komt op de productie, opslag en afname van elektriciteit en op de capaciteit van de elektriciteitsnetten. Het elektriciteitsnet is vol en moet verzwaard worden. Daarom helpen we netbeheerders om sneller uit te breiden door te sturen op innovatie en automatisering, samenwerking en snellere vergunningverlening. Daarnaast stimuleren we netbeheerders om de bestaande infrastructuur optimaal te benutten door aan te sturen op dynamisch belasten, flexibele contracten en energieopslag. Verder moeten er pilots komen om te onderzoeken welke impact het heeft als de bestaande infrastructuur structureel hoger belast wordt. We kopen gezamenlijk Europees waterstof en gas in. Daarmee voorkomen we onnodige concurrentie in de EU. We sluiten de voor waterstof relevante Europese infrastructuur, zoals pijpleidingen, op elkaar aan om de Europese waterstofeconomie zo snel mogelijk werkelijkheid te maken. De EU werkt hard aan het bouwen van nieuwe infrastructuur. Nederland wil een belangrijke rol spelen in de opslag en doorvoer van waterstof. In 2035 wordt Nederlandse elektriciteit zonder aardgas opgewekt. We zorgen dat het verbruik van aardgas in Nederlandse elektriciteitscentrales tussen nu en 2035 elk jaar afneemt. Dat doen we door met onze buurlanden daadkrachtig in te zetten op een daling van het energiegebruik en meer zonne-energie, windenergie en door opslag te regelen. Gasverbruik in huishoudens daalt doordat we vol inzetten op isolatie, slimme apparaten en de hybride warmtepomp. Voor de rest wordt in 2035 in de gebouwde omgeving alleen nog groen gas verbruikt. Aangezien gas in 2035 niet meer de prijs van elektriciteit op de markt bepaalt, is het risico veel lager dat toekomstige geopolitieke conflicten, zoals de oorlog in Oekraïne, gaan zorgen voor extreme elektriciteitsprijzen. We zorgen ervoor dat juridische obstakels, om grensoverstijgende energieprojecten uit te rollen in de grensregio's, weggenomen worden. Juist voor inwoners en bedrijven die energie willen uitwisselen en opslaan om daarmee het net te ontlasten. We stabiliseren het elektriciteitsnet door meer gebruik te maken van kernenergie, naast hernieuwbare energie. We verlagen zo bovendien de systeemkosten. Het is daarbij belangrijk dat kerncentrales in publieke handen komen, met een meerderheidsaandeel voor de staat. We geven inwoners een belangrijke stem bij de uitvoering van projecten die te maken hebben met de energievoorziening in hun regio. Daarvoor stellen we middelen beschikbaar via gemeenten, provincies en regionale energiestrategieën (RES). Hiermee kan de communicatie met inwoners inclusiever en proactiever worden. Volt bepleit 50\% lokaal eigendom van regionale energievoorzieningen. De energietransitie maken we natuurinclusief door hiervoor de juiste normen op te leggen. Ook blijft Volt onderzoek naar de ecologische impact van de winning van windenergie op zee steunen. Er moet een Europese aanpak komen om de energienetten in de EU meer vermogen te geven. Daarvoor moet de industrie haar productie afstemmen op de beschikbaarheid van energie. De EU moet de optimale situatie uitwerken voor de toekomstige Europese Energie-unie. We versterken onze uitvoeringsorganisaties zodat de doorlooptijden voor vergunningverlening korter worden. Zo lopen bedrijven geen onnodige vertraging op door de overheid wanneer zij willen verduurzamen. Belangrijke projecten voor het versnellen van de energietransitie lopen in Nederland een groot risico op vertraging door de stikstofproblematiek, terwijl deze projecten --- pdf_page: 18 --- uitstoot van schadelijke stoffen op de lange termijn voorkomen. Daarom moeten deze projecten een juridisch haalbaar alternatief krijgen voor de bouwvrijstelling. We zetten in op het snel stimuleren van innovatieve, duurzame energieopslag. In Nederland werken meerdere bedrijven en ondernemers aan baanbrekende ideeën om met de inzet van batterijen de verdere elektrificatie van ons energiesysteem te stimuleren. Vaak zijn hun oplossingen dermate vernieuwend, en dus financieel risicovol, dat opschaling en financiering lastig zijn. Het is belangrijk om als overheid de onrendabele top van de benodigde investeringen over te nemen en innovatie te stimuleren. Er zijn steeds meer batterijen in ontwikkeling die zonder zeldzame, vervuilende grondstoffen worden ontwikkeld. Hiervoor willen we de Nederlandse subsidies aanpassen, maar juist ook Europese initiatieven zoals Joint European Disruptive Initiative (JEDI) stimuleren. Daarmee krijgt de EU weer een leidende innovatieve rol in de wereld. Het Nederlands hoogspanningsnet dient op zo kort mogelijke termijn aanzienlijk in capaciteit uitgebreid te worden, onder andere door vergunningprocedures zeer sterk te versnellen. ### 2.2.1 Hernieuwbare energie Hernieuwbare energie zoals zonne- en windenergie en stromend (rivier)water zijn cruciaal om de EU klimaatneutraal te maken. Nederland heeft zich in rap tempo opgewerkt tot een van de koplopers in de EU op het gebied van zonne-energie. We willen zorgen dat Nederland deze positie niet alleen behoudt, maar ook dat we andere landen kunnen helpen om hun aandeel zonne-energie zo snel mogelijk te vergroten. Ook windenergie op land en op zee hebben we hard nodig om de klimaatdoelstellingen te halen. Op land ligt de bevoegdheid nu vooral bij gemeenten, met weinig waarborgen voor bewoners en daardoor met vertragingen en rechtszaken tot gevolg. Dit heeft weer effect op de klimaatdoelen die op provinciaal niveau worden uitgevoerd. Windenergie winnen op land is van groot belang om de klimaatdoelen te halen en te zorgen dat er genoeg energie is in de toekomst. Maar verduurzaming geeft soms overlast. Daarom willen we landelijke normen voor overlast door zogenaamd laagfrequent geluid (zoals bij windmolens) en slagschaduw. We voeren getrapt een verplichting van zonnepanelen op alle oppervlaktedaken in. Zo worden de grote daken van distributiecentra, kantoren en overheidsgebouwen volgelegd met zonnepanelen, in plaats van de groene weilanden. De salderingsregeling bouwen we zo snel mogelijk af. Teruggeleverde stroom wordt voor een eerlijke marktprijs teruggekocht door de elektriciteitsleverancier. Volt streeft naar financiële ondersteuning van bedrijven bij het versterken van dakconstructies waardoor plaatsing van zonnepanelen mogelijk wordt. We zorgen dat de overheid de regie neemt bij het door de markt uitrollen van alle vormen van energieopslag. Energieopslag is cruciaal bij een mix van zonne- en windenergie. Voorbeelden zijn opslag in batterijen, warmte en waterstof, zowel voor de korte termijn als voor seizoensopslag. De rol van de overheid is de voortgang in de gaten houden en belemmeringen proactief wegnemen. We stimuleren mogelijkheden om goedkope eigen energie op te slaan in woonwijken door middel van buurtbatterijen en energiecoöperaties. We passen huidige knellende wet- en regelgeving hierop aan. Volt steunt initiatieven van eigenaren van zonnepanelen om de door hen zelf opgewekte energie te verkopen aan particulieren (buren, etc.). We zorgen dat bedrijven ook zo snel mogelijk gebruik kunnen maken van slimme batterijen, waarmee hun productieprocessen afgestemd kunnen worden op de hoeveelheid hernieuwbare energie die op dat moment beschikbaar is. Daarvoor moeten we wet- en regelgeving aanpassen, met name zodat bedrijven energiegemeenschappen kunnen opzetten met omliggende bewoners of flexibele contractvormen kunnen organiseren met elektriciteitsleveranciers. Energiegemeenschappen waarin inwoners die dat willen en kunnen alle ruimte krijgen om volop mee te doen op de lokale energiemarkt. Waarbij 'volop' wil zeggen: met dezelfde rechten en verplichtingen als andere partijen op die markt. Dit wordt in een energiewet vastgelegd. In deze energiewet zullen tevens speciale regels worden opgenomen met betrekking tot energiegemeenschappen die zich bezighouden met toepassingen op het gebied van hernieuwbare energie. ### 2.2.2 Kernenergie in de energiemix Met kernenergie vergroten we in eerste instantie de leveringszekerheid van energie, kunnen we meer stroom op minder oppervlak produceren, én stabiliseren we het energienet. De discussie die nu gevoerd wordt over kernenergie is verouderd: er wordt ontzettend veel geënnoveerd in de kernenergiesector en er worden nieuwe soorten kerncentrales ontwikkeld. Deze zijn veilig en draaien op bijvoorbeeld oud kernafval. Daarom willen we ons, net als een groot deel van de Europese lidstaten, inzetten voor een rol van kernenergie in de energiemix van de toekomst. We maken de bouw van meerdere nieuwe, kleine kerncentrales verspreid over het land juridisch mogelijk. Deze kunnen grote industrieterreinen continu voorzien van $\mathrm{CO}_{2}$-neutrale stroom. Daarnaast steunen we de plannen voor twee grote kerncentrales die nu in Borssele worden gebouwd. Er komen ambitieuze, Europese afspraken over goede, definitieve opslag van kernafval. Met de uitbreiding van kerncentrales in de EU wordt de vraag naar opslag groter. Als elk land dit voor zichzelf gaat doen, brengt dit enorme en onnodige kosten met zich mee. Maatschappelijk draagvlak voor kernenergie is belangrijk. We willen niet investeren in deze technologie zonder de maatschappij daar actief bij te betrekken. Volt wil een uitgebreide maatschappelijke dialoog en objectieve informatiecampagnes. Belangrijk daarbij zijn de feiten, maar ook de gevoelens en percepties van de bevolking. --- pdf_page: 19 --- Volt wil meer Europees onderzoek naar kernenergie in de brede zin. We stimuleren onderzoek naar de ontwikkeling van kleine kerncentrales. Ook komt er meer aandacht voor de veilige verwerking van kernafval. Volt wil meer Europees onderzoek naar kernfusie. Kernfusie produceert geen kernafval en geeft ons een enorme kans om onze energieproblemen op te lossen. We gaan Europees samenwerken voor het werven, opleiden en bijscholen van personeel in de kernenergiesector. We kijken hier specifiek naar de regio's waar de kerncentrales staan, om deze regio's te laten profiteren van de werkgelegenheid en scholing. We maken het recyclen van energiestaven tot Europese standaard. Dit gebeurt nu alleen in Nederland en Frankrijk. Dit bespaart ons heel veel kernafval, omdat $95 \%$ van een gebruikte energiestaaf uit een kerncentrale nog bruikbaar is. Er komt meer financiële steun voor kernenergie. Daarbij zetten we ons in voor een groot Europees kernenergiekenniscentrum, nu een groot deel van de EU nieuwe centrales gaat bouwen. ### 2.2.3 Waterstof in de energiemix Naast hernieuwbare energie en kernenergie is waterstof een belangrijke energiedrager in de $\mathrm{CO}_{2}$-neutrale energiemix waar Volt naar streeft. Veel processen in de industrie of mobiliteit die met (groene) elektriciteit niet haalbaar zijn, kunnen worden opgevangen met waterstof. We zetten de kostbare waterstof dus daar in waar elektrificatie geen redelijk alternatief is. Investeren in en Europees afstemmen voor een optimale versnelling van de waterstofeconomie is hierbij cruciaal. Volt zet in op groene waterstof en wil daarom de financiering van transport en productie daarvan uitbreiden. We zetten in op een Europese aanpak zodat investeringen in andere EU-landen, in het bijzonder onze buurlanden, op elkaar afgestemd zijn. Waterstof is belangrijk in de verduurzaming van Nederland en de EU. Om subsidies efficiënt in te zetten, is het nodig dat bepaald wordt in welke sectoren de nu nog schaarse waterstof het beste ingezet kan worden. Volt wil hiervoor een 'waterstofladder' opstellen waarin de prioriteiten worden vastgelegd. Volt vindt dat de industrie en scheepvaart voorrang hebben op bijvoorbeeld het verwarmen van huizen en gebruik van waterstof voor treinen. Groene waterstof wordt op steeds meer plaatsen in de EU beschikbaar, en natuurlijke waterstof wordt op steeds meer plekken in de EU ontdekt. Het is cruciaal om zo snel mogelijk te zorgen dat alle randvoorwaarden op Europees niveau in wetgeving, maar ook budgettair, worden voorbereid om op deze nieuwe bron in te zetten. Volt wil Europese wettelijke veiligheidsnormen voor het gebruik van waterstof. Het gebruik van biomassa zal zorgvuldig en klein moeten zijn. We kappen geen hele bossen voor het opwekken van elektriciteit. Die elektriciteit wekken we op met hernieuwbare middelen en kernenergie. We gebruiken alleen de biomassa die als reststof van bestaande processen overblijft, en uitsluitend voor zaken waar nog geen alternatief voor is, zoals biokerosine. De $\mathrm{CO}_{2}$ die hierbij vrijkomt, vangen we af en slaan we op. We importeren geen biomassa van buiten de EU. Aardwarmte wordt op dit moment voornamelijk toegepast in de glastuinbouw in gebieden waar minder mensen wonen. De mogelijkheden van deze duurzame warmtebron voor andere gebouwen en woonwijken komen steeds meer in beeld. Volt zet in op de ontwikkeling van aardwarmte via subsidies voor innovatie, kennisuitwisseling en proefboringen. Daarnaast is Volt voorstander van het stimuleren van warmtenetten die draaien op aardwarmte en restwarmte van de industrie. De overheid neemt onzekerheid over de kosten voor huishoudens weg. --- pdf_page: 20 --- # 2.3 Een groene economische toekomst De toekomst voor industriële en economische ontwikkeling is groen. Grootmachten als China en de VS hebben hun industriepolitiek hierop aangepast en zijn al jaren bezig hun toegang tot essentiële grondstoffen te verzekeren en zo hun technologische voorsprong te behouden. Volt pleit daarom voor een echte Europese industriepolitiek die duurzaam en extreem innovatief is. We beschermen de markt door het heffen van Europese heffingen op dezelfde producten die niet duurzaam worden geproduceerd. Volt wil deze grensbescherming uitbreiden naar andere markten die weggeconcurreerd worden in de huidige handelsoorlogen met de VS en China. In deze Europese industriepolitiek staat de nul-uitstoot-samenleving centraal. Dit is goed voor de volksgezondheid én onze concurrentiepositie op de lange termijn. We verplichten de meest vervuilende bedrijven uit de oude economie zich zo snel mogelijk aan te passen aan de nieuwe strengere vergunningen. Met als uiterste middel het intrekken van de vergunningen en vervolgens stopzetten van bedrijfsactiviteiten van de onderneming. Bedrijven waarvoor dit al lang zou moeten gelden zijn Tata Steel in Limoiden en Chemours in Dordrecht. Tegelijkertijd willen wij in een Verenigd Europa onderzoeken welke maakindustrie mogelijk is zonder mens, dier en natuur ziek te maken. Daarom willen we onderzoeken of de vervuilende staalproductie in de IJmond verplaatst kan worden naar NoordZweden, waar met behulp van waterkracht het groenste staal kan worden gemaakt. De voor Tata Steel gereserveerde directe en indirecte subsidies verplaatsen we naar Zweden, om daar ruw, groen staal af te nemen, dat we in de IJmond tot hoogwaardig staal vermaken. Een andere optie is onderzoeken of aan de Maasvlakte, met behulp van waterstof, ruw staal gemaakt kan worden. Volt wil een Europese industrievisie initiëren, waarin we afscheid nemen van oude industrie die schade aanricht aan de volksgezondheid, het klimaat, water en de natuur. We nemen alle uitzonderingen binnen de $\mathrm{CO}_{2}$-heffing voor de industrie weg. Zo wordt alle industrie in gelijke mate gevraagd te verduurzamen. We pakken dit Europees aan en geven als Nederland het goede voorbeeld. We onderzoeken hoe de omgevingsdiensten versterkt kunnen worden, zodat zij hun controlerende en vergunningverlenende taken goed kunnen uitvoeren. Tijdige toegang tot alle relevante informatie is daarbij een eerste vereiste en wordt door de rijksoverheid gefaciliteerd en gewaarborgd. We maken budget beschikbaar voor uitvoeringsorganisaties om de energiebesparingsplicht te handhaven. Daarnaast bieden we gratis verduurzamingsadvies aan om het middenen kleinbedrijf te helpen bij het besparen van energie. Grote bedrijven worden verplicht om een klimaatplan op te stellen, waaruit blijkt hoe zij zo snel mogelijk klimaatneutraal willen worden. Dit klimaatplan is nodig om verduurzamings- en innovatiesubsidies aan te vragen. Wanneer het klimaatplan niet wordt nageleefd, moeten verstrekte subsidies worden terugbetaald. Voor fossiele bedrijven die simpelweg niet kunnen vergroenen en geen cruciale rol vervullen voor de samenleving moet een afbouwpad komen. Door het doel naar 2040 te verplaatsen zullen veel sectoren sneller alternatieven voor productie of grondstoffen gaan gebruiken. Het uitkeren van bonussen aan de top of winstuitkeringen aan aandeelhouders wordt verboden wanneer bedrijven subsidie van de overheid ontvangen. Om bedrijven te helpen bij de transities worden de innovatiesubsidies en -fondsen in stand gehouden. Zo verlagen we de drempel voor innovatie en investeringen in cruciale processen en infrastructuur zoals batterijen, waterstofproductie en de grondstoffentransitie. Het mkb is de motor van elke economie. Bovendien is het mkb vaak in de haarvaten van de samenleving verankerd. Het mkb behoeft extra steun voor verduurzaming. Zo kan het mkb mee in de transitie en wordt ze niet weggeconcurreerd door grote bedrijven. Er zijn al veel regelingen en subsidies voor het mkb, maar deze zijn vaak moeilijk te vinden of aan te vragen. De duurzaamheidstransitie voor het mkb moet eenvoudiger worden en de bestaande overheidsinvesteringsinitiatieven gaan specifieke mkb-financieringen leveren. Er komen 'groene fixteams' die het mkb via gemeentelijke loketten ondersteunen bij het vinden van de juiste regelingen. Energyhubs leggen slimme verbindingen tussen producenten en afnemers van verschillende soorten duurzame energie. Daarmee vermindert de druk op het bestaande elektriciteitsnet, en zijn bedrijventerreinen in staat om verder te groeien en te verduurzamen, ook in gebieden met (dreigende) netcongestie. Daarvoor moet er versneld uitvoering worden gegeven aan de overheidsplannen die hiervoor klaarliggen. In onze EU voorzien bedrijven niet alleen in een marktbehoefte, maar vervullen zij ook een sociale functie. Voor Volt is de ondergrens dat bedrijfsactiviteiten niet mogen leiden tot verdere aftakeling van de natuur en het klimaat, of het schenden van mensenrechten. Er vinden steeds meer innovaties plaats die kritieke grondstoffen, de ontbossing en kinderarbeid overbodig maken. Die worden wat Volt betreft de standaard. Er komt Europese wetgeving om het klimaat en mensenrechten te waarborgen bij productieprocessen. Ook buiten de EU hebben bedrijven zich hieraan te houden als ze in de EU willen handelen. We pleiten voor duidelijke richtlijnen omtrent uitbuiting van mensen, ontbossing --- pdf_page: 21 --- en milieubescherming. Niet alleen in de EU, maar vooral ook daarbuiten. Zodra er nieuwe technieken en innovaties beschikbaar zijn die deze problemen tegengaan, worden ze wettelijk de norm; met Nederland als voorloper in de EU en met het doel om Europese afspraken te maken. ### 2.3.1 Duurzaam innoveren Voor Volt is innovatie ook echt innoveren. Dat betekent dat we innoveren op een manier die bijdraagt aan een duurzamere wereld, op een eerlijke manier, zodat nieuwe technologieën gelijkelijk gedeeld worden in de samenleving. Op deze manier kan innovatie ons vooruitbrengen. Onderdeel van de nieuwe economie zijn technieken die nu nog niet of niet volledig ontwikkeld zijn, zoals grootschalige waterstofproductie en het afvangen van $\mathrm{CO}_{2}$. De EU ontwikkelt een kennishub waarin de beste innovaties op het gebied van groene en duurzame technologie gedeeld worden met inwoners, bedrijven en lidstaten. Het afgelopen halfjaar werd in de EU ruim een derde minder durfkapitaal in startups geïnvesteerd dan de zes maanden ervoor. De EU moet de wet- en regelgeving versoepelen. Daarnaast moeten we een groot Europees durfkapitaalfonds oprichten waarmee we nieuwe, pan-Europese innovaties op het gebied van klimaat en duurzaamheid stimuleren. Nederland moet nieuwe technologieën delen met andere EU-landen wanneer gebruikgemaakt is van publiek geld bij de ontwikkeling van die technologieën. We zetten ons ervoor in dat dit EU-breed beleid wordt. We zetten ons in dat dit EU-breed beleid wordt. We nemen de tijdrovende en complexe regelgeving bij investeringen van de European Investment Bank (EIB) weg zodat start-ups en scale-ups hier eerder voor in aanmerking komen. Nieuwe technologieën en de inzet van digitalisering bieden kansen voor het versnellen van de klimaattransitie, maar we zien ook dat de inzet van digitale middelen enorm veel energie kost. We onderzoeken de mogelijkheden van het inzetten van AI en andere technologieën bij het tegengaan van klimaatverandering, bijvoorbeeld op het gebied van handhaving en toezicht. Het water- en energieverbruik van cloudinfrastructuur en datacenters moet omlaag. Door verduurzaming van hardware en efficiëntere (inzet van) software kan het energieverbruik omlaag worden gebracht. Daarvoor willen we wettelijk concrete, afdwingbare doelstellingen vaststellen. Er komt meer transparantie over het energieverbruik en de grondstofketens van de digitale infrastructuur die wij gebruiken. ### 2.4 Landbouw en natuur Volt ziet een toekomst voor biologische en natuurinclusieve landbouw waarin de boer en de natuur elkaar versterken. Het huidige systeem legt een te grote druk op de natuur, de gezondheid van omwonenden en de boer zelf. Nederland produceert voedsel voor de wereldmarkt, met een overschot aan fijnstof en stikstof, en een vergroot risico op zoönosen als gevolg. Dat gaat ten koste van onze gezondheid, en die van de natuur. Daarom moet de toekomst van de landbouw eerlijker - voor natuur én mens. We redden de bij en andere bestuivers met meer biodiversiteit en minder bestrijdingsmiddelen. We zorgen dat de banken die hebben verdiend aan het huidige schadelijke systeem, ook meebetalen aan de transitie naar biologische en natuurinclusieve landbouw. We produceren en exporteren dat wat we op een duurzame manier kunnen verbouwen. Dat is de toekomst van landbouw in Nederland. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vormen we om tot het ministerie van Voedsel, Natuur en Biodiversiteit. Volt wil de onterechte tegenstelling tussen landbouw en natuur opheffen door de ecologie en ons voedselsysteem centraal te stellen. We werken aan grondgebonden veehouderij, waar geproduceerd wordt in balans met wat het land en omwonenden aan kunnen. Deze nieuwe vorm van boeren, garanderen we met een eerlijke prijs voor hun product, voornamelijk door Europese prijsafspraken. Er komt geen soja meer uit het regenwoud en er komt een maximaal aantal dieren per hectare. Dit getal ligt lager in de buurt van natuurgebieden. De intensieve veehouderij past niet in een milieu- en diervriendelijke landbouw. Verschillende Europese landen hebben veel strengere normen voor het te houden aantal dieren dan Nederland. Volt wil een verbod op megastallen. Daarnaast wil Volt voorkomen dat investeringen in technologie leiden tot verdere intensivering van de veehouderij. We bevorderen innovatie zoals precisielandbouw. We willen dat die nieuwe kennis maximaal gedeeld wordt in heel de EU. We zetten niet in op innovaties die de omschakeling naar biologische en natuurinclusieve landbouw tegenwerken. Denk hierbij aan emissiearme stalsystemen. Deze stalsystemen zijn geen betrouwbare investering voor ammoniakreductie en houden huidige bedrijfsvormen in stand. --- pdf_page: 22 --- We verhogen het waterpeil in stappen, daar waar het nodig is om de natuur te beschermen en $\mathrm{CO}_{2}$ op te slaan in het veen. Stikstofverbindingen onderscheiden zich in $\mathrm{NO}{x}$ (stikstofoxiden) en $\mathrm{NH}{3}$ (ammoniak). Volt wil dat in de maatregelen voor stikstofreductie rekening wordt gehouden met dit onderscheid. Dit omdat beide soorten stoffen zich anders gedragen en een eigen aanpak nodig hebben. $\mathrm{NO}{x}$ - en $\mathrm{NH}{3}$-uitstoot worden afzonderlijk gemeten en bewaakt. Nieuwe ontwikkelingen die aantoonbaar bijdragen aan het in kaart brengen van de uitstoot van stikstofverbindingen en het meten van het effect van maatregelen zullen gestimuleerd worden. ### 2.4.1 Een nieuwe duurzame markt Veel boeren zitten vast in een economisch systeem met kleine marges. Voor succesvolle verandering van de landbouw zullen boeren eerlijk betaald moeten worden voor duurzaam produceren. Een nieuwe markt voor duurzame producten ontstaat niet zomaar; daar hebben we de overheid bij nodig. Het bijmengen van duurzame melk wordt verplicht. Zo kunnen veel veehouders de omslag maken met hun bedrijf en wordt er een markt gecreëerd voor duurzame melk. We stellen een percentage van $20 \%$ voor, met een jaarlijkse verhoging. Dit geldt voor alle melk die in Nederland wordt verkocht, dus ook voor geïmporteerde melk. We passen Europese subsidies aan om duurzame diensten zoals agrarisch natuurbeheer te stimuleren; we stoppen met het stimuleren van voedselproductie per hectare. Het aanleggen van houtwallen, stroken met kruiden in plaats van grasland, koolstofvastlegging op boerenland en de uitvoering van het Aanvalsplan Grutto dragen bij aan een nieuw verdienmodel voor (jonge) boeren. Hierin is een gelijk speelveld nodig en dus zijn Europese prijsafspraken belangrijk, zodat boeren een eerlijke prijs krijgen voor hun producten. Hiermee garanderen we een duurzaam verdienmodel voor de boeren. Bijkomende voorwaarde is dat ook alle ketenpartners - zoals banken, veevoederbedrijven, slachterijen, supermarkten - hun verantwoordelijkheid hierin nemen. Er komt een Europees ecolabel dat duurzaamheidseisen meeneemt en bepaalt wat een eerlijke prijs is voor een product. ### 2.4.2 Eerlijke belastingen Naast aanpassing van de zogenoemde Europese hectaresteun, richten we ons op het afschaffen van andere belastingvoordelen die de onhoudbare productiemodellen nu in stand houden. We komen daarnaast met nieuwe heffingen die de kosten van vervuiling op een eerlijke manier doorberekenen in de prijzen van landbouwproducten. Het is eerlijk als elke persoon en elk bedrijf belasting betaalt over de gemaakte winst. Er wordt nu geen belasting betaald over winst op verkoop van landbouwgrond. Volt wil de landbouwvrijstelling afschaffen, zodat de landbouw net als de rest van Nederland belasting betaalt over winst. We stimuleren zuiniger gebruik van kunstmest en krachtvoer door de kostprijs te verhogen, door middel van een kunstmestheffing en krachtvoerheffing. Via deze maatregel wordt de stikstofuitstoot verminderd en worden duurzame producten in de supermarkt aantrekkelijker om te kopen. Ons doel is om een toekomstbestendige landbouw te creëren waar kunstmest en krachtvoer niet of nauwelijks meer een rol spelen. De afbouw van kunstmest en krachtvoer willen we wettelijk en via belastingmaatregelen realiseren. Bij lage grondwaterstand eroderen bepaalde (landbouw)gronden; ze stoten dan meer $\mathrm{CO}{2}$ uit dan normaal. Grondeigenaren, zoals bijvoorbeeld boeren, zouden ook voor deze extra $\mathrm{CO}{2}$ voldoende uitstootvergunningen/-rechten moeten aanvragen. Zo willen we ook deze vervuiling van de natuur in rekening brengen bij de eigenaren/beheerders van de gronden. ### 2.4.3 Bescherming van de natuur De natuur verliest het keer op keer van het systeem dat door de mens is opgezet. En dat terwijl de natuur onze levensader is. Een systeem gefocust op economische groei en economische groei alleen. Dat kan zo niet langer. Om dat speelveld eerlijker te maken is het belangrijk dat de natuur ook een stem krijgt. Daarom willen wij dat de natuur rechten krijgt, zoals in Spanje. We kunnen bijvoorbeeld rechten geven aan de Waddenzee, zodat daar niet meer naar gas geboord mag worden. We willen dat er een wettelijke status en bescherming komt voor unieke en cruciale natuurgebieden, zoals de Waddenzee. Hiervoor nemen we het Spaanse beleid als voorbeeld en maken we afspraken binnen de EU. We zetten in op een grensoverstijgende aanpak om onze rivieren te beschermen en schoner te maken. We stellen ecocide strafbaar (het op grote schaal vernietigen van de natuur) en geven een juridische status aan rivieren en de natuur, zoals 25 andere landen al vóór ons deden. Veel bedrijven in verschillende landen lozen nu schadelijke stoffen in dezelfde rivieren. We willen dat Nederland voorop gaat lopen in het strafbaar stellen van ecocide en hebben als doel om dit Europees uit te rollen. ### 2.4.4 Circulaire en natuurinclusieve landbouw We dringen de uitstoot van stikstof en methaan in de landbouw sterk terug. Deze stoffen veroorzaken enorme schade aan natuur en milieu. Onderdeel van de oplossing? De natuur zelf. Volt gaat voor het zorgvuldig omgaan met stoffen en uitstoot in de landbouw. Denk aan uitstoot van stikstof of methaan en goed gebruik van water. Volt ziet circulair en natuurinclusief boeren als deel van de oplossing. Volt wil toe naar een belasting op bepaalde broeikasgassen (zoals onder meer $\mathrm{CO}_{2}$ en methaan) en op het gebruik van (schadelijke) chemicaliën. Veel schade wordt nu nog niet belast, zoals het gebruik van pesticiden. Dit veroorzaakt schade aan de biodiversiteit en zou zo veel mogelijk moeten worden teruggebracht. --- pdf_page: 23 --- In Denemarken wordt dit al gedaan. We voeren een algemene stoffenbalans in, waarmee de boer kan kijken welke stoffen er worden aangevoerd op zijn bedrijf en de boer zelf de ruimte krijgt de stoffenbalans van het bedrijf binnen de grenzen van de natuur te krijgen. De circulaire landbouw wordt naast voedselvoorziening, ook belangrijk voor de bouw- en industriesector. We moeten toewerken naar een zo veel mogelijk natuurinclusieve en grondgebonden landbouwcyclus, waarin gewassen zo efficiënt mogelijk verwerkt worden in de keten. Dit doen we door kennis te delen en financiële ondersteuning te bieden. De schaal en functie van veehouderij passen daar goed in voor het verwerken van reststromen en voor het beheer van blijvend grasland, dat niet geschikt is voor akkerbouw. Daarnaast richten we een grondbank op en zorgen we ervoor dat de overheid het recht op eerste koop van grond heeft. Zo kan grond van boeren die met hun bedrijf stoppen, worden opgekocht, en tegen een lagere prijs en met voorwaarden voor een natuurvriendelijke bedrijfsvoering uitgegeven worden aan boeren die willen extensiveren. Volt wil van precisiebemesting en van dierlijke mest de standaard maken. We zetten ons in voor regionale kringlooplandbouw, waarbij bedrijven onderling zorgen dat er binnen de grenzen van de natuur mest wordt gebruikt en op het moment dat dit nodig is. Door overtollige mestproductie en -gebruik tegen te gaan, wordt het stikstofprobleem verder opgelost. We maken het makkelijker voor boeren om hun huidige vergunning om te zetten van intensief naar extensief, zodat ze nu al kunnen starten met verduurzamen. Daarmee versnellen we de transitie naar extensieve landbouw. Volt biedt de bedrijven die niet in staat zijn te verduurzamen een uitkoopregeling. We hanteren daarbij het principe: een vrijwillige uitkoopregeling daar waar mogelijk, een verplichte uitkoopregeling als het echt niet anders kan. We streven ernaar om z.s.m. duidelijkheid te scheppen voor de agrarische ondernemers. We nemen een beslissing zodra dat kan en zijn daar duidelijk over. De overheid heeft de afgelopen jaren tegenstrijdig gehandeld. Landbouwbedrijven werd de ruimte gegeven uit te breiden zonder dat de stikstofnormen dit op dat moment toelieten (uitspraak Raad van State 2019). Het gevolg is landbouwbedrijven zonder vergunning voor hun huidige bedrijfsvoering: zogenaamde PAS-melders, interimmers en niet-melders. Volt vindt dat de overheid hier fout heeft gehandeld en wil voorkomen dat er opnieuw een fout besluit wordt genomen: het nu alsnog uitgeven van nieuwe vergunningen voor landbouwactiviteiten die schadelijk zijn voor de natuur. Volt wil gericht en rechtvaardig toewerken naar een toekomstbestendige landbouw, met een duidelijke en eerlijke afhandeling voor deze boeren, binnen de stikstofnormen. Dat betekent legaliseren als dat kan, en ruimhartig compenseren als legaliseren niet mogelijk is. Volt wil PAS-melders, interimmers en nietmelders die een plan hebben uitgewerkt om binnen een reële termijn over te gaan op natuurinclusieve, circulaire landbouw legaliseren. Landbouwers voor wie dit niet mogelijk is, worden ruimhartig financieel gecompenseerd voor de eerdere, onuitvoerbare, beloftes van de overheid. Op dit moment worden stikstofrechten door private partijen opgekocht en doorverkocht aan de hoogste bieders. Volt wil dit verbieden, want het staat een goed georganiseerde afname van stikstof in de weg. Daarnaast worden hierbij verschillende vormen van stikstof door elkaar vervangen, die totaal verschillende effecten hebben op de natuur en verschillen in hoever ze van de bron neerslaan. We zien een grote noodzaak, dat Nederland zich zo snel mogelijk gaat houden aan bestaande Europese richtlijnen wat betreft stikstof- en nitraatdepositie, de Habitatrichtlijnen en de natuurherstelwetgeving. We willen boeren helpen te innoveren, te diversificeren, te extensiveren, of desnoods te stoppen. We willen tevens door regionale samenwerking over grenzen, voorkomen dat bedrijven zich aan de andere kant van de grens naast dezelfde natuurgebieden vestigen. Als een boerenbedrijf groot en intensief wil blijven boeren, dan zijn er verder landinwaarts in de EU nog voldoende gebieden waar zo'n type boerenbedrijf, ook op lange termijn, wél past. Volt ondersteunt internationaal groen ondernemerschap met een rol voor de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het daaronder vallende Landbouw Attaché Netwerk (LAN). We stoppen verspilling van voedsel aan de voorkant van de markt, door supermarkten en leveranciers alle natuurlijke producten af te laten nemen die aan de eisen voor voedselveiligheid en voedselkwaliteit voldoen. Veel van deze producten worden nu nog afgekeurd omdat ze niet voldoen aan de hoge eisen van supermarkten ten aanzien van gaafheid en kleur van de schil, gewicht, grootte en vorm, uitlopers, bloemvorming, etc. Geïntegreerde bestrijding van ziekten en plagen (integrated pest management) maakt de teelt van gezonde gewassen zo duurzaam mogelijk en wordt daarom de norm. De voordelen voor mens en natuur zijn talrijk: geen, of een minimale, afhankelijkheid van chemische gewasbeschermingsmiddelen, verbetering van natuur en biodiversiteit, vermindering van pesticidenresten op voedsel, minder kans op resistentie van ziekteverwekkers tegen pesticiden en lagere teeltkosten. Volt zet in op het verduurzamen en vergroenen van de Europese visserij en werkt samen met andere Europese landen op het gebied van onderzoek naar, en ontwikkeling van, een duurzame en natuurvriendelijke vistechniek. ### 2.4.5 Biologische toekomst Dierlijke producten hebben een enorme rol in klimaatverandering. De veehouderij is wereldwijd verantwoordelijk voor bijna $15 \%$ van de uitstoot van broeikasgassen. Vooral de methaanuitstoot en ontbossing voor veevoer zijn een groot probleem. Daarnaast zorgen grote hoeveelheden dieren op elkaar voor ziektes, fijnstof en andere overlast. Volt wil --- pdf_page: 24 --- vegetarische opties aantrekkelijker maken. Daarom wil Volt investeren in de ontwikkeling van kweekvlees, het niet-duurzaam geproduceerd vlees uitfaseren, en eisen op het gebied van dierenwelzijn verzwaren. Biologisch geproduceerd vlees wordt de norm. Hierbij wil Volt garanderen dat kwetsbare gezinnen gezond kunnen blijven eten, indien nodig door middel van project- en/of financiële ondersteuning. De toekomst is biologisch. Daarom wil Volt dat 30\% van de landbouw in 2030 biologisch is. De wetgeving moet makkelijker en daarvoor is er versimpeling gekomen in de Europese wet. Door dit streefgetal op te nemen geeft de overheid de sector perspectief. We willen één Europees voedsellabel dat laat zien hoe duurzaam een product daadwerkelijk is. Hier hoort ook een Europese waakhond met een strikte monitoring- en regelgeving bij, zodat een gelijk speelveld gewaarborgd blijft. Er komt een verbod op supermarktaanbiedingen op vlees. We geven meer aandacht aan de ontwikkeling van kweekvlees en meer plantaardige vormen van proteïnerijke producten, door meer geld beschikbaar te stellen voor onderzoek en ontwikkeling op dit vlak. Binnen overheidsorganisaties wordt het gebruik van vegetarische en biologische producten de standaard. Zo ondersteunen we deze markten en is afzet in de eerste periode gegarandeerd. ### 2.4.6 Dierenwelzijn staat centraal Dierenwelzijn komt centraal te staan in de landbouw en de veehouderij van de toekomst. Dieren zijn levende wezens, met een bewustzijn. Daarom krijgen de belangen van dieren een volwaardige plek in het landbouwbeleid. We zorgen ervoor dat de bio-industrie uiteindelijk wordt afgeschaft en we maken op die manier plaats voor een grondgebonden veehouderij. Innovatie en technische middelen mogen het dierenwelzijn niet nadelig beïnvloeden. We beperken het transport van levende dieren en we vervangen deze zo veel mogelijk door enkel het vervoer van vlees of zaad/embryo's. Er komt betere bescherming voor dieren die toch levend vervoerd worden. Dit doen we door de maximale vervoersduur verder te verlagen en lang transport van buiten de EU te verbieden. ### 2.4.7 De wolf in Nederland De wolf heeft zijn plek in Nederland teruggevonden. Om een veilige situatie te creëren voor de wolf en de mens leren we van landen als Duitsland, die al langer ervaring hebben met de terugkeer van de wolf. We helpen boeren met vee om de wolf op een veilige manier te weren. Daarbij zetten we in op natuurlijke oplossingen zoals de inzet van honden en ezels. Daarnaast blijven we via de provincie hekken vergoeden om dieren te beschermen. We verenigen natuurgebieden over grenzen heen zodat er voldoende ruimte komt voor de wolf. ### 2.4.8 Over grenzen heen De natuur kent geen landsgrenzen. Daarom willen we de Europese natuur weer verenigen. Dit zorgt voor robuuste ecosystemen die niet alleen weerbaarder zijn tegen klimaatverandering, maar ook onze bevolkingen gezond houden. Internationaal is afgesproken dat in 2030 dertig procent van het land- en wateroppervlak op aarde beschermd natuurgebied moet zijn. We zetten als Volt in op 30\% natuurfunctie van het land. Dit bestaat uit natuurgebieden, koppelgebieden en bufferstroken met natuurinclusieve landbouw of recreatie. Hiervoor is 150.000 hectare extra natuur nodig en moet het Natuurnetwerk Nederland met 34.000 hectare worden uitgebreid. Er komt een lijst met kwetsbare natuurgebieden die prioriteit krijgen bij de vermindering van stikstof daaromheen. In combinatie met de andere maatregelen omtrent stikstof en droogte kan op die manier snel natuurherstel plaatsvinden op de plekken die het als eerste nodig hebben. We zetten in op ecosystemen die ooit in Nederland bestonden (wetlands) die veel $\mathrm{CO}_{2}$ opslaan. Deze willen we herstellen. --- pdf_page: 25 --- ## 2.5 Water, lucht \& bodem Volksgezondheid begint bij een gezonde bodem, schone lucht en zuiver water. Door de ontwikkeling van moderne meettechnieken zijn we beter dan ooit in staat om in beeld te krijgen hoe het gesteld is met onze bodem-, lucht- en waterkwaliteit. De huidige koers van beleid is symptoombestrijding: zwemwater wordt steeds vaker gesloten en ziekmakend roet wordt weggeveegd in speeltuinen, terwijl de biodiversiteit en vruchtbaarheid van de bodem achteruitgaan. Om ons land veilig, schoon en klaar voor de toekomst door te geven aan onze kinderen hebben we een nieuwe richting nodig. We versterken de aanpak van milieucriminaliteit en nemen maatregelen om een toekomstbestendige en leefbare omgeving te garanderen. We maken volksgezondheid de eerste prioriteit bij het stellen van grenzen aan vervuilende, schadelijke stoffen. Daarom herzien we het vergunningenstelsel op het gebied van water-, lucht- en bodemkwaliteit. Niet alleen in Nederland, maar ook in de EU. Het nieuwe vergunningenstelsel wordt gebaseerd op WHO-normen, die in sommige gevallen veel strenger zijn dan huidige richtlijnen. Daarnaast zorgen we dat de Europese zeropollution ambition naar 2040 wordt gehaald, zodat we in 2040 in een klimaatneutrale en vervuilingsvrije EU leven. De veiligheid van boeren en tuinders en de bodem- en waterkwaliteit moeten leidend zijn. Volt is daarom tegen het gebruik van glyfosaat en andere giftige bestrijdingsmiddelen. We willen dat Nederland tegen het afgeven van een Europese vergunning stemt. Daarnaast zijn we voorstander van het toepassen van een voorzorgsprincipe (eerst moet iets veilig zijn, dan mag het de markt op) voor alle stoffen. Niet alleen bij het op de markt brengen van, maar ook voor de huidige loos- en uitstootvergunningen. Dit geldt ook voor bestrijdingsmiddelen. De oude industrie, zoals bijvoorbeeld Chemours, beschadigt op te veel plekken in ons land de volksgezondheid, het klimaat, het water en de natuur. Dat kan niet meer. Daarom willen we een Europese industrievisie initiëren. Op verschillende plekken in ons land kan de oude, fossiele industrie ten koste van gezondheid en welzijn doorgaan met ondernemen. We willen dat Nederlandse omgevingsdiensten - in lijn met andere landen - toegerust worden om overtredingen van de vergunningsnormen met behulp van nieuwe technologie te monitoren en conform te beboeten. De tijd dat multinationals ten koste van mens, dier, natuur en klimaat mogen ondernemen, eindigt wat Volt betreft per direct. De rijksoverheid helpt boeren en tuinders door het delen van kennis, innovatie en het opzetten van coöperaties op het gebied van alternatieven voor bestrijdingsmiddelen zoals natuurlijke gewasbescherming en groene middelen, en op het gebied van bezuinigende innovaties zoals precisielandbouw, robotica en strokenteelt. Hierbij is van belang dat het aanbod van natuurlijke alternatieven wordt vergroot door een snelle afhandeling, beoordeling en toelating van aanvragen op Europees en nationaal niveau. We zetten in op meer AI en burgerwetenschap om de lucht- en waterkwaliteit te meten en te monitoren, zodat we ontwikkelingen en trends kunnen ontdekken. Door inzet van burgerwetenschap willen we zorgen dat meer mensen zich bewust worden van de staat van hun omgeving en hoe die zou kunnen worden. ### 2.5.1 Een gezonde leefomgeving Gezonde lucht en goede bodemkwaliteit zijn onzichtbaar maar essentieel voor een goede leefomgeving. De bodem is de basis: een gezonde bodem levert niet alleen gezond voedsel, maar zorgt ook voor een biodiverse natuur die in balans is. Vooral in de buurt van zware industrie (zoals PFAS-producenten) en megastallen zorgt vervuilde bodem voor overlast en gezondheidsklachten, soms met zeer ernstige gevolgen. Vergunningen worden nu uitgegeven terwijl ze niet voldoen aan de WHO-standaarden. Volt wil dat bedrijven zich houden aan de WHO-standaarden en wil dus alleen nog vergunningen uitgeven die voldoen aan de WHO-standaarden. We voeren voor de industrie een belasting in voor luchtvervuiling ( $\mathrm{NO}_{x}$, fijnstof, zwaveldioxide). De hoogte van de belasting komt overeen met de omvang van de milieuschade. We zorgen voor strengere eisen rondom bodemkwaliteit en mest en voldoen aan de Europese bodemmonitoringwet. Nederland moet, net zoals Vlaanderen, de normen uit deze nieuwe wet overnemen, ook wanneer deze nog niet in werking is getreden. We verbieden vervuilende en giftige PFAS in de EU. Volt wil dat de regering met andere lidstaten aan principeafspraken werkt over het verbod op en de gevolgen van de bestaande ophoping van PFAS in onze gedeelde wateren. Bijvoorbeeld met Duitsland over de PFAS-ophoping in de Rijn en de Maas. Voor de productie van PFAS, die schadelijk is voor bodem, water en lucht, is in Nederland alleen nog plaats als een oplossing gevonden wordt voor het schadelijke afval. Fabrieken moeten dan ook vergroenen door te innoveren op het gebied van veilige afvalverwerking om hun vergunning te behouden. ### 2.5.2 Een nationaal Deltaplan ## Waterland De ligging van ons deltaland is al eeuwen een bron van welvaart en ontwikkeling. Maar leven met het water is niet vanzelfsprekend: Nederland moest de getijden beteugelen. Uit de bouw van dijken, het inpolderen van meren en de wereldberoemde Deltawerken sprak visie, innovatiekracht en een blik op --- pdf_page: 26 --- de lange termijn. Wat Volt betreft, staan we nu op een soortgelijk kruispunt. Zonder maatregelen zullen er in 2030 in heel Nederland tekorten aan zoetwater ontstaan. Een ramp voor onze voedselzekerheid en onze manier van leven. Wereldwijd verwachten de VN dat alleen al het aantal mensen in steden met regelmatige zoetwatertekorten zal stijgen van 930 miljoen naar 1,7 tot 2,4 miljard. De huidige koers is onhoudbaar. Volt wil daarom een Deltaplan Waterland waarin we ambitieus de strijd aangaan met deze toekomstige klimaatcatastrofe. Nederland was lang kampioen watermanagement. Als het aan Volt ligt, worden we dat weer. Nederland is als laaggelegen land voor haar drinkwatervoorziening nog afhankelijk van smeltwater dat vanuit de Alpen in onze rivieren eindigt. Volt wil harde afspraken maken met hoger gelegen Europese landen als Zwitserland en Duitsland over de opslag, distributie en eerlijke verdeling van smeltwater. Nederland is een echt deltagebied. Lange tijd was het afvoeren van water de basis van ons waterbeheer. Door klimaatverandering hebben we steeds vaker periodes van droogte. Hierdoor moeten we nu ook steeds meer water vasthouden; om de drinkwatervoorziening te garanderen en ervoor te zorgen, dat de natuur, de landbouw, de binnenvaart en de industrie over voldoende water beschikken. Volt wil het onderzoek naar wateropslag en het verbeteren van de sponswerking van de bodem dringend stimuleren. We stimuleren grootgebruikers van water om zuiniger om te gaan met water, door de belasting op het verbruik van leidingwater te verhogen. We schaffen de vrijstellingen en verlagingen van belasting voor grootverbruikers van leidingwater, afvalstoffen, kolen, CNG en grondwater af. We voeren een wettelijke verplichting voor het hergebruik van koelwater van datacentra in. We zorgen voor meer regie vanuit de rijksoverheid op het gebied van klimaatadaptatie. De rijksoverheid en de waterschappen moeten de provincies en gemeenten helpen met maatregelen voor waterbeheer en weerbaarheid tegen wateroverlast, zoals meer groen in de gebouwde omgeving en meer groenblauwe daken en opslag van water. We benutten binnen het Deltaplan de grootste waterbron die we hebben: de zee. We gaan op grote schaal zeewater ontzitten en doen dat volledig fossielvrij en zo circulair mogelijk. Volt wil dat de rijksoverheid een zoetwaterinnovatiehub creëert en financiert die in hoog tempo verder zoekt naar de meest veelbelovende grootschalige innovaties om de dreigende watertekorten op te lossen, zoals het ontzouten van zeewater. De overheid investeert in de ontwikkeling en bouw van ontzittingsinstallaties die volledig fossielvrij draaien op (overtollige pieken van) groene kern-, wind- en zonneenergie. Naar verwachting is er al in 2025 een wereldwijd tekort aan lithium voor de productie van batterijen voor elektrische auto's. De innovatiehub doet onderzoek naar het winnen van lithium en andere grondstoffen en mineralen uit het afval van ontzilt water (pekelwater). Zo maken we ontzitten circulair. Ontzout water is heel zuiver en daardoor geschikt als drinkwater, maar ook voor de waterstofeconomie. We investeren in infrastructuur en installaties die ontzout water opslaan en slim herverdelen, zodat het in droge perioden naar drinkwaterreserves gaat en, bij voldoende reserves, naar waterstofproductie. Volt streeft naar een circulair watersysteem. We willen (drink-)water zoveel mogelijk gaan hergebruiken en inzetten op de opvang en het gebruik van regenwater in de bebouwde omgeving. ### 2.5.3 De kwaliteit van ons water Een goede waterkwaliteit is voor ons land cruciaal. Als tweede landbouwexporteur ter wereld zijn we afhankelijk van genoeg schoon water, net als voor recreatie en transport. Toch is Nederland in de EU hekkensluiter als het gaat om waterkwaliteit. En dit terwijl we al in 2027 verplicht zijn om de minimale standaarden voor waterkwaliteit te halen. We willen een nieuwe 'stikstofcrisis' voor water voorkomen en schoon water behouden. Als onderdeel van het Deltaplan Waterland wil Volt breed investeren in een innovatieecosysteem waar ook filtratie van PFAS en andere schadelijke stoffen deel van uitmaakt. We verankeren de inspraak van inwoners en een strengere doelstelling voor de kwaliteit van oppervlaktewater in het Nationaal Programma Landelijk Gebied. We zorgen voor een strengere vergunningsverplichting voor alle onttrekkingen en lozingen in water die voldoet aan WHO-normen. Het Kievprotocol moet, inclusief het Europese vervuilendestoffenregister (E-PRTR), volledig geïmplementeerd worden. Wederom wil Volt werken vanuit het voorzorgsprincipe. We verplichten lagere overheden om lozingsmeldingen en -vergunningen in openbare databases toegankelijk te maken. We versimpelen de afgifte van vergunningen en de handhaving door alles - behalve toezicht op het riool - onder te brengen bij de provinciale omgevingsdiensten. --- pdf_page: 27 --- # 2.6 Infrastructuur en vervoer De vervoersmix van de toekomst is eindeloos. Regionale en internationale treinverbindingen voor grote afstanden, de fiets, het openbaar vervoer, de elektrische scooter pakken of een deelauto voor kleinere afstanden: op centrale plekken komen al deze vervoersmiddelen samen waardoor je makkelijk kunt overstappen. Rijden doen we alleen nog maar elektrisch, en vliegen alleen op langere afstanden. Een robuuste en flexibele infrastructuur moet deze vervoersmix van de toekomst mogelijk maken. We benutten de bestaande infrastructuur zo goed mogelijk, beheren en onderhouden wat we hebben, en leggen nieuwe infrastructuur aan voor trein, openbaar vervoer en fiets. ### 2.6.1 Internationale en nationale treinen Volt wil dat in heel de EU een snel, betrouwbaar en uitstootvrij netwerk voor hogesnelheidstreinen, nachttreinen en snelbussen wordt aangelegd. In de toekomst is niet het vliegtuig maar de (nacht)trein of snelbus hét comfortabele en betaalbare vervoersmiddel voor de korte en middellange afstanden. Dan rijden er hogesnelheidstreinen en snelbussen die Nederlandse steden en dorpen verbinden met elkaar en met andere Europese steden. We willen zo snel mogelijk betrouwbaar en duurzaam treinverkeer realiseren tussen Europese steden. We leggen daarom nieuwe spoorlijnen aan tussen veelgebruikte routes zoals Den Haag-Frankfurt, Rotterdam-Berlijn, Breda-Kopenhagen en verbeteren de spoorverbindingen Amsterdam-Londen en Groningen-Bremen. Binnen Nederland verbeteren we het treinsysteem, met het aanleggen van de Lelylijn als prioriteit. Onderhoud van bestaande infrastructuur, aanleg van nieuwe lijnen betalen en stimuleren we uit de heffingen voor autorijden en luchtvaart en door middel van besparing op het wegennet. We voeren voor reizigers in de hele EU, voor al het ov, één pan-Europees (reis)plannings-, boekings-, betalings- en ticketsysteem in. Daarnaast wil Volt investeren in onderzoek naar veelbelovende technologieën en innovaties voor het vervoer van de toekomst. ### 2.6.2 Treinen in de regio Beschikbaarheid van treinen in de regio loopt al jaren achter op die in de steden, terwijl juist de (grens)regio's ons verbinden met de rest van de EU. Daarom wil Volt de Nederlandse Intercity's in de grensregio's doortrekken, zoals in de Euregio's van Limburg en Enschede, de Nijmegen-Kleve-verbinding en de Wunderline bij Groningen. Ook zorgen we voor extra goede treinverbindingen tussen onze grenssteden en hoofdsteden, zodat we heel Nederland aansluiten op een Europees treinennet. We investeren in de aanleg en reparatie van infrastructuur in de grensregio's, zodat woon- en werkverkeer, familiebezoek en studeren over de grens makkelijker wordt. We geven in toekomstige concessies of aanbestedingen, op meer trajecten de mogelijkheid om regionaal aan te besteden, zodat in meer (grens)regio's treinen rijden. Vaak gaan treinen over de grens niet vaker dan één keer per uur en rijden ze niet tot laat. Volt wil inzetten op meer directe treinverbindingen die vaker tussen grenssteden rijden, zodat de trein ook in de grensregio de auto kan vervangen. ### 2.6.3 Mobiliteit voor iedereen Mobiliteit is voor iedereen cruciaal om te kunnen deelnemen aan de samenleving. Het openbaar vervoer moet breed beschikbaar zijn, niet alleen in dichtbewoonde gebieden of voor mensen met een hoger inkomen. In de toekomst combineer je daarnaast in een reis van deur-tot-deur verschillende (deel) vervoermiddelen, die naadloos op elkaar aansluiten en je brengen waar je moet zijn. Op strategische knooppunten in wijken en regio's creëren we mobiliteitshubs waar regionale treinen, bussen, deelauto's, deelscooters en deelfietsen samenkomen met vervoer op aanvraag, comfortabele wachtruimtes en andere services. Mobiliteit begint vaak met lopen en (elektrisch) fietsen op korte en middellange afstanden. Daarom investeren we in een betere fietsinfrastructuur met de aanleg van meer doorfietsroutes om langere afstanden snel en veilig te kunnen overbruggen. We voeren stapsgewijs een nieuw tarievenstelsel in voor openbaar vervoer. Volt wil dat het dubbele instaptarief bij wisselen van trein naar ander ov vervalt, zodat het combineren van vervoermiddelen goedkoper wordt. Ook gaan we voor het hele ov tariefdifferentiatie toepassen, zoals een dalurenkorting, een tarief dat progressief daalt op langere stukken en korting in regio's. Ook in minder dichtbewoonde gebieden moet goed openbaar vervoer binnen handbereik zijn. Volt wil nieuwe oplossingen voor deur-tot-deurvervoer subsidiëren die voor meer bereikbaarheid zorgen op plekken met te weinig haltes of dienstregelingen. Denk aan openbaar vervoer op aanvraag, deelvervoer of kortere shuttlebusdiensten naar comfortabele mobiliteitshubs waar je makkelijk overstapt. Op trajecten waar veel woon-/werkverkeer rijdt en de trein geen goed alternatief biedt, wil Volt investeren in de aanleg van busstroken op de snelweg. Daar kan de hele dag - en in de spits extra vaak - een snelbus --- pdf_page: 28 --- rijden. Dit zou bijvoorbeeld uitgevoerd kunnen worden op de A50 tussen Eindhoven en Nijmegen. We spreiden het ov-verkeer beter over de dag en de week. Dit doen we door een dalkorting op het ov-tarief (tijdelijk) te subsidiëren. Ook passen we de thuiswerken kilometervergoeding aan op spits/dal en verschillende werkdagen, en maken we afspraken met maatschappelijke partners, bijvoorbeeld over hybride werken. ### 2.6.4 Uitstootvrij rijden Autorijden ziet er in de toekomst anders uit. We pakken veel vaker dan nu de trein, bus of (elektrische) fiets. Als we toch autorijden, bijvoorbeeld omdat er op een specifiek traject (nog) geen goede alternatieven zijn, dan rijden we elektrisch of in een deelauto. Wie de (elektrische) auto voor langere stukken blijft gebruiken, betaalt daar ook meer voor. Er moeten meer kleine en betaalbare elektrische auto's op de markt komen. Om de omslag naar uitstootvrij te stimuleren, zorgen we dat particulieren nog tot 2030 een subsidie kunnen krijgen voor de aanschaf of private lease van een nieuwe en tweedehands elektrische auto. De maximumcatalogusprijs van auto's die met subsidie mogen worden gekocht gaat vanaf 2025 wel flink omlaag en wordt steeds verder afgebouwd. We willen dat alle zakelijke leaseauto's vanaf 2026 uitstootvrij zijn. Zo stimuleren we ook de tweedehandsmarkt in emissieloze voertuigen. Daarnaast wil Volt dat er vanaf 2030 geen nieuwe fossiele motoren meer worden verkocht. We halen daarmee het huidige doel van 2035 uit de Europese klimaatmaatregelen met vijf jaar naar voren. We vervangen, naar Zweeds voorbeeld, de motorrijtuigenbelasting op auto's, bestelbusjes en vrachtwagens door 'betalen-naar-gebruik'. Wat je gaat betalen hangt af van het aantal kilometers dat je rijdt, maar ook van het tijdstip (spits/ dal), het traject (regio/stad) en de voor vervuiling relevante eigenschappen van het voertuig (gewicht/uitstoot). Zolang we nog niet naar gebruik betalen, willen we alvast op de wegenbelasting een gewichtscorrectie toepassen voor elektrische auto's, bestelbusjes en vrachtwagens omdat deze nu vaak zwaarder zijn dan vergelijkbare voertuigen op fossiele brandstof. We belasten de volledige vervuiling van een auto. Daarom verrekenen we de uitstoot en grondstoffen die nodig zijn om een auto te maken door de BPM te heffen met een $\mathrm{CO}_{2}$ grondslag. Als je weinig rijdt en een zuinige, kleine auto hebt, kan het beter zijn voor het klimaat om je huidige auto eerst op te rijden. We investeren in onderzoek naar het omslagpunt en in een platform/tool die rijders inzicht geeft in wat voor hun persoonlijke situatie de beste keuze is. We gaan op meer plekken binnen de bebouwde kom 30 kilometer per uur rijden. Zo verbeteren we de verkeersveiligheid en verminderen we de uitstoot in dichtbewoonde gebieden. Op snelwegen verlagen we de maximumsnelheid als dit nodig is om op korte termijn de klimaatdoelen te halen. Daarnaast onderzoeken we welke effecten dit heeft op de verkeersveiligheid. Als het merendeel van het verkeer elektrisch is, kunnen we deze maatregel weer aanpassen. ### 2.6.5 Lucht- en scheepvaart Ook de luchtvaart moet een bijdrage leveren aan het afremmen van klimaatverandering. Daarom schaffen we korteafstandsvluchten af, werken we in nationaal en Europees verband aan het terugdringen van privévluchten en gaan we vliegen meer belasten. Schiphol moet op een andere manier gaan werken; het moet meer een centrale plek worden voor verschillende soorten vervoer en beter rekening houden met de gezondheid van mens en natuur in de omgeving. We willen dat Schiphol vanaf 2026 maximaal 400.000 vluchten per jaar faciliteert en Luchthaven Lelystad gesloten blijft. Volt staat achter het verbod op privévluchten op Schiphol. De rijksoverheid ondersteunt onderzoek naar duurzamere luchtvaart, zoals elektrisch vliegen als in IJsland of vliegen op basis van duurzame luchtvaartbrandstof, e-fuels of waterstof. Door heldere bijmengverplichtingen kan de luchtvaart sneller verduurzamen. We zorgen dat overstappers - die nu worden vrijgesteld van belasting - een eerlijke bijdrage gaan leveren voor de vervuilende belasting van het Nederlandse en Europese luchtruim. We verbieden fossiele korteafstandsvluchten (tot 650 km ). We zetten in op samenwerkingen met België, Frankrijk en Duitsland om het aanbod van alternatief vervoer te versnellen. We verhogen de vliegbelasting aanzienlijk. Hierin maken we onderscheid tussen korte, middellange en lange afstanden (hoe langer de afstand, hoe hoger de belasting). Daarnaast doen we onderzoek naar hoe we deze belasting kunnen aanpassen, zodat deze hoger wordt als men vaker en verder vliegt. We voeren een scheepvaartbelasting in op basis van $\mathrm{NO}{2}$ - en $\mathrm{CO}{2}$-uitstoot. Hiervoor zetten we ons in om de Akte van Mannheim aan te passen in Europees verband. We schaffen de tonnagewinstregeling en de afdrachtvermindering voor de zeescheepvaart af. --- pdf_page: 29 --- ### 2.7 Wonen Wonen is een recht, geen luxe. Maar de woningmarkt is een markt van hyperschaarste geworden. Veel mensen zitten daardoor zonder woning of in een woning die niet bij hun situatie past. Denk aan studenten die graag in hun studentenstad willen wonen, jongvolwassenen die graag op eigen benen willen staan, aan een gezin dat niet groter kan gaan wonen, en aan een alleenwonende die moeite heeft om zijn huis te blijven betalen. Momenteel lijkt wonen wél een luxe te zijn. Dat moet anders. ### 2.7.1 Een passende woning voor iedereen Iedereen moet kunnen wonen in een koopof huurwoning die past bij diens situatie. Dat betekent dat er zo'n 1 miljoen nieuwe woningen bij moeten komen. Volt wil dat de rijksoverheid waarborgt dat er voldoende en divers gebouwd wordt. Met in iedere gemeente een toereikend aanbod sociale woningen voor wie dat nodig heeft en een sterk middensegment (huur en koop), waarin je ook kunt doorstromen afhankelijk van je levensfase. In plaatsen met veel middenwoningen moeten daarom vooral meer sociale huurwoningen worden bijgebouwd; in gemeenten met een groter aandeel sociale woningen juist meer middenhuur - en koopwoningen. Volt wil dat de rijksoverheid, provincies en gemeenten een actieve rol oppakken en intensief samenwerken met elkaar en met (maatschappelijke) partners om de bouw te laten slagen. Volt wil een volwaardig ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De minister moet een eigen portefeuille krijgen en een structureel budget waarmee het doel van 1 miljoen woningen bouwen ook echt gehaald kan worden. De provincies krijgen meer inspraak en een aanjagende rol in het gemeentelijke bouwbeleid. Provincies zetten onder andere hun kennis en kunde in, bijvoorbeeld om gemeenten te helpen bouwplannen en vergunningsaanvragen te beoordelen. Ook gemeenten pakken een actieve rol in het versnellen van de woningbouw, door samen met woningcorporaties, rijksoverheid en andere partners deel te nemen in publiekprivate samenwerkingen om nieuwe wijken en gebieden te ontwikkelen. Gemeenten worden financieel in staat gesteld om actiever grondbeleid te voeren, door vaker grond aan te kopen en meer gebruik te maken van hun voorkeursrecht. Rijksoverheid, provincie en gemeenten werken nauw samen op het gebied van ruimtelijke ordening om te bepalen waar (flex)woningen en nieuwe wijken kunnen worden ontwikkeld. ### 2.7.2 Een toekomstbestendige woningmarkt We stoppen met pleisters plakken op de woningmarkt, maar gaan letterlijk bouwen aan een toekomst waarin iedereen kan wonen. Voor zo'n 350.000 woningen zijn de bouwplannen klaar en de vergunningen verleend. Toch wordt er nog niet gebouwd, bijvoorbeeld door tegenvallers in de bouwkosten of financiering, strategische keuzes van grondeigenaren en ontwikkelaars, of weerstand van omwonenden. Ook plannen voor nieuwbouw of herontwikkeling komen vaak niet rond door obstakels en onzekerheden in het bouwtraject. Volt wil dat de rijksoverheid zich opstelt als het 'bouwbreekijzer' dat deze impasse op de bouwmarkt doorbreekt. Om te zorgen dat woningbouwprojecten in de overbelaste markt vaker rondkomen, wordt een nieuw volkshuisvestingfonds ingericht. Vanuit dit fonds verstrekt de rijksoverheid extra subsidies aan gemeenten en woningcorporaties voor de bouw van betaalbare huurwoningen. Zo kan de gemeente een lagere grondprijs accepteren of in een aanbesteding een tekort zelf bijleggen. De rijksoverheid treedt ook vaker op als medefinancier van bouwprojecten voor betaalbare woningen, bijvoorbeeld door leningen of garanties te verstrekken. Omdat er vooral ook grote tekorten aan middenwoningen zijn, onderzoekt de rijksoverheid of de WSM-garantstelling kan worden uitgebreid naar het middensegment en toegankelijk kan worden gemaakt voor alle marktpartijen. Wanneer de rijksoverheid geld beschikbaar stelt om vastgoedprojecten van de grond te krijgen, dan moet daar tegenoverstaan dat vastgoedontwikkelaars in vertrouwen inzicht geven in hun kosten-batenanalyses. Volt wil bij vastgoedprojecten een (vertrouwelijke) 'openboekverplichting', zodat de minister controle houdt op de besteding van publiek geld. De overheid financiert onder de voorwaarde dat gerealiseerde betaalbare (midden) woningen voor onbepaalde tijd ook echt betaalbaar blijven. De rijksoverheid en gemeenten moeten hiervoor duidelijke, afdwingbare afspraken vastleggen in contracten met projectontwikkelaars. Volt wil meer betaalbare koopwoningen voor starters met een middeninkomen, door versnelde uitbreiding van het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen. We stellen woningcorporaties wettelijk in staat om meer te bouwen. Volt wil dat corporaties meer woningen in het middensegment kunnen bouwen (koop of huur), door de vrijstelling van de toestemmingsvereisten (de markttoets) te verlengen. Ook moeten corporaties weer makkelijker en eerder grond kunnen aankopen, door het laten vervallen van het vereiste dat binnen vijf jaar na aankoop de bouw moet zijn begonnen. We bevorderen doorstroom op de huizenmarkt, zoals met afspraken in nieuwbouwprojecten, om voor een deel van de middenhuur- en koopwoningen voorrang te geven aan doorstromers vanuit de sociale huursector. --- pdf_page: 30 --- Ook zetten we terugkoopregelingen vaker in om meer betaalbare koopwoningen en doorstroom te realiseren. Met corporaties en ontwikkelaars spreken we af dat zij een deel van de woningen voor koop beschikbaar maken en ook weer gegarandeerd zonder winstoogmerk terug en doorverkopen als een bewoner verhuist. We zorgen voor meer capaciteit en budget bij gemeenten, om hen te helpen de grote stroom aan bouwvergunningsaanvragen en bestemmingsplanwijzigingen sneller te kunnen behandelen, ingevoerd te raken in de omgevingswet en actiever grond- en bouwbeleid te voeren. Op korte termijn detacheren we personeel, bijvoorbeeld vanuit de provincie. Rijksoverheid en provincie maken een plan voor een structurele oplossing, zoals de uitrol van traineeships en een 'flexibele schil' van overheidspersoneel dat inzetbaar is in de hele provincie. We blijven zoeken naar manieren om bouwtrajecten te versnellen, bijvoorbeeld door te experimenteren met gestandaardiseerde concepten voor socialewoningbouw. De corporatie kan kiezen uit vooraf goedgekeurde typen woningen, die daardoor ook sneller kunnen worden vergund. We bouwen de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait af tussen nu en 2030. Dit verlaagt ook de grond- en huizenprijzen. ### 2.7.3 Een allesomvattende visie op wonen \& leven Een goede oplossing voor de woningcrisis is te lang vooruitgeschoven. Daardoor staan we inmiddels voor meerdere crises tegelijkertijd. We hebben niet alleen zo snel mogelijk veel woonruimte nodig, maar we moeten ook nú verduurzamen, onze natuur herstellen en onze gezondheid verbeteren. Wonen is dus geen losstaand probleem, maar verbonden aan andere grote uitdagingen, zoals klimaatverandering, vervuiling en sociale cohesie. Dat vraagt om een visie op wonen die al deze uitdagingen integraal aanpakt en naar de lange termijn kijkt. Waarin de balans tussen mens en natuur centraal staat en mensen meer inspraak en eigenaarschap hebben op hoe ze wonen. Dat is geen makkelijke opgave in de huidige woningmarkt. Daarom moeten we vandaag beginnen. Als we de kansen benutten, dan wonen we in 2040 niet alleen in een woning die bij ons past, maar ook in veelzijdige en gezonde wijken waar wonen, groen, voorzieningen zoals winkels, scholen en gezondheidscentra, bereikbaarheid en natuurtoerisme elkaar aanvullen. We stellen de Omgevingswet niet verder uit. Gemeenten en het bedrijfsleven moeten nu weten waar ze aan toe zijn en van start kunnen gaan met nieuwe integrale plannen voor gebiedsontwikkeling en multifunctionele wijken. Het ministerie van Volkshuisvesting harmoniseert waar mogelijk gemeentelijke bouw- en omgevingsregels om transities te versnellen, of stelt samen met gemeenten kaders daarvoor op. Zo wil Volt waar het kan $25 \%$ groen in de wijken, meer groenblauwe daken, participatie in burgerberaden, innovatieve duurzame bouw en meer functievrije of gemengde bestemmingen. We willen dat de rijksoverheid aan gemeenten handvatten meegeeft om bij vaststelling van de omgevings- en beleidsvisies inspraak van mensen te versterken en naar voren te halen. Zo nemen we wensen en ideeën van belanghebbenden eerder mee en verkleinen we de kans op weerstand later bij bouwprojecten in het gebied. We zetten meer in op coöperatief wonen, zoals het Zaanse of Weense woonmodel. Woningcorporaties krijgen meer mogelijkheden om een deel van hun bestaande en nieuwbouwwoningen over te dragen aan wooncoöperaties waar leden zich hebben ingeschreven om te kopen of huren. We versterken de regelgeving voor wooncoöperaties met kwaliteitsbewaking, toezicht en kaders voor de huur, net zoals in Duitsland. Ook wil Volt dat we gaan experimenteren met nieuwe manieren van woningbezit, bijvoorbeeld door gronden onder te brengen in onafhankelijke coöperaties en mensen de kans te geven om alleen het daarop gebouwde huis te kopen. Zo kunnen zij sneller tot de woningmarkt toetreden. De minister van Volkshuisvesting stimuleert ook de ontwikkeling en bouw van innovatieve woonvoorzieningen die voor specifieke/kwetsbare groepen wonen combineren met zorg. Bijvoorbeeld door het financieren of aangaan van publiekprivate samenwerkingen tussen gemeenten en zorgpartners die seniorenwoningen (ver) bouwen waar ook thuiszorg wordt verleend. We investeren in innovatieve en coöperatieve leef- en woonvormen. Niet alleen voor studenten en senioren, maar voor iedereen die in meer sociale samenhang wil leven. Bij het inrichten van de publieke ruimte ondersteunt Volt met subsidies initiatieven die gezond gedrag stimuleren, zoals (educatieve) fiets- en wandelpaden, natuurtoerisme en groene schoolpleinen. Dit geeft inwoners ruimte om sociale en duurzame buurtinitiatieven te ontwikkelen en buurtcoöperaties te starten. ### 2.7.4 Duurzaam bouwen Nederland moet in 2040 klimaatneutraal zijn. Daarom willen we hoge duurzaamheidseisen stellen aan woningen en gebouwen. We zetten in op kansen in de markt om de bouwopgave en verduurzaming hand in hand te laten gaan. We sluiten waar mogelijk aan bij natuurlijke transitiemomenten zoals renovatie of end-oflife. We passen bouwstandaarden aan zodat vanaf 2030 alle nieuwbouw voldoet aan net-zero emissie. Verduurzaming van bestaande woningen leidt tot net-zero emissie, door vanaf 2028 onder andere isolerend meerlaags glas (HR++/HR+++) te verplichten en te investeren in isolatie, ventilatie en schone warmte. Er zijn al meer dan 10.000 klimaatneutrale huizen in de EU en dat aantal blijft stijgen. Volt wil gebouwgebonden leningen met lage rentes voor mensen die hun huis willen verduurzamen door onder andere --- pdf_page: 31 --- de regeling Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) uit te breiden. We bouwen circulair, duurzaam en snel. Dit doen we door vol in te zetten op biobased bouwen met lokaal geproduceerde bouwmaterialen. Waar mogelijk bouwen we modulair en prefab. We stimuleren en creëren ruimte voor innovatie en lokale initiatieven om de revolutie naar biobased bouwen en het gebruik van $\mathrm{CO}_{2}$-negatieve materialen te versnellen. We promoten het toepassen van vrijwillige standaarden en methoden voor energieefficiëntie in de bouw, zoals de Affordable Zero Energy Buildings (AZEB)-methode en de Duitse Passivhaus-standaard. We willen dat de rijksoverheid regie neemt op de aanleg van warmtenetten. Gemeenten moeten bevoegd worden om te besluiten wanneer aardgas in de wijk wordt uitgefaseerd, met een planning voor het beoogde duurzame alternatief. ${ }^{1}$ We onderzoeken hoe de waarde van verduurzaming beter kan worden opgenomen in de waarde van een woning. We werken samen met taxateurs aan ideeën om duurzaamheid te kwantificeren. ### 2.7.5 Nationaal isolatieplan Door de oorlog in Oekraïne stegen de gasen olieprijzen flink. Deze klappen werden opgevangen door de mensen die het al zwaar hadden. Volt zet daarom in op isolatie van huizen en gebouwen, en stelt zichzelf als doel om in 2040 de helft van ons energieverbruik omlaag gebracht te hebben via isolatie. Tegenover het verhogen van de prijs voor het gebruik van fossiele brandstoffen zet Volt alternatieven voor iedereen die wil verduurzamen. We hervormen de subsidies voor verduurzaming. Niet de bewoner, maar de overheid moet de kosten voor isolatie voorschieten. Dit gebeurt nu in de gemeente Groningen. Hier helpt de gemeente via energiecoaches met het aanvragen van subsidies. Voor het overige bedrag biedt de gemeente zeer gunstige leningen aan. Deze aanpak maakt Volt tot standaard voor Nederland. De energiebesparingsplicht die nu al geldt voor bedrijven wordt uitgebreid naar verhuurders van woningen. We brengen de grote verhuurders en woningcorporaties nu al onder de verplichting, op termijn worden ook kleinere verhuurders toegevoegd. Traditionele isolatiematerialen hebben een grotere impact op het milieu dan andere bouwmaterialen. Daarom spreken we in het Nationaal isolatieplan af enkel te investeren in duurzame isolatiematerialen, zoals vlas of hennep. ### 2.7.6 Woonoplossingen creëren We hebben op korte termijn veel woonoplossingen nodig. Voor verschillende groepen, die anders in acute woningnood komen of daar al in zitten. En het liefst voor iedereen die nu niet woont op een manier die bij hen past. En niemand zou op straat moeten slapen. We willen voor 'spoedzoekers' zo snel mogelijk een volwaardige woonoplossing. Dit moet ook zo vaak mogelijk een permanente oplossing zijn. In de tussentijd benutten we de bestaande vastgoedruimte zo efficiënt mogelijk. We schaffen de kostendelersnorm in de participatiewet volledig af, zodat ook boven de 27 jaar inwonen niet meer tot korting op de bijstand leidt. Een adres is de toegangspoort naar andere voorzieningen en het opbouwen van een volwaardig leven. Volt wil daarom de regels voor het verkrijgen van een briefadres versoepelen en loketten oprichten waar een briefadres wordt aangeboden aan groepen woningzoekenden, zoals statushouders, zodat zij eerder aan hun opleiding of baan kunnen beginnen. We willen een verplichte spreiding voor spoedzoekers. Alle gemeenten nemen een eerlijk deel van de woonvoorziening op zich en stellen een urgentieregeling vast voor spoedzoekers. Voor tijdelijke woningbouw, die we nodig hebben om aan de acute vraag te voldoen, zetten we in op duurzame en circulaire flexibele woningbouw, zoals prefab- en modulaire flexwoningen. Om afval tegen te gaan onderzoeken we de mogelijkheden om tijdelijke woningen langer dan tien jaar te mogen plaatsen of subsidies te verstrekken om de gedemonteerde bouwelementen op te slaan. Woningdelen maken we makkelijker en aantrekkelijker, bijvoorbeeld door gemeenten te helpen om hospitaverhuur te stimuleren. Door te grote woningen te splitsen, creëren we extra woningvoorraad. De rijksoverheid bekijkt samen met gemeenten waar woningsplitsen meer kan worden gepromoot en gesubsidieerd en waar welke extra voorzieningen nodig zijn (zoals parkeren of ov). We moeten niet alleen betaalbaar bouwen, maar wonen ook betaalbaar houden. Volt is voorstander van de uitbreiding van de huurregulering naar het middensegment. Volt wil meer controles op eerlijke huurprijzen, ook als er wordt gewisseld van huurder. De gemeente moet proactief controles uitvoeren en boetes uitdelen als verhuurders de maximale huurprijzen niet respecteren. Volt wil zorgen dat woningen beschikbaar komen of blijven voor wie zij bedoeld zijn. We kijken gericht in welke gevallen we het opkopen van of beleggen in woningen door partijen die daar niet zelf willen wonen, moeten ontmoedigen. ### 2.7.7 Monumenten en cultureel erfgoed Behoud van cultuurhistorische waarde en beschermde stadsgezichten is een groot goed. Wel moeten we monumentenzorg en de behoefte aan versnelling van de bouw van duurzaam vastgoed met elkaar verenigen. Volt wil een aanpak waarin cultuurhistorische en esthetische waarden en duurzaamheid elkaar juist versterken. We vereenvoudigen de procedures rond het verkrijgen van vergunningen door een 'quickscan monumentale waarde' te laten uitvoeren en deze in het gebouwarchief vast te leggen. --- pdf_page: 32 --- Naar voorbeeld van de Europese methode 3ENCULT stellen we regels op die betrekking hebben op de herontwikkeling van monumentaal of historisch erfgoed, zoals het na-isoleren van historische gebouwen. ### 2.7.8 De toekomst van ruimtelijke inrichting Doordat we tegelijkertijd voor een klimaat-, woningaanbod- en biodiversiteitscrisis staan, moeten we in allerlei opzichten snel meer ruimte creëren. Meer natuurgebieden en meer grondgebonden landbouw, maar ook meer woningen en dus meer ruimte voor openbaar vervoer, meer ruimte voor een groenere industrie en volop aandacht voor water- en bodemkwaliteit. Ondertussen is Nederland één van de meest dichtbevolkte landen van de EU en is onze ruimte beperkt. We zullen slim moeten omgaan met onze ruimte om iedereen in Nederland een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving te kunnen bieden. Daarvoor moeten we voorbij de grenzen van provincies kijken, en zelfs voorbij die van ons land. We moeten ruimtelijke ordening weer centraliseren en als geheel bekijken. Provincies krijgen nu te veel losse ruimtelijkeordeningsopgaven, zonder dat wordt gekeken wat er in een provincie past, of wat de beste plek in Nederland is voor bijvoorbeeld natuur, meer woningen of industrie. De minister voor Volkshuisvesting \& Ruimtelijke Ordening moet weer de verantwoordelijkheid krijgen om samen met provincies alle verschillende ruimtelijkeordeningsopgaven in Nederland een plekje te geven. Dit omvat ook een haalbaarheidstoets van alle opgaven die aan de provincies worden opgelegd. Klimaat en stikstof houden zich niet aan landsgrenzen. Volt wil dat Nederland aanjager wordt van Europese samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening. Door samen te werken binnen de EU kunnen we meer ruimte vinden voor bijvoorbeeld beschermde natuurgebieden, afvalverwerking of groene industrie. Volt gaat ervoor zorgen dat infrastructurele investeringen passen binnen een langetermijnvisie op de inrichting van Nederland en de omliggende landen, rekeninghoudend met demografische en klimatologische veranderingen. Mobiliteit en woningbouw zijn nauw verwant, omdat bij nieuwe woonwijken ook wegen en openbaar vervoer moeten worden gerealiseerd. De woningbouwopgave wordt dan ook deels uit het Mobiliteitsfonds gefinancierd. We onderzoeken of het voordelen heeft om deze samen te voegen in een op te richten ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit. Alle uitdagingen van deze tijd hangen met elkaar samen. Bij aanbestedingen en besluitvorming op landelijk niveau m.b.t. ruimtelijke ordening, mobiliteit, water, groen, energietransitie, klimaatadaptatie, sport en (her)ontwikkeling van gebieden moet de rijksoverheid ook fysieke en mentale gezondheidsaspecten en een gezond leefklimaat in de criteria betrekken. Volt vindt dat iedere regio meetelt. Maar het rijksbeleid 'sterker maken wat al sterk is' heeft juist tot zwakkere omliggende regio's geleid. De praktijk wijst uit dat het niet werkt om vooral in sterke gebieden te investeren en te hopen dat de omliggende gebieden daarop meeliften. Volt legt de focus weer op de regio en wil de regionale ongelijkheid in bereikbaarheid en toegankelijkheid van onderwijs, zorg, werk, cultuuraanbod en publieke ontmoetingsruimten aanpakken, zodat ook buiten de grote steden sterke en aantrekkelijke regio's ontstaan met volop voorzieningen en bereikbaarheid. We implementeren een regiotoets. Bij elke beleidsafweging wordt het regioperspectief meegenomen en stellen we de vraag of het beleid wel evenwichtig uitpakt voor alle regio's. We hervormen de EU-subsidies uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en gaan aan de slag met het juridische instrument voor grensoverstijgende samenwerking. De provincie Limburg loopt hierin voorop en is wat Volt betreft een voorbeeld voor andere grensregio's. --- pdf_page: 33 --- # 3. Gelijke kansen voor iedereen In een gelijkwaardige samenleving wordt iedereen behandeld met respect en waardigheid. Dat is de samenleving waar wij naar streven. Een samenleving waar iedereen gelijke toegang heeft tot woningen, onderwijs, zorg en openbaar vervoer. Een samenleving waarin iedereen gelijke kansen heeft op werk. Een samenleving waar niet gediscrimineerd wordt, op welke manier dan ook. Deze samenleving hebben we nog niet, zelfs totaal niet. Er moet in Nederland en in de EU veel gebeuren om gelijke kansen voor iedereen te garanderen. Er zijn nog te veel zichtbare en onzichtbare systemen die voortrekken en buitensluiten. Er is te veel ongelijkheid, en te veel armoede. Die armoede neemt zelfs toe in Nederland: in 2024 zal een miljoen mensen in armoede leven, waaronder 230.000 kinderen. Daarom werkt Volt aan gelijke kansen en het bestrijden van armoede. Wij willen een samenleving garanderen waarin alle kinderen dezelfde kansen krijgen, iedereen dezelfde kans maakt op een bepaalde carrière of functie, en mensen zich kunnen ontwikkelen op een manier die bij hen past. We willen een arbeidsmarkt die past bij deze tijd, waarin zekerheid en flexibiliteit, ontwikkeling en ondernemerschap naast elkaar bestaan. Een systeem waarin mensen - in welke vorm ze ook willen werken - controle, vertrouwen en uitdaging voelen. --- pdf_page: 34 --- # 3.1 Bestaanszekerheid We bouwen een Europese Sociale Unie waarin gelijk loon voor gelijk werk en de bescherming van werknemersrechten in heel de EU gegarandeerd is en elke inwoner van de EU verzekerd is van fatsoenlijke levensomstandigheden. We zetten een Europees Sociaal Fonds op dat investeert in opleiding, werkgelegenheid en sociale inclusie. ### 3.1.1 Een goede basis voor iedereen Opgroeien in armoede zorgt ervoor dat je niet dezelfde kansen hebt als iemand die niet opgroeit in armoede. Volt wil dat de participatiewet vernieuwd wordt op basis van vertrouwen: de bijstand wordt verhoogd en de menselijke maat is de standaard. Daarnaast moet je erop vooruitgaan als je vanuit de bijstand gaat werken of wanneer je meer gaat werken. Om dit te bereiken wil Volt dat er werk wordt gemaakt van het basisinkomen, zodat toeslagen niet meer nodig zijn. En niemand meer afhankelijk hoeft te zijn van voedselhulp, fondsen, passen, stichtingen en de spaghetti aan regels in de participatiewet. Dit vraagt om een radicaal ander belastingsysteem en dat kost tijd. Om daar niet op te wachten, willen we dat gelijktijdig ook al op korte termijn stappen worden ondernomen. Het sociaal minimum moet omhoog, zodat het voldoende is om bestaanszekerheid te garanderen. Dat moet in ieder geval hoog genoeg zijn om de eigen bijdrage in de zorg te kunnen betalen, je huis te verwarmen, je energierekening te betalen en een laptop en smartphone te betalen. We werken toe naar een basisinkomen dat een structurele oplossing biedt in de strijd tegen armoede. We willen toe naar tegoedbonnen in plaats van voedselpakketten, zodat mensen net als ieder ander zelf de door hen gewenste boodschappen kunnen doen. Iedereen moet toegang hebben tot goed en betaalbaar openbaar vervoer om onder andere naar werk, dokter, school en sociale contacten te komen. We zorgen op korte termijn voor meer (tijdelijke) woningen. Ook moet het delen van een woning financieel aantrekkelijker gemaakt worden, onder andere door de kostendelersnorm af te schaffen. Een gebrek aan betaalbare woningen mag nooit een reden zijn om in een onveilige situatie te blijven. Senioren moeten naar een veilige aanleunwoning kunnen, aan huiselijk geweld moet je kunnen ontsnappen en jongeren moeten op kamers kunnen wonen. ### 3.1.2 Een nationale aanpak tegen schulden Wanneer mensen eenmaal in armoede zitten, komen ze er moeilijk weer uit. Dit weten we al lang, maar er wordt onvoldoende gedaan om dit probleem op te lossen. Daarbij is armoede een verdienmodel geworden voor bedrijven die schulden innen. Door de bezuinigingen die zijn gedaan op preventie raken mensen te makkelijk in armoede. We willen een nationaal schuldenpardon voor mensen die in armoede leven én mensen met problematische schulden. We willen goede nazorg voor mensen die door problematische schulden last hebben van stress en een slechtere gezondheid. Het achteraf betalen moet zo veel mogelijk aan banden worden gelegd. Volt wil dat het verplicht aanbieden van achterafbetalen door winkels uit de wet wordt gehaald en dat voor achterafbetalen dezelfde regels gelden als voor andere leningen en kredieten. We willen af van het verdienmodel van de schuldenindustrie. We plaatsen een verbod op gokreclames. Volt wil een maximum verlieslimiet invoeren voor alle gokwebsites. We willen dat de hersteloperatie naar aanleiding van de toeslagenaffaire snel wordt afgerond, in samenspraak met gedupeerden en gemeenten. Vooral door minder ambtelijke bureaucratie en te werken op basis van vertrouwen. Fors investeren in preventie van schulden door middel van scholing over financiën, door samenwerking te bevorderen bij vroegsignalering en door als overheid te zorgen voor duidelijke hulp en nazorg bij problematische schulden. ### 3.1.3 Reguleren van sekswerk Werken moet veilig zijn én werken moet lonen. Dit geldt voor alle vormen van werk, óók voor sekswerk. Zolang we de beroepsgroep niet als gelijkwaardig onderdeel van de arbeidsmarkt zien, blijven de omstandigheden waaronder sekswerkers werken onveilig en hun positie benadeeld. We voeren een inclusief beleid, waarin sekswerkers als experts worden betrokken bij het formuleren van beleid en ze als primaire belanghebbenden een prominente rol spelen in het vaststellen van de doelen. We zijn tegen de Wet Regulering Sekswerk. In plaats daarvan moeten maatregelen worden getroffen om sekswerkers tegen de gevolgen van stigma te beschermen en sekswerk te destigmatiseren. Volt ziet sekswerk als een gelijkwaardig onderdeel van de dienstverlenende sector. We verbeteren de positie van sekswerkers door hen dezelfde rechtspositie toe te kennen als andere zelfstandige ondernemers in deze sector. Sekswerkers krijgen daadwerkelijk toegang tot essentiële diensten voor hun bedrijfsvoering, zoals een zakelijke bankrekening, verzekering of hypotheek. --- pdf_page: 35 --- ## 3.2 Opvang van vluchtelingen Nederland kan als welvarend land veel mensen opvangen die gevlucht zijn. Door slecht beleid van de laatste jaren, waarin bewust gekozen is om te weinig middelen en mensen in te zetten, zijn we als Nederland door een ondergrens gezakt, met als dieptepunt mensen die in het gras moesten slapen voor het aanmeldcentrum in Ter Apel in de zomer van 2022. De opvang van vluchtelingen kan en moet veel beter. Op het moment dat een mens asiel heeft aangevraagd is Nederland verantwoordelijk voor diens veiligheid en welzijn. Volt wil een eerlijk, doelmatig en snel asielbeleid dat direct recht geeft op sociale, juridische en psychologische bijstand. Hiermee zorgen we direct voor succesvolle integratie en dragen we bij aan het oplossen van het arbeidskrachtentekort in Nederland. Volt wil een evenredige spreiding van opvang van vluchtelingen in Nederland, via een wettelijke verplichting. De wet die hiervoor zorgt moet simpel en uitvoerbaar zijn, en moet verplichten dat opvang altijd veilig en geschikt is voor de verschillende groepen mensen die opvang nodig hebben. De veiligheid en het (psychische) welzijn van kwetsbare mensen, zoals kinderen, gezinnen en lhbtiq+'ers, moet altijd gewaarborgd zijn, ook in nood- en crisisopvang. We willen dat iedereen een veilige verblijfplaats heeft. Daarom wil Volt dat lhbtiq+-asielzoekers veilig opgevangen kunnen worden in voor hen bedoelde units. Volt wil zo snel mogelijk twee extra aanmeldcentra, zodat de druk en de overlast in Ter Apel afneemt. Lange wachtlijsten en grootschalige opvang belasten zowel asielzoekers als de gemeenschap. Daarom moet er extra financiering naar de IND en naar het COA, waarbij we verplichte kwaliteitseisen stellen aan de opvang en zorgen dat Nederland voldoet aan de minimumeisen vastgelegd in de EU-Opvangrichtlijn. Volt wil een eerlijk, doelmatig en snel asielbeleid dat direct recht geeft op sociale, juridische en psychologische bijstand. Volt wil dat rechtsbijstand gegarandeerd is en vergoed wordt, en dat de beroepsmogelijkheden van vluchtelingen niet worden beperkt. Asielzoekers moeten vanaf de eerste dag toegang hebben tot de arbeidsmarkt, de 24-weken-eis wordt afgeschaft, en aan alle asielzoekers moet taalonderwijs worden aangeboden. Volt wil dat de rechten van kinderen worden gegarandeerd, waarbij toegang tot onderwijs, een veilige leefomgeving en sociale ontwikkeling voorop staan. We willen meer aandacht voor onbegeleide kinderen. Een betere registratie en begeleiding zorgt ervoor dat zij niet uit het zicht raken. Volt wil dat Nederland altijd internationale en Europese verdragen volgt wanneer de rechten van vluchtelingen in het geding zijn, en niet de randen van de regels opzoekt. Daarom wil Volt verplicht nieuwe wet- en regelgeving vooraf laten toetsen door de Raad van State. Op het moment dat een asielverzoek definitief is afgewezen, moet terugkeer op een menselijke manier worden geregeld, met name wanneer het gaat om kinderen en gezinnen. De detentie van kinderen is bewezen schadelijk voor het welzijn en de ontwikkeling van kinderen. Volt wil de detentie van kinderen in de terugkeerprocedure volledig verbieden. Oekraïense vluchtelingen hebben tijdelijk bescherming gekregen in de EU vanwege de inval van Rusland. Nu de oorlog langer duurt, wil Volt dat de tijdelijke bescherming door de EU wordt verlengd voor zo lang als nodig, en dat deze groep het recht krijgt om zich permanent te vestigen. Volt wil dat de beoordeling van aanvragen voor verblijfsrecht van derdelanders die de oorlog in Oekraïne zijn ontvlucht, ruimhartig is. --- pdf_page: 36 --- ### 3.3 Gelijke kansen in het onderwijs Onderwijs ligt aan de basis van het creëren van kansen voor nieuwe generaties. Door het onderwijs te versterken en te verbeteren, investeren we in de toekomst. Investeringen in het onderwijs renderen dan ook altijd, zowel op de korte als de lange termijn, voor het individu, de economie en de samenleving. Onderwijs, kinderopvang en andere vormen van bij- en omscholing moeten volgens Volt gericht zijn op de ontwikkeling van individuen en de samenleving, het corrigeren van ongelijkheid en zorgen voor een maatschappij die voorbereid is op de toekomst. Via het onderwijs worden nieuwe generaties voorbereid op de toekomst. Daarom vindt Volt het belangrijk dat er in het onderwijs meer aandacht komt voor het Europees burgerschap, AI, en dient onderwijs ook meer digitaal vormgegeven te worden. Om dit voor alle kinderen voor elkaar te krijgen moet onderwijs passend zijn, moet er ruimte toegang zijn tot onderwijs en moet er aandacht zijn voor brede ontwikkeling. ### 3.3.1 Kinderopvang beschikbaar voor iedereen Volt is ervan overtuigd dat gelijke kansen in het onderwijs beginnen bij een gelijke start. Daarom willen we dat de kinderopvang toegankelijk wordt voor alle kinderen, waarbij het niet mag uitmaken of je ouders wel of niet werken of hoe hoog het inkomen is. De opvang van kinderen tot 12 jaar moet een publieke voorziening worden en bekostigd worden net als het primair onderwijs. Gezien de uitdagingen waar de kinderopvang op dit moment mee te maken heeft, door het personeelstekort en de problematiek rondom de kinderopvangtoeslag, ziet Volt dat dit niet op korte termijn te realiseren is. Daarom willen we dat er de komende kabinetsperiode wordt ingezet op een geleidelijke verandering, waarbij de ontwikkeling van het kind centraal staat. We willen dat onderwijs, voorscholen en kinderopvang samengaan in ontwikkelplekken voor kinderen vanaf twee jaar voor minimaal drie dagen in de week. Op deze plekken is er gedurende de dag voor alle kinderen (ongeacht of hun ouders werken) aandacht voor de ontwikkeling van sociale, emotionele en intellectuele vaardigheden, sport, spel, creativiteit, persoonlijke leerbehoeften en een gezonde leefstijl. We willen dat het mogelijk wordt dat de kinderopvang voor alle kinderen, ongeacht de werksituatie van de ouders, gratis wordt voor drie dagen per week. Waarbij Volt de optie openhoudt om een inkomensafhankelijke ouderbijdrage te vragen aan ouders met een hoog inkomen (bijvoorbeeld een gezamenlijk inkomen boven de 100.000 euro), om de financiële haalbaarheid daarmee te vergroten. De administratiedruk in de kinderopvang moet omlaag. Dit bereiken we door in te zetten op slimme digitale middelen en door uit te gaan van vertrouwen in plaats van wantrouwen. ### 3.3.2 Kansrijk primair en middelbaar onderwijs voor alle leeftijden Iedereen verdient een goede start. Dit begint bij eerlijke kansen in het onderwijs. Het maakt niet uit wat je achtergrond is of hoe je financiële omgeving eruitziet, alle kinderen moeten dezelfde kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Zeker in de jaren tot aan volwassenheid zorgt dezelfde basis - bestaanszekerheid, toegang tot kwalitatief goed onderwijs, goede voeding en gezondheid - ervoor dat kinderen de kansen kunnen benutten die de overheid ze biedt. We zetten daarom in op voldoende goede leraren, gezonde voeding op scholen en scholen die voor iedereen toegankelijk zijn. We verhogen de kwaliteit van het primair en middelbaar onderwijs door kleinere klassen, meer onderwijsondersteuners in de klas en een nog hogere kwaliteit van de opleiding tot leraar. We verzorgen gratis en gezonde schoolmaaltijden naar Zweeds voorbeeld, waarbij de schoolmaaltijd gezien wordt als onderdeel van het onderwijsprogramma. Hiermee wordt gezond eten bevorderd, ongelijkheid aangepakt en zit niemand meer met honger in de klas. Goed onderwijs staat of valt met de kwaliteit van de leraar. Het lerarentekort kan niet zomaar opgelost worden in de huidige krappe arbeidsmarkt. Wel kunnen er stappen in de goede richting worden gezet. Volt pleit voor een verhoging van de maatschappelijke positie van de leraar door het niveau van de lerarenopleiding te verhogen en het salaris tot een hierbij passend niveau op te schalen. We stellen digitale leermiddelen in het onderwijs gratis beschikbaar, zodat het niet uitmaakt of de school voldoende financiële middelen en digitale kennis in huis heeft voor de aanschaf en het ook niet uitmaakt of ouders de financiële middelen hebben. Daarnaast kan er beter toezicht gehouden worden op de digitale veiligheid en privacy als de overheid de digitale leermiddelen beschikbaar stelt. Volt versterkt de digitale geletterdheid van kinderen en jongeren door digitaal onderwijs - naast lezen, rekenen en schrijven - te bestempelen als basisvaardigheid in het funderend onderwijs. Volt pleit voor de ontwikkeling van een nationale strategie en de verplichting van leren programmeren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. We schaffen privéscholen af. Particuliere scholen zijn alleen voor kinderen met vermogende ouders toegankelijk, en belemmeren daardoor het creëren van gelijke kansen. --- pdf_page: 37 --- We houden op met het financieren van religieus onderwijs. Voor een open samenleving is het nodig dat kinderen uit alle geloofsovertuigingen elkaar al op school kunnen leren kennen. Door te stoppen met het bekostigen van scholen die één of meerdere geloofsovertuigingen uitdragen, zullen kinderen met verschillende wereldbeschouwingen elkaar eerder ontmoeten en van elkaar leren. Voor het realiseren van dit voorstel is aanpassing van artikel 23 van de Grondwet nodig. Volt vindt dat er op school aandacht zou moeten zijn voor medialessen, inclusieve geschiedenislessen (zoals o.a. over het koloniale verleden), en lessen over racisme en discriminatie. Bovendien zou op álle basis- en middelbare scholen les moeten worden gegeven over seksuele en genderdiversiteit. Op iedere school hoort inclusieve seksuele voorlichting aan bod te komen. Daarnaast pleit Volt ervoor dat kinderen respectvol om leren gaan met, nu nog, gemarginaliseerde groepen. We schaffen de Centrale Eindtoets in het primair onderwijs af. Dit leidt tot kansenongelijkheid en onnodig veel stress onder kinderen. We stoppen met onnodige administratie in het onderwijs. Leraren krijgen zo ons volste vertrouwen en we verminderen de werkdruk. We stimuleren de inzet van hybride-leraren in het onderwijs. Zo brengen we theorie en praktijk dichter bij elkaar. Volt kiest voor een later selectiemoment in het funderend onderwijs door in te zetten op brede brugklassen. Volt onderzoekt de mogelijkheden om een toegankelijke en praktische vorm van taalonderwijs verplicht te maken in de grensregio's om culturele, sociale en economische uitwisselingen over de grens te faciliteren. Volt investeert in gezonde en klimaatneutrale onderwijshuisvesting in het primair en voortgezet onderwijs. ### 3.3.3 Studeren toegankelijk voor iedereen Studenten hebben het de afgelopen jaren ontzettend voor de kiezen gekregen. Ze hebben te maken met tal van crises, hun bestaanszekerheid staat onder druk en na het afstuderen stellen ze grote levenskeuzes uit. Het is tijd deze generatie studenten en net afgestudeerden de steun te bieden die ze gemist hebben en verdienen. We zorgen ervoor dat studeren voor iedereen binnen handbereik is én blijft. Bovendien gaat de overheid sterker sturen richting sectoren die te kampen hebben met grote arbeidskrachtentekorten en die van levensbelang zijn voor onze Europese samenleving en economie van de toekomst. We verhogen de basisbeurs conform het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie, naar 464 euro per maand voor uitwonende studenten en naar 123 euro voor thuiswonende studenten. Via een aanvullende beurs kunnen thuiswonende studenten aanspraak maken op 154 euro per maand en uitwonende studenten op 301 euro per maand, extra. De aanvullende beurs is inkomensafhankelijk en het recht op de beurs neemt evenredig af met de mogelijkheid van ouders om financieel bij te dragen. We maken ons hard voor een rechtvaardige compensatie van de pechgeneratie van gemiddeld 10.000 euro per student. De compensatie die hen door het afgelopen kabinet is beloofd, is te laag. Volt zorgt ervoor dat mbo-studenten, onder dezelfde gunstige voorwaarden als studenten in het hoger onderwijs, aanspraak kunnen maken op een aanvullende beurs. Dit doen we door de aanspraakgrond voor de aanvullende beurs voor mbo-studenten gelijk te trekken met die voor hbo- en wo-studenten (ouderlijk verzamelinkomen tot 70.000 euro). We beginnen met het afschaffen van het collegegeld voor opleidingen en studies die opleiden tot cruciale/vitale beroepen en sectoren, zoals ICT, techniek, bouw, onderwijs en zorg. Volt pleit voor verkenning van de mogelijkheden voor invoering van een renteplafond van 2,5\% op studieleningen. Met de huidige stijging van de rentestanden en de ontoereikende basisbeurs dreigt studeren op termijn onbetaalbaar te worden voor grote groepen jongeren. We verplichten een minimale stagevergoeding van 550 euro voor fulltime stages van zowel mbo-, hbo- als wo-opleidingen. Een fulltimestage moet gelijkwaardig beloond worden. Studenten die fulltime stage lopen kunnen daarnaast niet nog een bijbaantje hebben. Op deze manier hoeft er niet onnodig veel geleend te worden door studenten. Een bindend studieadvies (BSA) draagt bij aan de toenemende prestatiedruk voor studenten. Dit terwijl het mentale welzijn van deze groep al erg laag is. Volt wil daarom het bindend studieadvies omzetten in een niet-bindend studieadvies: aan het eind van het eerste jaar krijgen studenten een studieadvies van hun onderwijsinstelling, waarna ze zelf de keuze maken om al dan niet door te gaan. Ongedocumenteerde jongeren die in Nederland het basis- en/of middelbaar onderwijs hebben gevolgd, moeten toegang krijgen tot hoger onderwijs zodra ze achttien jaar worden. Dat betekent dat we afspraken maken met onderwijsinstellingen en het instellingscollegegeld dat niet-EU/ EER-studenten normaliter moeten betalen, verlagen naar het wettelijk collegegeld, naar voorbeeld van de pilot in Amsterdam. ### 3.3.4 Onderwijs en wetenschap over grenzen heen We willen ons onderwijs verder Europeaniseren en internationaliseren. De maatschappij van vandaag vraagt ons in steeds grotere mate mensen op te leiden en voor te bereiden op een Europese samenleving. Europees burgerschap wordt in ons burgerschapsonderwijs centraal gesteld. Zo bevorderen we van jongs af aan een Europese identiteit en Europese waarden als vrijheid, gelijkheid, democratie, rechtsstaat en mensenrechten. Diploma's in het middelbaar beroepsonderwijs en het hoger onderwijs moeten uiteindelijk in heel de EU erkend worden. Daarbij leggen we voor Nederland nu de focus op erkenning van diploma's in de grensregio's. --- pdf_page: 38 --- Meer mbo-studenten moeten de mogelijkheid krijgen om een ervaring in het buitenland onder het Erasmus+-programma op te doen. Dit bereiken we onder andere door meer buitenlandcoördinatoren op mbo-instellingen. We versterken het Europese Universiteiten Initiatief waarbij universiteiten en hogescholen in heel de EU gezamenlijke opleidings- en studietrajecten vormgeven. Meer universiteiten in Nederland sluiten zich hierbij aan. Volt pleit voor meer lokaal maatwerk in de werving van internationale studenten in plaats van een algehele wervingsstop. Een universiteit als in Maastricht is in veel grotere mate afhankelijk van de toestroom van internationale studenten dan bijvoorbeeld universiteiten in Amsterdam of Leiden. De financieringsstructuur van universiteiten passen we hierop aan. Volt ziet erop toe dat de rijksoverheid de zogenoemde 56-uursarbeidsnorm voor internationale studenten om in aanmerking te komen voor studiefinanciering, verlaagt naar 32 uur, in lijn met Europese wet- en regelgeving. De monitoring van het welzijn onder internationale studenten moet verbeterd worden, onder andere op het gebied van huisvesting, mentale gezondheid en sociaal-economische omstandigheden. We realiseren de zogenoemde Lissabondoelstellingen om 3\% van het bbp (publiek en privaat) te besteden aan onderzoek en ontwikkeling. Hierbij komt ongeveer een derde uit publieke investeringen en twee derde uit private investeringen. Samenwerking en aansluiting binnen de EU zijn hierbij leidend. We zetten ons in voor grensoverstijgend wetenschappelijk onderzoek zoals bijvoorbeeld de Einsteintelescoop in de Euregio Maas-Rijn. # 3.4 Bestrijden van discriminatie, racisme en uitsluiting Discriminatie, racisme, inclusie en gelijkwaardigheid verdienen onverminderd aandacht vanuit de overheid, in Nederland én in de EU. Om discriminatie en racisme actief tegen te gaan, is volgens ons een aanpak over sectoren heen nodig. Nu is deze aanpak te vaak gefragmenteerd, waardoor we de problemen onvoldoende herkennen, en dus ook onvoldoende aanpakken. We hebben beleid nodig dat wérkt. We willen een minister voor Discriminatiebestrijding, Inclusie en Gelijkwaardigheid, die verantwoordelijk wordt voor gelijkheid in wetten, in het publieke domein en op de werkvloer. Instrumenten zijn het instellen van en toezien op quota, pay gaps, meldpunten in organisaties, training op het werk, in het publieke domein (politie, ambtenaren en rechters) en op scholen. Volt wil dat de Raad van de EU een nieuwe Raadsformatie invoert van ministers, verantwoordelijk voor grondrechten, gelijkheid en inclusie. We financiëren de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme structureel beter, en zorgen dat de positie wettelijk vastgelegd wordt. Volt steunt het programma van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB). Nederland moet zich inspannen om een voortrekkersrol op zich te nemen binnen de EU in het bestrijden van complottheorieën (online en offline) en discriminatie en terreur tegen Joden en Joodse organisaties. Op de lange termijn ziet Volt voor zich dat de werkzaamheden van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding onderdeel worden van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme. Er komt onderzoek naar institutioneel racisme binnen de overheid, uitvoeringsinstanties en publieke domeinen, zoals zorg, onderwijs en sport. Onderzoek moet leiden tot het bestrijden van racisme en verbeteren van de veiligheid, door middel van klachtenmechanismen en ondersteuning van antidiscriminatiebureaus. We geven aandacht aan anti-Zwart-racisme en anti-Aziatisch racisme, door ervoor te zorgen dat er geen overheidsmiddelen meer gaan naar Sinterklaasintochten waar de pieten zwart geschminkt worden én door scholen bewust te maken van racisme in kinderliederen, verhalen en andere leermiddelen die zij gebruiken. We pakken islamofobie en moslimdiscriminatie aan, door betere controles op discriminerende algoritmes en wet- en regelgeving. Daarnaast starten we --- pdf_page: 39 --- een nationale dialoog onder begeleiding van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR), om de vertrouwensbreuk met de Nederlandse moslimgemeenschap te herstellen. We gaan discriminatie door de overheid actief tegen, door 'eenzijdig overheidshandelen' onder de Algemene wet gelijke behandeling te scharen. Dit zorgt ervoor dat mensen bij vermoeden van discriminatie door de overheid makkelijker hulp kunnen krijgen van een rechter of ombudsman, en terecht kunnen bij het College voor de Rechten van de Mens. Naar Frans voorbeeld voegen we ook 'sociale status' toe als discriminatiegrond aan de Algemene wet gelijke behandeling. Volt ziet dit als duidelijke stap om de cyclus van armoede en sociaal-economische benadeling te doorbreken. We nemen de risico's op en vormen van racisme, discriminatie en uitsluiting op in de opleiding van leraren. We pakken discriminatie op basis van religie aan. Volt is om die reden tegen het verbod op het dragen van een hoofddoek of andere religieuze uitingen voor politieagenten en andere mensen die bij de overheid werken. We bestraffen discriminatoir gemotiveerde geweldsdelicten zwaarder, ook online, waaronder (intersectionele) hate speech. Te vaak worden mensen met een beperking niet als volwaardig en gelijkwaardig gezien in de samenleving, terwijl niet de beperking het probleem is, maar de manier waarop de samenleving is ingericht. De overheid moet zorgdragen voor de autonomie, participatie en gelijkwaardigheid van iedereen met een beperking. We zorgen dat het VN-verdrag Handicap binnen vijf jaar volledig is geïmplementeerd in Europees en Caribisch Nederland. Mensen met (een ervaring met) een beperking worden betrokken bij de totstandkoming, uitvoering en evaluatie van beleid dat hen aangaat. ### 3.4.1 Het recht om jezelf te zijn Wij willen dat iedereen zich overal veilig en vertrouwd kan voelen. Helaas is de werkelijkheid vaak anders. De vrijheid en emancipatie van lhbtiq+'ers staat onder druk, in Nederland én in de EU. Daarom willen wij dat er actief uitvoering wordt gegeven aan het COC Regenboogakkoord uit 2021, dat tot op de dag van vandaag helaas onverminderd actueel is. Juridisch meerouderschap wordt op korte termijn mogelijk, ter bevordering van de rechtspositie van regenbooggezinnen. Er komt een verbod op conversietherapie ('homogenezing') in Nederland én de EU. De erkenning van transouderschap wordt wettelijk vastgelegd. Om de positie van transgender personen, non-binaire personen en mensen met een intersekse-conditie te verbeteren is Volt voorstander van de zogenoemde Transgenderwet en de optie om een X als geslachtsaanduiding in het paspoort op te nemen. Mensen met een X in hun paspoort krijgen dezelfde rechten als andere personen. Zij kunnen dus ook trouwen en als ouder hun kind aangeven bij de gemeente. Dakloze lhbtiq+'ers moeten veilig opgevangen kunnen worden op specifieke opvangplekken voor dakloze lhbtiq+'ers. Het wordt makkelijker om een aanpassing te doen van de geslachtsregistratie in de geboorteakte. En het mogelijk wordt om een $X$ op te nemen in de geboorteakte. Er wordt een einde gemaakt aan nietnoodzakelijke geslachtcorrigerende operaties bij baby's met een intersekse conditie, zoals in Portugal en Malta al gedaan is. Ivf-behandelingen worden vergoed en toegankelijk voor alleenstaande vrouwen en lesbische stellen. ### 3.4.2 Gendergelijkheid, nu Vrouwen hebben in Nederland nog lang niet overal gelijke rechten. Ze krijgen voor hetzelfde werk vaak minder betaald dan mannen, hebben minder goede toegang tot zorg en hulpverlening, en zijn vaker slachtoffer van geweld en misbruik. Dat moet anders. Alle middelgrote tot grote bedrijven en overheidsorganisaties worden verplicht om het genderevenwicht en de loonkloof tussen mannen en vrouwen in hun organisatie openbaar te maken en erover te rapporteren. Daarnaast moeten zij, als er geen sprake is van gendergelijkheid, een gendergelijkheidsplan hebben om voor die gelijkheid te gaan zorgen. Daarbij wil Volt dat Nederland het verdrag tegen geweld en intimidatie op het werk bekrachtigt. Er moet extra bescherming zijn voor vrouwen in kwetsbare posities. Bijna de helft van de Nederlandse vrouwen heeft aangegeven na haar 15e levensjaar slachtoffer te zijn geworden van lichamelijk of seksueel geweld. Volt wil dat geweld tegen vrouwen niet gezien wordt als privéprobleem, maar als een maatschappelijk probleem en dat de overdracht van huiselijk geweld na één generatie stopt. Er komt zo snel mogelijk een wet op draagmoederschap, waarbij draagmoederschap gereguleerd wordt en de overheid de kosten voor (commercieel) draagmoederschap vergoedt. Hierbij is aandacht voor de belangen van wensouders, draagmoeders en het kind. Daarnaast moet er in Europees en internationaal verband gezocht worden naar oplossingen om massaspermadonatie te stoppen en anonimiteit tegen te gaan. Er komt een gender-balanced kabinet (oftewel: gelijke representatie van mannen en vrouwen) met een betere afspiegeling van de diversiteit in de samenleving. ### 3.4.3 Herstel van ons slavernijverleden 150 jaar geleden werd de slavernij in Nederland afgeschaft. Nu, 150 jaar later, besteden we extra aandacht aan dit slavernijverleden met een herdenkingsjaar (van 1 juli 2023 tot 1 juli --- pdf_page: 40 --- 2024). Dat is belangrijk. Tot op de dag van vandaag is er nog altijd sprake van 'moderne' slavernij waar we onze ogen niet voor mogen sluiten. Juist door ons bewust te zijn van ons verleden kunnen we betere keuzes maken voor de toekomst, en dat is hard nodig. Daarom willen wij dat er meer aandacht komt voor het Nederlandse slavernijverleden. Daarvoor is het belangrijk dat er actief uitvoering wordt gegeven aan de excuses voor het slavernijverleden en dat er recht wordt gedaan aan de nazaten van de tot slaaf gemaakten. We leggen de excuses, erkenning en herstelmaatregelen voor het slavernijverleden wettelijk vast. Keti Koti, 1 juli, wordt een nationale vrije dag. De Gouden Koets wordt permanent geplaatst in het Nationaal Slavernijmuseum. Het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (NINsee) ontvangt structurele financiering, net zoals het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Deze financiering moet worden ingezet om het NINsee te steunen om een volwaardig kenniscentrum te kunnen zijn dat kennis verzamelt, beheert en ontwikkelt over de geschiedenis van het trans-Atlantische slavernijverleden en het koloniale verleden. Daarnaast willen we dat er meer onderzoek en aandacht komt voor het slavernijverleden van Indonesië en de rol van Nederland hierin. Hierover is nog te weinig bekend bij het brede publiek, doordat het jarenlang is gebagatelliseerd. ### 3.5 Gezondheid en welzijn Goede zorg moet beschikbaar en betaalbaar zijn voor iedereen. Met de groeiende en steeds ouder wordende bevolking is de manier waarop de zorg is ingericht niet langer houdbaar. Gezondheid en welzijn zijn randvoorwaarden om goed te functioneren als individu, maar ook als maatschappij. Om goede zorg betaalbaar en beschikbaar te houden voor iedereen nu en in de toekomst, wil Volt dat gewerkt wordt aan een gezond zorgsysteem. Een systeem dat gericht is op preventieve maatregelen om gezondheid te bevorderen en op zorg voor alle generaties en dat zelfbeschikking, gelijkheid en medezeggenschap hoog in het vaandel heeft. ### 3.5.1 Een Europese Gezondheidsunie Volt streeft naar een Europese Gezondheidsunie om een effectieve en solidaire gezondheidszorg in heel de EU te bevorderen. We willen een gezamenlijke aanpak om de gezondheid van alle inwoners van de EU te beschermen en te verbeteren. Dit omvat samenwerking tussen lidstaten, het delen van best practices en het waarborgen van gelijke toegang tot kwaliteitsvolle gezondheidszorg voor iedereen. We geloven ook in het versterken van de rol van Europese agentschappen zoals het Europees Geneesmiddelenbureau en het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding om een veerkrachtig en responsief Europees gezondheidssysteem op te bouwen. We kopen meer medicijnen gezamenlijk in op Europees niveau en we gaan door met de verdere ontwikkeling van een Europese farmaceutische strategie. Medicijnen en software die ontwikkeld zijn met publiek geld moeten onder EU-patent blijven, zodat de kosten en bevoorrading transparant en onder controle zijn. Dit draagt bij aan de betaalbaarheid van de zorg, aan Europese gelijkheid en verhoogt de pandemische paraatheid. De toename van antibioticaresistentie binnen de EU is een ernstig probleem en bestrijding daarvan moet meer prioriteit krijgen. We willen dit onderwerp vaker en nadrukkelijker op de agenda van de EU. We willen dat er een Europees fonds komt voor investeringen in de gezamenlijke, Europese ontwikkeling van geneesmiddelen voor zeldzame ziektes. We maken het makkelijker om zorg over de landsgrens heen te krijgen (in de grensregio's). Huidige wet- en regelgeving maakt dit momenteel onnodig lastig. Dat zagen we onder andere tijdens de coronapandemie, maar zien we ook wanneer bestaande instanties binnen de landsgrens niet de juiste zorg kunnen bieden. --- pdf_page: 41 --- We willen dat er mogelijkheden komen voor zorgpersoneel om in de EU ook buiten de eigen landsgrenzen te werken. Het zorgonderwijs wordt hierop aangepast en ingericht. We zetten daarbij als eerste in op uitwisseling en samenwerking met onze directe buurlanden. We willen dat seksuele en reproductieve gezondheid en rechten worden opgenomen in het EU-volksgezondheidsbeleid. Als onderdeel van de Europese Gezondheidsunie werken we in Europees verband aan het voorkomen van nieuwe pandemieën en verhogen we tegelijkertijd de pandemische paraatheid om optimale weerstand te kunnen bieden aan grensoverstijgende gezondheidscrises. ### 3.5.2 Aandacht voor de zorgvraag Ons huidige zorgsysteem is ingesteld op wantrouwen in plaats van vertrouwen. Dat moet wat ons betreft weer andersom. Dat betekent minder focus op verantwoording, zodat er weer meer aandacht komt voor de zorgvrager. Daarvoor is het nodig om een eenvoudiger zorgsysteem te bouwen, waar samenwerken in plaats van concurrentie weer centraal staat. Voor de doelmatigheid van de zorg is het essentieel om de financiële prikkels te veranderen. De huidige financiële prikkels zijn erop gericht om zo min mogelijk tijd te besteden aan patiënten en zo veel mogelijk medische handelingen te verrichten terwijl iets meer tijd en aandacht ook kan helpen om de zorgvraag terug te dringen. Daarbij zorgen de verschillende zorgwetten er momenteel voor dat cliënten regelmatig met veel verschillende zorgprofessionals te maken krijgen die niet goed (kunnen) samenwerken. Huisartsen geven aan dat naast het bevorderen van de gezondheid, meer tijd voor de patiënt ook zal bijdragen aan het terugdringen van het aantal huisartsen dat stopt. We gebruiken niet-gepersonaliseerde data om beter inzichtelijk te krijgen welke regio behoefte heeft aan welke zorg. Zo realiseren we op de specifieke zorgvraag een toegespitst zorgaanbod en verminderen we regionale gezondheidsverschillen. We zetten ons in voor een holistische benadering van patiënten. Een mens past heel regelmatig niet in slechts één van de hokjes. Daarbij speelt niet zelden de sociale, economische status ook een rol, zo zijn longmedicijnen niet de enige oplossing voor een kind dat ademhalingsproblemen heeft vanwege schimmel in huis. We halen perverse prikkels uit de zorgfinanciering. Zo moet het lonend zijn om patiënten en cliënten te helpen, te begeleiden en te genezen. Zorgaanbieders die kostenbesparend werken, door meer in te zetten op preventie, de menselijke maat en de zin of onzin van intensieve behandelingen in de laatste levensfase, moeten daar niet financieel voor worden gestraft. We maken veel meer gebruik van de kansen die digitale en hybride zorginnovaties bieden, onder andere door het stimuleren van de toepassing van AI en e-health in de zorg. We werken toe naar een eenvoudiger (financieel) zorgsysteem, dat niet concurrentie en versplintering stimuleert, maar samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid bevordert. Zodat er samen gekeken wordt wat het beste is voor de cliënt/patiënt, zonder dat de cliënt/patiënt met heel veel verschillende organisaties te maken krijgt. We zorgen dat zorgverzekeraars en andere financierders op dezelfde manier kwaliteitsdata gaan verzamelen om de administratieve lasten bij zorgaanbieders te verlagen. ### 3.5.3 Waardering van de zorgprofessional Om de zorgsector aantrekkelijk te houden om in te werken, zijn goed werkgeverschap, innovatie en een eerlijke beloning noodzakelijk. Momenteel komt $46 \%$ van de verzorgenden in de ouderenzorg elke maand geld tekort. De arbeidskrachtentekorten en het verzuim nemen toe in de sector zorg en welzijn. De verschillen tussen werkgevers zijn groot als het aankomt op verzuim, inzet van aantal zzp'ers en verloop van personeel. De lonen in de zorg laten we aansluiten op de lonen in de rest van de publieke sector. De lonen in de zorg liggen 6 tot 9 procent lager dan vergelijkbare functies in de markt. Die loonkloof voelen medewerkers extra in een tijd dat alles duurder wordt. Voor Volt betekent dit ook dat artsen en medisch specialisten zich dienen te houden aan de Wet Normering Topinkomens. Het werken in loondienst van de instelling moet de norm worden en door wetgeving worden ondersteund, ook voor artsen. Long covid wordt erkend als beroepsziekte voor zorgpersoneel dat via werk long covid opgelopen heeft. Volt pleit voor een ruime financiële compensatie en voor meer onderzoek naar long covid. We belonen zorgaanbieders die het goed voor elkaar krijgen om verzuim, inzet van zzp'ers en verloop laag te houden. Dit zijn de koplopers die ruimte hebben voor innovatie. We zorgen voor meer aandacht voor opleidingen in de zorg- en welzijnssector, onder andere door het afschaffen van het collegegeld voor deze opleidingen. We willen goed werkgeverschap voor mantelzorgers; dit betekent voldoende respijtzorg en ondersteuning om overbelasting te voorkomen en waarborgen voor voldoende financiële compensatie. ### 3.5.4 Brede preventie Een deel van de zorgvraag kan worden teruggedrongen met preventieve maatregelen. Volt ziet armoedebestrijding als preventiemaatregel nummer één voor een gezondere samenleving. Armoedebestrijding wordt onderdeel van het Nationaal Preventieakkoord. Volt wil dat sociale problematiek als armoede, huisvestingsproblemen en huiselijk geweld ook meegenomen worden in het Nationaal Preventieakkoord, dat nu vooral gericht is op het terugdringen van roken, alcoholmisbruik en overgewicht. We realiseren de rookvrije generatie zo snel mogelijk, voor zowel tabak als vapes. --- pdf_page: 42 --- We verhogen accijnzen, weren lobbyisten van de nicotine-industrie en verplichten importeurs van nicotineproducten een percentage van hun winst in een nicotinefonds te storten, dat kan worden aangewend om nicotinegebruik tegen te gaan. We verminderen overmatig alcoholgebruik door de zichtbaarheid, beschikbaarheid en betaalbaarheid te verminderen, onder andere door alcohol geheel uit supermarkten te weren. We breiden de wettelijke taak van preventie bij gemeenten uit en verankeren deze beter, zodat er meer aandacht komt voor een gezond leven, een gezonde leefomgeving en vroegsignalering. Daarvoor moet één procent van de zorgbegroting extra overgeheveld worden naar gemeenten. Preventieve en acute mondzorg brengen we terug in het basispakket. Dit doen we vanuit gelijkwaardige toegang tot goede zorg en omdat de gezondheidskosten bij een slecht onderhouden gebit vele malen hoger zijn dan de kosten voor preventie. We roepen de hiv-epidemie een halt toe door PrEP in Nederland laagdrempelig en breed beschikbaar te maken en te vergoeden vanuit de zorgverzekering. We maken anticonceptie gratis, bijvoorbeeld door het op te nemen in de basisverzekering. Ook menstruatieproducten moeten gratis beschikbaar zijn en worden aangeboden op publieke plekken. We investeren extra in het stoppen van intergenerationele overdracht van armoede en huiselijk geweld door onder andere meer te investeren in begeleiding en in vroegtijdige traumaverwerking om de gevolgen van een trauma (en herhaling), later in iemands leven, te minimaliseren. ### 3.5.5 Jongeren en hun omgeving Als we meer investeren in jongeren en hun thuissituatie, voorkomen we problemen op de lange termijn. Daarom verleggen we de focus in de jeugdzorg naar het gehele gezin en zorgen we dat jongeren langer toegang hebben tot deze zorg. Jeugdzorg wordt gezinszorg met de jongere als uitgangspunt. Dit betekent dat er breed gekeken wordt wat een gezin nodig heeft en dat medezeggenschap voor alle jongeren die betrokken zijn bij jeugdzorg goed geregeld is. We laten de leeftijdsgrens van 18 jaar los in de jeugdzorg met verblijf, zoals gezinshuizen en gesloten jeugdzorg. Nederlandse jongeren gaan gemiddeld op hun $23^{\text {de }}$ uit huis, maar jongeren in de residentiële jeugdzorg moeten er op hun $18^{\text {de }}$ al klaar voor zijn. Volt wil dat een jongere minimaal tot de leeftijd van 23 jaar in jeugdzorginstellingen moet kunnen blijven als dit nodig is. In alle gevallen moet er ook sprake zijn van voldoende hulp bij deze transitie in de vorm van begeleiding en hulp bij het vinden van een huis en het regelen van inboedel. ### 3.5.6 Geef jonge gezinnen een goede start We vinden het belangrijk dat goede zorg en welzijn voor iedereen beschikbaar blijven. Dat we gezondheidsverschillen verkleinen in plaats van vergroten. Daarom willen we dat de zorg betaalbaar én beschikbaar is en blijft, voor alle generaties, nu én in de toekomst. Daarvoor is het belangrijk dat iedereen vanaf de geboorte de juiste zorg krijgt om zijn leven zo goed mogelijk naar eigen wens vorm te geven, ongeacht achtergrond, ziekte of handicap. Een inclusieve aanpak dus, waarbij we een ruimere invulling willen geven aan de Europese Richtlijn werk-privébalans. We zorgen voor flexibeler ouderverlof, met een minimum van 16 weken zwangerschapsen bevallingsverlof voor de moeder. De overige 30 weken kunnen partners onderling vrij verdelen. Het doorbetaalde loon bij ouderschapsverlof mag niet onder het minimumloon zakken. Dit betekent dat ouders die het minimumloon verdienen tijdens ouderschapsverlof 100\% in plaats van $70 \%$ van hun loon houden, zodat ouders met een laag inkomen ook ouderschapsverlof kunnen opnemen zonder in de financiële problemen te komen. Volt wil een nieuw wettelijk recht op een periode van 'aanpassingsverlof' om ouders van een kind met een intensieve zorgvraag in staat te stellen om zorgarrangementen op te zetten. We investeren in het tegengaan van hechtingsstoornissen. Kinderen met een hechtingsstoornis hebben geen gelijke kans op een stabiel, gezond en gelukkig leven. ### 3.5.7 Mentale gezondheid De mentale gezondheid van veel Nederlanders staat onder druk. Een steeds grotere groep jongeren heeft sinds de coronapandemie last van angst en depressie. Suïcide is op dit moment doodsoorzaak nummer één onder jongeren. Dat zijn pijnlijke statistieken. Statistieken die vragen om aandacht en investeringen. Er moet meer aandacht komen voor mentale gezondheid in het onderwijs, door mentale gezondheid als vak op te nemen in het curriculum. Daarbij wil Volt het onbegrip voor ADHD en autisme verkleinen met lesprogramma's voor leraren en medeleerlingen. We zorgen dat de geestelijke gezondheidszorg (ggz) beter toegankelijk wordt en voor jongeren tot 25 jaar gratis is. Drie kwart van de psychiatrische stoornissen manifesteert zich voor het 25ste levensjaar; laagdrempelige en adolescentvriendelijke hulp is hierbij van groot belang. We draaien de bezuinigingen op de ggz van de afgelopen kabinetten terug en investeren er weer in. Doelen zijn de wachtlijsten terugdringen en de beschikbare budgetten vergroten waardoor de ggz weer toegankelijk is voor iedereen die het nodig heeft. --- pdf_page: 43 --- Het is belangrijk dat de overheid een regiefunctie heeft in het borgen van suïcidepreventie voor de lange termijn, ook via wetgeving. We investeren in het bereikbaar houden van de hulplijn en in een verstevigde aanpak via de vierde Landelijke Agenda Suïcidepreventie. ### 3.5.8 Gelijke kansen voor ouderen We hebben als samenleving een zorgplicht voor elkaar. Alle ouderen moeten op een gelijkwaardige manier oud kunnen worden. We willen dat ouderen die niet meer thuis kunnen wonen en geen zicht meer hebben op terugkeer naar hun eigen huis, huur gaan betalen naar draagkracht. We schaffen het landelijke abonnementstarief af en maken ons hard voor herinvoering van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor alle maatschappelijke ondersteuning (met uitzondering van rolstoelen). ### 3.5.9 Zelfbeschikking Volt vindt zelfbeschikking in allerlei vormen heel belangrijk. We streven naar een inclusieve samenleving waarin iedereen zichzelf mag en kan zijn en eigen keuzes mag maken. Mensen met een vrijwillige en weloverwogen, blijvende stervenswens kunnen legaal en onder begeleiding toegang krijgen tot euthanasie. Hulp bij vrijwillige en weloverwogen euthanasie hoort niet thuis in ons Wetboek van Strafrecht. We willen vrije toegang tot abortus. Daarbij wordt duidelijke en toegankelijke educatie hierover, voor alle leeftijden, als cruciaal gezien. Abortus gaat uit het Wetboek van Strafrecht. Op deze manier wordt arbortus definitief uit de criminaliteit gehaald, naar het voorbeeld van onder andere Mexico, Cuba, Uruguay, Guyana en Argentinië. Tegelijkertijd nemen we zo ook het risico op het intrekken van het recht op abortus weg. Naast het beschermen van het recht op zelfbeschikking voorkomen we onwenselijke situaties zoals deze nu zijn ontstaan in bijvoorbeeld de VS en andere landen waar abortus, vaak opnieuw, illegaal verklaard is. Daarnaast pleit Volt voor een bufferzone rondom abortusklinieken waarin geen demonstranten mogen staan. ### 3.5.10 Inclusieve zorg Er is onvoldoende aandacht voor etnische en genderverschillen in de zorg. Extra onderzoek en aandacht kan voorkomen dat mensen verkeerd of niet gediagnosticeerd worden, omdat onderzoeken vaak niet representatief zijn voor de gehele bevolking. Zo hebben patiënten met een Zuid-Aziatische achtergrond een verhoogd risico op hart- en vaatziekten, ziet huidkanker er bij zwarte mensen anders uit dan bij witte mensen, en worden vrouwen verkeerd gediagnosticeerd omdat bij onderzoek het mannelijke lichaam in de praktijk de norm is. Er komt meer aandacht voor en onderzoek naar etnische en culturele verschillen in de zorg, om zo de gezondheidsverschillen en kennisachterstanden te verkleinen. We vergroten de aandacht voor en onderzoek naar de verschillen tussen mannen en vrouwen in de gezondheidszorg om de kennisachterstand hierin te verkleinen. We maken daarnaast werk van een landelijke strategie vrouwengezondheid. We maken transgenderzorg beter, toegankelijker en sneller beschikbaar. Met onder andere een een korter psychologisch traject en sneller toegang tot medicatie wanneer dit passend is voor de cliënt. De keuze voor wel of geen genderbevestigende therapie wordt volgens Volt gemaakt in de spreekkamer van specialisten, vrij van politieke standpunten. We zorgen onder andere voor meer opleidingsplaatsen voor medisch specialisten in transgenderzorg. We zorgen voor meer vroegsignalering, extra (preventieve) zorg en begeleiding voor de groep mensen met een verstandelijke beperking. Zij hebben vaker moeite om mee te komen in de zich digitaliserende wereld, zijn vaker slachtoffer van (seksueel) misbruik en belanden vaker in de gevangenis. ### 3.5.11 Sport als basis voor gezondheid Sport is voor Volt de basis van een gezonde en verbonden samenleving. Of het nu gaat om sport in het onderwijs, bij de lokale vereniging of op de televisie. Investeringen in sport verdienen zich over een langere periode altijd terug, zowel op individueel als maatschappelijk niveau. Een sportende samenleving zorgt voor betaalbare zorg, minder criminaliteit, meer innovatiekracht en meer saamhorigheid. Sporten is van belang voor de fysieke ontwikkeling, de fysieke en mentale gezondheid en ook voor de sociale cohesie. Daarom moet sporten voor ieder kind en iedere volwassene toegankelijk zijn. We zorgen voor een inclusieve en laagdrempelige toegang tot sport voor iedereen. Zo zorgen we voor meer bewegingsonderwijs en meer bewegingstoestellen in woonwijken, betere aansluiting tussen het onderwijs en sportverenigingen, en meer financiële middelen voor kinderen uit minimagezinnen om te sporten. We zorgen ervoor dat roken op de sportvereniging tot het verleden behoort, onder andere door alle sportverenigingen onderdeel te maken van de rookvrije generatie. We bevorderen inclusie in de (top)sport door meer aandacht voor anti-discriminatie en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag te verplichten. Vertrouwenspersonen worden verplicht voor (groepen van) sportverenigingen. We zorgen ervoor dat de sportsector tijdens een nieuwe pandemie zo goed en veilig als mogelijk open kan blijven om beweging en gezondheid te stimuleren. Zwemles wordt gestimuleerd en beter toegankelijk voor alle kinderen, mensen met een beperking en ouderen. Dit doen we onder andere door zwemles verplicht onderdeel van het bewegingsonderwijs te maken en wanneer er geen zwembad binnen fietsafstand van de school is, voor financiering van vervoer te zorgen. --- pdf_page: 44 --- Er komen meer clubkadercoaches die verenigingen ondersteunen bij specifieke hulpvragen, zoals een tekort aan vrijwilligers, het opleiden van trainers op pedagogisch vlak en het opstellen van begrotingen. Topsport verbindt mensen onderling en stimuleert zowel jongeren als volwassenen om zelf te gaan sporten. In de topsport vragen we meer aandacht voor gelijkwaardigheid van (transgender)vrouwen en sporters met een beperking. Volt pleit voor de inclusie van transvrouwen in de topsport, vrij van desinformatie. We zorgen ervoor dat sporttalenten topsport en onderwijs beter met elkaar kunnen combineren door meer flexibiliteit en door meer financiële middelen voor talenten uit sociaal-economisch kwetsbare gezinnen. Volt pleit voor een gelijkwaardige behandeling van vrouwensport (ten opzichte van mannensport) en van parasport, onder andere door middel van meer zendtijd en verslaggeving op de publieke omroep. # 3.6 Gelijke kansen en welvaart in elke regio Iedereen heeft recht op gelijke kansen, ongeacht waar je woont: in de EU of in Caribisch Nederland, in de Randstad of in een grensregio, in een dorp of in een stad. Om die gelijke kansen mogelijk te maken, moeten we durven ongelijkelijk te investeren. Daarboven willen wij dat bij het verdelen van gelden over regio's, de spreiding van onderwijs, zorg, werk, cultuur en publieke diensten zo wordt ingericht, dat deze voor iedereen in Nederland goed toegankelijk zijn. We willen betere toegang tot cultuureducatie en bibliotheken door de financiering die gemeenten ontvangen voor cultuureducatie te verhogen en door de leeftijdsgrens voor een gratis lidmaatschap van de openbare bibliotheek te verhogen. Er moet goed bereikbaar en beschikbaar regionaal openbaar vervoer zijn, zodat iedereen, overal in Nederland, zich met het openbaar vervoer kan verplaatsen en werk, onderwijs en zorg goed bereikbaar blijven. We willen een structurele investering in onderwijsregio's om zo het onderwijs beschikbaar te houden en het lerarentekort terug te dringen. In onderwijsregio's nemen partijen gezamenlijke verantwoordelijkheid voor hun regionale onderwijsarbeidsmarkt. Door samen te werken in de regio bij het werven, koppelen, opleiden, begeleiden en professionaliseren kunnen ze beter inspelen op de personeelstekorten. We moeten meer investeren in de regionale samenwerking tussen onderwijs en het bedrijfsleven, om zo de regionale economie en leefbaarheid te bevorderen. Wij willen dat de Groningers eindelijk een goede, simpele en snelle afwikkeling van schade en versterking van hun huizen krijgen, waarbij zij zelf een volwaardige stem hebben. We willen dat de ereschuld aan Groningen wordt ingelost op een manier zoals de Groningers dat willen. --- pdf_page: 45 --- ### 3.7 Kunst en cultuur Kunst en cultuur zijn overal om ons heen. In onze mooiste herinneringen, in onze lievelingsverhalen en films, de muziek waar we geen genoeg van kunnen krijgen of de tekeningen op de koelkast. Kunst en cultuur helpen ons om ons te ontwikkelen, als individu én als collectief. Daarmee kunnen kunst en cultuur ons verbinden. Met nadruk op 'kunnen', want de kunst- en cultuursector moet en kan diverser en inclusiever. Kunst en cultuur helpen ons ook datgene te ontdekken wat we misschien nog niet kennen, door ons uit onze regionale, nationale of Europese bubbel te halen en ons te leren over bekende of nieuwe menselijke waarden. Kunst en cultuur verwoorden en verbeelden wat een samenleving bezighoudt en maakt het gesprek over gevoelige onderwerpen mogelijk. Vooral tijdens de periode met de coronamaatregelen is duidelijk geworden hoezeer kunst, cultuur en entertainment bijdragen aan ons welzijn. In de bredewelvaartagenda wil Volt een rol voor kunst en cultuur: om onderwerpen te agenderen, bespreekbaar te maken om zo het welzijn van alle inwoners te verhogen. Hierin ziet Volt ook een belangrijke rol voor het cultureel erfgoed. Wij geloven dat we met de kennis van het verleden betere keuzes kunnen maken voor de toekomst. Cultureel erfgoed geeft ons daartoe de mogelijkheid: om echt eens in de wereld en identiteit van onze voorouders te kijken; wat zij gezien, gehoord of ervaren hebben. Daar moeten we zuinig op zijn. Denk bijvoorbeeld aan de molens van Kinderdijk, de grachtengordel in Amsterdam, Willemstad op Curaçao, de Waddenzee (samen met Duitsland en Denemarken), de Koloniën van Weldadigheid (samen met België) en de Neder-Germaanse Limes (samen met Duitsland). Erfgoed draagt bij aan onze nationale en Europese identiteit. Er bestaan verschillende Europese initiatieven om Europeanen meer te verbinden met elkaar door middel van cultuur- en kunstsubsidies, zoals 'Culture Moves Europe' van de Europese Commissie. Volt wil dat we ook voor de Nederlandse overheid het verbinden van Europeanen een zwaarwegend doel maken bij het uitgeven van cultuursubsidie. Met name in de grensregio is het verbinden van Europeanen essentieel voor de samenleving. We maken openbaar erfgoed, musea en culturele instellingen gratis voor iedereen onder de 26 jaar, zoals ook in Frankrijk het geval is. Zo maken we kunst en cultuur laagdrempelig bereikbaar voor iedereen, ongeacht sociaal-economische status. We willen dat duurzaamheidsstandaarden bij het behoud van cultureel erfgoed als monumenten aangescherpt worden. Om ons erfgoed door te kunnen geven aan de volgende generaties, is aanpassing van monumenten aan de hedendaagse eisen en wensen van de gebruiker en leefomgeving noodzakelijk. Volt wil daarbij aandacht voor monumenten in elke regio. We zorgen dat historische figuren in de juiste, complete historische context worden geplaatst. Verheerlijking van historische figuren die misdaden tegen de menselijkheid hebben gepleegd, past niet in ons beeld van een menswaardige samenleving. Geroofde kunst of erfgoed moet terug naar de rechtmatige eigenaren. Bij gebruik moet er een bruikleenovereenkomst op gelijkwaardig niveau komen. Pas met toestemming van het land van herkomst mag een replica of 3D-kopie gemaakt worden. We dringen de marktwerking in de Nederlandse archeologie terug, die met het ratificeren van het Verdrag van Valletta is geïntroduceerd. De overheid krijgt een sterkere rol als bevoegd gezag in onder andere de besteding van onderzoeksgelden. Deze is nu te sterk financieel gedreven. De bestaanszekerheid van culturele en creatieve makers moet vergroot worden. Zij voorzien met hun werk in een basisbehoefte van onze democratie en samenleving. We vergroten de gelijkwaardigheid en inclusiviteit in en van de sector. We zorgen ervoor dat de bestaanszekerheid van het gehele creatieve team versterkt wordt, in plaats van slechts die van de individuele maker. Daarom wil Volt, net als de Raad voor Cultuur, alle BIS-instellingen verplichten om per 1 januari 2025 collectieve tariefafspraken te maken voor alle werknemers en zzp'ers. We willen dat diversiteitscriteria bij de toekenning van subsidies aan makers onverminderd toegepast worden. Zo wil Volt onder andere de positie van vrouwen en mensen met een biculturele of migratieachtergrond in de cultuursector verstevigen. We zorgen voor een evenwichtige spreiding tussen centrale instellingen met nationale en internationale betekenis en instellingen met lokale en regionale betekenis. We koesteren plaatselijke/regionale gebruiken, sporten of ambachten en ondersteunen behoud en verspreiding van kennis hierover. We ondersteunen (culturele) uitingen, zoals bijvoorbeeld toneel en locatietheater, in het Fries en in minderheidstalen en dialecten. Hiermee geven we invulling aan ons streven naar behoud van eigen identiteit, tradities en diversiteit binnen de Europese context. --- pdf_page: 46 --- # 4. Een nieuwe economie We hebben een écht nieuw economisch systeem nodig. Het oude marktdenken, waarin economische groei voorop stond, is failliet. De enige reden dat het nog bestaat is omdat we het kunstmatig in stand houden, met scheve subsidies en noodpakketten. Het economische systeem van de toekomst is een groen systeem van brede welvaart dat het geluk van de natuur en de mens ondersteunt; dat gericht is op innovatie, sociale rechtvaardigheid en strategische autonomie. Eén 'nuluitstootsamenleving', waarin technologische innovaties het verdienvermogen van de EU veiligstellen, en de vrije markt begrensd is door wat de aarde aan kan en wat mensen nodig hebben. Of het ons goed gaat, wordt bepaald door hoe schoon en veilig onze leefomgeving is, hoeveel voorzieningen er in de buurt zijn, hoe goed het onderwijs is en hoe sterk ons sociale netwerk. Die brede welvaart moet het ijkpunt zijn voor het handelen van de overheid. Een nieuw economisch systeem vergt vergaande en harde keuzes. Fossiele industrieën gaan we zwaar belasten en fossiele subsidies bannen we uit. Vervuilers gaan meer betalen en we stimuleren een andere manier van consumeren. Recyclen, hergebruiken en repareren worden de norm en de overheid stuurt hier actief op aan. Die weg naar verandering biedt veel kansen. We stimuleren innovatieve en nieuwe bedrijven, creëren nieuwe banen en stellen ons op als koploper in de wereld met het gebruik van waterstof en groene energie. We belasten arbeid minder, en vermogen vervuilend consumeren en gebruik meer, dragen zorg voor een Europees minimumloon en gaan de uitdagingen van onze tijd gezamenlijk aan. --- pdf_page: 47 --- ### 4.1 Belastingen en toeslagen We zullen later met verbazing terugkijken hoe complex wij het belastingstelsel en het stelsel sociale zekerheid hebben gemaakt. De grote hoeveelheid toeslagen, complexe fiscale regelingen en verschillende uitkeringen hebben het systeem een waar doolhof gemaakt waar niemand uit lijkt te komen. We willen af van die complexiteit en toe naar eenvoud. We moeten toe naar een rechtvaardig, toekomstbestendig en uitvoerbaar systeem dat voor iedereen werkt. Een rechtvaardig belastingstelsel verdeelt inkomens en vermogens op een eerlijke manier tussen de huidige en toekomstige generaties, tussen zelfredzame en kwetsbare inwoners, tussen inwoners en bedrijven, en tussen mensen in verschillende lidstaten van de EU. Een toekomstbestendig belastingstelsel moedigt aan om in te zetten op maatschappelijk welzijn, namelijk door werken, recyclen of sociale investeringen te stimuleren. Het ontmoedigt zaken die maatschappelijk welzijn schaden, zoals roken, vervuilen of verspillen. Dit helpt om mens en natuur weer met elkaar in balans te brengen. Een uitvoerbaar belastingstelsel zorgt ervoor dat inwoners weten waar ze aan toe zijn en dat de meest kwetsbare mensen krijgen waar ze recht op hebben. Dat is vanwege de grote complexiteit nu vaak niet het geval. Verder willen we een belastingstelsel dat uitgaat van een Verenigd Europa. In een globaliserende wereld is het nationaal heffen van belasting steeds minder effectief. Daarom moeten we, waar dat kan en nuttig is, meer samenwerken in Europees verband. Verdere fiscale samenwerking tussen Europese landen creëert een gelijk speelveld voor bedrijven en inwoners en gaat belastingontwijking en -ontduiking tegen. De extra opbrengsten kunnen worden ingezet voor maatschappelijke doelen als bestaanszekerheid, zorg en onderwijs, en voor economische doelen als innovatie en verduurzaming. ### 4.1.1 Vergroening van het belastingstelsel Ons huidige belastingstelsel staat vergroening niet alleen in de weg; het faciliteert zelfs vervuiling. Zo is de belasting op grondstoffen, verbruik en vervuiling te laag en is de belasting op arbeid te hoog. Ons stelsel kent bovendien veel fossiele vrijstellingen, met als resultaat: bergen met afgedankte elektrische apparaten en grootgebruikers van kolen en aardgas die aanzienlijk minder betalen dan kleine gebruikers. Dit is allesbehalve toekomstbestendig voor mens en natuur. We moeten toe naar een stelsel waarin recycling en hergebruik worden gestimuleerd en er geen accijnsvrijstellingen meer zijn voor kerosine. Om de transitie te maken naar een klimaatneutraal Nederland, zijn grote wijzigingen nodig. In een rechtvaardig systeem betalen vervuilers voor de milieukosten die zij veroorzaken en belonen we groene consumenten en producenten met belastingvoordelen. Daarbij is het van belang dat we de herverdelingseffecten goed in kaart brengen. Voor de meest kwetsbare huishoudens komen aanvullende maatregelen, zodat zij niet onbedoeld de dupe worden van belastingverhogingen. We belasten al het gebruik van hulpbronnen. Daarom komt er een uniform btw-tarief van $15 \%$ vast voor alle goederen en diensten. Alle uitzonderingen, inclusief het $0 \%$-tarief en lage btw-tarief, schaffen we af. Om de koopkracht van mensen te beschermen, verlagen we de belastingdruk op arbeid en voeren we een basistoelage in. We zorgen ervoor dat de vervuiler betaalt. Daarom heffen we alle vrijstellingen op de energiebelasting en accijnsvrijstellingen op, met uitzondering van de stadsverwarmingsregeling. De belasting op leidingwater, afvalstoffen, kolen en gas wordt met $25 \%$ verhoogd. Door milieukosten in rekening te brengen, zullen producenten en consumenten verstandiger omgaan met het verbruik van primaire grondstoffen. We plaatsen een heffing op kunstmest, niet-afbreekbare smeermiddelen, en belastingen op vlees, zuivel en suikerhoudende alcoholvrije dranken. De opbrengsten hiervan worden gebruikt om gebruik en productie van duurzame producten te stimuleren. We schaffen de motorrijtuigenbelasting af. In plaats daarvan komt er een kilometerheffing waarbij rekening wordt gehouden met het type voertuig, de uitstoot en de tijd en plaats van rijden. Hiermee belasten we de effecten van autorijden, in plaats van het autobezit. Het grondstofverbruik bij de productie van voertuigen wordt in rekening gebracht door motor- en rijtuigenbelasting (bpm) te heffen op $\mathrm{CO}_{2}$-grondslag. We willen minder vluchten in heel de EU. In Europees verband schaffen we de accijnsvrijstelling op kerosine af. In Nederland belasten we de industrie met een pakket aan maatregelen, zoals een tariefverhoging van bijna 50 euro voor middellange vluchten en 130 euro voor lange vluchten. De opbrengsten worden gebruikt voor het verbeteren van het ovnetwerk. --- pdf_page: 48 --- ### 4.1.2 Vermogensongelijkheid tegengaan Vermogen is in ons land niet eerlijk verdeeld. Niet alleen die verdeling, maar ook de gevolgen daarvan zijn oneerlijk. Het is niet eerlijk dat het vermogen van je familie je kansen bepaalt, dat je spaargeld bepaalt in hoeverre je jezelf kunt ontwikkelen, of dat geld inwisselbaar lijkt te worden voor macht bij politieke besluitvorming. De oneerlijke verdeling belemmert veel mensen om de kansen te grijpen die ze verdienen. Daarom willen we dat de overheid belastingmaatregelen introduceert die de vermogensongelijkheid vermindert in plaats van versterkt. Er wordt een progressieve vermogensbelasting geïntroduceerd voor vermogens boven één miljoen euro. De bedrijfsopvolgingsregeling wordt afgeschaft. In plaats hiervan verruimen we de mogelijkheid om bij de overheid te lenen om financiering mogelijk te maken. De erf- en schenkbelasting wordt aangepakt door deze relatie-onafhankelijk te maken. Daarnaast zal er voor bedragen tot 150.000 euro een tarief van $30 \%$ gelden en daarboven een tarief van $40 \%$. In de erfbelasting zal de eerste 10.000 euro worden vrijgesteld. De schenkvrijstelling voor de eigen woning wordt afgeschaft en blijft afgeschaft. ### 4.1.3 Rechtvaardige bijdrage van iedereen De afgelopen energiecrisis en de bijkomende inflatie hebben nogmaals duidelijk gemaakt dat de winsten van bedrijven ten koste van mensen kunnen gaan. Terwijl de werkende bevolking steeds meer moeite heeft met het betalen van hun basisvoorzieningen, maken bedrijven torenhoge winsten. Dat moet en kan anders. Er komt een Europese meevallersheffing voor bedrijfswinsten. Zo belasten we onredelijk hoge winsten die behaald zijn als gevolg van een crisis. Denk hierbij aan de hoge winsten van energiebedrijven na de Russische invasie in Oekraïne. Wij streven naar een eenvoudiger belastingstelsel waardoor het begrijpelijker wordt voor de inwoner en handhaving eenvoudiger wordt. Daarbij maakt het niet uit voor het belastingtarief of inkomsten worden verkregen uit arbeid, onderneming, winst uit een vennootschap of winst uit vermogen. Dit voorkomt 'boeheppen'. We belasten alleen daadwerkelijke inkomsten. De afschaffing van toeslagen, heffingen en aftrekposten worden gecompenseerd door nieuwe en simpeler belastingtarieven. We gaan uit van het basisprincipe 'de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten'. We willen de belastingontwijking door bedrijven tegengaan met een Europese aanpak. Het versoberen van de vele fiscale regelingen en het meer gelijktrekken van de belastingtarieven op nationaal niveau dragen hieraan bij. Maar dan zijn we er nog niet. Het vrije verkeer in de EU zorgt er namelijk voor dat het relatief gemakkelijk is om je hoofdvestiging te verplaatsen. Door toe te werken naar harmonisatie van de belastingen in de EU kan dit worden beperkt. Voor bedrijven die verhuizen naar een land met een lagere belastingdruk komt er een Exit Tax. Dit houdt in dat bedrijven die gebruik hebben gemaakt van de voorzieningen in Nederland en besluiten te vertrekken, nog een gemaximeerd aantal jaren aanvullend belasting blijven betalen aan Nederland. ### 4.1.4 Schrappen ongerichte belastingvoordelen Het is tijd voor een grote schoonmaak van ons belastingstelsel. Daarom willen we de vele fiscale regelingen versoberen of afschaffen. Ons belastingstelsel kent namelijk veel ondoelmatige en ondoeltreffende regelingen die de schatkist jaarlijks zo'n 120 miljard euro kosten. Veel van deze regelingen dragen niet bij aan de brede welvaart, maar zijn voornamelijk gericht op kleine, specifieke groepen. We schrappen ondoelmatige regelingen als de landbouwvrijstelling, het verlaagde btw-tarief voor de sierteelt en de oldtimervrijstelling. De exploderende huizenprijzen worden in de hand gewerkt door de belastingvoordelen voor huizenbezit. Dat is niet alleen oneerlijk naar de mensen toe die zich het kopen van een huis niet kunnen veroorloven, maar het verstoort ook nog eens de markt en benadeelt starters. We schaffen de belastingvoordelen van eigenwoningbezit af, zoals de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait. Om de overgang te verzachten, zal dit in fases gebeuren, waarbij het afbouwpad loopt tot 2030. We voeren een gemeentelijke heffing op de stijging van grondwaarde in. We willen een vermogenswinstbelasting van $10 \%$ op de gerealiseerde overwaarde bij de verkoop van een pand. Notarissen leveren de benodigde gegevens aan bij de Belastingdienst (net zoals bij de overdrachtsbelasting). ### 4.1.5 Bestaanszekerheid voor iedereen In Nederland dragen de sterkste schouders niet de zwaarste lasten. Ons belastingstelsel gaat dat niet tegen, maar werkt dat zelfs in de hand; het vergroot de ongelijkheid. Aan de ene kant betalen de hoogste inkomens relatief gezien steeds minder belasting doordat zij meer van hun inkomen uit kapitaal halen. Aan de andere kant verdient een steeds grotere groep mensen minder dan het bestaansminimum terwijl zij voltijds werken. Dat is onacceptabel. We pakken armoede keihard aan door het huidige systeem rechtvaardig, simpel en uitvoerbaar te maken. Het huidige systeem is namelijk onnodig complex en staat bol van niet-doeltreffende maatregelen. We schaffen regelingen af en we putten meer uit de collectieve middelen. Zo versimpelen we het systeem radicaal én financieren we sociale regelingen op een progressieve manier. Er komt een maandelijkse huishoudtoelage die alle toeslagen vervangt. Deze inkomensonafhankelijke toelage bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. --- pdf_page: 49 --- Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd. Ook alleenstaande ouders ontvangen extra geld boven op de basisuitkering. We schaffen alle toeslagen, heffingskortingen, aftrekposten, vrijstellingen en de werkgevers- en werknemerspremies af. Al deze regelingen worden afgedekt door invoering van de nieuwe huishoudtoelage en door uitbreiding van de inkomstenbelasting met een aantal schijven. Hiermee zet Volt een eerste, grote stap op weg naar een basisinkomen. We verhogen het minimumloon voor nu naar 14 euro per uur, waarbij we een verdere stijging zeker niet uitsluiten. Verdere stijging van het minimumloon mag alleen niet ten koste gaan van kleine ondernemers, en zo, onbedoeld, grote bedrijven in de kaart spelen. De gekoppelde minimum- en AOW-uitkeringen volgen deze stijging niet, aangezien deze het sociaal minimum nu al garanderen. De huishoudtoelage wordt op zo'n manier aangepast dat de huishoudens met de laagste inkomens in ieder geval op het nieuwe sociaal minimum uitkomen. We schaffen het minimumjeugdloon geleidelijk af door het gelijk te trekken met het wettelijk minimumloon. Zo zorgen we ervoor dat iedere werkende vanaf achttien jaar een fatsoenlijk loon krijgt. De zorgkosten moeten voor een groter deel uit de collectieve middelen betaald worden. Zo kunnen we de nominale zorgpremie verlagen en neemt het besteedbaar inkomen van uitkeringsgerechtigden toe. We breiden het aantal tariefschijven in box 1 van de inkomstenbelasting uit, en passen deze op zo'n manier aan dat niemand meer onder het sociaal minimum hoeft te leven. Over het algemeen zullen de tarieven lager worden, om de belastingdruk op arbeid te verminderen. Mensen houden zo meer geld over. Samen met het afschaffen van het toeslagensysteem zal dit ervoor zorgen dat het loont om meer te werken. In ons nieuwe stelsel zullen voorzieningen worden betaald uit de collectieve middelen, waardoor iedereen hier recht op heeft. Bovendien worden hierdoor alle voorzieningen op een progressieve manier gefinancierd; de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. Er komt één sociaal stelsel voor werkenden: zelfstandigen krijgen net als werknemers rechten binnen de WW, WAO en WIA. Dat betekent dat zij dezelfde bescherming krijgen als werknemers die in loondienst zijn, en dat zij hiervoor premies betalen. Iedereen, inclusief een niet-werkende, krijgt recht op kinderopvang. Dit wordt grotendeels betaald uit de collectieve middelen. We voeren binnen heel de EU een tijdelijke staatsburgerbelasting in. Wanneer iemand bijvoorbeeld vanuit Nederland naar een land met lagere belastingen verhuist, moet diegene het verschil voor een bepaalde tijdsperiode blijven afdragen aan Nederland. Die tijdsperiode hangt af van de mate waarin iemand gebruik heeft gemaakt van de publieke voorzieningen in Nederland. Zo gaan we belastingontwijking tegen. Ten behoeve van verduurzaming en innovatie wil Volt regionale fondsen extra middelen geven om durfkapitaal te kunnen uitlenen aan ondernemers en burgerinitiatieven. --- pdf_page: 50 --- ## 4.2 Een duurzame en circulaire economie Het voortdurende, overmatige gebruik van natuurlijke hulpbronnen is niet houdbaar. We overschrijden continu de grenzen van onze planeet en we zijn daarin bovendien erg afhankelijk van het buitenland. Zo hebben we veel cruciale grondstoffen van buiten de EU nodig om de klimaattransitie te realiseren, zoals koper en kobalt. Het importeren van die grondstoffen moet op een eerlijke en duurzame manier gebeuren. In ruil voor de grondstoffen die we vanuit bijvoorbeeld Afrikaanse landen importeren, exporteren wij, op basis van gelijkwaardigheid en onder bepaalde voorwaarden, kennis en technologie om daar de lokale economie te helpen opbouwen. Om minder afhankelijk te worden van andere landen en grootmachten in de toelevering van cruciale grondstoffen, moeten we veel meer inzetten op het verminderen, hergebruiken én recyclen van producten, materialen en grondstoffen. Hiermee verminderen we onze vraag naar grondstoffen van buiten de EU én zorgen we ervoor dat er minder schade aan milieu en klimaat wordt toegebracht. Zo gaan we van wegwerpmaatschappij naar een circulaire maatschappij. Er komt een verbod voor producenten om ongebruikte producten, zoals kleding en elektronica, te vernietigen of te dumpen. Op deze manier zorgen we ervoor dat bijvoorbeeld fast fashion langzaam maar zeker tot het verleden behoort. We breiden het recht op reparatie fors uit en bekijken per specifieke productgroep hoe we dat gaan doen. ### 4.2.1 Bewust consumeren Duurzaam consumeren is een essentieel onderdeel van de circulaire economie. Het helpt onze ecologische voetafdruk fors te verkleinen, hier in de EU en daarbuiten. We rekenen de milieu- en sociale impact van producten strenger mee in de prijzen van producten, bijvoorbeeld in de vorm van een $\mathrm{CO}_{2}$-belasting. Zo verleiden we consumenten duurzame producten te kopen en stimuleren we bedrijven om hun producten duurzamer te maken. Met de opbrengsten hiervan maken we duurzame producten goedkoper. We werken toe naar één Europees duurzaamheidslabel. Zo kunnen consumenten zien of het product dat zij kopen, of dit nu om kleding of voedsel gaat, echt duurzaam is of niet. De grote hoeveelheid labels van nu zorgt voor verwarring. We maken zichtbaar welke bedrijven zich schuldig maken aan greenwashing en/of het niet respecteren van mensenrechten bij de productie van hun goederen (naming and shaming). Ook verhogen we de boetes hierop. In 2030 zijn er alleen nog maar duurzame producten op de Europese markt. Daar hebben we nieuwe wet- en regelgeving voor nodig. We zorgen ervoor dat zo veel mogelijk producten milieuvriendelijk tot stand komen, lang meegaan en makkelijk hergebruikt kunnen worden. Dit doen we door de voorwaarden voor het ecologische ontwerp van producten aan te scherpen. We willen toe naar goed recyclebare producten. Dat betekent dat we op Europees niveau willen werken aan het definiëren van categorieën voor recyclebare stoffen. Op producten die in de EU verkocht worden moet te zien zijn uit welke categorieën recyclebare stoffen ze bestaan en hoe deze categorieën moeten worden gescheiden aan het einde van de levenscyclus van een product. ### 4.2.2 Verduurzaming van de financiële sector Het is ontzettend belangrijk dat de financiële sector zich gaat houden aan de afspraken van het Klimaatakkoord van Parijs. De verduurzaming van de financiële sector gaat momenteel te traag, mede doordat de afspraken over de doelen, de acties en het tijdspad te vrijblijvend zijn. Daarnaast is de sector niet verplicht om een eigen klimaatplan in te dienen, en dat terwijl de sector een grote rol kan spelen in de groene transitie. We hebben heldere, bindende en afrekenbare afspraken nodig voor de financiële sector op het gebied van duurzaamheid, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs. Bedrijven in de financiële sector worden verplicht tot het indienen van een klimaatplan, waaruit blijkt wanneer en hoe zij hun bedrijfsvoering in lijn brengen met het Klimaatakkoord van Parijs. --- pdf_page: 51 --- # 4.3 Een innovatieve economie De VS en China hebben, ten opzichte van de EU, een grote voorsprong in het behouden en aantrekken van techbedrijven. En dat terwijl wij als EU qua kennis over meer potentie beschikken. Die potentie moeten we benutten. Daarom willen we dat er één, ambitieuze, Europese industriepolitiek komt, waarbinnen een ondernemende overheid als co-investeerder innovatie stimuleert en risico's wegneemt. Zo bereiden we de weg voor het opbloeien van innovatieve bedrijven, en stellen we het verdienvermogen en de potentieel leidende geopolitieke positie van de EU voor de toekomst veilig. Overheidsinstanties, gericht op het Nederlandse vestigingsklimaat, moeten zich richten op het aantrekken, creëren en behouden van sleuteltechnologieën en techbedrijven. Hiervoor maken zij samen met partnerorganisaties van andere EUlidstaten een gezamenlijke strategie. We beconcurreren elkaar niet in de EU, we vullen elkaar aan. We bewerkstelligen een topsectorenen innovatiebeleid waarbij vanuit één nationale innovatievisie, in relatie tot de rest van de EU, strategisch gekeken wordt welke techbedrijven kunnen bijdragen aan ons maatschappelijke verdienvermogen voor de toekomst. We zorgen ervoor dat kapitaalverschaffers zoals banken, (durf)investeerders en innovatieve start-ups en scale-ups elkaar binnen de EU beter weten te vinden. De totstandkoming van een kapitaalmarktunie en een bankenunie zouden daar in belangrijke mate toe bijdragen. Daarnaast maakt Volt zich hard voor één groot, Europees durfkapitaalfonds waarmee nieuwe, pan-Europese innovaties op het gebied van bijvoorbeeld klimaat en duurzaamheid aangejaagd kunnen worden. We nemen de tijdrovende en complexe regelgeving bij investeringen van de European Investment Bank (EIB) weg, zodat start-ups en scale-ups hier eerder voor in aanmerking komen. ### 4.3.1 Investeren in de toekomst De EU heeft de potentie om de thuisbasis te worden van de techkampioenen van de toekomst. Daarvoor hebben we een investeringsklimaat van wereldniveau nodig voor Europese en Nederlandse start-ups en scale-ups. Nu heeft de EU nog relatief weinig durfinvesteerders die in een vroeg stadium, bijvoorbeeld wanneer technologieën nog in de onderzoeksfase binnen een universiteit verkeren, al willen investeren. Universiteiten zijn over het algemeen ook niet goed toegerust om onderzoekers te helpen met het doorontwikkelen en vermarkten van hun technologie. Daarom willen we de bestaande drempels voor ondernemende onderzoekers en durfinvesteerders zo laag mogelijk maken. We creëren speciale start-up- en scale-upfondsen waarmee de overheid als hoogrisico-coinvesteerder specifieke investeringsrisico's wegneemt. Dat maakt het risico/ rendementsprofiel voor private investeerders aantrekkelijk genoeg om in te stappen. Ook zorgen we ervoor dat binnen universiteiten meer aandacht komt voor het doorontwikkelen van nieuwe technologieën. Onze stip op de horizon? De realisatie van een Europese 'Silicon Valley', waar ondernemende wetenschappers, ondernemers, overheidspartijen en investeerders samenwerken. De overheid neemt een leidende en sturende rol op zich in de ontwikkeling van een volwassen start-upklimaat door niet alleen gerichter maar ook méér te investeren in start-ups. Dit doet de overheid zowel via bestaande fondsen/incubators/ accelerators als nieuwe fondsen. Deze organisaties zullen niet alleen vanuit de Nederlandse begroting, maar ook vanuit Europese gelden gekapitaliseerd worden. Volt biedt start-ups en scaleups verschillende mogelijkheden voor gerichte ondersteuning, afhankelijk van de behoeften in de verschillende ontwikkelingsfases. Dit zorgt voor meer maatwerk en betere resultaten. We verkennen de opties voor het aanbieden van meer mogelijkheden tot het financieren van start-ups tegen een risicovrije rente. Zo helpt de overheid start-ups door de kritieke ontwikkelingsfase. We trekken meer durfkapitaal uit de private sector aan, doordat de overheid zelf ook meer investeert in start-ups. Het aandeel van durfkapitaal in Nederland moet en kan verder worden vergroot. Het Nationaal Groeifonds schaffen we af en de vrijgekomen gelden komen ten goede aan Invest-NL en de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's). Hiermee vergroten we de zichtbaarheid en slagkracht van de ROM's. Daarnaast stimuleren we de onderlinge samenwerking en uitwisseling tussen de verschillende ROM's. Hierdoor krijgen bedrijfsactiviteiten op de beste plek in Nederland steun en kunnen zij verder ontwikkeld worden. Er komt één centraal loket (een one-stop-shop) voor innovatieve en sociaalmaatschappelijke ondernemers waar zij terecht kunnen met hun vragen over bijvoorbeeld subsidieaanvragen. We gaan onderzoeken hoe start-ups in de eerste jaren van hun ontwikkeling vrijgesteld kunnen worden van de afdracht van pensioenpremies. Zo zorgen we ervoor dat deze kosten de innovatie niet onnodig remmen. ### 4.3.2 Onderzoek als basis voor innovatie De basis voor een sterke, innovatieve economie zijn kennisinstellingen die voldoende ruimte en middelen krijgen voor fundamenteel en toegepast onderzoek. We hebben sterke kennisinstellingen in Nederland, waar talloze nieuwe technologieën worden uitgevonden en in samenwerking met het bedrijfsleven worden toegepast. Denk bijvoorbeeld aan de farmaceutische bedrijven in Leiden, de HighTech Campus in Brainport Eindhoven, --- pdf_page: 52 --- Groene Biotechnologie in Wageningen of Nanotechnologie in Delft en Twente. Bij deze kennisinstellingen worden fotonen-, kwantum- en nanotechnologieën en AI ontwikkeld en toegepast. Deze technologieën vormen de sleutel om de deur naar een nieuwe economie te openen. Volt wil deze kennisinstellingen aanjagen en hun financiering uitbreiden. Dit doen we bijvoorbeeld door fondsen en subsidieregelingen sectoraal in te richten en te specificeren voor een bepaalde fase van een onderzoek. Daarnaast moet er meer ruimte komen om met de beschikbare budgetten te experimenteren. Er komt vaste financiering voor fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek en praktijkgericht onderzoek. Voor fundamenteel, toegepast en praktijkgericht onderzoek is het van belang om zekerheid te bieden voor de lange termijn. Zo kunnen onderzoekers meer risico nemen voor innovatief onderzoek. We stimuleren actief de ontwikkeling van kwantumtechnologie en haar toepassingen om Nederland een sterke onafhankelijke positie te geven ten opzichte van andere grootmachten. We zetten ons in voor een zo onafhankelijk mogelijke Europese chip- en IT-productieketen. Daarom moeten strategische bedrijven uit de chipproductieketens voor ten minste 51% in Europese handen zijn en moet er een strategie komen om controle te krijgen op de grondstoffen die nodig zijn voor de Europese chipproductie. Er moet bovendien effectieve, EU-brede bescherming van intellectueel eigendom worden gegarandeerd. Er komt meer ruimte om met de beschikbare budgetten te experimenteren. # 4.4 Ondernemerschap De economie staat in dienst van de maatschappij. We moedigen ondernemers aan die duurzaam, innovatief en sociaal ondernemen. Ondernemers hebben vaak te maken met een hoge regel- en vergunningendruk, moeite met toegang tot financiering en beperkte toegang tot betaalbare en duurzame energie. De afgelopen tijd hebben ondernemers bovendien extra veel voor hun kiezen gekregen, zoals de coronacrisis en hoge energieprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne. We zorgen ervoor dat er minder administratieve lasten komen voor ondernemers, dat subsidieregelingen overzichtelijk worden en we zetten in op het versterken van de regionale economieën door talent te behouden. Er moet een Deltaplan Vermindering Administratieve Lastendruk voor ondernemers komen. Ondernemers komen om in de hoeveelheid regelingen. Dit staat innovatie en maatschappelijke impact in de weg. We zetten AI-trainingscentra op om ondernemers te helpen AI op een ethisch verantwoorde en innovatieve manier in te zetten. Bijvoorbeeld bij het efficiënter maken van bedrijfsprocessen waardoor werkdruk en kosten kunnen verminderen. Om de innovatiekracht en leefbaarheid buiten de Randstad te vergroten, investeren we op grotere schaal in kennisinstellingen, (openbaar) vervoer en woningen om de regionale economieën meer tot bloei te laten komen. We willen het ondernemerschap in heel Nederland versterken en daarvoor is een integrale aanpak nodig, met oog voor de leefbaarheid in de regio's. We maken het subsidielandschap overzichtelijker door het op te delen in sectoren. Iedere sector heeft met eigen problemen en uitdagingen te maken, terwijl het huidige subsidielandschap daar niet op ingericht is. Op deze manier bieden we elke onderneming toegang tot de juiste financiering. We willen bij subsidiëring meer focus op projecten die op de langere termijn maatschappelijk relevant, duurzaam en rendabel zijn, maar nu niet kunnen opstarten door tekort aan fondsen en ook niet op een andere wijze gefinancierd kunnen worden. Projecten met een terugverdientijd van minder dan zeven jaar komen niet meer in aanmerking voor overheidssubsidie. We verbinden voorwaarden aan subsidies voor grote maatschappelijke uitdagingen, zoals verduurzaming, veiligheid, gezondheid en innovatie. --- pdf_page: 53 --- Er komt meer begeleiding door energieexperts voor ondernemers die willen verduurzamen. Verduurzaming is niet in alle gevallen een investering die op korte termijn rendeert, maar dat maakt het niet minder belangrijk. Daarom creëren wij leenmogelijkheden tegen risicovrije rente bij de overheid voor ondernemers die willen verduurzamen. Denk bijvoorbeeld aan kleine ondernemers die hun oude dieselbusje willen vervangen door een elektrische auto. We vergroten de binding van medewerkers met (de doelstellingen van) de onderneming door de mogelijkheden van medewerkersparticipatie in ondernemingen te verkennen, uit te breiden en te benutten. Zo willen we ervoor zorgen dat medewerkers mee kunnen delen in de winsten van het bedrijf. Sociaal ondernemerschap is een bewezen en krachtige manier om economische groei en een positieve maatschappelijke impact te realiseren. Volt wil het potentieel aan sociaal ondernemerschap benutten door het oprichten van grote samenwerkingsfondsen waaruit sociale ondernemingen en traditionele bedrijven gezamenlijke projecten kunnen financieren. ### 4.4.1 Zelfstandige ondernemers Mensen zijn vrij om hun zelfstandigheid te behouden wanneer zij er bewust voor kiezen om zzp'er te zijn. Zij dragen bij aan een goed sociaal zekerheidsstelsel, zodat zij verzekerd zijn tegen ziekte en ongevallen. Solidariteit is hierbij voor Volt het uitgangspunt. Elke zzp'er kan gebruikmaken van de sociale voorzieningen en betaalt hiervoor, net als werknemers in loondienst, belastingen. Door dit verplicht te stellen kunnen schijnconstructies vermeden worden. We onderzoeken of we zzp'ers ook kunnen ondersteunen bij werkloosheid, waardoor ze een stevig vangnet krijgen. Ook ongedocumenteerden en asielzoekers kunnen als zelfstandig ondernemer aan de slag. ### 4.5 Arbeidsmarkt De grote arbeidskrachtentekorten in cruciale maatschappelijke sectoren vormen de achilleshiel van ons land en de EU. Denk aan de tekorten in het onderwijs, in de ICT, de zorg, en de techniek. Het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen loopt hierdoor vertraging op, terwijl de bestaanszekerheid van mensen verder afneemt. Wat we nodig hebben is een radicale herwaardering van die beroepen en professionals die onze maatschappij zo veel te bieden hebben. Die herwaardering begint bij een eerlijke behandeling: meer vaste arbeidscontracten, hogere salarissen en meer zeggenschap. We zetten in op het benutten van de kansen die digitale en technologische ontwikkelingen bieden in het aanpakken van de grote arbeidskrachtentekorten. De overheid pakt daarnaast een meer sturende rol in het onderwijs, onder andere door meer mensen op te leiden voor cruciale sectoren. Te veel jongeren worden momenteel opgeleid voor kansarme beroepen. We zorgen ervoor dat vaste arbeidscontracten de norm blijven en we zorgen ervoor dat zzp'erschap goed mogelijk blijft. We stimuleren om- en bijscholing naar cruciale sectoren zoals zorg, ICT, onderwijs en techniek door hiervoor gericht scholingsbudgetten in te zetten. We starten een grootschalige, landelijke wervingscampagne om meer personeel aan te trekken voor sectoren met grote tekorten, zoals techniek en ICT. Door te investeren in innovatie kunnen we de uitdagingen omtrent de structurele arbeidskrachtentekorten beter aanpakken. We benutten de nog onbenutte digitale en technologische oplossingen die er al zijn. We willen dat mensen die langs de kant staan beter worden begeleid naar maatschappelijk cruciale beroepen. Volt wil dat de taakstelling van het werkbedrijf van het UWV op zo'n manier wordt aangepast dat deze vorm van begeleiding van mensen de primaire taak wordt. Zo zetten we meer mensen en middelen in op begeleiding van mensen terug naar de arbeidsmarkt, en minder op fraudebestrijding. ### 4.5.1 Werken over de grens Volt wil de belemmeringen wegnemen voor inwoners van de EU die over de eigen landsgrens, ergens anders in de EU, willen werken. Er zijn op dit moment te veel belemmeringen voor de mobiliteit van de Europese beroepsbevolking. Veel beroepskwalificaties (of diploma's) van de ene lidstaat worden niet erkend door andere lidstaten. Hierdoor moeten mensen vaak (onnodige) extra cursussen of kwalificaties in een andere lidstaat behalen om daar aan --- pdf_page: 54 --- de slag te kunnen. Om de potentie van de Europese arbeidsmarkt te benutten, zetten we in op het erkennen van diploma's tussen landen. Met name op het gebied van het mbo liggen hier veel kansen. We willen meer wederzijdse erkenning van diploma's en kwalificaties voor alle beroepen in de EU dan nu het geval is, zowel in het beroepsonderwijs als in het wetenschappelijk onderwijs. We investeren in taalcursussen en faciliteren deze beter. Zo verbeteren we de arbeidsomstandigheden op de werkvloer. Volt zet in op het verlichten van de administratieve lasten voor bedrijven in het buitenland om personeel aan te nemen. Zo kan het gebeuren dat een Nederlandse bouwvakker die in Duitsland aan de slag wil door de lokale overheid om een diploma gevraagd wordt. De bouwvakker moet vervolgens een dure verklaring regelen en mogelijk nog extra cursussen volgen. Volt zet in op het gelijktrekken van de expatregeling tussen EU-ildstaten, zodat we niet langer onderling concurreren om talent. Voor talent buiten de EU zal nog wel per lidstaat een unieke regeling aangeboden kunnen worden. Voor beide regelingen zal salaris bovendien niet langer de norm zijn voor toepasbaarheid, maar zal er specifiek gekeken worden naar de schaarste aan ervaringen en/of vaardigheden. Open grenzen en een gezamenlijke markt zijn vooral voelbaar in de grensregio's in de EU. Maar omdat beleid nationaal gemaakt wordt en het vaak in iedere lidstaat net een beetje anders gaat, komen inwoners in grensregio's vaak in de knel. Volt wil daarom dat beleid wordt gemaakt specifiek gericht op de grensregio's van Nederland en de EU. We maken grenseffectenrapportages verplicht voor nieuw beleid wanneer dit direct of indirect de grensregio of grenslanders aangaat. Zo verbeteren we de sociale bescherming in de grensregio. We beschermen grenswerkers beter door Nederland standaard het werklandbeginsel van de EU toe te laten passen. Woon je in België, maar werk je in Nederland? Dan zou Nederland jouw sociale voorzieningen moeten regelen. Nederland heeft dit in de praktijk niet altijd goed geregeld, waardoor grenswerkers of ondernemers soms tussen wal en schip raken. We willen dat Nederlandse gepensioneerden die van hun pensioen gebruikmaken in een ander Europees land, zoals Spanje, daar hun premies en belastingen afdragen. Hiervoor passen we het woonlandbeginsel toe. Grensarbeiders die vijf jaar verzekerd zijn geweest in het land waar zij als laatste gewerkt hebben, zouden ervoor moeten kunnen kiezen om in datzelfde land een werkloosheidsuitkering aan te vragen. We willen dat de afdeling van het CAK die verantwoordelijk is voor grenswerkers, van Den Haag naar een overheidsgebouw in de grensregio verhuist. Zo brengen we de overheid en grenswerkers dichter bij elkaar. Goede locaties hiervoor zijn de België- en Duitsland-kantoren van de SVB in Breda en Nijmegen, of het Belastingdienst Buitenland-kantoor in Heerlen. Volt wil dat zogenoemde grensinformatiepunten uitgebreid worden en beter zichtbaar worden gemaakt voor (startende) grenswerkers of mensen die grenswerker willen worden. Deze informatiepunten houden zich bezig met de coördinatie van socialezekerheidsstelsels, iets wat te complex is voor veel individuele (aankomende) grenswerkers. ### 4.5.2 Arbeidsmigratie Het recht om te wonen en werken in een andere lidstaat behoort tot de mooiste rechten die we in de EU hebben. Dat recht moeten we koesteren en waar mogelijk beter inzetten. Niet alleen omdat het ons vrijheid biedt, maar ook omdat we arbeidsmigratie heel hard nodig hebben. De arbeidskrachtentekorten in cruciale sectoren van de maatschappij zijn namelijk enorm. Om op alle daken zonnepanelen te kunnen leggen, genoeg leraren voor de klas te hebben en voldoende handen aan het bed te hebben in verpleeghuizen, is arbeidsmigratie nodig. Maar dat kan alleen als we daarvoor de juiste omstandigheden en menswaardige voorwaarden creëren. Te lang hebben we het aantrekken van arbeidsmigranten overgelaten aan private partijen en uitzendbureaus die op zoek gaan naar goedkope arbeidskrachten. Met als gevolg dat te veel arbeidsmigranten moeten wonen en werken in mensonterende omstandigheden. Dat moet en kan anders. We willen EU-brede standaarden voor sociale zekerheid en arbeidsomstandigheden, die goede, menswaardige bescherming bieden aan alle werkenden in de EU. We creëren een one-stop-shop met per land alle benodigde informatie voor arbeidsmigranten, waar in elke Europese taal te vinden is welke administratieve procedures zij moeten doorlopen en wat er daarbij van hen wordt verwacht. We werken ook aan een overzicht van relevante contactpunten voor het melden van misstanden of andere problemen. We verbeteren de toegang tot gezondheidszorg, onderwijs, woningen en rechtsbijstand door in samenwerking met gemeenten meer capaciteit op te bouwen. We verbeteren het toezicht en de handhaving door de arbeidsinspectie. Hiervoor maken we extra budget vrij. We geven arbeidsmigranten een plek aan tafel bij beleidsmakers. De belangen van arbeidsmigranten moeten worden vertegenwoordigd door de arbeidsmigranten zelf. Zo verhogen wij de zichtbaarheid en verkleinen we de barrières. Volt wil bindende Europese migratieregelgeving die zorgt voor goede spreiding en legale migratieroutes en die ook de economische behoeftes binnen de EU meeweegt. We hebben in Nederland bijvoorbeeld een tekort aan mensen in meerdere sectoren, zoals de technische beroepen, de zorg, het onderwijs, transport en logistiek, en de ICT. Tegelijkertijd moet worden bekeken waar arbeidsmigratie onwenselijk is, waar deze geen ander doel dient dan sectoren in leven te houden die zonder goedkope arbeid niet langer rendabel zouden zijn. We zorgen dat arbeidsmigranten in het land van herkomst via een portal kunnen zien of er geschikte functies voor hen openstaan in Nederland. Tevens laat de portal zien of er woonruimte beschikbaar is. Zo staat al voor --- pdf_page: 55 --- hun komst naar Nederland vast of ze hier een baan en een woning kunnen krijgen. We bieden meer mogelijkheden voor nietEuropese migranten om een (tijdelijk) visum te krijgen voor ons land of voor een andere Europese lidstaat. Dat helpt hen, het land van herkomst, maar ook onze economie en maatschappij. Om hierbij zowel binnen- als buitenlandse arbeidskrachten tegen de negatieve gevolgen van economische migratie te beschermen, stemmen we op Europees niveau een fatsoenlijk niveau aan basisvoorzieningen af op het gebied van sociale, juridische en medische dienstverlening. ### 4.5.3 Toegang tot de arbeidsmarkt Er wordt nog te vaak gesproken over mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat zien wij bij Volt toch echt anders: de arbeidsmarkt heeft een afstand tot de mensen. Door in te zetten op werkbegeleiding naar kansrijke beroepen kunnen we mensen volwaardig laten meedoen in de maatschappij. Zo verkleinen we die afstand en bieden we iedereen de kans op volwaardig, kansrijk werk. Het huidige stelsel staat dit in de weg, doordat er niet genoeg gekeken wordt naar de talenten en potentie van het individu. We zorgen voor actieve werkbegeleiding naar kansrijke beroepen voor mensen die aan de zijlijn staan, zoals in de zorg, het onderwijs of de techniek. Zo pakken we tegelijkertijd de grote arbeidskrachtentekorten en uitdagingen van onze tijd aan. We maken het gemakkelijker voor asielzoekers en statushouders om te werken of om betaalde beroepsopleidingen of ontwikkeltrajecten te volgen. Onder het motto 'recht op werk voor iedereen', krijgen asielzoekers vanaf dag één een burgerservicenummer (BSN) en de mogelijkheid om te werken, en wordt de Tewerkstellingsvergunning afgeschaft. Ook ongedocumenteerden en derdelanders met een visum kunnen een BSN krijgen, werken en belasting betalen. ### 4.5.4 Een toekomstbestendig pensioenstelsel Binnen de EU wordt het Nederlandse pensioenstelsel als goed voorbeeld gezien, omdat onze gepensioneerden relatief hoge inkomens hebben. Dat komt met name doordat het in Nederland verplicht is om pensioen op te bouwen via de werkgever. Toch zijn er ook nog veel werkenden die geen pensioen opbouwen naast de AOW. Zij lopen groot risico om straks in armoede te vervallen of hun oude dag steeds verder uit te moeten stellen. Deze uitdaging pakken we aan door een basispensioen met een minimale premieafdracht te introduceren. Daarnaast staat ons pensioenstelsel door toenemende vergrijzing steeds meer onder druk. Een goed pensioen met goede voorwaarden wordt daardoor voor iedereen minder vanzelfsprekend. Daarom is het belangrijk dat we het pensioenstelsel weer toekomstbestendig maken en voor iedereen een goed pensioen in het vooruitzicht stellen. Er wordt goed gemonitord of de doelen van de Pensioenwet worden gehaald. Dit doen we door de wet vaker te monitoren en verbeteringen en vereenvoudigingen aan te dragen. We introduceren een basispensioen voor alle werkenden naast de AOW, met een minimale premieafdracht. Sociale partners, werkgevers en beroepspensioenverenigingen mogen altijd méér afspreken dan het minimum. We willen een wettelijke verplichting voor alle typen pensioenuitvoerders om op één en dezelfde manier te publiceren over de kosten van de pensioenregeling in relatie tot de hoogte van het pensioen, de soorten pensioen die je ervoor terugkrijgt en het serviceniveau. We moderniseren het partnerpensioen: we bieden de optie om versneld meer pensioen op te nemen. --- pdf_page: 56 --- # 5. Een democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw De democratische rechtsorde is misschien wel de mooiste uitvinding van de mens. Een goed functionerende overheid kan mensen letterlijk overeind helpen, optillen en laten zweven. Volt gelooft dat we die overheid, in Nederland én de EU, ook in deze tijden van polarisatie, online verdeeldheid en wantrouwen, kunnen bouwen. Op basis van vertrouwen. De overheid moet een antwoord zijn of hebben op rechtsextremisme, polarisatie en georganiseerde criminaliteit. Op de inperking van de rechten van migranten, mensen van kleur en thbtigv'ers. Op het feit dat steeds meer rechters en journalisten hun vak niet langer in veiligheid kunnen uitoefenen. Waar we een overheid nodig hebben die actief en zichtbaar handelt, verdwijnt nu de overheid verder uit het straatbeeld en verschralen publieke voorzieningen. De onvrede onder mensen groeit, en wordt versterkt door sociale media. Digitale ontwikkelingen zoals kwantumtechnologieën en AI dwingen zowel overheid als samenleving om nóg sneller mee te bewegen, te reageren, terwijl veel mensen überhaupt niet over een digitale basis beschikken. Zo raken inwoners en overheden het spoor bijster, en blijven antwoorden op de grote uitdagingen van onze tijd klimaat, migratie, veiligheid, digitalisering en sociale ongelijkheid - uit. Vertrouwen op mensen, vertrouwen op sterke en moderne systemen, vertrouwen en grip op technische ontwikkelingen zoals AI en op sociale ontwikkelingen, zoals het burgerberaad. Niet loslaten maar juist beetpakken. Om grip te krijgen op de ontwikkelingen en uitdagingen van nu en straks, is een sterke democratie nodig. Daarom trekt Volt de gereedschapskist open om met de juiste instrumenten de democratie radicaal te moderniseren en klaar te stomen voor de $21^{\text {ste }}$ eeuw. --- pdf_page: 57 --- ### 5.1 Een sterke democratische rechtsorde Het vertrouwen in de overheid en de politiek was nog nooit zo laag. Slechts $40 \%$ van de Nederlanders vertrouwt de politiek voldoende. Mensen vragen zich af of de overheid en het parlement wel in staat zijn om oplossingen te bieden voor de grote uitdagingen van deze tijd. Volt wil het functioneren van overheid en politiek verbeteren. We breiden de Tweede Kamer uit van 150 naar 250 zetels. Onze Tweede Kamer is namelijk te klein, zeker in vergelijking met andere Europese landen. Een grotere Tweede Kamer is nodig om de wetgevende en controlerende taak van de Tweede Kamer te versterken, en vooral om de taak van volksvertegenwoordiging beter te vervullen. Daarnaast wil Volt een ruimere vergoeding van het rijk voor ondersteuning van de fracties. De Tweede Kamer is eerder aan zet bij het maken van nieuwe wetten. Door de Tweede Kamer eerder te betrekken, wordt de stem van de Nederlander vanaf het begin meegenomen. Hierdoor kunnen problemen in de uitvoering worden voorkomen. We gaan minder debatteren over de politieke 'waan van de dag' (de Haagse realiteit) en meer over de grote uitdagingen die voor ons liggen. Volt wil vaker visiedebatten houden over waar we op de lange termijn naartoe moeten. Zo voorkomen we een nieuwe stikstof- of woningcrisis. Er komt een verbod op dubbelfuncties in de politiek. Op dit moment is het mogelijk om tegelijkertijd gemeenteraadslid, Provinciale Statenlid én Tweede Kamerlid te zijn. Volt vindt dat dit verboden moet worden. Functies stapelen zorgt ervoor dat je de functies in de verschillende volksvertegenwoordigende organen niet goed kunt uitoefenen. We hebben een transparante overheid nodig die eerlijke en gelijke toegang tot het besluitvormingsproces garandeert. Op dit moment zijn de overheid en politiek in Nederland dat niet. De toegang tot het besluitvormingsproces is niet voor iedereen gelijk en nog te vaak zijn er integriteitskwesties rondom oud-bestuurders en oud-politici. Met onbetrouwbare politici, een gebrek aan transparantie en ongelijke toegang tot de macht zijn Nederlanders niet geholpen. We starten met een verplicht register voor belangenvertegenwoordiging (lobbyregister) voor de overheid en het parlement. In dit register wordt door de overheid bijgehouden wie op welk moment toegang heeft tot welk besluitvormingsproces en wat het onderwerp van gesprek is geweest. Beleidsvoorstellen moeten een paragraaf bevatten waaruit duidelijk wordt welke keuzes op basis daarvan zijn gemaakt. Het register moet gemakkelijk toegankelijk, openbaar en online doorzoekbaar zijn. Er komt een wettelijk verankerde gedragscode met integriteitsregels voor het openbaar bestuur. Een onafhankelijke toezichts- en handhavingsautoriteit moet controleren of de regels worden nageleefd en moet de mogelijkheid hebben om sancties op te leggen als dat niet het geval is. We voeren een lobbyverbod met afkoelperiode in voor uit dienst getreden topambtenaren en bewindspersonen. Het is niet integer voor oud-bewindspersonen en -topambtenaren om te lobbyen op de oude werkplek. De regels op het gebied van lobby, transparantie en integriteit moeten op iedere bestuurslaag in heel Nederland zo veel mogelijk gelijk worden getrokken. De toegang tot de macht mag voor lobbyisten op de ene plek niet veel laagdrempeliger zijn dan op de andere plek. Zo zorgen we voor een rechtvaardige toegang tot de macht voor iedereen. Gesprekken en andere communicatie van bewindspersonen op overheidsapparaten (telefoons en computers) moeten automatisch worden opgeslagen. Chatverkeer moet makkelijk doorzoekbaar zijn, op basis van Europese (strikte) privacystandaarden en andere wettelijke belangen. De Noorse praktijk is hierin het voorbeeld. Volt vindt dat de overheid te veel leunt op extern advies. In 2022 werd voor ruim twee miljard euro aan externe inhuur, zoals consultants, uitgegeven. Volt wil juist dat de deskundigheid en expertise in de overheid zelf geborgd zijn. Daarom moet het geld dat wordt uitgegeven aan externe inhuur worden verminderd. Het geld dat we daarmee besparen, zetten we in voor het opbouwen en behouden van interne deskundigheid en expertise. In de democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw is onafhankelijke rechtspraak essentieel. De rechtspraak kan als sluitstuk dienen in het maatschappelijk debat en kan wat fout is rechtzetten. Nederland kent een sterke rechtspraak, maar die staat onder druk. Dat komt onder meer door een tekort aan rechters en officieren van justitie, maar ook door politici en anderen die de onafhankelijkheid van de rechtspraak in twijfel trekken. Daarom is het nodig de rechtspraak te versterken en toekomstbestendig te maken. We maken het recht toegankelijker. Daarvoor is het belangrijk dat het op meer plekken in Nederland mogelijk wordt om naar een wijkrechter te gaan, dat er meer geïnvesteerd wordt in sociale advocatuur en dat we proceskosten verlagen. Bovendien is het belangrijk om te leren van de positieve ervaringen met digitale rechtspraak tijdens de coronapandemie en om de kansen te zien die het biedt als digitale rechtspraak wordt ingebed in de reguliere rechtspraak. Het is vaak beter om geschillen buiten de rechtbank op te lossen. Daarom willen we dat mediation een prominentere rol krijgt. Dat kan onder meer door de mogelijkheden van mediation beter onder de aandacht te brengen en te kijken of er meer ruimte gemaakt kan worden voor mediation binnen het bestuursrecht. --- pdf_page: 58 --- Volt vindt dat Nederlandse wet- en regelgeving aan de Grondwet getoetst moet kunnen worden. Daarom wil Volt dat het toetsingsverbod uit artikel 120 van de Grondwet wordt geschrapt. Zo kunnen onrechtmatige situaties, zoals onrechtmatige registratie van ras of etniciteit, gecorrigeerd worden. Het versterkt bovendien de waarde van grondrechten in de samenleving. Op het moment dat de Tweede Kamer wordt uitgebreid en constitutionele toetsing wordt ingevoerd, wil Volt dat de Eerste Kamer wordt afgeschaft. Onze democratie moet weerbaarder worden tegen politiek extremisme. Volt ziet een democratie die onder druk staat. Bedreigingen, complottheorieën, druk uitoefenen op de vrije pers - het wordt steeds normaler. Volt maakt zich ernstig zorgen over de opkomst van groepen in de samenleving die de beginselen van de parlementaire democratie verwerpen, al dan niet met geweld. Als uiterste redmiddel moet het volgens Volt mogelijk zijn om politieke partijen te verbieden. Door alleen een partijverbod op te nemen in het wetsvoorstel Wet politieke partijen introduceert het kabinet een politiek kernwapen. Dat zal vanwege zijn alles-of-niets-aard nooit gebruikt worden. Volt wil daarom dat een waarschuwende escalatieladder in deze wet wordt opgenomen. # 5.2 Jongeren en toekomstige generaties De wensen en zorgen van jongeren worden te weinig gehoord door de politiek. De effecten van huidig beleid op toekomstige generaties worden nog altijd onvoldoende meegewogen. Dat is een probleem, want huidig beleid heeft juist grote gevolgen voor hun toekomst. Er staat voor jongeren veel op het spel: beter klimaatbeleid, woningbouw en een goede kwaliteit van het onderwijs. Daarom wil Volt de positie én stem van jongeren verstevigen en vergroten. Die stem vergroten we door de stemgerechtigde leeftijd te verlagen van achttien naar zestien jaar. Het is belangrijk dat juist jongeren eerder kunnen en mogen meedenken en stemmen over beleid. We verstevigen de generatietoets door er een verplichte verantwoording aan toe te voegen. De generatietoets toetst de langetermijneffecten van beleid, zodat we weten wat de gevolgen zijn over tien, twintig en dertig jaar. Volt wil dat de regering actief verantwoording aflegt over de langetermijneffecten van nieuwe wet en regelgeving. De generatietoets is hét middel om de gevolgen van ons beleid op toekomstige generaties, die nu geen stem hebben, in kaart te brengen. --- pdf_page: 59 --- ## 5.3 Europese democratie Nederland is een onmiskenbaar onderdeel van de EU. De EU versterkt onze democratische rechtsstaat en garandeert onze vrijheid, veiligheid en welvaart. Toch is het Nederlandse lidmaatschap van de EU niet opgenomen in onze Grondwet. Daarmee vormt Nederland één van de uitzonderingen in de EU. Daarnaast hebben miljoenen inwoners van de EU die in een andere lidstaat dan hun thuisland wonen en werken, geen stemrecht in nationale of provinciale verkiezingen. Dat geldt ook voor niet-Nederlandse inwoners van de EU in Nederland. Zij hebben alleen stemrecht voor de gemeenteraadsverkiezingen en de Europese Parlementsverkiezingen. Het Nederlandse lidmaatschap van de EU moet worden vastgelegd in onze Grondwet. Verankering in de Grondwet geeft ons meer zekerheid over onze Europese toekomst. In Nederland woonachtige inwoners met een andere EU-nationaliteit dan de Nederlandse krijgen stemrecht voor zowel nationale als provinciale verkiezingen. Aan het vergeven van kiesrecht worden voorwaarden verbonden voor wat betreft de verblijfsduur in Nederland. Koningshuizen binnen een Verenigd Europa mogen niet langer een uitzonderingspositie hebben wanneer het aankomt op het betalen van belastingen en het ontvangen van uitkeringen. Een niet-gekozen staatshoofd mag geen uitzonderingspositie in de maatschappij hebben. ## 5.4 Digitale democratie Technologie bepaalt voor een groot deel hoe we onze wereld ervaren en tegemoettreden, maar is nog nauwelijks een politiek onderwerp. Dat moet direct veranderen. Hoe zorgen we ervoor dat iedereen mee komt in de digitale samenleving? Hoe beperken we de (negatieve) invloed van grote (tech)bedrijven op de democratie? Hoe zorgen we ervoor dat de overheid in staat is om kwaliteit te leveren? Hoe borgen we dat de overheid geen inbreuk maakt op de privacy van inwoners of discriminerende data en algoritmes gebruikt? Hoe we samen vragen omtrent technologie beantwoorden, bepaalt de samenleving die we bouwen. Om de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw aan te kunnen en de kansen te benutten, moet er meer politieke regie komen op technologie en digitalisering. We willen dat er een minister van Digitale Zaken komt met een eigen ministerie van Digitale Zaken. Er moet een verplichte basistraining komen voor politici en ambtenaren op het gebied van digitale vaardigheden en AI. Al en algoritmen die door de overheid en in de uitvoering gebruikt worden om beslissingen te nemen die invloed hebben op mensen, moeten verplicht getoetst worden aan grondrechten en ethische kaders. Volt wil dat er een digitale toets komt bij het maken van wet- en regelgeving, zodat al bij het ontwerpen van nieuw beleid rekening wordt gehouden met de impact daarvan op de ICT in de uitvoering. Iedereen moet inzage kunnen hebben in de informatie en algoritmes die door de overheid gebruikt worden. Daarvoor is het van belang dat we zo snel mogelijk overschakelen naar open standaarden en een verplicht algoritmeregister invoeren. Algoritmen en trainingsdatasets die ontwikkeld zijn met overheidsgeld ('publieke AI') moeten gratis beschikbaar zijn voor alle inwoners en instellingen in de EU. Nederland moet net als alle EU-lidstaten zelfstandig in staat zijn de impact van afhankelijkheden in de IT-levenssfeer op waarde in te schatten en te begrijpen. Daarvoor moeten we het beoogde kennisniveau op het gebied van digitale autonomie verhogen binnen de overheid en de private sector. We maken de kosten en baten van essentiële investeringen op het gebied van ICT in het publieke domein beter zichtbaar --- pdf_page: 60 --- voor iedereen. Deze informatie is nu verspreid over verschillende begrotingen. Door ICT-onderhoud eenvoudig en structureel zichtbaar te maken op de rijksbegroting, behandelen we ICT van de overheid minder als losse projecten. Dat maakt strategische afwegingen beter mogelijk. Volt wil een kwaliteits- en efficiëntieslag door regulering van de digitalisering van de overheid. Er wordt nu veel gemeenschapsgeld verspild doordat gemeenten, provincies en de rijksoverheden elk hun eigen weg gaan bij de aanschaf en ontwikkeling van hard- en software, ook als het eenzelfde soort functionaliteit betreft. Rijksoverheden, provincies en gemeenten dienen hun investeringen in het belang van de gemeenschap te optimaliseren. Dit kan bijvoorbeeld door het aantal leveranciers voor aankoop of ontwikkeling van eenzelfde soort functionaliteit tot twee of drie te beperken, door applicatie-ontwikkeling in eigen beheer met structuren en protocollen van de rijksoverheid te reguleren, door bestaande databasestructuren en communicatiemiddelen op elkaar af te stemmen. En dit alles, waar mogelijk, ook afgestemd op Europees niveau om zo ook de Europese onderlinge communicatie te optimaliseren. Door zo te werken worden verspilling van geld en tijd, slecht werkende systemen door slechte koppelingen en verschillen in databases, problemen door verschillen in gebruikte algoritmen, duur onderhoud en datalekken voorkomen. ### 5.4.1 Digitale inclusie Iedereen moet meedoen in onze samenleving. Daarvoor is nodig dat de digitale wereld voor iedereen beschikbaar en toegankelijk is. Daarom willen we dat iedereen over voldoende digitale vaardigheden beschikt om informatie te vinden en op waarde te schatten, en om goed te communiceren met de overheid en met elkaar. We maken digitale vaardigheden tot kerncompetentie in het primair en voortgezet onderwijs. We bieden hulp bij het ontwikkelen van digitale vaardigheden op offline plekken, zoals bibliotheken, buurthuizen en sociale ontmoetingsplaatsen. De beschikbaarheid van digitale middelen als laptops, computers en smartphones moet omhoog. Bijvoorbeeld via onderwijsinstellingen of het instellen van zogenaamde cyberbanken (zoals in Amsterdam). We maken de digitale wereld toegankelijker voor mensen met een beperking door te beginnen met het 100\% toegankelijk maken van alle overheidswebsites. Er komt voor iedere Nederlander een toegankelijke, Europese digitale identiteit. Die digitale identiteit stelt iemand in staat zich veilig en betrouwbaar bij de overheid en andere organisaties te identificeren, zonder nog persoonsgegevens te hoeven delen. We werken toe naar snel, veilig en betrouwbaar internet voor iedereen. We zorgen ervoor dat het mogelijk blijft om volwaardig deel te kunnen nemen aan de samenleving voor iedereen die ervoor kiest om niet online te zijn. Deelname aan de digitale samenleving is een keuze, geen verplichting. Dit houdt in dat iedere inwoner het recht heeft op intermenselijk contact (human interface). Voor mensen die geen deel uitmaken van de online samenleving moet het altijd mogelijk zijn om rechtstreeks contact te hebben met een menselijke functionaris. Dit geldt voor overheden en het bedrijfsleven. ### 5.4.2 Waardegedreven ## Innoveren en digitaliseren We moeten ervoor zorgen dat de online publieke sfeer een veilige omgeving is, waarin iedereen de ruimte krijgt om ideeën uit te wisselen en zichzelf te ontplooien. Een plek waar het publieke debat kan plaatsvinden, zonder desinformatie en haat. Waar geen plek is voor misogonie, racisme, antisemitisme, islamofobie en lhbtop-haat. Waar het duidelijk is van wie of wat de informatie afkomstig is en waar jij bepaalt wat er met jouw gegevens gebeurt. We richten de online publieke ruimte opnieuw in. Persoonsgegevens zijn van jezelf en jij mag dus bepalen óf, met wie en waarom je ze deelt. Volt wil investeren in toezicht en handhaving op Europese wet- en regelgeving en we versterken bestaande kaders waar nodig. De Autoriteit Persoonsgegevens moet structureel meer middelen krijgen om alle toezichtstaken naar behoren uit te voeren. We zorgen voor (Europese) alternatieven voor de huidige sociale media, waar helaas aanzet tot haat, geweld en de verspreiding van desinformatie aan de orde van de dag zijn. Volt wil dat de overheid onderzoekt hoe zij alternatieve sociale media, waar publieke waarden als vrijheid van informatie en privacy centraal staan, verder kan ondersteunen. Pseudonimiteit wordt de standaard op sociale media. Hierbij blijft het mogelijk om online anoniem te zijn, maar kan je identiteit wel worden opgevraagd op het moment dat je de regels overtreedt of je je schuldig maakt aan een strafbaar feit. Voor Volt is het afzwakken van end-to-endencryptie ten behoeve van schijnveiligheid onaanvaardbaar. Online communicatie blijft dus beschermd. Nederland moet Europees koploper worden in het stimuleren en begrenzen van het gebruik van nieuwe digitale technologieën. Volt wil dat Nederland bij het maken van nieuwe wet- en regelgeving in Europees verband vasthoudt aan de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden en Europese waarden als privacy, informatievrijheid en gelijkheid. Er komt een deltaplan voor de bescherming van kinderen en jongeren online. Onder meer door het structureel en langjarig monitoren van het welzijn van kinderen en jongeren online en van de impact die sociale media daarop hebben. --- pdf_page: 61 --- ### 5.4.3 Kunstmatige ## Intelligentie (AI) AI-systemen als ChatGPT bieden kansen voor de samenleving, economie en democratie, maar zijn te ingrijpend om aan de markt over te laten. Er moet beleid komen voor ethische omgang met AI en aanverwante technologieën. Dit beleid moet gericht zijn op het omarmen, stimuleren en ethisch ontwikkelen en inzetten van AI op Nederlands, Europees en internationaal niveau. Elke inwoner dient kosteloos, vanuit de overheid, de beschikking te krijgen over een eigen AI-chatbot. Deze is opgebouwd uit open-sourcecomponenten en getraind met alle betrouwbare data van de overheid en met betrouwbare data aangeleverd door de maatschappij. Volt vindt dat AI-systemen alleen op de Europese markt mogen worden toegelaten als door een onafhankelijke derde partij is vastgesteld dat ze veilig zijn. Alle schoolgaande kinderen leren over de basis van AI, inclusief codering, statistiek en ethiek. Volt wil dat aanbieders van AI-systemen op verzoek gegevensbronnen en licenties verstrekken. Ontwikkelaars moeten hun personeel een eerlijke vergoeding geven voor hun werk aan AI-systemen. Als algoritmen en datasets met overheidsgeld ontwikkeld zijn, moeten ze gratis beschikbaar worden gesteld voor iedereen in de EU. Er moet een start-up- en scale-upvriendelijk AI-ecosysteem worden gecreëerd. Dat doen we door een stevige academische infrastructuur, voldoende geschikt personeel, en begrijpelijke en toegankelijke wet- en regelgeving. We hebben politieke regie nodig op de klimaatimpact van onze AI-doelstellingen. We moeten de ontwikkeling van AI meenemen in ons water- en energiebeleid. Toezichthouders moeten in staat worden gesteld om de risico's en schadelijke gevolgen van AI-ontwikkelingen te monitoren en sanctioneren waar mogelijk. Nederland dient actief bij te dragen aan Europese en internationale samenwerkingsverbanden om ethische AI te bevorderen. ### 5.5 Een levendige democratie Inwoners moeten meedenken én meebeslissen over keuzes die hun leven beïnvloeden en over de manier waarop hun geld wordt besteed. Daarvoor is het belangrijk dat wensen uit de samenleving sneller en gedetailleerder terechtkomen in de politiek. Op die manier is de overheid beter in staat goed in te spelen op de ideeën die onze samenleving kunnen versterken. We geven de inwoner actief vertrouwen en zeggenschap. Zo verkleinen we de kloof tussen overheid en inwoner, en vergroten we het vertrouwen in de politiek. We richten het allereerste, nationale, permanente burgerberaad ter wereld op. Dit instituut is verantwoordelijk voor het organiseren van burgerberaden in Nederland. Een groep gelote inwoners kan dan - al dan niet in samenspraak met de politiek - burgerberaden agenderen over onderwerpen die hen na aan het hart liggen, zoals zorg, het klimaat of pensioenen. De aanbevelingen uit individuele burgerberaden worden door de politiek serieus meegenomen in de besluitvorming. Het permanente burgerberaad ziet daarop toe. We verkennen bovendien, in samenwerking met Duitsland en België, de opties voor het mogelijk maken van grensoverstijgende burgerberaden in de grensregio's. We gaan grootschalig experimenteren met burgerbudgetten op (groot)stedelijk, regionaal en lokaal niveau, naar Antwerps of Parijs voorbeeld. We geven inwoners daarmee directe zeggenschap over de besteding van publiek geld ter verbetering van hun leefomgeving, zoals op het gebied van milieu of armoedebestrijding. Volt is tegen een bindend correctief referendum, waarmee nieuwe wetten achteraf kunnen worden teruggedraaid. Wij vinden dat je zorgvuldig ingevoerde wetgeving niet kunt vervangen door een ja/nee-vraag. Dit vergroot de verdeeldheid en het ontslaat volksvertegenwoordigers van hun verantwoordelijkheid om samen tot goede wetten te komen. Volt vindt het belangrijk dat inwoners al vroeg in het wetgevingsproces kunnen meepraten met de overheid en zo hun inbreng en steun kunnen geven aan nieuwe wetten. --- pdf_page: 62 --- ### 5.6 Het Koninkrijk en de Europese Unie Samen met Aruba, Curaçao, Sint-Maarten, Bonaire, Sint-Eustatius en Saba vormt Nederland het Koninkrijk der Nederlanden. Binnen de EU hoort ons Koninkrijk met onder andere Frankrijk en Spanje tot een kleine groep lidstaten die grondgebied hebben buiten het Europese continent. Dat komt door een lang, bijzonder en soms pijnlijk verleden. Volt vindt het belangrijk om vanuit die gedeelde geschiedenis samen naar de toekomst toe te werken. Een toekomst waarin we samen kijken naar realistische, sociale en duurzame oplossingen voor de problemen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw. Er komt zo snel mogelijk een toereikend sociaal minimum in Caribisch Nederland (Bonaire, Saba en Sint-Eustatius). Daarnaast wil Volt dat het Caribische en het Europese deel van Nederland samen een actieplan vaststellen, waarin wordt toegewerkt naar verdere gelijkwaardigheid en saamhorigheid tussen Caribisch en Europees Nederland. We bevorderen de toegang tot EU-fondsen en onderliggende subsidieprogramma's voor het Caribisch deel van het Koninkrijk (Aruba, Curaçao, Sint-Maarten en Caribisch Nederland). Door samenwerking tussen de landen kunnen deze fondsen worden gebruikt om een impuls te geven aan de sociaal-economische en culturele ontwikkelingen van het Caribisch deel van het Koninkrijk. Met name in de groene en digitale omslag. We werken samen op Koninkrijksniveau aan het bestrijden van de negatieve effecten van klimaatverandering in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Volt steunt het voorstel voor het instellen van een brede klimaattafel op Bonaire. Inwoners van Caribisch Nederland hebben nu geen directe stem in het Nederlands parlement; zij zijn afhankelijk van vertegenwoordigers uit partijen die zich in Nederland opwerpen als woordvoerders. Volt wil dat in de Nederlandse Grondwet wordt opgenomen dat Caribisch Nederland direct vertegenwoordigd wordt in het parlement door middel van geborgde zetels. Nederland gaat zich in Koninkrijksverband harder inzetten voor de bescherming van de grondrechten van alle inwoners. Daarom wil Volt onder meer dat het maatschappelijk middenveld in het Caribisch deel van het Koninkrijk wordt versterkt door middel van (financiële) steun. Rechtsbescherming in Caribisch Nederland moet aan dezelfde minimumstandaarden voldoen als in Europees Nederland. Dat betekent dat internationale verdragen ter bescherming van de rechten van de mens geratificeerd moeten worden en de toegang tot het recht wordt bevorderd. We willen bovendien dat de mensenrechten van (Venezolaanse) vluchtelingen in het Caribisch deel van het Koninkrijk worden gegarandeerd. Grensbewaking is een Koninkrijksaangelegenheid, dus de landen van het Koninkrijk moeten werken aan een humane asielprocedure voorzien van waarborgen voor de fundamentele rechten en vrijheden van alle vluchtelingen die het Koninkrijk bereiken. --- pdf_page: 63 --- ### 5.7 Lokale democratie Onze overheid moet zichtbaar en aanspreekbaar zijn in de directe omgeving van mensen. De laatste jaren is er te veel terechtgekomen op het bordje van gemeenten, terwijl ze daarvoor vaak de financiering en soms de gereedschappen missen. De gemeente wordt verantwoordelijk gemaakt voor cruciale taken, terwijl de landelijke overheid meer en meer uit het zicht verdwijnt. We moeten gemeenten niet alleen de taken maar ook de middelen geven om die taken goed uit te voeren. Verder versterken we de lokale democratie onder andere in de vorm van de gekozen burgemeester. Daarnaast moeten overheden en gemeenschappen in grensregio's verbonden worden, omdat ze nu eenmaal verbonden zijn. Momenteel zijn er duizenden bewonersinitiatieven op uiteenlopende terreinen actief, waarin mensen zich inzetten voor een betere samenleving. Zij voorkomen problemen of lossen problemen op die normaal door de lokale overheid behandeld zouden moeten worden. Volt verwelkomt deze ontwikkeling en wil deze versterken. We willen dat gemeenten op basis van gelijkwaardigheid met bewonersinitiatieven samenwerken. Dat vereist nieuwe competenties, met name van de beleidsmakers. Volt wil hierin investeren zodat gemeentelijk beleid en bewonersinitiatieven elkaar gaan versterken. We willen dat inwoners van een gemeente veel meer te zeggen krijgen over zaken die hen direct aangaan. Een belangrijke stap daarvoor is dat ze de kans krijgen om hun eigen burgemeester te kiezen. We stimuleren meer gemeentelijke loketten waar mensen die minder digitaal vaardig zijn aan kunnen kloppen voor hulp op het gebied van financiële bijstand, zorg of andere zaken. We zorgen voor een structureel, stevig financieel fundament voor gemeenten. We dringen de voorspelde miljardentekorten terug. Dit is essentieel tegen de achtergrond van hun uitdagingen op het gebied van klimaat, asielopvang en woningbouw. De huidige financiële regelgeving maakt het gemeenten moeilijk om de grote uitdagingen die op hen afkomen aan te gaan. We geloven in krachtige grensregio's. Een groot aantal inwoners van de EU woont, werkt en studeert in grensregio's. Volt wil de grensoverstijgende samenwerking bevorderen. De rijksoverheid moet daarin een faciliterende rol spelen, bijvoorbeeld door het delen en verspreiden van kennis en expertise, maar ook door het versterken van het EU-mechanisme voor grensoverstijgende samenwerking. Weten regelgeving die grensoverstijgende samenwerking in de weg zit, moet worden geïdentificeerd en het moet makkelijker worden om in concrete gevallen maatwerk toe te passen. Volt ondersteunt uitbreiding van het aantal experimenten tussen gemeenten en bewonersinitiatieven. Volt investeert in de noodzakelijke competentieontwikkeling binnen gemeenten opdat gemeenten op basis van gelijkwaardigheid met bewonersinitiatieven kunnen samenwerken. Hierdoor voorkomen we dat gemeentelijk beleid botst met bewonersinitiatieven die een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving. Op deze manier zorgen we er tevens voor dat bewonersinitiatieven en gemeenten elkaar gaan versterken. --- pdf_page: 64 --- ### 5.8 Sterke onafhankelijke media Media spelen een cruciale rol in ons leven, en de manier waarop we media consumeren verandert snel. Dat brengt kansen met zich mee, maar ook nieuwe uitdagingen. De scheidslijn tussen traditionele media en nieuwe media (online media) wordt steeds vager. Om ervoor te zorgen dat iedereen in staat is om objectief, kwalitatief goed en betrouwbaar nieuws te ontvangen, moeten we in Europees verband samenwerken. Net als in Zweden, moet 'mediawijsheid' een verplicht onderdeel worden van het primair en voortgezet onderwijs. In Zweden krijgen leerlingen medialessen, waarin ze onder andere leren over nepnieuws en over hoe ze veilig met sociale media omgaan. Door kinderen en jongeren te leren omgaan met alle vormen van media (van nieuwsartikelen tot reclames en van entertainment tot het achtuurjournaal) zullen zij beter mee kunnen komen in de samenleving en worden ze weerbaarder tegen desinformatie en nepnieuws. Het leert ze bovendien de waarde van journalistiek en journalisten kennen. Volt vindt dat online platformen die in de EU actief zijn, zich aan onze spelregels moeten houden. Daarom wil Volt inzetten op strikte handhaving van de Europese regels voor privacy, desinformatie en concurrentie. Internetbedrijven moeten verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor de verspreiding van desinformatie. We leggen online-intimidatie aan banden. Mensen met een publieke stem (zoals wetenschappers, columnisten, kunstenaars en politici) moeten vrijuit kunnen spreken, ook in de digitale wereld. De grens van het vrije woord is volgens de wet intimidatie en bedreiging, daarop moet ook online worden gehandhaafd. Voor desinformatie, complottheoriën en discriminatie is geen ruimte bij de publieke omroep. Omroepen moeten zich houden aan de journalistieke codes en het geldende recht. Dat moet ook direct afdwingbaar zijn, en daarom moeten de belemmeringen om snel in te grijpen worden weggenomen. Persvrijheid, pluralisme van media, onafhankelijkheid en de veiligheid van journalisten zijn cruciaal in onze samenleving. Zonder vrije pers kunnen we de uitdagingen van de $21^{\text {ste }}$ eeuw niet aan. Daarom moeten de mediasector, samenleving en politiek samenwerken om dit te garanderen. Er worden ten minste 250 noodvisa afgegeven aan buitenlandse journalisten in levensbedreigende situaties. Persvrijheid houdt niet op bij de grens, dus we moeten ervoor zorgen dat journalisten overal ter wereld veilig hun werk kunnen doen. Nederland roept, als voorzitter van de Media Freedom Coalition, andere landen op een in verhouding even groot aantal noodvisa af te geven. Volt wil dat Nederland journalisten beschermt tegen juridische, online, fysieke en andere vormen van intimidatie en geweld. Daarom moet Nederland de Europese regels ter bescherming van journalisten tegen juridische intimidatie steunen en zich in Europees verband inzetten om deze regels aan te scherpen (SLAPP-rechtszaken). Hierbij moet specifieke aandacht zijn voor journalisten uit kwetsbare groepen, zoals vrouwen en mensen van kleur. We onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om online geweld tegen journalisten juridisch te definiëren. Volt wil dat Nederland zich, met de mediasector, in Europees verband inspant voor het vinden van duurzame financieringsmodellen voor een pluriform medialandschap, waarin onafhankelijke kwaliteitsmedia en onderzoeksjournalistiek floreren. Dat kan door journalisten en mediahuizen te ondersteunen bij het vinden van innovatieve financieringsmodellen, waarbij zij een eerlijk deel van de inkomsten ontvangen. In de democratie van de $21^{\text {ste }}$ eeuw is het van belang dat iedereen betrokken is. Lokale media zorgen ervoor dat je weet wat er speelt in jouw directe omgeving. Europese media zorgen ervoor dat je horizon wordt verbreed en brengen ons dichter bij elkaar. Een deel van de zendtijd van de Nederlandse Publieke Omroep wordt straks besteed aan Europese programma's. Dat kan bijvoorbeeld naar voorbeeld van de vensterprogrammering van lokale/ regionale omroepen en de NOS, waarbij lokaal en regionaal nieuws ruimte krijgt op de landelijke zender. Er moet een sterk en toegankelijk Europees publieke-omroepplatform komen, waar 24 uur per dag verslag wordt gedaan van de belangrijkste ontwikkelingen en actualiteiten in de Europese lidstaten. We zetten de komende jaren in op versterking van lokale en regionale media, waarbij zowel lokale als regionale media hun eigen karakter kunnen behouden. Volt wil daarbij de samenwerking en uitwisseling van best practices tussen lokale/regionale media uit verschillende lidstaten vergroten. Volt wil een uitbreiding van de zendtijd voor politieke partijen. Nu hebben alleen partijen met een zetel in het parlement recht op landelijke zendtijd. Volt wil dit recht ook geven aan Nederlandse partijen met een zetel in het Europese parlement. Volt wil ook recht op zendtijd introduceren voor regionale en lokale partijen bij regionale en lokale publieke omroepen. Zo versterken we de regionale en lokale democratie. --- pdf_page: 65 --- ## 5.9 Demonstratierecht Iedereen heeft het recht om te demonstreren, en de overheid moet het demonstratierecht beschermen. Demonstraties moeten behandeld worden voor wat ze zijn: een samenkomen om je mening te verkondigen. De Wet openbare manifestaties moet in lijn worden gebracht met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daar waar de Nederlandse wetgeving onvoldoende is, moet die worden aangescherpt. Medewerkers van de gemeente en politie moeten aanvullende training krijgen over de wettelijke kaders van het demonstratierecht, zodat zij hun werk goed kunnen uitvoeren. Bijvoorbeeld ten aanzien van onwettige ID-controles en het aanhouden van journalisten of waarnemers van demonstraties. We moeten demonstranten niet als criminelen behandelen. We willen dat deelnemers van niet-aangemelde, vreedzame demonstraties niet worden aangehouden. Alleen wanneer wordt opgeroepen tot haat, belediging, geweld of wanorde kan een burgemeester of andere bestuurder beperkingen aan een demonstratie opleggen. ## 5.10 Veiligheid in de $21^{\text {ste }}$ eeuw Onze samenleving kampt met serieuze dreigingen, zoals terrorisme, extremisme, georganiseerde criminaliteit en cyberdreigingen. Het is de taak van de overheid om haar inwoners tegen deze dreigingen te beschermen, maar het is net zo belangrijk dat maatregelen altijd proportioneel, doelmatig en tijdelijk zijn, zodat ze de rechten van mensen niet onnodig inperken. Dreigingen houden niet op bij de grens, daarom moeten we internationaal samenwerken. We pakken, naar voorbeeld van de Italiaanse maffiawetgeving, ondermijnende criminaliteit aan in de kern: de geldstromen stoppen. Volt wil wet- en regelgeving waarin antiwitwasbevoegdheden worden uitgebreid, waarin er meer mogelijkheden zijn voor inbeslagname en waarin duidelijke afspraken staan over gegevensdeling tussen instanties die ondermijnende criminaliteit aanpakken. We herzien het huidige drugsbeleid. Gezondheid en veiligheid van mensen komen centraal te staan. Drugsbeleid moet niet worden gedreven door een moreel (voor)oordeel, maar door feiten en onderzoek. Keer op keer blijkt dat verbieden niet werkt; de vraag verdwijnt daardoor niet. Met legaliseren en reguleren zijn wel goede ervaringen. Volt wil daarom nader onderzoeken of en, zo ja, hoe we bepaalde drugs, zoals mdma (xtc) en lsd, kunnen legaliseren en reguleren. We willen onderzoek zoals gedaan bij de 'xtc winkel' in Utrecht verder uitrollen. Ook willen we gecontroleerde decriminalisering van specifieke drugs, naar Portugees voorbeeld. Voor nieuwe drugs heeft Volt zich al uitgesproken voor het quarantainemodel (invoeren van een Lijst 0). Er moet meer gedaan worden om femicide en geweld in de relationele sfeer te voorkomen. Daarvoor is het nodig dat we geweld in de relationele sfeer niet langer behandelen als privékwestie. We streven naar een nationale definitie van femicide, zodat we het probleem beter kunnen monitoren en bestrijden. Geweld tegen vrouwen is een maatschappelijk probleem. Digitalisering biedt kansen, maar verkeerde inzet bedreigt ook de veiligheid, bijvoorbeeld door illegale inzet van grootschalige real-time gezichtsherkenning of sleepnetten. Volt wil een verplichte mensenrechtentoets bij nieuwe (en bestaande) wetgeving in het veiligheidsdomein. Hierin toetsen we of de voorgestelde maatregelen voldoen aan de minimumeisen voor de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden van inwoners. Er komt een verbod op etnisch profileren. Etniciteit en nationaliteit als indicator in geautomatiseerde risicoprofielen en selectiebeslissingen mogen geen onderdeel zijn van onze wetshandhaving. --- pdf_page: 66 --- De huidige Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (de WIV-2017) wordt zo snel mogelijk herzien. De wet is niet toekomstbestendig. Door snelle ontwikkeling van nieuwe technologieën en bedreigingen is een herziening essentieel. Daarin moeten de rechten van inwoners niet ondergeschikt gemaakt worden aan veiligheid. Bij de herziening moet toezicht voor, tijdens en ná handelingen van de inlichtingendiensten centraal staan. We moeten investeren in de politiemacht zodat de politie dichter bij mensen staat, zowel fysiek als online. Daarbij zijn goede zorg en middelen voor medewerkers van de politie essentieel en staat interne veiligheid voorop. We pakken geweld tegen hulpverleners op verschillende manieren aan. We hebben aandacht voor beroepsziekten als PTSS en doorbreken het taboe om hierover te spreken. We verlichten de werkdruk voor hulpverleners waaronder politie-, brandweer- en ambulancezorg door de toekenning van meer middelen en capaciteit. Zo wordt de druk op het personeel verlaagd. Ook zetten we in op het berechten en zwaarder straffen van plegers van geweldsdelicten tegen hulpverleners. We investeren in kleinschalige detentieopvang, alternatieve straffen en maatregelen die de rechten van gedetineerden respecteren en hun kans op succesvolle reïntegratie in de samenleving vergroten. Dit doen we door een grotere focus op onderwijs, op het vinden van werk na detentie en op het versterken van sociale weerbaarheid. De mogelijke impact van geslaagde cyberaanvallen wordt steeds groter, tot maatschappelijke ontwrichting aan toe. We moeten investeren in een betere digitale weerbaarheid van Nederland. Dat begint bij bewustwording bij particulieren en organisaties, gevolgd door de gevoelde noodzaak én de kennis om ook echt maatregelen te kunnen nemen. Bedrijven en kennisinstellingen met kostbare technische informatie moeten worden geholpen bij het versterken van hun cybersecurity. Daarnaast moeten organisaties en het midden- en kleinbedrijf op een veilige en vertrouwelijke manier informatie over kwetsbaarheden kunnen delen. Aanbieders van essentiële diensten moeten extra beschermd worden tegen mogelijke cyberaanvallen. We implementeren een centrale aanpak die ervoor zorgt dat de overheid (en met name de kritieke infrastructuur) uiterlijk in 2028 'kwantumbestendig' is. Codes die met de huidige technologie waterdicht zijn versleuteld, kunnen namelijk eenvoudig gekraakt worden door kwantumcomputers. Daarbij moeten de overheid en het bedrijfsleven samenwerken om tot een hogere cryptowendbaarheid te komen. Volt wil dat Nederland zich inzet voor een uitbreiding van de bevoegdheden en het werkterrein van het Europees Openbaar Ministerie (EOM). Volt wil een verplichting voor lidstaten om deel te nemen aan het EOM. Volt wil ethisch hacken verder aanmoedigen. We leggen daarom naar Belgisch voorbeeld het recht op ongevraagd ethisch hacken wettelijk vast. Nederland heeft een bloeiende cultuur van mensen die het internet veiliger maken door technisch onderzoek te doen. Alle organisaties die belangrijk zijn voor de samenleving moeten snel en positief reageren wanneer een ethisch hacker een digitaal probleem vindt en meldt. Na een afgesproken tijd mag de hacker het gevonden probleem breed bekend maken, in overleg met het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC). Nederland zal niet instemmen met de invoering van de Europese Chat control-wet. Nederland zal zich in de EU inzetten voor een grondige en feitelijke evaluatie van het Europese veiligheidsbeleid in de afgelopen twintig jaar. --- pdf_page: 67 --- # 6. Financiële paragraaf In dit hoofdstuk wordt later (tussen het congres op 23 september 2023 en de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november 2023) een financiële paragraaf toegevoegd. De cijfers in deze paragraaf hangen af van de doorrekeningen van het Centraal Planbureau (CPB) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) die pas na het congres van 23 september bekend zullen worden. --- pdf_page: 68 --- Volt Nederland 134
⚠️ Voor AI gebruikers:
Kopieer de content hierboven en plak in je AI chat voor analyse.